<Desc/Clms Page number 1>
"Opbergband of ordner".
De uitvinding heeft betrekking op een opbergband of ordner voor tijdscriften, folders, brochures, bladen of dergelijke stukken, bestaande uit een rug met voor-en achterplat, die flexibel of scharnierend aan de randen van de rug zijn bevestigd en afmetingen hebben, die gelijk aan of groter zijn dan de op te bergen stukken.
Dergelijke opbergbanden zijn algemeen bekend en de middelen voor het vasthouden van de tijdschriften, folders en dergelijke, kennen vele uitvoeringsvormen, zoals metalen naalden, die het stuk op zijn plaats houden, strippen, die door nietjes worden gestoken, verende klemmen, beugels, die kunnen worden geopend voor het op pennen steken van de vooraf te perforeren stukken, opsluitingen, die samenwerken met een groot aantal perforaties enz.
Al deze bekende opbergbanden hebben bezwaren.
De naalden, pennen of strippen bieden geen voldoende sterke verbinding tussen de band en de op te bergen stukken, terwijl het bij de andere middelen nodig is de stukken allereerst te voorzien van twee of meer perforaties, hetgeen vooral bij dikkere stukken, zoals tijdschriften, aanleiding geeft tot problemen en duurdere apparatuur nodig maakt.
Verende klemmen moeten worden geopend, waarbij dan telkens een klem in de opbergband aanwezig is, die moet dienen voor het vasthouden van meerdere stukken. Dit betekent, dat bij toename van het aantal stukken, dat door een klem moet worden vastgehouden, het opbergen en ook het uitnemen wordt bemoeilijkt. De middelen, die bij de bestaande opbergbanden worden toegepast, verhogen de kostprijs.
Doel van de uitvinding is nu een opbergband of ordner te verschaffen, die de bezwaren van de bekende opbergbanden mist en die eenvoudig en goedkoop te vervaardigen is.
Dit doel wordt overeenkomstig de uitvinding bereikt doordat deze middelen bestaan uit stroken, die evenwijdig aan elkaar,
<Desc/Clms Page number 2>
evenwijdig aan de langsas van de rug en op afstand van elkaar op de binnenzijde van de rug zijn aangebracht, welke stroken althans aan een zijde zijn voorzien van een zelf-klevende laag, die is afgedekt met een verwijderbare strip. Van zelfklevende lagen is bekend, dat zij een goede hechting waarborgen gedurende een lange tijd, terwijl zij toch, wanneer dit nodig mocht blijken, losnemen toetaten. Bij de opbergband volgens de uitvinding vindt het inhechten of opbergen van een tijdschrift of dergelijk stuk op bijzonder eenvoudige wijze plaats.
Men behoeft nl. slechts een strip van de zelfklevende laag van een strook af te halen en dan het aan de rug grenzende deel van de achterkant van het tijdschrift of dergelijke stuk op de strook te drukken. In de opbergband kan men dus evenzo vele tijdschriften of dergelijke onderbrengen als er stroken zijn. Het resultaat is, dat men op deze wijze de tijdschriften of dergelijke inbindt. Moet men echter een tijdschrift verwijderen dan kan dit zonder meer worden losgetrokken.
De stroken kan men op velerlei manieren vervaardigen.
Volgens de uitvinding bestaan de stroken bij voorkeur uit plooien van een vel, dat op de rug is gelijmd. Deze wijze van vorming van de plooien maakt een bijzonder eenvoudige vervaardiging mogelijk. Men behoeft nt. slechts een vel papier of ander materiaal op de juiste wijze te vouwen en dan met de buitenzijde van de van de plooien afgekeerde en tussen de plooien gelegen zijden tegen de binnenkant van de rug te plakken. Zo gewenst, kan men de plooien zelf door in de plooien aanwezige lijm vastplakken. De zelf-klevende strookvormige lagen met daarop de strippen kunnen van te voren worden aangebracht.
De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van de tekening.
Deze toont in doorsnede het ruggedeelte van een opbergband.
Deze opbergband bestaat uit de rug 1, voorplat 2 en achterplat 3, waarvan laatstgenoemde in gedeeltelijk geopend toestand is getoond. De platten 2 en 3 zijn met de rug verbonden bij 5 resp. 6 door als scharnieren uitgevoerde verbindingsdelen, die
<Desc/Clms Page number 3>
doorgaans daaruit bestaan, dat men het karton van de platten en rug van de opbergband door middel van het bekledingsmateriaal 18, zoals papier, linnen, kunstleer of P. V. C. en de randstroken 12 en 13 aan elkaar verbindt.
De vasthoudmiddelen bestaan uit plooien 7 van een vel papier, dat met de tussen de plooien gelegen delen 8 is vastgelijmd op de binnenzijde 9 van de rug. Elke plooi 7 bestaat dus uit twee lagen, waartussen zieh kleeftstof kan bevinden. Noodzakelijk is dat echter niet, maar met kleefstof ertussen krijgt de plooi een strakkere vorm. Op een zijde van de plooi 7 is een zelf-klevende laag 10 aangebracht, die is afgedekt met een strip 11.
Het geplooide vel heeft randstroken 12 resp. 13, die op de platten 2 resp. 3 van de opbergband zijn vastgelijmd en zijn bedekt met dekvellen 14 resp. 1. 5.
In de tekening is een tijdschrift 16 getoond, dat is bevestigd door ter plaatse van de plooi 7'de strip 11 te verwijderen en met de zijkant 17 van het tijdschrift 16 tegen de zelf-klevende laag 10 te drukken tegen de zijkant 17 van het tijdschrift 16.