NL1039910C2

NL1039910C2 - STAND UP HELP.

Info

Publication number: NL1039910C2
Application number: NL1039910A
Authority: NL
Inventors: Anthonius Johannes Tolboom
Original assignee: Anthonius Johannes Tolboom
Priority date: 2012-11-23
Filing date: 2012-11-23
Publication date: 2014-05-27
Also published as: EP2808001A1; DK2808001T3; ES2807892T3; EP2808001B1

Abstract

Seating device comprising a holder, a seat and at least one armrest, which armrest preferably is attached to the holder near its rear end, wherein the seat is movably attached to the holder, preferably near its front edge is hinged to the holder, for transfer between a substantially horizontal seating position and a forwardly tilted rising position, furthermore comprising an operation mechanism for the transfer of the seat from the seating position to the rising position, wherein the armrest is part of the operation mechanism and for that purpose is attached to the holder so as to move, in particular so as to hinge, in particular so as to move in a vertical plane, for transfer between a normal position of use, in particular a substantially horizontal position of use, and a starting position that is situated higher and can be pressed downwards into an operation position that is situated lower than the starting position while transferring the seat into the rising position.

Description

NL 1039910 QpstahulpNL 1039910 Qpstahulp

5 ACHTERGROND VAN DE UITVINDINGBACKGROUND OF THE INVENTION

De uitvinding heeft betrekking op een zitinrichting met een houder, een door de houder gedragen zitting en tenminste één armleuning, waarbij de zitting verplaatsbaar is tussen een normale gebruiksstand en een naar voren 10 gekantelde opstastand. De uitvinding heeft in het bijzonder betrekking op een stoel met een dergelijke zitting.The invention relates to a sitting device with a holder, a seat carried by the holder and at least one armrest, the seat being movable between a normal position of use and a standing position tilted forward. The invention relates in particular to a chair with such a seat.

Stoelen met een naar voren kantelbare zitting om een gebruiker bij te staan bij het opstaan uit de stoel zijn in vele uitvoeringen bekend Een voorbeeld geeft WO 85/00006, waarin een stoel is getoond waarbij de 15 armleuning achteraan scharnierbaar is verbonden met de rugleuning en vooraan scharnierbaar is verbonden met een eerste stang van een stangenpaar, waarvan de tweede stang scharnierbaar bevestigd is aan het gestel van de stoel en met een eind verschuifbaar verbonden is met de zitting. De zitting is voorts vooraan scharnierbaar verbonden met een andere stang, die achteraan verbonden is met 20 het gestel en een soort van schaar vormt met de voornoemde tweede stang. Door het neerwaarts drukken van de armleuningen drukt het eind van de tweede stang de achterzijde van de zitting omhoog en schuift daarna voorwaarts onderlangs de zitting zodat de zitting voorover kantelt, waarbij het vooreind van de andere stang met de voorrand van de zitting ook enigermate omhoog komt.Chairs with a forwardly tilting seat to assist a user when standing up from the chair are known in many embodiments. An example is given in WO 85/00006, in which a chair is shown in which the rear armrest is hingedly connected to the backrest and in the front is pivotally connected to a first rod of a pair of rods, the second rod of which is pivotally attached to the frame of the chair and is slidably connected to the seat with an end. The seat is furthermore hingedly connected at the front to another rod, which at the rear is connected to the frame and forms a kind of scissors with the aforementioned second rod. By pushing the armrests downwards, the end of the second rod pushes the rear of the seat upwards and then slides forward underneath the seat so that the seat tilts forward, the front end of the other rod also slightly rising with the front edge of the seat. .

25 In WO 2011/141617 is eveneens een stoel met een bedienbare zitting getoond, waarbij door neerwaarts drukken van de armleuning een vierstangenmechanisme dat de verbinding vormt tussen zitting en gestel bediend wordt om de zitting enigermate te heffen en voorwaarts te laten kantelen.In WO 2011/141617 a chair with an operable seat is also shown, wherein by pushing down the armrest a four-rod mechanism that forms the connection between the seat and the frame is operated to raise the seat to a certain extent and tilt it forwards.

30 SAMENVATTING VAN DE UITVINDINGSUMMARY OF THE INVENTION

Een doel van de uitvinding is een zitinrichting, in het bijzonder stoel, van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen, die ergonomisch gunstig is.It is an object of the invention to provide a seating device, in particular a chair, of the type mentioned in the preamble, which is ergonomically favorable.

35 Een doel van de uitvinding is om een zitinrichting, in het bijzonder stoel, van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen, die het opstaan van een gebruiker daarvan vergemakkelijkt.It is an object of the invention to provide a seating device, in particular a chair, of the type mentioned in the preamble, which facilitates the raising of a user thereof.

1039910 21039910 2

Een doel van de uitvinding is om een stoel van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen, met een bedieningsmechanisme voor de zitting dat geschikt is om voor een groot deel opgenomen te worden in de gebruikelijke stoelcomponenten zodat de aanbik van de stoel in hoge mate 5 gewoon kan blijven.It is an object of the invention to provide a chair of the type mentioned in the preamble, with a seat operating mechanism which is suitable for a large part to be incorporated in the usual chair components so that the view of the chair to a large extent just stay.

Voor het bereiken van althans één van deze doelen voorziet de uitvinding, vanuit één aspect, in een zitinrichting omvattend een houder, een zitting en tenminste één armleuning, bij voorkeur twee armleuningen, waarbij de zitting beweegbaar bevestigd is aan de houder voor verplaatsing tussen een in 1 o hoofdzaak horizontale zitstand en een naar voren gekantelde opstastand, voorts omvattend een bedieningsmechanisme voor de verplaatsing van de zitting van de zitstand naar de opstastand, waarbij de armleuning deel uitmaakt van het bedieningsmechanisme en daartoe beweegbaar, in het bijzonder in een verticaal vlak beweegbaar, bevestigd is aan de houder voor verplaatsing tussen een 15 normale gebruiksstand en een hoger gelegen startstand, en neerwaarts te drukken is naar een ten opzichte van de startstand lagere bedieningsstand onder verplaatsing van de zitting naar de opstastand.To achieve at least one of these objects, the invention provides, from one aspect, a seating device comprising a holder, a seat and at least one armrest, preferably two armrests, the seat being movably attached to the holder for displacement between a Substantially horizontal sitting position and a tilted up standing position, further comprising an operating mechanism for moving the seat from the sitting position to the standing position, wherein the armrest forms part of the operating mechanism and is movable thereto, in particular movable in a vertical plane, is attached to the holder for displacement between a normal position of use and a higher starting position, and can be pressed downwards to a lower operating position relative to the starting position while moving the seat to the standing position.

Doordat de armleuning naar een hogere stand kan worden gebracht voor het starten van de bediening zullen tijdens het proces van het 20 neerdrukken van de armleuningen de handen van de gebruiker op een hoger niveau kunnen blijven, waardoor de stabiliteit van de gebruiker tijdens het opstaan wordt bevorderd. Bovendien heeft men bij het ontwerp meer vrijheid in de keuze van het bewegingstraject van de armleuning, omdat de beweging niet beperkt wordt door de gesteldelen ter hoogte van de zitting in horizontale stand. 25 In de normale gebruiksstand zal de armleuning doorgaans in hoofdzaak horizontaal reiken.Because the armrest can be brought to a higher position for starting the operation, during the process of pressing down the armrests the hands of the user can remain at a higher level, whereby the stability of the user during standing up is promoted. . Moreover, the design gives more freedom in the choice of the armrest movement path, because the movement is not limited by the frame parts at the height of the seat in the horizontal position. In the normal position of use, the armrest will generally extend substantially horizontally.

Opgemerkt wordt dat de houder in het geval van een stoel een stoelgestel zal zijn. Het is echter ook mogelijk dat de houder samengesteld is, bijvoorbeeld een wand waaraan de armleuning is bevestigd en een vloer waarop 30 de zitting is ondersteund. Hierbij kan ook gedacht worden aan toiletopstellingen en douchezitopstellingen. De armleuningen kunnen in dat geval ook bevestigd zijn aan een op de vloer bevestigde steun voor de zitting, zoals een toiletpot.It is noted that in the case of a chair the holder will be a chair frame. However, it is also possible for the holder to be assembled, for example a wall to which the armrest is attached and a floor on which the seat is supported. This can also include toilet arrangements and shower seating arrangements. The armrests can in that case also be attached to a floor support, such as a toilet bowl.

In een uitvoering is de armleuning neerwaarts te drukken naar een eindbedieningsstand die overeen komt met de gebruiksstand. De handen van de 35 gebruiker vinden aldus een stabiele eindstand, die overeenkomt met die van een gewone zitinrichting, in het bijzonder stoel, en niet (veel) lager zoals bij de voornoemde bekende stoelen.In one embodiment, the armrest can be pressed downwards to a final operating position that corresponds to the position of use. The hands of the user thus find a stable end position, which corresponds to that of a normal seating device, in particular chair, and not (much) lower as in the aforementioned known chairs.

33

In een eenvoudige uitvoering is de armleuning scharnierbaar bevestigd aan de houder. In de startstand kan de armleuning schuin omhoog reiken vanaf het scharnier.In a simple embodiment, the armrest is hinged to the holder. In the starting position, the armrest can extend diagonally upwards from the hinge.

In een uitvoering is de armleuning nabij zijn achtereind bevestigd 5 aan de houder, waardoor de slag ter plaatse van aangrijping van de armleuning door de gebruiker, in veel gevallen vooraan, groot kan zijnIn an embodiment the armrest is attached to its holder near its rear end, whereby the stroke at the area of engagement of the armrest by the user, in many cases at the front, can be large

In een eenvoudige uitvoering is de zitting nabij zijn voorrand scharnierbaar bevestigd aan de houder.In a simple embodiment, the seat is hinged to its holder near its front edge.

Indien er twee armleuningen zijn, kunnen deze met elkaar zijn 10 verbonden voor het vormen van een als één geheel beweegbaar armleuningstel, waardoor de stabiliteit van de gebruiker bij het opstaan wordt bevorderd. In een uitvoering is het bedieningsmechanisme aan slechts één zijde aangebracht, bij voorkeur echter aan beide zijden, in welk geval beide armleuningen deel uitmaken van bedieningsmechanismen.If there are two armrests, they can be connected to each other to form an armrest set movable as a whole, whereby the stability of the user on standing up is promoted. In one embodiment the operating mechanism is arranged on only one side, but preferably on both sides, in which case both armrests form part of operating mechanisms.

15 De zitinrichting kan zijn voorzien van een grendel voor het in de gebruiksstand vergrendelen van de armleuning en van bedieningsmiddelen voor het ontgrendelen van de grendel. De bedieningsmiddelen kunnen daarbij een bedieningsdeel in het vooreind van de armleuning omvatten. Aldus wordt een ongewenst activeren van het bedieningsmechanisme voorkomen. De armleuning 2 0 kan dan niet worden geheven.The seating device can be provided with a latch for locking the armrest in the position of use and with operating means for unlocking the latch. The operating means can herein comprise an operating part in the front end of the armrest. In this way an undesired activation of the operating mechanism is prevented. The armrest 2 0 cannot then be raised.

In een verdere ontwikkeling van de zitinrichting volgens de uitvinding omvat het bedieningsmechanisme een bedieningsstang, die met het boveneind verdraaibaar verbonden is met de armleuning en met het ondereind verdraaibaar verbonden is met een verder deel van het bedieningsmechanisme. 25 In een veilige uitvoering kan in de normale gebruikstoestand van de zitinrichting het verder deel van het bedieningsmechanisme opgenomen zijn in een in de houder naast de zitting voorziene kamer, zodat de kans op verwonding klein gehouden wordt.In a further development of the seating device according to the invention, the operating mechanism comprises an operating rod which is rotatably connected at the upper end to the armrest and is rotatably connected at the lower end to a further part of the operating mechanism. In a safe embodiment, in the normal position of use of the seating device, the further part of the operating mechanism can be accommodated in a chamber provided in the holder next to the seat, so that the risk of injury is kept low.

Het boveneind van de bedieningsstang kan daarbij verplaatsbaar 30 zijn langs de armleuning tussen een passieve positie en een actieve positie, waarbij de bedieningsstang in de actieve positie van het boveneind van de bedieningsstang een actieve stand inneemt met een hoek ten opzichte van de verticaal die groter is dan in de passieve stand van de bedieningsstang waarin het boveneind in de passieve positie verkeert. Hierdoor wordt de 35 bedieningsstang in een voor krachtoverdracht tijdens het opstaan gunstige oriëntatie gebracht. In de gebruikstand, waarin de krachten op de armleuning gering zijn, kan de bedieningsstang een steun vormen voor de armleuning.The upper end of the operating rod can herein be movable along the armrest between a passive position and an active position, the operating rod in the active position of the upper end of the operating rod taking an active position with an angle with respect to the vertical that is larger then in the passive position of the operating rod in which the upper end is in the passive position. As a result, the operating rod is brought into an orientation favorable for power transfer during standing up. In the position of use, in which the forces on the armrest are low, the operating rod can form a support for the armrest.

44

In een ergonomisch gunstige uitvoering is de actieve positie van het boveneind van de bedieningsstang dichter bij het vooreind van de armleuning gelegen dan de passieve positie daarvan.In an ergonomically favorable embodiment, the active position of the upper end of the operating rod is closer to the front end of the armrest than the passive position thereof.

Voornoemde grendel kan werkzaam zijn in het in de passieve 5 positie vergrendelen van het boveneind van de bedieningsstang om ongewenste bediening te voorkomen.Said lock can be effective in locking the upper end of the operating rod in the passive position to prevent undesired operation.

Voor het bevorderen van de zekerheid van de bediening kan de zitinrichting voorzien zijn van een opsluiting voor het in de actieve positie houden van het boveneind van de bedieningsstang. Daarbij kan de zitinrichting voorzien 10 zijn van losmiddelen voor het uit de opsluiting dwingen van het boveneind van de bedieningsstang, zodat dat boveneind weer naar de passieve positie kan bewegen voor normaal gebruik of voor een volgende opstahandeling. In een compacte uitvoering zijn de losmiddelen door middel van een hulpbedieningsmechanisme bedienbaar, welk hulpbedieningsmechanisme de 15 armleuning omvat. Het hulpbedieningsmechanisme kan in een verder compacte uitvoering een langs, in het bijzonder in, de armleuning beweegbare hulpbedieningsstang omvatten.In order to improve the certainty of the operation, the seating device can be provided with a confinement for keeping the upper end of the operating rod in the active position. The sitting device can herein be provided with releasing means for forcing the upper end of the operating rod out of the confinement, so that said upper end can again move to the passive position for normal use or for a subsequent standing up operation. In a compact embodiment the releasing means can be operated by means of an auxiliary operating mechanism, which auxiliary operating mechanism comprises the armrest. In an otherwise compact embodiment, the auxiliary operating mechanism may comprise an auxiliary operating rod movable along, in particular in, the armrest.

In een uitvoering zijn de losmiddelen door het hulpbedieningsmechanisme bedienbaar voor het na het bereiken van de 2 0 gebruikstand van de armleuning uit de opsluiting dwingen van het boveneind van de bedieningsstang. Hierdoor kan worden bereikt dat het bedieningsmechanisme direct aansluitend aan een opstahandeling weer in een passieve stand kan komen.In one embodiment the releasing means are operable by the auxiliary operating mechanism for forcing the upper end of the operating rod out of the confinement after reaching the position of use of the armrest. As a result, it can be achieved that the operating mechanism can immediately return to a passive position immediately after a standing-up operation.

Het andere eind, het ondereind, van de bedieningsstang, kan 25 verdraaibaar verbonden zijn met het ene been van een tuimelaar, die verdraaibaar bevestigd is aan de houder en met het andere been beweegvaar verbonden is met de zitting. De neerwaartse beweging van de armleuning en daarmee de bedieningsstang wordt door de tuimelaar omgezet in een opwaartse kantelbeweging van de zitting. De tuimelaar kan hierbij met het andere been 30 door tussenkomst van een schuifverbinding verschuifbaar verbonden zijn met de zitting, waarbij de schuifverbinding door een scharnierverbinding bevestigd is aan de zitting, .Om het terugvallen van de zitting te remmen kan tussen het andere been en de zitting een demper geplaatst zijn, welke deel kan uitmaken van de schuifverbinding.The other end, the lower end, of the operating rod can be rotatably connected to the one leg of a rocker arm, which is rotatably attached to the holder and is movably connected to the seat with the other leg. The downward movement of the armrest and thus the operating rod is converted by the rocker arm into an upward tilting movement of the seat. The tumbler can be slidably connected to the seat with the other leg 30 through a sliding connection, the sliding connection being attached to the seat by means of a hinge connection. To prevent the seat from falling back, the other leg and the seat can be prevented from falling back. a damper may be placed, which may form part of the sliding connection.

35 Zoals opgemerkt zal de houder in het geval van een stoel gevormd zijn door een stoelframe of -gestel, waarbij het stoelframe voorts een rugdeel omvat, waarbij de armleuningen scharnierbaar bevestigd zijn aan het rugdeel.As noted, in the case of a chair, the holder will be formed by a chair frame or frame, the chair frame further comprising a back part, the armrests being pivotally attached to the back part.

55

Het rugdeel kan gevormd worden door opstaande framedelen, waartussen bijvoorbeeld een doek gespannen is, of door een stijve rugleuning, die tevens de functie van frame vervult. In het voornoemde verband tussen beide armleuningen kunnen de armleuningen met elkaar verbonden zijn door een 5 achter het rugdeel gelegen dwarsdeel, dat bij voorkeur althans plaatselijk op afstand van het rugdeel gelegen is. Hierdoor wordt een greep verschaft voor het verplaatsen van de stoel.The back part can be formed by upright frame parts, between which for instance a cloth is stretched, or by a rigid backrest, which also fulfills the function of frame. In the aforementioned relationship between the two armrests, the armrests can be connected to each other by a transverse part located behind the back part, which is preferably located at least locally at a distance from the back part. This provides a handle for moving the chair.

Het rugdeel kan voorts voorzien zijn van een aanslag voor de armleuning tegen neergaande verplaatsing daarvan ten opzichte van de normale 10 gebruikstand.The back part can further be provided with a stop for the armrest against downward displacement thereof with respect to the normal position of use.

Vanuit een verder aspect voorziet de uitvinding in een stoel omvattend een gestel, een zitting en tenminste één armleuning, waarbij de zitting nabij de voorzijde daarvan scharnierbaar bevestigd is aan het gestel voor verplaatsing tussen een in hoofdzaak horizontale zitstand en een naar voren 15 gekantelde opstastand, voorts omvattend een bedieningsmechanisme voor de verplaatsing van de zitting van de zitstand naar de opstastand, waarbij de armleuning deel uitmaakt van het bedieningsmechanisme en daartoe beweegbaar, in het bijzonder scharnierbaar, in het bijzonder in een verticaal vlak beweegbaar bevestigd is aan het gestel voor het neerwaarts verplaatsen 20 daarvan tussen een startstand en een lagere eindbedieningsstand onder het naar de opstastand dwingen van de zitting. Zoals in het voorgaande besproken kan de startstand hoger liggen dan de normale gebruikstand en kan de eindbedieningsstand overeen komen met de normale gebruiksstand. De lagere Het bedieningsmechanisme kan zijn opgebouwd overeenkomstig de hiervoor 25 beschreven uitvoeringen daarvan.From a further aspect the invention provides a chair comprising a frame, a seat and at least one armrest, wherein the seat is pivotally attached near the front thereof to the frame for displacement between a substantially horizontal sitting position and a standing position tilted forward, further comprising an operating mechanism for moving the seat from the sitting position to the standing position, the armrest forming part of the operating mechanism and being movably mounted for this purpose, in particular hinged, in particular movable in a vertical plane, on the downward frame moving it between a start position and a lower end operating position while forcing the seat to the standing position. As discussed above, the start position may be higher than the normal position of use and the end position of operation may correspond to the normal position of use. The lower The operating mechanism can be constructed in accordance with the embodiments thereof described above.

Vanuit een verder aspect voorziet de uitvinding in een zitinrichting omvattend een houder, een zitting en tenminste één armleuning, waarbij de zitting nabij de voorzijde scharnierbaar bevestigd is aan de houder voor verplaatsing tussen een in hoofdzaak horizontale zitstand en een naar voren 30 gekantelde opstastand, voorts omvattend een bedieningsmechanisme voor de verplaatsing van de zitting van de zitstand naar de opstastand, waarbij de armleuning deel uitmaakt van het bedieningsmechanisme en daartoe boven de achterzijde van de zitting beweegbaar, in het bijzonder scharnierbaar, in het bijzonder in een verticaal vlak beweegbaar, bevestigd is aan de houder voor het 35 door uitoefening van druk daarop neerwaarts verplaatsen daarvan tussen een startstand en een lagere eindbedieningsstand onder het naar de opstastand dwingen van de zitting. Zoals in het voorgaande besproken kan de startstand 6 hoger liggen dan de normale gebruikstand en kan de eindbedieningsstand overeen komen met de normale gebruiksstand. De lagere Het bedieningsmechanisme kan zijn opgebouwd overeenkomstig de hiervoor beschreven uitvoeringen daarvan.From a further aspect the invention provides a seating device comprising a holder, a seat and at least one armrest, wherein the seat is pivotally mounted near the front side on the holder for displacement between a substantially horizontal sitting position and a tilted-up standing position, furthermore comprising an operating mechanism for moving the seat from the sitting position to the standing position, the armrest forming part of the operating mechanism and for this purpose being mounted movably above the rear of the seat, in particular hingedly, in particular movable in a vertical plane, on the holder for moving it downwards by applying pressure thereon between a starting position and a lower end-operating position while forcing the seat to the standing position. As discussed above, the start position 6 may be higher than the normal use position and the end-of-service position may correspond to the normal use position. The lower The operating mechanism can be constructed in accordance with the embodiments thereof described above.

5 De zitinrichting volgens de uitvinding, in uitvoering als stoel, kan licht worden uitgevoerd, en kan compact zijn. Anders dan motorisch aangedreven opstafauteuils is de uitvinding in het bijzonder geschikt voor toepassing in eetkamerstoelen, wachtkamerstoelen en vergaderstoelen.The seating device according to the invention, in the form of a chair, can be of a light construction and can be compact. Unlike motor-driven upholstery armchairs, the invention is particularly suitable for use in dining room chairs, waiting room chairs and conference chairs.

Opgemerkt wordt dat in US 2005/040688 een rolstoel getoond 10 wordt, met een naar voren opklapbare zitting en aan weerszijden daarvan gelegen, in het verticale vlak omhoog en naar voren verdraaibare handgrepen waarmee het bewegingsmechanisme voor de zitting geactiveerd kan worden. In US 2005/0039302 wordt de werking van die handgrepen beschreven, en wel aldus dat deze voorzien zijn van stuurdelen die op meerdere plaatsen van de 15 handgreep met de hand aan te grijpen zijn. Door met de hand een voor de gebruiker geschikt gelegen gedeelte van de stuurdelen in te knijpen wordt een hefboommechanisme bediend, waarmee een gasveer gedeblokkeerd wordt, welke gasveer de zitting laat kantelen.It is noted that in US 2005/040688 a wheelchair is shown, with a seat that can be folded forward and located on either side thereof, handles which are rotatable upwards and forwards in the vertical plane with which the movement mechanism for the seat can be activated. US 2005/0039302 describes the operation of those handles, so that they are provided with control parts that can be engaged by hand at several places of the handle. By manually squeezing a portion of the control parts that is suitable for the user, a lever mechanism is operated, with which a gas spring is unblocked, which gas spring causes the seat to tilt.

US 3.259.427 toont een armleuningloze stoel, waarvan de zitting 20 aan de voorzijde voorzien is van uistekende staven, die hefbomen vormen voor het omhoog laten kantelen van de zitting, in één uitvoering door het uitoefenen van neerwaartse druk op de hefbomen, in een andere uitvoering door het uitoefenen van opwaartse trek op de hefbomen.US 3,259,427 shows an armless chair, the seat 20 of which is provided with protruding bars at the front, which form levers for tilting the seat upwards, in one embodiment by exerting downward pressure on the levers, in another execution by exerting upward pull on the levers.

In GB 2.460.685 wordt een stoel getoond met een ten opzichte 25 van het frame instelbare zitting, waarbij de zitting naar achteren kan worden gekanteld door middel van een gasveer, welke geactiveerd wordt met behulp van een hefboom die scharnierbaar is verbonden met de armleuning.GB 2,460,685 shows a chair with a seat that is adjustable relative to the frame, wherein the seat can be tilted backwards by means of a gas spring, which is activated by means of a lever that is pivotally connected to the armrest.

FR 2.639.807 toont een stoel met armleuningen die over een kleine afstand naar voren kunnen kantelen om een onder de zitting gelegen 30 scharnier, voor het vrijgeven van een gasveer voor het naar voren kantelen van de zitting.FR 2,639,807 shows a chair with armrests which can tilt forward a small distance about a hinge located below the seat, for releasing a gas spring for tilting the seat forward.

In US 2010/0141003 wordt een stoel beschreven met een verticaal neerdrukbare armleuning waarmee een kabel-poeliestelsel wordt bediend voor het naar voren kantelen van de zitting.US 2010/0141003 describes a chair with a vertically push-down armrest with which a cable pulley system is operated for tilting the seat forward.

35 De in deze beschrijving en conclusies van de aanvrage beschreven en/of de in de tekeningen van deze aanvrage getoonde aspecten en maatregelen kunnen waar mogelijk ook afzonderlijk van elkaar worden 7 toegepast. Die afzonderlijke aspecten kunnen onderwerp zijn van daarop gerichte afgesplitste octrooiaanvragen. Dit geldt in het bijzonder voor de maatregelen en aspecten welke op zich zijn beschreven in de volgconclusies.The aspects and measures described in this description and claims of the application and / or shown in the drawings of this application can, where possible, also be applied separately from each other. These individual aspects can be the subject of split-off patent applications that are aimed at this. This applies in particular to the measures and aspects that are described per se in the subclaims.

5 KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN5 BRIEF DESCRIPTION OF THE DRAWINGS

De uitvinding zal worden toegelicht aan de hand van een in de bijgevoegde tekeningen weergegeven voorbeeld uitvoering. Getoond wordt in:The invention will be elucidated on the basis of an exemplary embodiment shown in the attached drawings. Shown is:

Figuur 1 een schematisch zijaanzicht op een stoel volgens een 10 voorbeelduitvoering van de uitvinding, in normale gebruikstoestand;Figure 1 shows a schematic side view of a chair according to an exemplary embodiment of the invention, in normal use condition;

Figuur 1A een schematisch zijaanzicht op een armleuning van de stoel van figuur 1;Figure 1A is a schematic side view of an armrest of the chair of Figure 1;

Figuur 2 de stoel van figuur 1 in een startstand voor een opstabeweging; 15 Figuur 2A een schematisch zijaanzicht op een armleuning van de stoel van figuur 2;Figure 2 shows the chair of figure 1 in a starting position for a standing up movement; Figure 2A is a schematic side view of an armrest of the chair of Figure 2;

Figuren 2B en 2C een schematisch detail van het gebied bij de verbinding van de armleuning met het rugdeel van de stoel van figuur 1, respectievelijk in de situaties van figuur 1 en figuur 2; 20 Figuur 3 de stoel van figuur 1 aan het begin van de opstabeweging;Figures 2B and 2C show a schematic detail of the area at the connection of the armrest to the back part of the chair of Figure 1, respectively in the situations of Figure 1 and Figure 2; Figure 3 shows the chair of figure 1 at the start of the standing up movement;

Figuur 4 de stoel van figuur 1 aan het eind van de opstabeweging;Figure 4 shows the chair of Figure 1 at the end of the standing up movement;

Figuur 4A een schematisch zijaanzicht op een armleuning van de stoel van figuur 4; 25 Figuur 5 de stoel van figuur 1 tijdens teruggang naar de stand van figuur 1 na uitvoeren van een opstabeweging; enFigure 4A is a schematic side view of an armrest of the chair of Figure 4; Figure 5 shows the chair of figure 1 during return to the position of figure 1 after performing a standing up movement; and

Figuur 5A een schematisch zijaanzicht op een armleuning van de stoel van figuur 5.Figure 5A is a schematic side view of an armrest of the chair of Figure 5.

30 GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN30 DETAILED DESCRIPTION OF THE DRAWINGS

De stoel 100 van figuur 1 omvat een gestel of frame 101 met poten 102, een rugleuning 18, een zitting 21 en armleuningen 1.The chair 100 of Figure 1 comprises a frame or frame 101 with legs 102, a backrest 18, a seat 21 and armrests 1.

De zitting 21 is aan de voorrand door middel van scharnieren 14 35 bevestigd aan het frame 101 voor een zwenkbeweging in richtingen F en rust vrij met de achterrand op een met het frame 101 vaste aanslag 19.The seat 21 is attached to the frame 101 at the front edge by means of hinges 14 for a pivoting movement in directions F and rests freely with the rear edge on a stop 19 fixed with the frame 101.

De armleuningen 1 zijn aan het achtereind door scharnieren 10 8 bevestigd aan de rugleuning 18 (of een deel van het frame 101 indien dat zich daar bevindt om een daaraan bevestigde rugleuning te steunen) en zijn verzwenkbaar in richtingen A. De armleuningen 1 zijn achter scharnieren 10 en achter de rugleuning 18 met elkaar verbonden door een dwarsdeel 1a, zodat zij 5 één U-vormig geheel vormen. Het dwarsdeel 1a kan achter de rugleuning 18 een vrije greep vormen voor een hand. De armleuningen 1 zijn op plaatsen verder naar voren ondersteund door een pendel- of bedieningsstang 8, nog nader te bespreken. In de weergegeven gebruiksstand liggen de armleuningen 1 bij de rugleuning 18 op vaste aanslagen of oplegvlakken 20.The armrests 1 are attached at the rear end by hinges 8 to the backrest 18 (or a part of the frame 101 if it is there to support a backrest attached thereto) and are pivotable in directions A. The armrests 1 are behind hinges 10 and connected behind each other behind the backrest 18 by a transverse part 1a, so that they form one U-shaped whole. The transverse part 1a can form a free grip for a hand behind the backrest 18. The armrests 1 are supported in places further forward by a shuttle or operating rod 8, to be discussed in more detail below. In the position of use shown, the armrests 1 lie at the backrest 18 on fixed stops or bearing surfaces 20.

10 In de armleuningen 1 zijn telkens ondergebracht een sleuf 6, waarin een penvormig boveneind 5 van de stang 8 in richtingen C 1,2 verschuifbaar is opgenomen. Zoals te zien in figuur 1A is de sleuf 6 voorzien van een omhoog omgezet opsluiteind 7, waarin de pen 5 opgesloten kan zijn.A slit 6 is accommodated in each of the armrests 1, in which a pin-shaped upper end 5 of the rod 8 is slidably accommodated in directions C 1.2. As can be seen in figure 1A, the slot 6 is provided with a raised end end 7 in which the pin 5 can be enclosed.

In beide (bij voorkeur holle) armleuningen 1 is voorts telkens 15 ondergebracht (bij voorkeur in een in de armleuning gevormde kamer) een losmechanisme voor het uit het opsluiteind 7 dwingen van de betreffende pen 5. Dit losmechanisme omvat een deblokkeer-trekstang 9, die aan het ene eind voorzien is van een veerlip 9a en aan het andere eind van een aandrijfplaat 9b die ter plaatse van 9d scharnierend (richtingen B) is bevestigd aan de 20 armleuning 1 en waarop een pen 9e bevestigd is welke reikt in plaatsvaste sleuf 9f in rugleuning 18 en daarin verschuifbaar is in richtingen K. Elke armleuning 1 heeft hierdoor bij scharnierpunt 10 een voorziening om de slaglengte van de betreffende déblokkeer-trekstang 9 met verend element 9a te verlengen. De stang 9 is verplaatsbaar in de betreffende armleuning 1 in de richtingen G.Furthermore, in both (preferably hollow) armrests 1 there is furthermore accommodated (preferably in a chamber formed in the armrest) a releasing mechanism for forcing the respective pin 5 out of the confining end 7. This releasing mechanism comprises a release bar 9 which is provided at one end with a spring lip 9a and at the other end with a drive plate 9b which is hinged at the location of 9d (directions B) to the armrest 1 and to which is attached a pin 9e which extends into fixed slot 9f in backrest 18 and is slidable therein in directions K. As a result, each armrest 1 has a provision at pivot point 10 for extending the stroke length of the respective unblocking pull rod 9 with resilient element 9a. The rod 9 is movable in the relevant armrest 1 in the directions G.

25 In elke armleuning 1 is voorts ondergebracht een grendel/ontgrendelstaaf 3, die om scharnier 4 kantelbaar is in richtingen H en aan het ene eind, het vooreind, voorzien is van een bedieningsknop 2 en aan het tegengestelde achtereind voorzien is van een aanslag 3a voor het in de grendelstand vastleggen van de pen 5 in het achtereind van de sleuf 6, de 30 passieve stand.In each armrest 1 is further accommodated a locking / unlocking bar 3, which can be tilted about hinge 4 in directions H and at one end, the front end, is provided with an operating button 2 and at the opposite rear end is provided with a stop 3a for fixing the pin 5 in the locking position in the rear end of the slot 6, the passive position.

De stang 8 is met het ondereind door scharnier 8a verdraaibaar bevestigd aan de voorarm 11a van een tuimelaar 11, welke ter plaatse van 12 in richtingen E scharnierbaar bevestigd is aan het frame 101. De achterarm 11b van de tuimelaar 11 is voorzien van een pen 13, welke in richtingen J 35 verschuifbaar is in een aan de zitting 21 voorziene sleuf 15. De pen 13 is voorts draaibaar bevestigd aan het eind van een demper 16, die aan het andere eind door plaatsvast scharnier 17 bevestigd aan de zitting 21. In de normale 9 gebruikstand van figuur 1 kunnen het scharnier 8a, de tuimelaar 11 en de demper 16 zijn opgenomen in een (niet weergegeven) kamer in het gestel 101.The lower end of the rod 8 is pivotally connected by hinge 8a to the front arm 11a of a rocker arm 11, which is pivotally attached to the frame 101 at 12 in directions E. The rear arm 11b of the rocker arm 11 is provided with a pin 13 , which is slidable in directions J 35 in a slot 15 provided on the seat 21. The pin 13 is furthermore rotatably mounted at the end of a damper 16, which at the other end is fixed to the seat 21 by means of a stationary hinge 17. In the normal position of use of Figure 1, the hinge 8a, the rocker arm 11 and the damper 16 can be accommodated in a chamber (not shown) in the frame 101.

In de gebruiks- of ruststand van figuur 1 zijn zowel zitting 21 als armleuningen 1 geblokkeerd doordat de betreffende vergrendeling 3a pen 5 in 5 sleuf 6 van stang 8 blokkeert. De armleuningen 1 kunnen niet naar beneden bewogen worden door aanslag tegen aanslagen of oplegvlakken 20. De zitting 21 kan niet omhoog bewogen worden doordat de stangen 8 de tuimelaars 11 tegenhouden te tuimelen zodat de armen 11b en daarmee de pennen 13 hun positie behouden.In the position of use or rest of Figure 1, both seat 21 and armrests 1 are blocked because the respective lock 3a blocks pin 5 in 5 slot 6 of rod 8. The armrests 1 cannot be lowered by abutment against abutments or supporting surfaces 20. The seat 21 cannot be raised by the rods 8 stopping the rockers 11 from tumbling so that the arms 11b and thus the pins 13 retain their position.

10 Wanneer, zie figuren 2 en 2A, de gebruiker wil opstaan uit de stoel 100, heft hij of zij, tegelijk beide armleuningen 1 door verdraaiing om scharnieren 10, richting A1. Tegelijkertijd zal de gebruiker door omhoog trekken van knoppen 2 de grendelstaven 3 laten kantelen (H1) om de aanslagen 3a vrij te maken van pennen 5. Pennen 5 kunnen dan door sleuven 6 naar voren, 15 richting C1 verschuiven.When, see figures 2 and 2A, the user wants to get up out of the chair 100, he or she simultaneously raises both armrests 1 by rotating around hinges 10, direction A1. At the same time, by pulling buttons 2 upwards, the user will cause the locking bars 3 to tilt (H1) to release the stops 3a from pins 5. Pins 5 can then slide through slots 6 forwards, towards C1.

Bij het omhoog bewegen van de armleuningen 1, zie figuren 2B en 2C, zal voorts elke aandrijfplaat 9b de betreffende déblokkeer- trekstang 9 met verend element 9a naar voren bewegen (G1, figuur 2C) door het verdraaien (B1) van aandrijfplaat 9b om scharnierpunt 9d op armleuning 1, gedwongen door 20 vaste pen 9e welke de sleuf 9f in rugleuning 18 zal volgen. Het verend element 9a aan déblokkeer- trekstang 9 zal nu het opsluiteind 7 vrijgeven in armleuning 1, zodat de pen 5 vóór of in het opsluiteind 7 kan komen. De pennen 13 blijven op hun plaats in het achtereind van de sleuven 15 en de zitting 21 blijft rusten op aanslag 19.Furthermore, when the armrests 1 are raised, see Figures 2B and 2C, each drive plate 9b will move the relevant unblocking pull rod 9 with resilient element 9a forward (G1, Figure 2C) by rotating (B1) drive plate 9b about pivot point 9d on armrest 1, forced by fixed pin 9e which will follow the slot 9f in backrest 18. The resilient element 9a on the unblocking pull rod 9 will now release the locking end 7 in armrest 1, so that the pin 5 can come in front of or into the locking end 7. The pins 13 remain in place in the rear end of the slots 15 and the seat 21 remains resting on stop 19.

25 Uiteindelijk is de startstand van figuur 2 bereikt. Het bedieningsmechanisme is als het ware geladen. Het proces van daadwerkelijk opstaan kan nu beginnen. Hiertoe drukt de gebruiker met de handen/armen de armleuningen 1 weer neerwaarts, richting A2, zie figuur 3.Finally, the starting position of figure 2 has been reached. The operating mechanism is, as it were, loaded. The process of actually getting up can now begin. To this end the user presses the armrests 1 downwards again with the hands / arms, direction A2, see figure 3.

Bij het met neerwaartse druk naar beneden bewegen van 30 armleuningen 1, zie figuur 3, komt elke pen 5 op zekere wijze in zijn actieve stand in opsluiteind 7 en zal door neerwaartse verdraaiing (A2) van de armleuningen (welke door het dwarsdeel 1a als één geheel en dus synchroon bewegen) aan weerszijden via bedieningsstang 8 de betreffende tuimelaar 11 om scharnierpunt 12 verdraaid worden, richting E1. De voorwaarts gekantelde, 35 meer verticale stand van de stangen 8 bevordert hierbij de krachtoverdracht.. Door de kanteling van de tuimelaar 11 zal de zitting 21 met daaraan (via demper 16) pen 13 vanuit de zitstand van figuur 1 omhoog worden bewogen om 10 scharnierpunt 14, richting F1. Doordat pen 13 in sleuf 15 voorwaarts kan bewegen (J1) kan de verbinding tussen scharnieren 12 en 17 in lengte toenemen om een verdraaiing van de zitting 21 om scharnier 14 mogelijk te maken. Met de voorwaartse beweging van pen 13 in sleuf 15 trekt pen 13 de 5 eveneens daaraan bevestigde demper 16 via bevestigingpunt 17 op zitting 21 uit.When armrests 1, see Figure 3, move downwards with downward pressure, each pin 5 reliably comes into its active position at the end of closure 7 and will move the armrests (downwardly) (A2) as one move completely and thus synchronously) on either side via control rod 8 the respective tumbler 11 can be rotated about pivot point 12, direction E1. The forwardly tilted, more vertical position of the rods 8 hereby promotes the transfer of power. As a result of the tilting of the rocker arm 11 the seat 21 with thereon (via damper 16) pin 13 will be moved upwards from the sitting position of figure 1 about pivot point 14, direction F1. Because pin 13 can move forward in slot 15 (J1), the connection between hinges 12 and 17 can increase in length in order to make rotation of the seat 21 about hinge 14 possible. With the forward movement of pin 13 in slot 15, pin 13 pulls out the damper 16, also attached thereto, to seat 21 via attachment point 17.

Wanneer elke armleuning 1 door de neerwaartse kracht blokkeervlak 20 raakt, zie figuren 4 en 4A, wordt déblokkeer-trekstang 9 met verend element 9a via aandrijfplaat 9b boven blokkeernok 5 van drukstang 8 in 10 blokkeersparing 7 getrokken. Met het verminderen of verdwijnen van de door de gebruiker uitgeoefende neerwaartse kracht op armleuningen 1 zal elk verend element 9a blokkeernok 5 van drukstang 8 uit blokkeersparing 7 drukken (C3).When each armrest 1 hits the blocking surface 20 due to the downward force, see figures 4 and 4A, the blocking pull rod 9 with resilient element 9a is pulled via drive plate 9b above blocking cam 5 of push rod 8 into blocking recess 7. With the reduction or disappearance of the downward force exerted by the user on armrests 1, each resilient element 9a will press blocking cam 5 of push rod 8 out of blocking recess 7 (C3).

De maximale uitslag van zitting 21 is nu bereikt waarbij beide armleuningen 1 op aanslagen of blokkeervlakken 20 rusten, in een oriëntatie die 15 overeen komt met die van de gebruiksstand. Het traject van het neerwaarts drukken van de armleuningen 1 ligt hierbij boven de gebruiksstand van de armleuningen, zodat de gebruiker bij het opstaan niet te ver naar beneden hoeft met de armen, zoals wel het geval is bij de bekende stoelen, hetgeen nadelig zou zijn voor de krachtoverdracht en de houding van de gebruiker.The maximum deflection of seat 21 has now been achieved, with both armrests 1 resting on stops or blocking surfaces 20, in an orientation that corresponds to that of the position of use. The range of pressing the armrests 1 downwardly lies above the position of use of the armrests, so that the user does not have to stand too far down with the arms when getting up, as is the case with the known chairs, which would be disadvantageous for the power transfer and the posture of the user.

20 De pen 5 van drukstang 8 kan nu vrij naar achteren bewegen in sleuf 6 van armleuning 1, richting C2, zie figuren 5 en 5A, en dwingt de aanslag 3a opzij (H1) welke nadat de pen 5 aan het eind van de sleuf 6 is gekomen weer terugsnapt, H2. Bij terugzwenken (E2) van de tuimelaar 11 wordt de pen 13 terug bewogen in sleuf 15(J2) zodat de demper 16 actief wordt en de zitting 21 25 om scharnierpunt 14 gedempt terug kan scharnieren naar de uitgangsstand of ruststand van figuur 1.The pin 5 of push rod 8 can now move backwards freely in slot 6 of armrest 1, direction C2, see figures 5 and 5A, and forces the stop 3a to the side (H1) which after the pin 5 at the end of the slot 6 has come back again, H2. Upon pivoting back (E2) of the rocker arm 11 the pin 13 is moved back into slot 15 (J2) so that the damper 16 becomes active and the seat 21 can pivot back mutedly about pivot point 14 to the starting position or rest position of figure 1.

De gebruiker wordt ook bij een mislukte opsta poging aldus gedempt terüggebracht naar de zitpositie. Hierna kan een nieuwe poging ondernomen worden.The user is thus also brought back to the sitting position in the event of a failed attempt to get up. After this a new attempt can be made.

30 De bovenstaande beschrijving is opgenomen om de werking van voorkeursuitvoeringen van de uitvinding te illustreren, en niet om de reikwijdte van de uitvinding te beperken. Uitgaande van de bovenstaande uiteenzetting zullen voor een vakman vele variaties duidelijk zijn die vallen onder de geest en de reikwijdte van de onderhavige uitvinding.The above description is included to illustrate the operation of preferred embodiments of the invention, and not to limit the scope of the invention. Starting from the above explanation, many variations will be apparent to those skilled in the art that fall within the spirit and scope of the present invention.

1 0 3 9 9 1 o1 0 3 9 9 1 o

Claims

1. Seating device comprising a holder, a seat and at least one armrest, the seat being movably attached to the holder for displacement between a substantially horizontal sitting position and a tilted-up standing position, further comprising an operating mechanism for displacing the seat of the sitting position to the standing position, wherein the armrest forms part of the operating mechanism and for this purpose is movable, in particular hinged, in particular movable in a vertical plane, attached to the holder for displacement between a normal position of use, in particular a substantially horizontal position of use, and a higher starting position and can be pressed downwards to an operating position lower than the starting position while moving the seat to the standing position.

Seating device as claimed in claim 1, wherein the armrest can be pressed downwards to an end operating position corresponding to the position of use.

3. Seating device according to claim 1 or 2, wherein the armrest is attached to the holder near its rear end.

Seating device according to claim 1, 2 or 3, wherein the seat is hinged to its holder near its front edge.

Seating device according to one of the preceding claims, comprising two of such armrests.

Seating device according to claim 5, wherein the two armrests are connected to each other to form an armrest set movable as a whole.

7. Seating device as claimed in any of the foregoing claims, provided with a lock for locking the armrest in the position of use and with operating means for unlocking the lock.

Seating device according to claim 7, wherein the operating means comprise an operating part in the front end of the armrest.

9. Seating device as claimed in any of the foregoing claims, wherein the operating mechanism comprises an operating rod which is rotatably connected with the upper end to the armrest and is rotatably connected to a further part of the operating mechanism with the lower end.

Seating device according to claim 9, wherein in the normal state of use of the seating device the further part of the operating mechanism is accommodated in a chamber provided in the holder next to the seat.

11. Seating device as claimed in claim 9 or 10, wherein the upper end of the operating rod is movable along the armrest between a passive position and an active position, wherein the operating rod takes an active position with an angle in the active position of the upper end of the operating rod with respect to the vertical that is larger than in the passive position of the operating rod in which the upper end is in the passive position, wherein, preferably, the active position of the upper end is closer to the front end of the armrest than the passive one position thereof.

Seating device according to claim 7 and claim 11, wherein the latch is operative in locking the upper end of the operating rod in the passive position.

Seating device according to claim 11 or 12, provided with a confinement for holding the upper end of the operating rod in the active position.

Seating device according to claim 13, provided with releasing means for forcing the upper end of the operating rod out of the confinement.

Seating device according to claim 14, wherein the releasing means can be operated by means of an auxiliary operating mechanism, which auxiliary operating mechanism comprises the armrest.

Seating device according to claim 15, wherein the auxiliary operating mechanism comprises an auxiliary operating rod movable along, in particular in, the armrest, which rod is preferably included in the armrest.

17. Seating device as claimed in claims 2 and claim 15 or 16, wherein the releasing means can be operated by the auxiliary operating mechanism for forcing the upper end of the operating rod out of the confinement after reaching the position of use of the armrest.

A seating device according to any of claims 9-17, wherein the lower end of the operating rod is rotatably connected to one leg of a rocker arm, which is rotatably attached to the holder and movably connected to the seat with the other leg.

The seating device according to claim 18, wherein the rocker arm with the other leg is slidably connected to the seat through a sliding connection, the sliding connection being attached to the seat by a hinge connection.

Seating device according to claim 19, wherein a damper is placed between the other leg and the seat, which damper is in particular part of the sliding connection.

A seating device according to any one of the preceding claims, wherein the holder is formed by a seat frame, wherein the seat frame further comprises a back part, wherein the armrests are hinged to the back part.

22. Seating device as claimed in claim 21, when dependent on claim 6, wherein the armrests are connected to each other by a transverse part located behind the back part, which is preferably situated at least locally at a distance from the back part.

23. Seating device as claimed in claim 21 or 22, wherein the back part is provided with a stop for the armrest against downward displacement thereof relative to the position of use.

Seating device according to one of the preceding claims, designed as a dining room chair.

Seating device as claimed in any of the claims 1-23, designed as a conference chair.

26. Chair comprising a frame, a seat and at least one armrest, the seat being movably near the front thereof, in particular hingedly attached to the frame for displacement between a substantially horizontal sitting position and a tilted-up standing position, further comprising a standing position operating mechanism for moving the seat 25 from the sitting position to the standing position, wherein the armrest forms part of the operating mechanism and is movable thereto, in particular hinged, in particular movable in a vertical plane, to the frame for moving downwards thereof between a starting position and a lower end operating position while forcing the seat to the standing position.

The chair of claim 26, wherein the start position is higher than the normal position of use and the end position of operation corresponds to the normal position of use.

28. Seating device comprising a holder, a seat and at least one armrest, the seat being pivotally mounted near the front side to the holder for displacement between a substantially horizontal sitting position and a tilted-up standing position, further comprising an operating mechanism for displacing the seat from the sitting position to the standing position, the armrest forming part of the operating mechanism and for this purpose being movable above the rear of the seat, in particular hinged, in particular movable in a vertical plane, attached to the holder for exercising of pressure thereon moving it downward between a starting position and a lower end-operating position while forcing the seat to the standing position.

Seating device according to claim 28, wherein the start position is higher than the normal position of use and the end position of operation corresponds to the normal position of use.

30. Seating device provided with one or more of the characterizing measures described in the attached description and / or shown in the attached drawings. -O-o-o-o-o-o-o-o-1039910