NL1034048C2

NL1034048C2 - Device for identifying pieces of luggage that are provided with an RFID tag.

Info

Publication number: NL1034048C2
Application number: NL1034048A
Authority: NL
Inventors: Herman Johan Krijt; Wijnand Van Gils
Original assignee: Vanderlande Ind Nederland
Priority date: 2007-06-28
Filing date: 2007-06-28
Publication date: 2008-12-30

Description

Korte aanduiding: Inrichting voor het identificeren van bagagestukken die zijn voorzien van een RFID-tag.Short indication: Device for identifying pieces of luggage that are provided with an RFID tag.

BESCHRIJVINGDESCRIPTION

5 De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het identificeren van producten, zoals bagagestukken of pakketten, die zijn voorzien van een RFID-tag, omvattende een transporteur voor het volgens een transporttraject transporteren van de producten, een tunnel door het inwendige waarvan het transporttraject zich uitstrekt, ten minste één RFID-antenne binnen de 10 tunnel voor het lezen van informatie opgeslagen op een RFID-tag behorende bij een product in de tunnel.The present invention relates to a device for identifying products, such as pieces of luggage or packages, which are provided with an RFID tag, comprising a conveyor for transporting the products along a transport route, a tunnel through the interior of which the transport route extends at least one RFID antenna within the tunnel for reading information stored on an RFID tag associated with a product in the tunnel.

Voor het bewaken van het logistieke proces bij de verwerking van bagagestukken, met name op luchthavens, maar ook bij de verwerking van pakketten in sorteercentra voor zogenaamde express parcel distributie, ziet men 15 momenteel een ontwikkeling om dergelijke producten te voorzien van een RFID-tag, zeker nu de prijs van dergelijke RFID-tags de laatste jaren aanmerkelijk is gedaald. Unieke codes en daarmee informatie samenhangend met het betreffende product kunnen aldus met behulp van radiogolven worden gelezen door een RFID-lezer, die ten minste één RFID-antenne alsmede een decoder omvat. Ten opzichte van 20 barcodes bieden RFID-tags een aantal belangrijke voordelen zoals het wegvallen van de noodzaak van een directe zichtlijn tussen de RFID-antenne en de RFID-tag, lagere gevoeligheid voor vuil of vouwen en grotere afstanden waarover informatie kan worden overgedragen. Samenhangend met deze voordelen is de betrouwbaarheid waarmee producten kunnen worden geïdentificeerd met behulp 25 van RFID-tags typisch hoger dan bij toepassing van barcodes.For monitoring the logistical process in the processing of baggage items, in particular at airports, but also in the processing of packages in sorting centers for so-called express parcel distribution, there is currently a development to provide such products with an RFID tag, especially since the price of such RFID tags has fallen considerably in recent years. Unique codes and information related to the product in question can thus be read by means of radio waves by an RFID reader, which comprises at least one RFID antenna and a decoder. Compared to 20 barcodes, RFID tags offer a number of important advantages such as the disappearance of the need for a direct line of sight between the RFID antenna and the RFID tag, lower sensitivity to dirt or creases and greater distances over which information can be transferred. Related to these advantages, the reliability with which products can be identified using RFID tags is typically higher than when barcodes are used.

Een inrichting volgens de aanhef is bekend uit de internationale octrooiaanvrage WO-A1-02/15115. In deze publicatie wordt een bagage-verwerkingssysteem omschreven waarbij een bandtransporteur voor bagagestukken verloopt door een tunnel. De tunnel heeft twee vlakke verticale zijwanden en een de 30 zijwanden verbindende vlakke horizontale bovenwand. Aan één van de zijwanden is een vlakke rechthoekige RFID-antenne voorzien. Alhoewel de betrouwbaarheid waarmee bagagestukken die van een RFID-tag zijn voorzien kunnen worden geïdentificeerd met een dergelijke inrichting hoger is dan bij identificatie van bagagestukken die zijn voorzien van een barcode door een barcode-lezer, beoogt 1034048 2 de onderhavige uitvinding de betrouwbaarheid van de waarnemingen nog verder te verhogen. Hierbij speelt een rol dat het waarneemgebied van de RFID-antenne zich in de praktijk ook wel eens tot buiten de tunnel uitstrekt, waardoor bagagestukken buiten de tunnel worden geïdentificeerd in plaats van eventuele bagagestukken in 5 de tunnel, hetgeen kan leiden tot foutieve identificatie. Vanwege deze problematiek is het bekend bij de in- en/of uitgang van de tunnel gordijnen toe te passen. Deze gordijnen blijken op zich een oorzaak van verstoring van signalen te zijn. Tevens is het bekend om absorberend materiaal in de tunnel toe te passen om reflecties binnen de tunnel te minimaliseren. Bovendien blijken bagagestukken zelf maar ook 10 metaal, zoals dat deel uit kan maken van het bagagestuk, het door de RFID-antenne opgewekte veld van radiogolven te kunnen verstoren waardoor het moeilijker is om de RFID-tags te lezen.A device according to the preamble is known from the international patent application WO-A1-02 / 15115. In this publication a baggage handling system is described in which a belt conveyor for baggage items runs through a tunnel. The tunnel has two flat vertical side walls and a flat horizontal top wall connecting the side walls. A flat rectangular RFID antenna is provided on one of the side walls. Although the reliability with which baggage having an RFID tag can be identified with such a device is higher than when identifying baggage having a barcode by a barcode reader, the present invention contemplates the reliability of the observations further increase. A factor here is that the observation area of the RFID antenna sometimes extends beyond the tunnel, so that pieces of luggage are identified outside the tunnel instead of any pieces of luggage in the tunnel, which can lead to incorrect identification. Because of this problem it is known to use curtains at the entrance and / or exit of the tunnel. These curtains turn out to be a cause of signal disruption. It is also known to use absorbent material in the tunnel to minimize reflections within the tunnel. Moreover, it appears that pieces of luggage themselves, but also metal, such as that can form part of the piece of luggage, can disturb the field of radio waves generated by the RFID antenna, making it more difficult to read the RFID tags.

De onderhavige uitvinding kenmerkt zich nu doordat ten minste een deel van ten minste één, het inwendige van de tunnel bepalende, wand van de 15 tunnel naar ten minste één uiteinde van de tunnel een taps toelopend verloop heeft. Door het genoemde taps toelopende verloop wordt bereikt dat de radiogolven als het ware worden opgesloten in de tunnel doordat deze als het ware naar het inwendige van de tunnel terug worden gereflecteerd. Aldus wordt het risico dat producten buiten de tunnel worden waargenomen aanmerkelijk kleiner, terwijl 20 bovendien de kans op waarneming binnen de tunnel juist wordt versterkt waardoor er een verhoogde kans van detectie en correcte uitlezing van de RFID-tag in de tunnel zal optreden. Voor een goed begrip van de strekking van de onderhavige uitvinding dient te worden begrepen dat onder het begrip “wand” niet alleen de verticale wanden van een tunnel dienen te worden begrepen maar ook horizontale 25 wanden zoals met name het plafond van de tunnel en de bodem van de tunnel.The present invention is now characterized in that at least a part of at least one wall of the tunnel defining the interior of the tunnel has a tapered course towards at least one end of the tunnel. The aforementioned tapered course ensures that the radio waves are, as it were, confined in the tunnel because they are reflected back to the interior of the tunnel. Thus, the risk that products are observed outside the tunnel is considerably reduced, while moreover the chance of observation within the tunnel is actually enhanced, whereby an increased chance of detection and correct reading of the RFID tag in the tunnel will occur. For a proper understanding of the scope of the present invention, it is to be understood that the term "wall" should not only be understood to mean the vertical walls of a tunnel, but also horizontal walls such as, in particular, the ceiling of the tunnel and the bottom. from the tunnel.

Het opsluiten van de radiogolven in het inwendige van de tunnel wordt verder verbeterd indien ten minste een deel van ten minste één, het inwendige van de tunnel bepalende wand van de tunnel naar twee tegen over elkaar gelegen uiteinden van de tunnel een taps toelopend verloop heeft en/of ten minste twee 30 delen van twee respectievelijke tegen over elkaar gelegen, het inwendige van de tunnel bepalende, wanden van de tunnel naar ten minste één uiteinde van de tunnel een taps toelopend verloop heeft.The containment of the radio waves in the interior of the tunnel is further improved if at least a part of at least one wall of the tunnel defining the interior of the tunnel has a tapered course towards two opposite ends of the tunnel and / or at least two parts of two respective walls of the tunnel opposite each other, which define the interior of the tunnel, have a tapered course towards at least one end of the tunnel.

In aanmerking nemende dat radiogolven in beginsel min of meer loodrecht worden uitgezonden vanaf de RFID-antenne geniet het de verdere 3 voorkeur dat de ten minste ene RFID-antenne is voorzien aan één wand van de tunnel waarbij ten minste een deel van de daar tegenover gelegen wand van de tunnel naar ten minste één uiteinde van de tunnel een taps toelopend verloop heeft.Considering that radio waves are in principle transmitted more or less perpendicularly from the RFID antenna, it is further preferred that the at least one RFID antenna is provided on one wall of the tunnel with at least a portion of the opposite ones the wall of the tunnel to at least one end of the tunnel has a tapered course.

Met name ten einde met een verhoogde betrouwbaarheid RFID-tags 5 te kunnen lezen die zich aan de onderzijde van een product bevinden, is het ook voordelig indien onder het niveau van een product tijdens passage door de tunnel een RFID-antenne is voorzien.In particular in order to be able to read RFID tags 5 on the underside of a product with an increased reliability, it is also advantageous if an RFID antenna is provided below the level of a product during passage through the tunnel.

Uit constructief oogpunt is het voordelig indien de tunnel over een op afstand van de uiteinden van de tunnel gelegen deel van de lengte er van een 10 constante dwarsdoorsnede heeft. Aldus is er van het genoemde taps toelopende verloop alleen sprake aan de uiteinden van de tunnel.From a structural point of view, it is advantageous if the tunnel has a constant cross-section over a part of the length that is remote from the ends of the tunnel. Thus, the said tapered course only occurs at the ends of the tunnel.

De vervaardiging van de tunnel kan verder op eenvoudige wijze worden gerealiseerd indien het taps toelopend verloop een rechtlijnig verloop betreft, waardoor de wanden met relatief eenvoudige gereedschappen uit vlak plaat 15 materiaal kan worden vervaardigd.The manufacture of the tunnel can furthermore be realized in a simple manner if the tapered course is a linear course, whereby the walls can be manufactured from flat plate material with relatively simple tools.

De uitvinding zal navolgend nader worden toegelicht aan de hand van de beschrijving van een aantal voorkeursuitvoeringsvormen van een inrichting volgens de uitvinding onder verwijzing naar de navolgende figuren:The invention will be explained in more detail below with reference to the description of a number of preferred embodiments of a device according to the invention with reference to the following figures:

Figuur 1 toont in perspectivisch aanzicht een eerste 20 voorkeursuitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding;Figure 1 shows in perspective view a first preferred embodiment of a device according to the invention;

Figuren 2a, 2b en 2c tonen respectievelijk in bovenaanzicht, zijaanzicht en vooraanzicht de inrichting volgens figuur 1;Figures 2a, 2b and 2c show the device according to Figure 1 in top view, side view and front view, respectively;

Figuur 3 toont in perspectivisch aanzicht een tweede voorkeursuitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding; 25 Figuur 4 toont het vooraanzicht van de inrichting volgens figuur 3;Figure 3 shows a perspective view of a second preferred embodiment of a device according to the invention; Figure 4 shows the front view of the device according to Figure 3;

Figuur 5 toont in perspectivisch aanzicht een tunnel deel uitmakend van een derde voorkeursuitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding;Figure 5 shows a perspective view of a tunnel forming part of a third preferred embodiment of a device according to the invention;

Figuren 6a en 6b tonen respectievelijk in bovenaanzicht en zijaanzicht de derde voorkeursuitvoeringsvorm; 30 Figuur 7 toont in perspectivisch aanzicht een tunnel deel uitmakend van een vierde voorkeursuitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding; enFigures 6a and 6b show the third preferred embodiment in top view and side view, respectively; Figure 7 shows a perspective view of a tunnel forming part of a fourth preferred embodiment of a device according to the invention; and

Figuren 8a en 8b tonen respectievelijk in bovenaanzicht en zijaanzicht de vierde voorkeursuitvoeringsvorm.Figures 8a and 8b show the fourth preferred embodiment in top view and side view, respectively.

44

Figuur 1 toont een inrichting 1 voor het identificeren van bagagestukken 2 die zijn voorzien van een RFID-tag 3 die deel uitmaakt van een label 4 die is vastgemaakt aan handvat 5 van bagagestukken 2 tijdens het inchecken van bagagestukken 2.Figure 1 shows a device 1 for identifying pieces of luggage 2 which are provided with an RFID tag 3 that forms part of a label 4 that is attached to handle 5 of pieces of luggage 2 during checking-in of pieces of luggage 2.

5 Inrichting 1 omvat een bandtransporteur 6 alsmede een tunnel 7.Device 1 comprises a belt conveyor 6 and a tunnel 7.

Bandtransporteur 6 transporteert bagagestukken 2 in transportrichting 15 door tunnel 7 heen. Tunnel 7 omvat twee verticale tegenover elkaar gelegen zijwanden 8, 9 en een bovenwand 10 die de bovenranden van de zijwanden 8, 9 met elkaar verbindt. In of aan de wanden 8, 9 en 10 zijn vlakke RFID-antennes 11, 12, 13 10 voorzien die deel uitmaken van een RFID lezer in combinatie met een decoder. De decoder kan als het ware geïntegreerd zijn in een RFID antenne maar kan ook een apart deel betreffen dat zich buiten de tunnel 7 kan bevinden. RFID-lezers zijn de vakman op zich bekend en behoeven hier geen nadere toelichting.Belt conveyor 6 transports pieces of luggage 2 in the transport direction 15 through tunnel 7. Tunnel 7 comprises two vertical opposite side walls 8, 9 and an upper wall 10 which connects the upper edges of the side walls 8, 9 to each other. Flat RFID antennas 11, 12, 13 10 are provided in or on the walls 8, 9 and 10, which form part of an RFID reader in combination with a decoder. The decoder can, as it were, be integrated into an RFID antenna, but can also relate to a separate part that can be located outside the tunnel 7. RFID readers are known per se to the person skilled in the art and need no further explanation here.

Tunnel 7 omvat verder een vlakke bodemplaat 14 van kunststof die 15 direct onder de bovenste slag van bandtransporteur 6 is voorzien. Bodemplaat 14 vormt een lokale verhoging voor de bandtransporteur 6. Bodemplaat 14 strekt zich uit over de volledige breedte van de band behorende bij transporteur 6 alsmede over (vrijwel) de volledige lengte van tunnel 7. In de bodem is een niet nader getoonde verdere RFID-antenne gemonteerd die navolgend zal worden aangeduid met 20 verwijzingscijfer 16.Tunnel 7 further comprises a flat bottom plate 14 of plastic which is provided directly below the upper stroke of belt conveyor 6. Bottom plate 14 forms a local elevation for the belt conveyor 6. Bottom plate 14 extends over the full width of the belt belonging to conveyor 6 as well as (almost) the entire length of tunnel 7. In the bottom there is a further RFID not shown. antenna mounted which will hereinafter be referred to as reference numeral 16.

In transportrichting 15 gezien kunnen voor de wanden 8, 9, 10 en daarmee voor tunnel 7 als geheel drie zones worden onderscheiden die in figuur 2a zijn aangeduid met de Romeinse cijfers I, II en III. Tunnel 7 heeft in de middelste zone II gezien in de transportrichting 15 een constante dwarsdoorsnede. In de zones 25 I en III lopen de wanden 8, 9, 10 taps toe naar het bijbehorende uiteinde van tunnel 7. Binnen zones I en III hebben de wanden 8, 9, 10 een rechtlijnig verloop. Vanwege het bovengenoemde taps toelopende verloop van zones I en III van wanden 8, 9, 10 loopt ook tunnel 7 als geheel in de genoemde zones I, III taps toe.Viewed in the direction of transport 15, three zones can be distinguished for the walls 8, 9, 10 and thus for tunnel 7 as a whole, which are indicated in Figure 2a by the Roman numerals I, II and III. Tunnel 7 has a constant cross section in the middle zone II, viewed in the transport direction 15. In the zones 25 I and III, the walls 8, 9, 10 are tapered towards the associated end of tunnel 7. Within zones I and III, the walls 8, 9, 10 have a linear course. Because of the above-mentioned tapered course of zones I and III of walls 8, 9, 10, tunnel 7 as a whole also taps into said zones I, III.

Dientengevolge blijkt in de praktijk dat de radiogolven die worden 30 uitgezonden door RFID-antennes 11, 12, 13 en 16 aanmerkelijk beter binnen het inwendige van tunnel 7 opgesloten blijven waardoor er een aanmerkelijk kleiner risico aanwezig is dat bagagestukken 2 die zich eventueel buiten tunnel 7 bevinden, of althans de RFID-tags 3 daarvan worden waargenomen en gelezen door RFID-antennes 11, 12, 13 en 16, terwijl er een verhoogde kans bestaat dat de RFID-tags 3 5 behorende bij een bagagestuk 2 dat zich in het inwendige van tunnel 7 bevindt wei wordt waargenomen en gelezen. Deze informatie kan uiteraard zoals bekend verder worden benut voor het beheersen van het logistieke proces voor bagagestukken 2. Tevens wordt terzijde opgemerkt dat, zoals de vakman bekend, de aanwezigheid 5 van de bagagestukken 2 met niet nader getoonde sensoren kan worden waargenomen zodat de RFID-antennes 11, 12, 13 en 16 op een geschikt tijdstip, namelijk wanneer een bagagestuk 2 zich in het inwendige van tunnel 7 bevindt, kunnen worden geactiveerd.As a result, it appears in practice that the radio waves emitted by RFID antennas 11, 12, 13 and 16 remain noticeably better confined within the interior of tunnel 7, so that there is a considerably smaller risk that luggage 2 which may be located outside tunnel 7 are located, or at least the RFID tags 3 thereof are detected and read by RFID antennas 11, 12, 13 and 16, while there is an increased chance that the RFID tags 3 associated with a piece of luggage 2 located in the interior of tunnel 7 is being observed and read. This information can of course, as is known, be further used to control the logistics process for baggage items 2. It is also noted that, as is known to those skilled in the art, the presence of the baggage items 2 with sensors (not shown) can be detected so that the RFID antennas 11, 12, 13 and 16 can be activated at a suitable time, namely when a piece of luggage 2 is located inside the tunnel 7.

Figuren 3 en 4 hebben betrekking op een tweede uitvoeringsvorm 10 van een inrichting 21 volgens de onderhavige uitvinding. Inrichting 21 omvat een dubbele riemtransporteur 22 zoals de vakman op zich bekend met parallelle transportriemen 23, 24. Transportriemen 23, 24 of althans de bovenste slag daarvan ondersteunen een bagagebak 29 die een bagagestuk 2 draagt zoals bij inrichting 1 volgens figuur 1. Inrichting 21 omvat verder een tunnel 25 waarvan de wanden 26, 15 27, 28 overeenkomstig zijn gevormd als wanden 8, 9, 10 van inrichting 1 volgens figuur 1. Tunnel 25 omvat tussen de transportriemen 23, 24 verder een bodemplaat 29 die net als wanden 26, 27, 28 kan worden beschouwd als verdeeld te zijn in drie zones waarbij de middelste zone een horizontaal verloop heeft terwijl de zones gelegen aan de respectievelijke uiteinden van tunnel 25 een taps toelopend 20 rechtlijnig verloop hebben naar het bijbehorende uiteinde van tunnel 25. Aldus heeft bodemplaat 29, althans gezien in een verticaal vlak parallel aan de transportrichting voor transporteur 22 een althans in hoofdzaak holle vorm. Ter plaatse van de middelste zone van bodemplaat 29 is een vlakke RFID-antenne 30 voorzien voor het lezen van een RFID-tag 3 behorende bij een bagagestuk 2.Figures 3 and 4 relate to a second embodiment 10 of a device 21 according to the present invention. Device 21 comprises a double belt conveyor 22 as is known per se to the person skilled in the art with parallel conveyor belts 23, 24. Conveyor belts 23, 24 or at least the upper stroke thereof support a luggage bin 29 which carries a piece of luggage 2 as in device 1 according to figure 1. Device 21 comprises furthermore a tunnel 25 whose walls 26, 15, 27, 28 are correspondingly shaped as walls 8, 9, 10 of device 1 according to figure 1. Tunnel 25 comprises between the conveyor belts 23, 24 further a bottom plate 29 which, just like walls 26, 27 28 can be considered to be divided into three zones where the middle zone has a horizontal course while the zones located at the respective ends of tunnel 25 have a tapered linear course to the associated end of tunnel 25. Thus, bottom plate 29 has seen at least in a vertical plane parallel to the conveying direction for conveyor 22 an at least substantially hollow shape. A flat RFID antenna 30 is provided at the middle zone of bottom plate 29 for reading an RFID tag 3 associated with a piece of luggage 2.

25 Figuur 5 toont een tunnel 41 deel uitmakend van een derde voorkeursuitvoeringsvorm van een inrichting 42 die schematisch in boven- en zijaanzicht is weergegeven in de figuren 6a en 6b. Zowel de zijwanden 43, 44 als de bovenwand 45 hebben in de transportrichting 46 voor transporteur 47 gezien gebogen vorm waarmee een vergelijkbaar effect kan worden bereikt als met tunnel 7 30 of tunnel 25, namelijk dat radiogolven die worden uitgezonden door één of een aantal niet nader getoonde RFID-antennes opgesloten blijven in het inwendige van de tunnel 41.Figure 5 shows a tunnel 41 forming part of a third preferred embodiment of a device 42 which is schematically shown in top and side view in figures 6a and 6b. Both the side walls 43, 44 and the top wall 45 have a curved shape, seen in the direction of transport 46 for conveyor 47, with which a comparable effect can be achieved as with tunnel 7 or tunnel 25, namely that radio waves emitted by one or a number of RFID antennas shown remain locked in the interior of the tunnel 41.

Een zelfde voordeel wordt bereikt bij toepassing van tunnel 51 volgens figuur 7 deel uitmakend van een inrichting 52 volgens een vierde 6 voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding, welke inrichting 52 schematisch een boven- en zijaanzicht is weergegeven in figuren 8a en 8b inclusief bijbehorende transporteur 53. In de transportrichting 54 gezien kan tunnel 51 worden beschouwd als opgebouwd zijnde uit vijf achtereenvolgende zones I, II, III, IV en V (zie figuren 5 8a en 8b). De middelste zone 3 heeft in de transportrichting gezien een constante dwarsdoorsnede, terwijl de zones II, IV en I, V een naar het bijbehorende uiteinde van de tunnel 51 taps toelopend verloop hebben, waarbij de tapsheid van zones I, V groter is dan die van zones II, IV. Verder wordt nog opgemerkt dat de hoogte en breedte van zones II, IV kleiner zijn dan of hoogstens gelijk zijn aan de hoogte en 10 breedte van zone III. Zones II, IV enerzijds en zone III anderzijds sluiten op elkaar aan via verticale wanddelen 55 die een verdere positieve bijdrage leveren aan het opsluiten van radiosignalen binnen het inwendige van tunnel 51.The same advantage is achieved when tunnel 51 according to Figure 7 is used as part of a device 52 according to a fourth preferred embodiment of the invention, which device 52 is diagrammatically shown a top and side view in figures 8a and 8b including associated conveyor 53. In seen from the direction of transport 54, tunnel 51 can be considered as being composed of five consecutive zones I, II, III, IV and V (see figures 5a and 8b). The middle zone 3 has a constant cross-section seen in the direction of transport, while the zones II, IV and I, V have a tapered course towards the associated end of the tunnel 51, the taper of zones I, V being greater than that of zones II, IV. It is further noted that the height and width of zones II, IV are smaller than or at most equal to the height and width of zone III. Zones II, IV on the one hand and zone III on the other connect to each other via vertical wall parts 55 which make a further positive contribution to confining radio signals within the interior of tunnel 51.

Alhoewel bovenstaand de uitvinding nader is toegelicht aan de hand van de identificatie van bagagestukken moge het duidelijk zijn dat met behulp van 15 de uitvinding ook identificatie van andersoortige producten kan plaatsvinden zoals van pakketten in distributiecentra.Although the above invention has been further elucidated on the basis of the identification of baggage items, it will be clear that with the aid of the invention identification of other types of products can also take place, such as packages in distribution centers.

20 103404e20 103404e

Claims

Device for identifying products, such as pieces of luggage or packages, which are provided with an RFID tag, comprising a conveyor for transporting the products along a transport route, a tunnel through the interior of which the transport route extends, at least one RFID antenna within the tunnel for reading information stored on an RFID tag associated with a product in the tunnel, characterized in that at least a portion of at least one wall 10 of the tunnel interior defining the tunnel has a tapered course to at least one end of the tunnel.

2. Device as claimed in claim 1, characterized in that at least a part of at least one wall of the tunnel defining the interior of the tunnel has a tapered course towards two opposite ends of the tunnel.

Device as claimed in claim 1 or 2, characterized in that at least two parts of two respective walls of the tunnel which are situated opposite each other and which define the interior of the tunnel have a tapered course towards at least one end of the tunnel .

Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that the at least one RFID antenna is provided on one wall of the tunnel with at least a part of the opposite wall of the tunnel to at least one end of the tunnel has a tapered course.

5. Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that an RFID antenna is provided below the level of a product during passage through the tunnel.

Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that the tunnel has a constant cross-section over a part of the length that is remote from the ends of the tunnel.

Device according to one of the preceding claims, characterized in that the tapered course is a linear course. 103404e