NL1022954C2

NL1022954C2 - Device for providing access to software applications and hardware applications for the visually impaired.

Info

Publication number: NL1022954C2
Application number: NL1022954A
Authority: NL
Inventors: Roderik Gerrit Frederik Erens
Original assignee: Alva B V
Priority date: 2003-03-17
Filing date: 2003-03-17
Publication date: 2004-09-20
Also published as: WO2004083996A3; WO2004083996A2

Description

Titel: Inrichting voor het verschaffen van toegang tot software applicaties en hardware applicaties aan visueel gehandicapten.Title: Device for providing access to software applications and hardware applications for the visually impaired.

De inrichting heeft betrekking op een inrichting voor het verschaffen van toegang tot software applicaties zoals een tekstverwerker of een spreadsheet en/of hardware applicaties zoals een telefoon aan visueel gehandicapten, tenminste door het presenteren van informatie op een regel, 5 voorzien van tenminste een brailledisplay en/of spraaksynthese middelen voor het overdragen van de inhoud van tenminste een deel van de regel aan de visueel gehandicapte en tenminste een invoerorgaan voor het invoeren van informatie, waarbij de inrichting verder is voorzien een gebruikers interface voor het presenteren van de informatie op de regel en voor het 10 verwerken van met het invoerorgaan ingevoerde informatie.The device relates to a device for providing access to software applications such as a word processor or a spreadsheet and / or hardware applications such as a telephone to the visually impaired, at least by presenting information on a line, provided with at least a braille display and / or speech synthesis means for transferring the content of at least a part of the rule to the visually impaired person and at least one input means for inputting information, the device further comprising a user interface for presenting the information on the rule and for processing information entered with the input device.

Onder het verschaffen van toegang tot software applicaties en/of hardware applicaties wordt in deze aanvrage verstaan het door een persoon toevoeren van informatie aan de software applicaties en/of de hardware applicaties en het door een persoon verkrijgen van informatie vanuit de 15 software applicatie en/of de hardware applicatie.In this application, the provision of access to software applications and / or hardware applications is understood to mean the supply of information to the software applications and / or the hardware applications and the obtaining by a person of information from the software application and / or or the hardware application.

Een dergelijke inrichting is op zich bekend.Such a device is known per se.

De inrichting kan de genoemde software applicaties en/of de genoemde hardware applicaties zelf omvatten. Zo kan de inrichting bijvoorbeeld hardware applicatie in de vorm van een mobiele telefoon of een 20 computer omvatten. De inrichting kan tevens software applicaties zoals een tekstverwerker of een spreadsheet omvatten. Het is echter eveneens mogelijk dat de inrichting is ingericht om met een externe computer of een extern computernetwerk te worden verbonden. In dat geval verschaft de inrichting toegang tot een dergelijke externe computer en/of extern netwerk. 25 Een probleem is dat bestaande software- en hardware applicaties veelal niet geschikt zijn om te worden gebruikt door een visueel 1022954- H gehandicapte. Zo laat bijvoorbeeld de informatie die door een Windows gestuurd programma dat op een beeldscherm wordt afgebeeld zich moeilijk afbeelden op een regel van een brailledisplay. Ook is het moeilijk om I knoppen van een Windows georiënteerd programma te bedienen door 5 middel van een invoerorgaan van de inrichting zoals een aantal I pijltjestoetsen, een entertoets en een muis.The device may comprise the said software applications and / or the said hardware applications themselves. The device can for instance comprise hardware application in the form of a mobile telephone or a computer. The device may also include software applications such as a word processor or a spreadsheet. However, it is also possible that the device is arranged to be connected to an external computer or an external computer network. In that case the device provides access to such an external computer and / or external network. A problem is that existing software and hardware applications are often not suitable for use by a visually impaired person. For example, the information sent by a Windows-controlled program that is displayed on a screen is difficult to display on a line of a Braille display. It is also difficult to operate I buttons of a Windows oriented program by means of an input device of the device such as a number of I arrow keys, an enter key and a mouse.

I Zo is het een probleem dat bij de bekende inrichting een gebruiker soms niet meer door heeft binnen welk deel van de software applicatie hij I werkzaam is. De regel die op een brailledisplay wordt afgebeeld verschaft I 10 hiertoe niet voldoende informatie. Bovendien blijkt het voor een gebruiker I die visueel gehandicapt is, moeilijk te onthouden op welke wijze hij door een I software applicatie en/of een hardware applicatie kan navigeren. Een I veelvoud van navigatie mogelijkheden van een applicatie kan immers niet I worden gepresenteerd op één enkele regel. De gebruiker moet telkens met I 15 behulp van het invoerorgaan bepalen welke informatie van een software I applicatie en/of een hardware applicatie wordt afgebeeld op de regel en (veelal uit het hoofd) bepalen naar welk deel van de software applicatie en/of I de hardware applicatie kan worden genavigeerd. Dit blijkt een bron van vergissingen te zijn. De uitvinding beoogt dan ook een inrichting te I 20 verschaffen die voor tenminste een aantal van de volgende doelen een I oplossing verschaft: I 1. de gebruikersinterface verschaft een verhoogde efficiency van werken (meer werk in minder tijd); I 2. de gebruikersinterface sluit op een natuurlijke manier aan bij de 25 behoefte van de gebruiker; I 3. de gebruikersinterface geeft vertrouwen en nodigt de gebruiker uit tot exploreren van nieuwe functionaliteit; en I 4. de gebruiker leert, begrijpt en gebruikt de gebruikersinterface in korte I tijd.For example, it is a problem with the known device that a user sometimes does not realize within which part of the software application he is working. The line shown on a Braille display does not provide sufficient information for this purpose. Moreover, for a user I who is visually impaired, it appears to be difficult to remember how he can navigate through an I software application and / or a hardware application. After all, an I multiple of navigation possibilities of an application cannot be presented on a single line. The user must in each case determine with the aid of the input device which information of a software application and / or a hardware application is displayed on the line and (usually by heart) determine to which part of the software application and / or I the hardware application can be navigated. This appears to be a source of mistakes. It is therefore an object of the invention to provide a device that provides a solution for at least a number of the following purposes: 1. the user interface provides an increased efficiency of work (more work in less time); 2. the user interface meets the needs of the user in a natural way; 3. the user interface gives confidence and invites the user to explore new functionality; and I 4. The user learns, understands and uses the user interface in a short time.

I 1 ο ς λ 3I 1 ο ς λ 3

De inrichting volgens de uitvinding is hiertoe gekenmerkt in dat de gebruikersinterface is opgebouwd uit tenminste een eerste type object en tenminste een tweede type object waarbij: - elk eerste type object een horizontaal menu omvat waarvan tenminste 5 een deel kan worden gepresenteerd in de regel waarbij het horizontale menu een aantal naast elkaar geplaatste te selecteren aanduidingen omvat waarbij een van de gepresenteerde aanduidingen kan worden geselecteerd met behulp van het invoerorgaan en waarbij de gebruikersinterface in de regel presenteert welke aanduiding is geselecteerd en waarbij een 10 geselecteerde aanduiding van het eerste type object met behulp van het invoerorgaan kan worden bevestigd; - elk tweede type object een verticaal menu omvat dat is voorzien van een aantal onder elkaar geplaatste te selecteren aanduidingen waarbij van de aanduidingen van het tweede object alleen een geselecteerde aanduiding 15 wordt gepresenteerd in de regel waarbij met behulp van het invoerorgaan kan worden ingevoerd welke aanduiding wordt geselecteerd uit het verticale menu en in de regel wordt gepresenteerd en waarbij met behulp van het invoerorgaan een geselecteerde aanduiding van het tweede type object kan worden bevestigd waarbij een aanduiding van het tweede type object 20 betrekking kan hebben op een bepaalde functie van een applicatie of subapplicatie van een applicatie; door het selecteren en bevestigen van een van de aanduidingen uit een van de eerste type objecten een van de tweede type objecten kan worden geselecteerd voor presentatie in de regel; en waarbij 25 - een eerste type object van de eerste type objecten een hoogste niveau betreft van de gebruikersinterface binnen een applicatie of subapplicatie van een applicatie waarbij de aanduidingen tenminste betrekking kunnen hebben op tenminste een tweede type object van de tweede type objecten of waarbij een eerste type object van de eerste type objecten een hoogste 30 niveau betreft van de gebruikersinterface binnen de inrichting waarbij de 1022954 Η Η aanduidingen betrekking hebben op verschillende applicaties of subapplicaties van de inrichting.To this end, the device according to the invention is characterized in that the user interface is made up of at least a first type of object and at least a second type of object, wherein: - each first type of object comprises a horizontal menu, at least 5 of which can be presented in the line where the horizontal menu comprises a number of side-by-side selectable designations in which one of the presented designations can be selected with the aid of the input device and in which the user interface as a rule presents which designation is selected and in which a selected designation of the first type of object using of the input member can be attached; - each second type of object comprises a vertical menu which is provided with a number of selectable items placed underneath each other, of which only a selected designation is presented from the designations of the second object, as a rule whereby with the aid of the input device it is possible to enter which designation is selected from the vertical menu and is generally presented and wherein with the aid of the input means a selected indication of the second type of object can be confirmed, whereby an indication of the second type of object 20 can relate to a specific function of an application or subapplication of an application; by selecting and confirming one of the indications from one of the first type of objects one of the second type of objects can be selected for presentation in the line; and wherein - a first type of object of the first type of objects is a top level of the user interface within an application or subapplication of an application wherein the designations can at least relate to at least a second type of object of the second type of objects or wherein a first object type of the first type of objects concerns a top level of the user interface within the device, the 1022954 designations refer to different applications or subapplications of the device.

Doordat de gebruikersinterface is opgebouwd uit tenminste het eerste type object en het tweede type object waarbij het eerste type object H 5 een horizontaal menu omvat en het tweede type object een verticaal menu omvat en waarbij tevens geldt dat het eerste type object een hoogste niveau betreft waarop de gebruikersinterface is georganiseerd binnen een applicatie of subapplicatie dan wel het eerste object het hoogste niveau betreft waarop de gebruikersinterface binnen de inrichting is georganiseerd 10 voor het bijvoorbeeld selecteren c.q. activeren van een van de applicaties ofo subapplicaties en waarbij een van de tweede type objecten kan worden geselecteerd door het selecteren en bevestigen van een aanduiding uit een eerste type object kan een gebruiker eenvoudig navigeren door de applicaties. De gebruiker weet dat hij vanuit een eerste object “omlaag” kan I 15 naar een van de tweede type objecten en vice versa. Wanneer een gebruiker waarneemt dat hij een eerste type object heeft geselecteerd, weet hij tevens dat dit type object een hoogste niveau betreft. Hij weet dan ook dat hij vanuit dit eerste type object, mogelijk tweede type objecten kan selecteren welke tweede type objecten geen horizontale, maar een verticale 20 menustructuur omvatten.Because the user interface is composed of at least the first type of object and the second type of object, the first type of object H 5 comprising a horizontal menu and the second type of object comprising a vertical menu, and wherein it also holds that the first type of object concerns a highest level at which the user interface is organized within an application or subapplication or the first object concerns the highest level at which the user interface is organized within the device for, for example, selecting or activating one of the applications or subapplications and wherein one of the second type of objects can be selected by selecting and confirming a designation from a first type of object, a user can easily navigate through the applications. The user knows that he can "down" from a first object to one of the second type of objects and vice versa. When a user perceives that he has selected a first type of object, he also knows that this type of object is at the highest level. He therefore knows that from this first type of object, he can possibly select second type of objects which second type of objects do not comprise a horizontal, but a vertical menu structure.

Op deze wijze kan bijvoorbeeld met behulp van het eerste type object van een bepaalde applicatie of subapplicatie een tweede type object van de applicatie of subapplicatie worden geselecteerd dat bijvoorbeeld een verzameling functies van de betreffende applicatie omvat. Deze verzameling 25 functies kan dusdanig zijn gegroepeerd dat deze bij elkaar passen zoals bijvoorbeeld het creëren en wissen van files in een computerbestand. Indien andere typen functies binnen een software applicatie en/of een hardware applicatie moeten worden uitgevoerd, kan dan vanuit het betreffende tweede type object terug worden genavigeerd naar het eerste type object.In this way, for example, with the aid of the first type of object of a specific application or subapplication, a second type of object of the application or subapplication can be selected which comprises, for example, a set of functions of the relevant application. This set of functions can be grouped such that they fit together such as, for example, creating and deleting files in a computer file. If other types of functions have to be performed within a software application and / or a hardware application, the second type of object can then be used to navigate back to the first type of object.

55

Vanuit het eerste type object kan dan een ander tweede type object met een bepaalde verzameling functies worden geselecteerd. Dit kunnen dan bijvoorbeeld functies zijn die betrekking hebben op het aanpassen van tekst en dergelijke.From the first type of object, a different second type of object with a certain set of functions can then be selected. These can then, for example, be functions that relate to text and the like.

5 In het bijzonder geldt dan nog dat vanuit een tweede type object I geen ander tweede type object kan worden geselecteerd. In dat geval is de I gebruikersinterface “zeer plat” en op eenvoudige wijze door een gebruiker te I exploreren. Tevens zal een gebruiker snel doorhebben wat de “layout” is van I de menustructuur.In particular, it holds that no other second type of object can be selected from a second type of object I. In that case, the I user interface is "very flat" and easily explored by a user. A user will also quickly understand the "layout" of the menu structure.

I 10 In het bijzonder geldt dat door selectie en bevestiging van een I aanduiding van een eerste type object dat het hoogste niveau van de I gebruikersinterface binnen een applicatie of subapplicatie betreft waarbij de I aanduiding betrekking heeft op een tweede type object van de applicatie of I subapplicatie van de tweede type objecten het tweede type object wordt I 15 geselecteerd voor presentatie in de regel.In particular, by selecting and confirming an I designation of a first type of object that concerns the highest level of the I user interface within an application or subapplication where the I designation relates to a second type of object of the application or I subapplication of the second type of objects the second type of object is selected for presentation in the line.

Voorts geldt in het bijzonder dat door selectie en bevestiging van I een aanduiding van het eerste type object dat het hoogste niveau van de I gebruikersinterface binnen de inrichting betreft waarbij de aanduiding I betrekking heeft op een applicatie of subapplicatie de betreffende applicatie I 20 of subapplicatie wordt geactiveerd.Furthermore, it holds in particular that by selecting and confirming I an indication of the first type of object which concerns the highest level of the I user interface within the device, wherein the indication I relates to an application or sub-application, the relevant application becomes I or sub-application. activated.

I Tevens geldt in het bijzonder dat door selectie en bevestiging van een van de aanduidingen van een tweede type object van een applicatie of I subapplicatie een functie van de applicatie of subapplicatie kan worden geactiveerd.It also holds in particular that by selecting and confirming one of the indications of a second type of object of an application or subapplication, a function of the application or subapplication can be activated.

I 25 Bij voorkeur geldt in het bijzonder dat door selectie en bevestiging I van een aanduiding van een tweede type object dat tot een applicatie I behoort een subapplicatie van de applicatie kan worden geactiveerd.Preferably, it holds in particular that by selection and confirmation I of an indication of a second type of object that belongs to an application I, a sub-application of the application can be activated.

I 1022954-I 1022954-

Bovengenoemde voorkeursuitvoeringsvormen bewerkstelligen elk dat aan één of meer van de genoemde doelen verder tegemoet wordt gekomen.The above-mentioned preferred embodiments each effect that one or more of the aforementioned objectives are further met.

H De gebruikers interface kan verder worden vereenvoudigd indien H 5 geldt dat door bediening van het invoerorgaan op vooraf bepaalde wijze het eerste object van een applicatie of subapplicatie die actief is kan worden H geselecteerd opdat het eerste object in de regel wordt gepresenteerd.H The user interface can be further simplified if H applies that by operating the input device in a predetermined manner the first object of an application or sub-application that is active can be selected H so that the first object is generally presented.

Bij voorkeur geldt dat door bediening van het invoerorgaan op vooraf bepaalde wijze een van de eerste type objecten van een bepaalde 10 applicatie of subapplicatie kan worden geselecteerd voor presentatie in de regel wanneer op de regel een van de tweede type objecten wordt gepresenteerd die betrekking heeft op laatst genoemde applicatie of subapplicatie.Preferably, by operating the input device in a predetermined manner, one of the first type of objects of a certain application or subapplication can be selected for presentation in the line when on the line one of the second type of objects is presented which relates to last-mentioned application or sub-application.

Tevens geldt in het bijzonder dat door bekrachtiging van de 15 invoereenheid op vooraf bepaalde wijze een van de eerste type objecten die betrekking heeft op het hoogste niveau van de gebruikersinterface binnen de inrichting kan worden geselecteerd voor presentatie in de regel.It also holds in particular that by energizing the input unit in a predetermined manner one of the first type of objects which relates to the highest level of the user interface within the device can be selected for presentation in the line.

I De inhoud van een regel van het eerste type object kan langer zijn I dan op het brailledisplay kan worden afgebeeld. In dat geval kan met 20 behulp van het invoerorgaan worden bepaald welk deel van een eerste type I object in de regel wordt gepresenteerd.I The content of a line of the first type of object can be longer I can be displayed on the Braille display. In that case it can be determined with the aid of the input device which part of a first type I object is generally presented.

I In het bijzonder geldt dat door bediening van het invoerorgaan in I horizontale richting op een volgende al dan niet elkaar overlappende delen I van de regel kunnen worden geselecteerd voor bijvoorbeeld afbeelding op het 25 brailledisplay of voor kenbaar making door middel van spraak waarbij de I volgorde van de respectievelijk geselecteerde delen van de regel die door bediening van het invoerorgaan wordt doorlopen cyclisch is.In particular, it holds that by operating the input device in I horizontal direction on a subsequent, overlapping or non-overlapping parts of the line, it can be selected for, for example, display on the braille display or for making known by means of speech, the I sequence of the respective selected parts of the line that is passed through operation of the input device is cyclical.

77

Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm geldt voorts dat de gebruikersinterface voorts tenminste een derde type object omvat waarvan tenminste een deel kan worden gepresenteerd in de regel waarbij het derde object een verticaal menu omvat dat een variabel 5 aantal onder elkaar geplaatste te selecteren variabele aanduidingen omvat waarvan er telkens een kan worden gepresenteerd in de regel waarbij met behulp van het invoerorgaan kan worden geselecteerd welke I aanduiding uit het verticale menu in de regel wordt gepresenteerd en I waarbij met behulp van het invoerorgaan een selectie van een I 10 gepresenteerde aanduiding kan worden bevestigd.According to a preferred embodiment, it further holds that the user interface further comprises at least a third type of object of which at least a part can be presented in the rule, wherein the third object comprises a vertical menu comprising a variable number of variable designations to be selected below each other, can be presented in the line whereby with the aid of the input device it is possible to select which indication from the vertical menu is presented in the line and in which a selection of an indication presented can be confirmed with the aid of the input device.

I Een dergelijk derde type object kan bij voorkeur worden gebruikt I voor het doorlopen van een directory-structuur van een computer. Zo kan I deze worden gebruikt om bijvoorbeeld een lijst met bestanden die zijn I opgeslagen, een lijst met adressen uit een database, een lijst met afspraken I 15 in een agenda, te tonen. Duidelijk is dat de lijst qua aantal items varieert en I ook de items zelf zijn variabel.Such a third type of object can preferably be used to go through a directory structure of a computer. For example, it can be used to display, for example, a list of files that have been stored, a list of addresses from a database, a list of appointments in a calendar. It is clear that the list varies in number of items and the items themselves are also variable.

I Voorts geldt in het bijzonder dat de gebruikersinterface voorts I tenminste een vierde type object omvat waarvan tenminste een deel kan I worden gepresenteerd in de regel waarbij het vierde object een verticaal 20 menu omvat dat een aantal onder elkaar geplaatste te selecteren I aanduidingen in de vorm van invoervelden bijvoorbeeld met een invoer I cursor omvat waarbij telkens een invoerveld kan worden gepresenteerd in I de regel waarbij met behulp van het invoerorgaan kan worden geselecteerd welk invoerveld uit het verticale menu in de regel wordt gepresenteerd en I 25 waarbij met behulp van het invoerorgaan informatie bij een geselecteerd I invoerveld kan worden ingevoerd.Furthermore, it holds in particular that the user interface further comprises at least a fourth type of object of which at least a part can be presented in the rule wherein the fourth object comprises a vertical menu comprising a number of selectable indications placed below each other in the form of input fields, for example with an input I cursor, wherein each time an input field can be presented in I the line with which the input can be used to select which input field from the vertical menu is presented in the line, and I with which information is input with the aid of the input device can be entered at a selected I input field.

I Een dergelijk vierde type object kan worden gebruikt om een aantal velden te bundelen waarmee tekst kan worden ingevoerd dan wel een I waarde kan worden geselecteerd. Het vierde type object maakt dus invoer in Λ O O f). K /i H een applicatie mogelijk. De aanduidingen van het vierde type object kunnen H betrekking hebben op een gemeenschappelijke functie in een applicatie H bijvoorbeeld voor het invoeren van een naam ten behoeve van het opslaan van een bestand. Ook kan worden gedacht aan het selecteren van een folder 5 of directory waarin het bestand kan worden opgeslagen.Such a fourth type of object can be used to bundle a number of fields with which text can be entered or an I value can be selected. The fourth type of object therefore makes an entry in Λ O O f). K / i H an application possible. The designations of the fourth type of object H can relate to a common function in an application H, for example for entering a name for the purpose of saving a file. Consideration can also be given to selecting a folder 5 or directory in which the file can be stored.

Bij voorkeur geldt voorts nog dat de gebruikersinterface voorts tenminste een vijfde type object omvat waarvan tenminste een deel kan worden gepresenteerd in de regel waarbij het vijfde type object tenminste een aanduiding in de vorm van een opmerking, een vraag of een 10 waarschuwing kan omvatten.It is furthermore preferable that the user interface further comprises at least a fifth type of object of which at least a part can be presented in the rule wherein the fifth type of object can comprise at least an indication in the form of a comment, a question or a warning.

Dit vijfde type object kan worden gebruikt voor het presenteren van meldingen, waarschuwingen en vragen aan de gebruiker.This fifth type of object can be used to present notifications, warnings and questions to the user.

Zoals hiervoor besproken geldt in het bijzonder dat een eerste type object I het hoogste niveau betreft waarop de gebruikersinterface binnen de 15 inrichting is georganiseerd voor het selecteren c.q. activeren van een I bepaalde applicatie of subapplicatie. Een dergelijk eerste type object ligt I binnen de gebruikersinterface boven de andere eerste type objecten. Het betreft hier echter niet een object dat aan een bepaalde applicatie is I gebonden. Een dergelijk eerste type object staat los van iedere applicatie I 20 tenzij de applicatie een besturingsprogramma zoals bijvoorbeeld Windows of I een ander besturingsprogramma betreft. Het doel van een dergelijk eerste I type object is nu juist het selecteren van een bepaalde applicatie of I subapplicatie. Vanuit een dergelijk eerste type object kan door een bepaalde applicatie te selecteren en te bevestigen naar een software applicatie en/of I 25 een hardware applicatie worden genavigeerd, meer in het bijzonder naar I een tweede type object behorende bij de geselecteerde en bevestigde I applicatie of subapplicatie of naar een derde type object of een vierde type I object binnen de geselecteerde en bevestigde (c.q. geactiveerde) applicatie of I subapplicatie. Bij voorkeur wordt dan een object met een verticaal menu 9 geselecteerd. Het is echter niet uitgesloten dat een eerste type object wordt geselecteerd. Vanuit een van de laatst genoemde objecten kan dan de geselecteerde applicatie verder worden gebruikt. Met andere woorden, met I behulp van de laatstgenoemde objecten wordt dan verder toegang verschaft I 5 tot de betreffende applicatie of subapplicatie.As discussed above, it holds in particular that a first type of object I concerns the highest level at which the user interface is organized within the device for selecting or activating an I-specific application or sub-application. Such a first type of object lies within the user interface above the other first type of objects. However, this is not an object that is bound to a specific application. Such a first type of object is separate from any application unless the application concerns a control program such as, for example, Windows or I another control program. The purpose of such a first I type object is precisely to select a specific application or I subapplication. From such a first type of object, by selecting and confirming a specific application, a software application and / or a hardware application can be navigated, more in particular, to a second type of object associated with the selected and confirmed I application or subapplication or to a third type of object or a fourth type I object within the selected and confirmed (or activated) application or I subapplication. Preferably, an object with a vertical menu 9 is then selected. However, it is not excluded that a first type of object is selected. The selected application can then be used further from one of the last-mentioned objects. In other words, with the aid of the latter objects, further access is then given to the relevant application or subapplication.

I De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de I tekening. Hierin toont: I figuur 1 een voorbeeld van een eerste type object; I figuur 2 een voorbeeld van een tweede type object; I 10 figuur 3a een eerste voorbeeld van een derde type object; I figuur 3b een tweede voorbeeld van een derde type object dat kan I worden geselecteerd en bevestigd vanuit het derde type object volgens I figuur 3a; I figuur 4 een voorbeeld van een vierde type object; I 15 figuur 5a een eerste voorbeeld van een vijfde type object; I figuur 5b een tweede voorbeeld van een vijfde type object; I figuur 5c een derde voorbeeld van een vijfde type object; figuur 6 een voorbeeld van een deel van de gebruikersinterface I volgens de uitvinding dat is voorzien van een eerste type object, een derde 20 type object en een vijfde type object; figuur 7 een voorbeeld van een deel van de gebruikersinterface dat I is voorzien van een eerste type object, een tweede type object, een vierde I type object, en een vijfde type object; en I figuur 8 een mogelijke uitvoeringsvorm van een inrichting volgens I 25 de uitvinding die een gebruikersinterface volgens één of meer van de figuren 1 tot 8 omvat.The invention will be further elucidated with reference to the drawing. Herein: Figure 1 shows an example of a first type of object; Figure 2 shows an example of a second type of object; Figure 3a a first example of a third type of object; Figure 3b a second example of a third type of object that can be selected and confirmed from the third type of object according to figure 3a; Figure 4 shows an example of a fourth type of object; Figure 5a shows a first example of a fifth type of object; Figure 5b shows a second example of a fifth type of object; Figure 5c shows a third example of a fifth type of object; figure 6 shows an example of a part of the user interface I according to the invention which is provided with a first type of object, a third type of object and a fifth type of object; Figure 7 shows an example of a part of the user interface that I is provided with a first type of object, a second type of object, a fourth I type of object, and a fifth type of object; and Figure 8 shows a possible embodiment of a device according to the invention which comprises a user interface according to one or more of Figures 1 to 8.

I 1072954“ H In figuur 8 is met referentie nummer 1 een inrichting voor het verschaffen van toegang tot software applicaties zoals een tekstverwerker of een spreadsheet en/of hardware applicaties zoals een telefoon aan een visueel gehandicapte getoond.In Fig. 8, with reference number 1, a device for providing access to software applications such as a word processor or a spreadsheet and / or hardware applications such as a telephone is shown to a visually impaired person.

5 De inrichting is bedoeld voor het verschaffen van toegang tot software applicaties zoals een tekstverwerker of een spreadsheet en/of hardware applicaties zoals een telefoon aan een visueel gehandicapte. Onder het verschaffen van toegang tot een applicatie wordt verstaan het vanuit een H applicatie verschaffen van informatie aan de gebruiker en het verschaffen 10 van informatie van de gebruiker aan de applicatie.The device is intended for providing access to software applications such as a word processor or a spreadsheet and / or hardware applications such as a telephone to a visually impaired person. Providing access to an application is understood to mean providing information to the user from an H application and providing user information to the application.

De toegang wordt onder meer verschaft door het presenteren van informatie op een regel. De inrichting is voorzien van een brailledisplay 2 voor het afbeelden van althans een deel van de regel en/of spraaksynthese I middelen voor het op elektronische wijze oplezen van de inhoud van de 15 regel. Het brailledisplay 2 en de spraaksynthesemiddelen kunnen naar keuze van de gebruiker alleen (brailledisplay of spraaksynthesemiddelen) of in combinatie (brailledisplay en spraaksynthesemiddelen) worden gebruikt. Dit kan met behulp van het invoerorgaan worden ingesteld. Voorts omvat de inrichting een invoerorgaan 4 voor het toevoeren van informatie aan de 20 inrichting. Het invoerorgaan omvat in dit voorbeeld een braille toetsenbord 6 dat de toetsen 1-8 omvat. Voorts omvat het invoerorgaan in dit voorbeeld pijltjes toetsen 8a, 8b, 8c en 8d voor het selecteren van de richtingen links, rechts, onder en boven. Daarnaast omvat het invoerorgaan de toets menu 10, de toets programma 12, de toets cancel 14, de toets OK 16 alsmede de 25 toetsen links 18 en rechts 20 behorende bij het brailledisplay 2. Het brailledisplay 2 is hier uitgevoerd als een brailleleesregel. Daarnaast omvat de inrichting nog aanraakschakelaars 21 waarbij boven elke braillecel 22 van de brailleleesregel 2 een aanraakschakelaar 21 is geplaatst.Access is provided by, among other things, presenting information on a line. The device is provided with a braille display 2 for displaying at least a part of the line and / or speech synthesis means for reading the contents of the line electronically. The braille display 2 and the speech synthesis means can be used alone (braille display or speech synthesis means) or in combination (braille display and speech synthesis means) at the user's option. This can be adjusted with the aid of the input device. The device further comprises an input member 4 for supplying information to the device. In this example, the input device comprises a braille keyboard 6 comprising the keys 1-8. Furthermore, the input device in this example comprises arrow keys 8a, 8b, 8c and 8d for selecting the directions left, right, below and above. In addition, the input device comprises the menu 10 key, the program 12 key, the cancel 14 key, the OK 16 key, and the 25 left and right 20 keys associated with the Braille display 2. The Braille display 2 is designed here as a Braille display. In addition, the device also comprises touch switches 21, wherein a touch switch 21 is placed above each braille cell 22 of the braille display line 2.

Voorts omvat het invoerorgaan 4 nog een spatiebalk 24.The input device 4 further comprises a space bar 24.

i Hi Cl “·· 1 11i Hi Cl “·· 1 11

Het is mogelijk dat een software applicatie zoals Windows, Word, Excel en/of andere programma’s in de inrichting 1 zijn opgenomen. In dat geval is de inrichting 1 eveneens voorzien van een computer. Het is eveneens mogelijk dat de inrichting 1 is voorzien van een hardware 5 applicatie zoals een mobiele telefoon, een elektronische agenda etc.It is possible that a software application such as Windows, Word, Excel and / or other programs are included in the device 1. In that case, the device 1 is also provided with a computer. It is also possible that the device 1 is provided with a hardware application such as a mobile telephone, an electronic agenda, etc.

Voorts is het mogelijk dat de inrichting is ingericht om te communiceren met een computer of een computernetwerk. De inrichting is bijvoorbeeld voorzien van een aansluiting 26 met behulp waarvan de inrichting 1 met een externe computer of een extern computernetwerk kan 10 worden verbonden. In dat geval vervangt de inrichting 1 het toetsenbord, een muis en een beeldscherm van een computer ten behoeve van een visueel gehandicapte.Furthermore, it is possible that the device is arranged to communicate with a computer or a computer network. The device is for instance provided with a connection 26 with the aid of which the device 1 can be connected to an external computer or an external computer network. In that case the device 1 replaces the keyboard, a mouse and a screen of a computer for a visually impaired person.

De inrichting 1 is voorzien van een gebruikersinterface voor het presenteren van de informatie op de regel en voor het verwerken van met 15 het invoerorgaan ingevoerde informatie. Met behulp van deze gebruikersinterface kan een gebruiker toegang worden verschaft tot de genoemde software applicaties en/of de genoemde hardware applicaties. Met andere woorden, middels deze gebruikersinterface kan een visueel gehandicapte de software applicaties en/of de hardware applicaties 20 gebruiken inclusief het bedienen daarvan. De gebruikersinterface is dus werkzaam tussen het invoerorgaan en het braille display en/of de spraaksynthesemiddelen enerzijds en de software applicaties en/of de hardware applicaties anderzijds.The device 1 is provided with a user interface for presenting the information on the line and for processing information entered with the input device. With the help of this user interface, a user can be given access to the said software applications and / or the said hardware applications. In other words, through this user interface, a visually impaired person can use the software applications and / or the hardware applications including operating them. The user interface is thus active between the input device and the braille display and / or the speech synthesis means on the one hand and the software applications and / or the hardware applications on the other hand.

De opbouw van de gebruikersinterface zal hierna worden 25 besproken.The structure of the user interface will be discussed below.

De gebruikersinterface is opgebouwd uit tenminste een eerste type object en tenminste een tweede type object waarbij: - elk eerste type object een horizontaal menu omvat waarvan tenminste een deel kan worden gepresenteerd in de regel waarbij het horizontale menu 30 een aantal naast elkaar geplaatste te selecteren aanduidingen omvat 1022954 12 waarbij een van de gepresenteerde aanduidingen kan worden geselecteerd met behulp van het invoerorgaan en waarbij de gebruikersinterface in de regel presenteert welke aanduiding is geselecteerd en waarbij een geselecteerde aanduiding van het eerste type object met behulp van het 5 invoerorgaan kan worden bevestigd; - elk tweede type object een verticaal menu omvat dat is voorzien van een aantal onder elkaar geplaatste te selecteren aanduidingen waarbij van de aanduidingen van het tweede object alleen een geselecteerde aanduiding wordt gepresenteerd in de regel waarbij met behulp van het invoerorgaan 10 kan worden ingevoerd welke aanduiding wordt geselecteerd uit het verticale menu en in de regel wordt gepresenteerd en waarbij met behulp van het invoerorgaan een geselecteerde aanduiding van het tweede type object kan worden bevestigd waarbij een aanduiding van het tweede type object betrekking kan hebben op een bepaalde functie van een applicatie of op een 15 bepaalde subapplicatie van een applicatie; door het selecteren en bevestigen van een van de aanduidingen uit een van de eerste type objecten een van de tweede type objecten kan worden geselecteerd voor presentatie in de regel ; en waarbij - een eerste type object van de eerste type objecten een hoogste niveau 20 betreft van de gebruikersinterface binnen een applicatie of binnen een subapplicatie van een applicatie waarbij de aanduidingen tenminste betrekking kunnen hebben op tenminste een tweede type object van de tweede type objecten of waarbij een eerste type object van de eerste type objecten een hoogste niveau betreft van de gebruikersinterface binnen de 25 inrichting waarbij de aanduidingen betrekking hebben op verschillende applicaties of subapplicaties van de inrichting.The user interface is made up of at least a first type of object and at least a second type of object, wherein: - each first type of object comprises a horizontal menu, at least a part of which can be presented in the line in which the horizontal menu 30 comprises a number of selections placed next to each other comprises 1022954 12 wherein one of the presented indications can be selected with the aid of the input device and wherein the user interface as a rule presents which indication has been selected and wherein a selected indication of the first type of object can be confirmed with the aid of the input device; - each second type of object comprises a vertical menu which is provided with a number of selectable items placed below each other, of which only a selected designation is presented from the designations of the second object, in which line with the aid of the input device 10 which designation can be entered is selected from the vertical menu and is generally presented and whereby with the aid of the input device a selected indication of the second type of object can be confirmed, whereby an indication of the second type of object can relate to a specific function of an application or to a specific subapplication of an application; by selecting and confirming one of the indications from one of the first type of objects one of the second type of objects can be selected for presentation in the line; and wherein - a first type of object of the first type of objects is a top level of the user interface within an application or within a subapplication of an application wherein the designations can at least relate to at least a second type of object of the second type of objects or wherein a first type of object of the first type of objects relates to a highest level of the user interface within the device, wherein the designations relate to different applications or subapplications of the device.

Onder een software applicatie wordt verstaan een programma zoals Word, Excel, Access etc. Onder een hardware applicatie wordt bijvoorbeeld verstaan een mobiele telefoon, een elektronische agenda etc. Onder deA software application is understood to mean a program such as Word, Excel, Access etc. A hardware application is understood to mean, for example, a mobile phone, an electronic agenda, etc.

4 n O O Λ £ L4 n O O Λ £ L

13 functie van de applicatie wordt verstaan een onderdeel van de applicatie die een bepaalde taak uitvoert zoals "zoek", "wis", "ga naar begin", etc.The function of the application is understood to be a part of the application that performs a certain task such as "search", "delete", "go to start", etc.

Onder een subapplicatie van een software applicatie wordt verstaan een verzameling bij elkaar horende functies van de applicatie zoals 5 bijvoorbeeld een spellingchecker, een printerinstallatie programma, een adressenboek van een e-mail programma etc.A subapplication of a software application is understood to be a collection of related functions of the application such as, for example, a spelling checker, a printer installation program, an address book of an e-mail program, etc.

Onder een subapplicatie van een hardware applicatie wordt verstaan een verzameling bij elkaar behorende functies van de hardware applicatie zoals een telefoonboek, een adressenbestand etc.A subapplication of a hardware application is understood to mean a collection of related functions of the hardware application such as a telephone book, an address file, etc.

10 Een voorbeeld van een eerste type object is getoond in figuur 1. Dit eerste type object behoort bij een software applicatie zoals bijvoorbeeld een tekstverwerker. De aanduidingen betreffen in figuur 1 “file”, “go”, “edit”, en “options”. Het gaat hier dus om aanduidingen die zijn voorzien van karakters waarbij elke aanduiding in dit voorbeeld een woord vormt dat 15 door karakters is gevormd.An example of a first type of object is shown in Figure 1. This first type of object belongs to a software application such as, for example, a word processor. The designations in figure 1 refer to "file", "go", "edit", and "options". These are therefore indications which are provided with characters, each indication in this example forming a word formed by characters.

In figuur 2 is een voorbeeld van een tweede type object getoond.Figure 2 shows an example of a second type of object.

Ook hier geldt dat elke aanduiding een woord betreft. In dit voorbeeld is er de aanduiding “undo”, “cut”, “copy”, “paste”,en “delete all”.Here too, it applies that each designation is a word. In this example there is the indication "undo", "cut", "copy", "paste", and "delete all".

Elke aanduiding betreft hier een bepaalde functie van de applicatie.Each indication here concerns a specific function of the application.

20 Ten aanzien van het eerste object geldt in dit voorbeeld dat het horizontale menu het hoogste niveau is waarop de userinterface geordend is voor de onderhavige applicatie. Wanneer een horizontaal menu in de regel wordt gepresenteerd weet de gebruiker dat hij op het hoogste niveau zit, van waaruit hij kan zoeken naar de geordende informatie in tenminste een van 25 de tweede type objecten, dat wil zeggen in de verticale menu’s. De regel is in deze aanvrage dus een fictieve regel die aangeeft welke informatie is geselecteerd voor afbeelding op het brailledisplay en/of voor kenbaarmaking via de spraaksynthesemiddelen. De regel kan echter meer karakters omvatten dan een regel van het brailledisplay. Het brailledisplay beeldt inWith regard to the first object, it holds in this example that the horizontal menu is the highest level at which the user interface is arranged for the present application. When a horizontal menu is presented as a rule, the user knows that he is at the highest level, from which he can search for the ordered information in at least one of the second type of objects, ie in the vertical menus. The rule in this application is therefore a fictional rule that indicates which information is selected for display on the Braille display and / or for making known via the speech synthesis means. However, the line may contain more characters than a line of the Braille display. The Braille display imagines

1 0229H1 0229H

14 dit voorbeeld dan dus slechts een deel van de regel af. Zoals hierna nog zal worden besproken kan een gebruiker bepalen welk deel van de regel dan in het brailledisplay wordt afgebeeld. Het in figuur 1 getoonde horizontale menu bevat meerdere menu-items, dat wil zeggen meerdere aanduidingen.Therefore this example only removes part of the line. As will be discussed below, a user can determine which part of the line is then displayed in the Braille display. The horizontal menu shown in Figure 1 comprises several menu items, i.e. several indications.

5 Een aanduiding of menu-item bestaat in dit voorbeeld uit een korte term (één woord). Eén van de items is geselecteerd. In figuur 1 is dit aangeduid door een streep onder het woord “file” te zetten. Indien het horizontale menu van figuur 1 wordt afgebeeld op het brailledisplay kan een extra tactiel van een cel aangeven dat het betreffende woord waarvan de braillecel 22 deel 10 uitmaakt is geselecteerd.5 In this example, a designation or menu item consists of a short term (one word). One of the items has been selected. In figure 1 this is indicated by putting a line under the word "file". If the horizontal menu of Figure 1 is displayed on the Braille display, an additional tactile of a cell may indicate that the relevant word of which the Braille cell 22 is part 10 has been selected.

Het is, zoals gezegd, mogelijk dat het horizontale menu van figuur 1 (dat wil zeggen het informatieblok dat wordt gepresenteerd in de regel) breder is, dat wil zeggen meer karakters omvat, dan de brailleregel 2 van de inrichting volgens figuur 9. In dat geval wordt een deel van het horizontale 15 menu van figuur 1 afgebeeld op de brailleregel 2. Met behulp van de toets 18 kan een linkerdeel van het horizontale menu worden geselecteerd terwijl met behulp van de toets 20 een rechterdeel van het horizontale menu kan worden geselecteerd voor presentatie in de regel en daarmee voor afbeelding, althans tenminste voor een deel, op de brailleleesregel. Met 20 andere woorden door bediening van de toets 18 verschuift het afbeeldingsvenster dat wordt gevormd door de brailleleesregel 20 naar finks over het horizontale menu van figuur 1 en door bediening van de toets 20 verschuift het afbeeldingsvenster dat door de brailleleesregel 2 wordt gevormd naar rechts over het horizontale menu van figuur 1. Op 25 soortgelijke wijze kan worden geselecteerd welk deel van het horizontale menu door spraak kenbaar wordt gemaakt. Indien hierna wordt gesproken over afbeelden in het brailledisplay kan daarmee ook zijn bedoeld (aanvullend of in plaats van) kenbaar maken door middel van spraak met behulp van de spraaksynthesemiddelen.As stated, it is possible that the horizontal menu of Figure 1 (i.e. the information block presented in the line) is wider, i.e. comprises more characters, than the Braille display 2 of the device according to Figure 9. In that In this case, part of the horizontal menu of Figure 1 is displayed on the Braille line 2. With the help of the key 18 a left-hand part of the horizontal menu can be selected while with the help of the key 20 a right-hand part of the horizontal menu can be selected for presentation in the line and therefore for image, at least in part, on the braille display. In other words, by operating the key 18, the display window formed by the braille display 20 shifts to finks across the horizontal menu of Figure 1 and by operating the key 20, the display window formed by the braille display 2 shifts to the right over the horizontal menu of figure 1. In a similar manner, it is possible to select which part of the horizontal menu is made known by speech. If reference is made hereinafter to displaying in the Braille display, this may also be intended to make (additional or instead of) known by means of speech using the speech synthesis means.

1 ft ^ 2 0 c 151 ft ^ 2 0 c 15

Het selecteren van een menu-item, dat wil zeggen het selecteren van een aanduiding van het horizontale menu van figuur 1 kan met behulp van de horizontale pijltjestoetsen 8a, 8c worden uitgevoerd. Een geselecteerde aanduiding zoals in dit voorbeeld het woordje “file” kan 5 worden bevestigd door bediening van de knop OK 16. Op deze wijze wordt een nieuw item geactiveerd met behulp van de OK of bevestigingstoets 16. Het is echter eveneens mogelijk dat met één van de aanraakschakelaars 20 een menu-item wordt geselecteerd waarbij de genoemde selectie tegelijkertijd wordt bevestigd. Zo kan door bekrachtiging van één van de 10 aanraakcursors die zich boven één van de braillecellen vormt die worden gebruikt voor het afbeelden van het woord “edit” het menu-item “edit” worden geselecteerd waarbij de betreffende selectie tegelijk wordt bevestigd.Selecting a menu item, i.e. selecting an indication from the horizontal menu of Figure 1, can be carried out with the aid of the horizontal arrow keys 8a, 8c. A selected indication such as the word “file” in this example can be confirmed by pressing the OK button 16. In this way a new item is activated using the OK or confirmation button 16. However, it is also possible that with one of the touch switches 20 a menu item is selected whereby said selection is confirmed at the same time. For example, by validating one of the 10 touch cursors that forms above one of the braille cells used to display the word "edit", the "edit" menu item can be selected, confirming the relevant selection at the same time.

Door selectie en bevestiging van het menu-item “edit” wordt een tweede type object geselecteerd zoals getoond in figuur 2. In dit voorbeeld 15 heeft het tweede type object van figuur 2 betrekking op dezelfde applicatie als het eerste type object van figuur 1.By selecting and confirming the menu item "edit" a second type of object is selected as shown in figure 2. In this example the second type of object of figure 2 relates to the same application as the first type of object of figure 1.

Het tweede object van figuur 2 bevat gestructureerd een aantal aanduidingen in dit voorbeeld menu-items, die een bepaalde functie van de applicatie kunnen activeren. Iedere aanduiding in het verticale menu 20 behoort bij een bepaalde functie. Een menu-item of aanduiding kan dus uit meerdere woorden bestaan. De aanduiding kan langer zijn dan hetgeen er gepresenteerd wordt op de brailleleesregel 2. Met behulp van de toetsen 18 en 20 kan dan weer worden geselecteerd welk deel van de regel wordt afgebeeld op de brailleleesregel 2 en/of wordt kenbaar gemaakt via de 25 spraaksynthesemiddelen. Een verticaal menu kan in dit voorbeeld alleen worden geactiveerd vanuit een eerste type object dat wil zeggen een horizontaal menu zoals getoond in figuur 1. Dit kan worden uitgevoerd door in het horizontale menu van figuur 1 één van de horizontale menu-items te selecteren en te bevestigen zoals hiervoor besproken. Een verticaal menu-30 item dient direct om een functie te activeren. In dit voorbeeld dient een 1022954 I 16 I verticaal menu-item nooit om een ander submenu te openen. Het komt dus I niet voor dat een tweede object vanuit een vorig tweede object kan worden geopend.The second object of Figure 2 contains a number of structured indications in this example menu items, which can activate a certain function of the application. Each indication in the vertical menu 20 belongs to a specific function. A menu item or designation can therefore consist of several words. The indication can be longer than what is presented on the braille reading line 2. With the help of the keys 18 and 20, it is then possible to select again which part of the line is displayed on the braille reading line 2 and / or is made known via the speech synthesis means. In this example, a vertical menu can only be activated from a first type of object, i.e. a horizontal menu as shown in figure 1. This can be carried out by selecting and selecting one of the horizontal menu items in the horizontal menu of figure 1. confirm as discussed above. A vertical menu-30 item serves directly to activate a function. In this example, a 1022954 I 16 I vertical menu item never serves to open another submenu. It therefore does not occur that a second object can be opened from a previous second object.

I Het menu-item dat op de regel wordt gerepresenteerd is eveneens I 5 geselecteerd. Met andere woorden, alleen het geselecteerde menu-item I (aanduiding) van het verticale menu van figuur 2 wordt in de regel I gerepresenteerd. Zoals gezegd wordt de inhoud van de regel althans voor I een deel afgebeeld op het brailledisplay 2. Met behulp van de pijltjestoetsen 8 in verticale richting kan een menu-item uit het verticale menu van figuur I 10 2 worden geselecteerd. Is bijvoorbeeld het menu-item “copy” geselecteerd, I dan wordt het woord “copy” gepresenteerd in de regel en daarmee in dit I voorbeeld volledig afgebeeld in de brailleleesregel 2. Wanneer het nu de I bedoeling is om de functie “paste” te selecteren wordt de pijltjestoets 8c bediend. Dit heeft als effect dat het menu-item “paste” wordt geselecteerd.The menu item represented on the line is also selected. In other words, only the selected menu item I (designation) of the vertical menu of Figure 2 is represented in the line I. As stated, the content of the line is at least partially displayed on the braille display 2. With the aid of the arrow keys 8 in the vertical direction, a menu item can be selected from the vertical menu of Fig. 12. For example, if the menu item "copy" is selected, the word "copy" is presented in the line and thus in this example I is completely displayed in the Braille display line 2. If it is now the intention to use the "paste" function the arrow key 8c is operated. This has the effect that the “paste” menu item is selected.

I 15 Het menu “paste”wordt dan ook geselecteerd in de regel. Dit heeft tot gevolg I aangezien tenminste een deel van de regel wordt afgebeeld in de I brailleleesregel 2 dat in dit voorbeeld het gehele woord “paste” wordt I afgebeeld in de brailleleesregel 2. De functie “paste” kan vervolgens wordenI 15 The "paste" menu is therefore selected in the line. This results in I since at least a part of the line is displayed in the I Braille display line 2 that in this example the entire word "paste" is displayed in the Braille display line 2. The function "paste" can then be

I bevestigd dat wil zeggen worden geactiveerd door de bediening van de OKI confirmed, that is, activated by operating the OK

I 20 toets 16.I 20 key 16.

Indien het menu-item “paste” is geselecteerd waarbij het menu- item “paste” in dit voorbeeld geheel wordt afgebeeld op de brailleleesregel 2 I kan het menu-item “paste” in dit voorbeeld eveneens worden geactiveerd (bevestigd) door het bekrachtigen van één van de aanraakschakelaars 20.If the menu item "paste" is selected whereby the menu item "paste" in this example is shown entirely on the Braille display 2 I, the menu item "paste" in this example can also be activated (confirmed) by validating one of the touch switches 20.

I 25 Het is eveneens mogelijk door bediening van het invoerorgaan om I het verticale menu van figuur 2 weer te verlaten en terug te gaan naar het I horizontale menu van figuur 1. Dit kan bijvoorbeeld worden uitgevoerd door I bediening van de knop menu 10. Door bediening van de knop menu 10 wordt I in dit voorbeeld telkens teruggekeerd naar het horizontale menu van de 30 applicatie of eventueel subapplicatie als die op dat moment in gebruik is.It is also possible, by operating the input device, to leave the vertical menu of Fig. 2 again and return to the horizontal menu of Fig. 1. This can be carried out, for example, by operating the menu button 10. By operation of the menu 10 button in this example is always returned to the horizontal menu of the application or possibly sub-application if it is currently in use.

I <·ρο?ο54^ 17I <· ρο? Ο54 ^ 17

%'S ? K% S? K.

Om de leesbaarheid en de intuïtiviteit van de gebruikersinterface te vergroten, staat voor een aanduiding van een horizontaal menu en een verticaal menu een indicator. Deze indicator geeft aan wat de functie is van de aanduidingen in het voorbeeld van de tekst die verderop in de regel staat 5 aangeduid. In het voorbeeld van figuur 1 betreft de indicator een kleine letter b. De indicator kan ook een bepaalde grafische vorm hebben. In dit voorbeeld is voor elk menu-item van het verticale menu een indicator opgenomen in de vorm van een kleine letter m. Indien het menu-item “copy” dus wordt geselecteerd heeft dit tot gevolg dat in de regel het karakter m 10 met daarachter het woord “copy” wordt gepresenteerd. In dit voorbeeld zal dan tevens de volledige regel worden afgebeeld inclusief de kleine letter m op de brailleleesregel 2. In dit voorbeeld is te zien dat elk menu-item van het verticale menu van figuur 2 dezelfde indicator m omvat. Noodzakelijk is dit echter niet. Doordat in dit geval elk menu-item van het verticale menu de 15 letter m omvat, is de indicator m in feite ook een aanduiding van de aard van het verticale menu zelf. Ditzelfde geldt voor de kleine letter b van het horizontale menu. Deze is in dit voorbeeld tevens een aanduiding van de aard van het horizontale menu zelf of wel de aard van de inhoud van de regel waarin de aanduiding is op genomen. Alle menu-items van het 20 horizontale menu hebben immers een gemeenschappelijke aanduiding.To increase the readability and intuitiveness of the user interface, there is an indicator for an indication of a horizontal menu and a vertical menu. This indicator indicates the function of the indications in the example of the text indicated below in the line. In the example of Figure 1, the indicator is a lowercase letter b. The indicator can also have a certain graphical shape. In this example, an indicator in the form of a lowercase m is included for each menu item in the vertical menu. If the “copy” menu item is therefore selected, this usually results in the character m 10 followed by it. the word "copy" is presented. In this example the complete line will then also be displayed including the lowercase m on the braille display line 2. In this example it can be seen that each menu item of the vertical menu of Figure 2 comprises the same indicator m. However, this is not necessary. Because in this case each menu item of the vertical menu comprises the letter m, the indicator m is in fact also an indication of the nature of the vertical menu itself. The same applies to the lowercase letter b of the horizontal menu. In this example, this is also an indication of the nature of the horizontal menu itself or the nature of the content of the line in which the indication is included. All menu items of the horizontal menu have a common designation.

Op basis van hetgeen hiervoor is besproken geldt dus dat door selectie en bevestiging van een aanduiding van een eerste type object dat tot een bepaalde applicatie of subapplicatie behoort, een tweede object dat tot dezelfde applicatie of subapplicatie behoort kan worden geselecteerd voor 25 presentatie in de regel.On the basis of what has been discussed above, it therefore holds that by selecting and confirming an indication of a first type of object that belongs to a certain application or subapplication, a second object that belongs to the same application or subapplication can be selected for presentation in the rule .

Er geldt dat door selectie en bevestiging van een aanduiding van een eerste type object dat het hoogste niveau van de gebruikers interface binnen een applicatie of subapplicatie betreft waarbij de aanduiding betrekking heeft op een tweede type object van de applicatie of subapplicatie 1 0 22 8 54 18 van de tweede type objecten het tweede type object wordt geselecteerd voor presentatie in de regel.It holds that by selecting and confirming a designation of a first type of object that concerns the highest level of the user interface within an application or subapplication wherein the designation relates to a second type of object of the application or subapplication 1 0 22 8 54 18 of the second type of objects the second type of object is selected for presentation in the line.

Tevens geldt dat door selectie en bevestiging van een van de aanduidingen van een tweede type object van een applicatie of subapplicatie 5 een functie van de applicatie of subapplicatie kan worden geactiveerd. Tevens geldt dat door selectie en bevestiging van een aanduiding van een tweede type object dat tot een applicatie behoort een subapplicatie van de applicatie kan worden geactiveerd. Tevens geldt dat bediening van het invoerorgaan op vooraf bepaalde wijze wanneer een subapplicatie actief is 10 een eerste type object van de subapplicatie die actief is kan worden geselecteerd voor presentatie in de regel. Tevens geldt dat bij het activeren van de applicatie een tweede type object van de applicatie wordt gepresenteerd in de regel.It also holds that by selecting and confirming one of the indications of a second type of object of an application or sub-application, a function of the application or sub-application can be activated. It also applies that by selecting and confirming an indication of a second type of object that belongs to an application, a subapplication of the application can be activated. It also holds that operation of the input device in a predetermined manner when a sub-application is active, a first type of object of the sub-application that is active can be selected for presentation in the rule. It also applies that when activating the application, a second type of object of the application is presented as a rule.

Voorts geldt dat door selectie en eventuele bevestiging van een 15 vooraf bepaalde aanduiding uit een tweede type object (figuur 2) van een bepaalde applicatie of subapplicatie terug kan worden gegaan naar een eerste type object van de betreffende applicatie of subapplicatie voor presentatie van het eerste type object in de regel (niet getoond in dit voorbeeld). Hiervoor kan één van de menu-items van het tweede type object 20 bijvoorbeeld een menu-item zijn dat na selectie en bevestiging bewerkstelligt dat terug wordt gekeerd naar het eerste type object, in dit voorbeeld het horizontale menu van figuur 1. Zoals besproken kan dit eveneens worden bewerkstelligd door activatie van de knop 10 van de inrichting. Er geldt dus dat door bediening van het invoerorgaan het eerste 25 object van een applicatie of subapplicatie die actief is kan worden geselecteerd opdat het eerste object in de regel wordt gepresenteerd.Furthermore, it holds that by selection and possible confirmation of a predetermined designation from a second type of object (Fig. 2) of a certain application or subapplication, it is possible to go back to a first type of object of the relevant application or subapplication for presentation of the first type object in the line (not shown in this example). For this purpose, one of the menu items of the second type of object 20 may be, for example, a menu item that after selection and confirmation causes the first type of object to be returned, in this example the horizontal menu of Figure 1. As discussed, this may be also be accomplished by activating the button 10 of the device. Thus, by operating the input device, the first object of an application or sub-application that is active can be selected so that the first object is generally presented.

In het bijzonder geldt voorts dat door selectie en bevestiging van een aanduiding van een van de eerste type objecten die tot een bepaalde applicatie of subapplicatie behoort een van de tweede type objecten die tot * »·*.·.In particular, it further holds that by selecting and confirming an indication of one of the first type of objects that belongs to a specific application or subapplication, one of the second type of objects that belongs to * »· *. ·.

19 dezelfde applicatie of subapplicatie behoort kan worden geselecteerd voor presentatie in de regel.The same application or subapplication belongs to can be selected for presentation in the rule.

Tevens geldt in dit voorbeeld dat elke subapplicatie slechts één eerste type object (figuur 2) omvat.It also applies in this example that each sub-application comprises only one first type of object (Figure 2).

5 Voorts geldt in dit voorbeeld dat door bediening van het invoerorgaan op vooraf bepaalde wijze een van de eerste type objecten van een bepaalde applicatie of subapplicatie kan worden geselecteerd voor presentatie in de regel wanneer op de regel een van de tweede type objecten wordt gepresenteerd die betrekking heeft op laatst genoemde applicatie of 10 subapplicatie.Furthermore, in this example, by operating the input device, one of the first type of objects of a certain application or subapplication can be selected for presentation in the rule in a predetermined manner when one of the second type of objects relating to the rule is presented has on the last mentioned application or 10 subapplication.

Tevens geldt dat door bediening van het invoerorgaan op vooraf bepaalde wijze het eerste object van een applicatie of subapplicatie die actief is kan worden geselecteerd opdat het eerste object in de regel wordt gepresenteerd.It also holds that by operating the input device in a predetermined manner the first object of an application or sub-application that is active can be selected so that the first object is generally presented.

15 In dit voorbeeld geldt dat het bedienen van het invoerorgaan op vooraf bepaalde wijze het activeren van een vooraf bepaalde knop of verzameling knoppen omvat. Het gaat hier bijvoorbeeld om menu knop 10.In this example, it holds that operating the input means in a predetermined manner comprises activating a predetermined button or set of buttons. This concerns, for example, menu button 10.

Evenzo geldt dat door bediening van het invoerorgaan op vooraf bepaalde wijze een van de eerste type objecten die betrekking heeft op het 20 hoogste niveau van de gebruikersinterface binnen de inrichting kan worden geselecteerd voor presentatie in de regel.Similarly, by operating the input device in a predetermined manner, one of the first type of objects relating to the highest level of the user interface within the device can be selected for presentation in the rule.

In dit voorbeeld geldt tevens dat het bedienen van het invoerorgaan op vooraf bepaalde wijze het activeren van een vooraf bepaalde knop of verzameling knoppen omvat. In casu gaat het hier om bediening van de 25 knop program 12.In this example, it also holds that operating the input means in a predetermined manner comprises activating a predetermined button or set of buttons. In the present case, this concerns the operation of the 25-button program 12.

Verder geldt in dit voorbeeld dat een aanduiding van een van de eerste type objecten van een bepaalde applicatie een aanduiding van een van de tweede type objecten van de betreffende applicatie betreft. Voorts geldt dat een aanduiding van een eerste type object van een bepaalde 30 applicatie (in dit voorbeeld file, go, edit of options) een aanduiding van een 1 022954 I 20 I tweede type object van de betreffende applicatie betreft (in dit voorbeeld I bijvoorbeeld het verticale menu van figuur 2 dat bij de aanduiding “edit” van I figuur 1 behoort). Tevens geldt dat een aanduiding van een tweede type I object een functie van een applicatie of subapplicatie betreft. In dit I 5 voorbeeld gaat het dan om de functies “undo”, “cut” “copy”, “paste” en “delete I all”.Furthermore, in this example it holds that an indication of one of the first type of objects of a particular application relates to an indication of one of the second type of objects of the relevant application. Furthermore, an indication of a first type of object of a particular application (in this example file, go, edit or options) relates to an indication of a second type of object of the relevant application (in this example I for example the vertical menu of figure 2 that belongs to the designation “edit” of figure 1). It also applies that an indication of a second type I object relates to a function of an application or subapplication. This example concerns the functions "undo", "cut", "copy", "paste" and "delete I all".

I Voorts geldt dat met behulp van het invoerorgaan kan worden I bepaald welk deel van de regel op het brailledisplay wordt afgebeeld. Het I gaat hierbij om de toetsen 18 en 20 zoals hiervoor besproken. In het I 10 bijzonder geldt hierbij dat door bediening van het invoerorgaan in I horizontale richting op een volgende al dan niet elkaar overlappende delen I van de regel kunnen worden geselecteerd voor bijvoorbeeld afbeelding op het braille display waarbij de volgorde van de respectievelijk geselecteerde I delen van de regel die door bediening van het invoerorgaan wordt doorlopen I 15 cyclisch is. Dit betekent in de praktijk dat bijvoorbeeld in dit voorbeeld van I de regel van figuur 1 alleen “b file go” wordt afgebeeld. Door eenmalige I bediening van de toets 20 wordt vervolgens op het brailledisplay afgebeeld “file go edit”. Door nogmaals bediening van de toets 20 wordt vervolgens op I het brailledisplay “go edit options” afgebeeld. Door nogmaals bediening van I 20 de toets 20 wordt vervolgens weer afgebeeld “b file go” hetgeen inhoudt dat I de in dit voorbeeld overlappende delen van de regel cyclisch worden I doorlopen.Furthermore, it applies that with the aid of the input device it can be determined which part of the line is displayed on the Braille display. I is concerned with keys 18 and 20 as discussed above. In particular, it holds here that by operating the input device in I horizontal direction on a subsequent parts of the line, which may or may not overlap, they can be selected for, for example, an image on the Braille display, the order of the respective selected I parts of the line passed through operation of the input device is cyclical. In practice, this means that, for example, in this example of I, the line of figure 1 is only displayed “b file go”. By one-time operation of the button 20, the file display then shows “file go edit”. By pressing the button 20 again, the braille display shows “go edit options” on I. By pressing I 20 again, the button 20 is then again displayed "b file go", which means that I cycle through the overlapping parts of the line in this example.

Tevens geldt in dit voorbeeld dat door bediening van het H invoerorgaan, in dit voorbeeld de toetsen 8a en 8c, in verticale richting I 25 opeenvolgende aanduidingen van het tweede object in de regel kunnen H worden gepresenteerd waarbij de volgorde van de respectievelijk in de regel gepresenteerde aanduidingen die door bediening van het invoerorgaan worden doorlopen, cyclisch is. Dit houdt in dat bij bediening van de toets 8c bijvoorbeeld respectievelijk de volgende menu-items worden geselecteerd I 30 “undo”, “cut”, “copy”, “paste”, “delete all” en vervolgens weer “undo” etc.In this example it also holds that by operating the H input device, in this example the keys 8a and 8c, in the vertical direction I consecutive indications of the second object in the line can be presented H, whereby the order of the respective lines presented in the line indications traversed by operation of the input device is cyclical. This means that when the key 8c is pressed, for example, the following menu items are selected respectively: "undo", "cut", "copy", "paste", "delete all" and then again "undo" etc.

I t022954 21I 022954 21

Uiteraard wordt bij bediening van de toets 8a de genoemde cyclus in een omgekeerde volgorde doorlopen. Tevens geldt dat door bediening van het invoerorgaan het eerste object van een applicatie die actief is kan worden geselecteerd opdat het eerste object in de regel wordt gerepresenteerd. Met 5 andere woorden door bediening van de knop 10 wordt het horizontale menu van figuur 1 in dit voorbeeld gepresenteerd in de regel en er wordt een deel van deze regel afgebeeld op de brailleleesregel 2. Verder geldt nog dat de aanduidingen van het eerste type object vast zijn. In dit voorbeeld betekent dit dat het horizontale menu van figuur 1 altijd dezelfde menu-items omvat. 10 Tevens geldt dat de aanduidingen van het tweede type object vast zijn. In dit voorbeeld betekent dit dat de menu-items van het verticale menu van figuur 2 vast zijn.Of course, when the button 8a is operated, the said cycle is run in the reverse order. It also holds that by operating the input device, the first object of an application that is active can be selected so that the first object is generally represented. In other words, by operating the button 10, the horizontal menu of Figure 1 is presented in this example in the line and a part of this line is displayed on the braille display line 2. Furthermore, the designations of the first type of object are fixed to be. In this example, this means that the horizontal menu of Figure 1 always includes the same menu items. It also applies that the designations of the second type of object are fixed. In this example, this means that the menu items of the vertical menu of Figure 2 are fixed.

In dit voorbeeld geldt voorts dat (zie figuur 3) de gebruikers interface voorts tenminste een derde type object omvat waarvan tenminste 15 een deel kan worden gepresenteerd in de regel waarbij het derde object een verticaal menu omvat dat een variabel aantal onder elkaar geplaatste te selecteren variabele aanduidingen omvat waarvan er telkens een kan worden gepresenteerd in de regel waarbij met behulp van het invoerorgaan kan worden geselecteerd welke aanduiding uit het verticale menu in de 20 regel wordt gepresenteerd en waarbij met behulp van het invoerorgaan een selectie van een gepresenteerde aanduiding kan worden bevestigd. Hierbij geldt in dit voorbeeld tevens dat door selectie en bevestiging van tenminste een aanduiding van tenminste een van de eerste type objecten, tweede type objecten en/of derde type objecten een van de derde type objecten kan 25 worden geselecteerd voor presentatie in de regel.In this example, it further holds that (see Figure 3) the user interface further comprises at least a third type of object of which at least a part can be presented in the rule, wherein the third object comprises a vertical menu comprising a variable number of selectable variable placed below each other includes indications of which one can each be presented in the line, whereby with the aid of the input device it is possible to select which indication from the vertical menu is presented in the line and wherein with the aid of the input device a selection of a presented indication can be confirmed. In this example, it also holds that by selecting and confirming at least one designation of at least one of the first type of objects, second type of objects and / or third type of objects, one of the third type of objects can be selected for presentation in the rule.

Tevens geldt in dit voorbeeld dat een van de derde type objecten tenminste een van de volgende type aanduidingen kan omvatten: “nieuw record”, “categorie” en “titel” waarbij door selectie van een aanduiding van het type titel en bevestiging een bestand wordt geopend, door selectie van 30 een aanduiding van het type “categorie” en bevestiging een folder/directory 1022054 I 22 wordt geopend en waarbij door selectie en bevestiging van een aanduiding van het type “nieuw record”” een nieuw bestand of een nieuwe folder/directory met bijbehorende aanduiding kan worden aangemaakt I welke aanduiding in het derde object wordt opgenomen.It also applies in this example that one of the third type of objects can comprise at least one of the following type designations: "new record", "category" and "title", whereby a file is opened by selecting an indication of the type of title and confirmation , by selecting an indication of the type "category" and confirming a folder / directory 1022054 I 22 and whereby by selecting and confirming an indication of the type "new record" "a new file or a new folder / directory with corresponding indication it can be created which indication is included in the third object.

I 5 In het bijzonder geldt voorts dat de aanduiding van het type “nieuw I record” boven de aanduiding van het type “categorie” en “titel” in de kolom van het derde type object is opgenomen.In particular, it further applies that the designation of the type "new I record" is included above the designation of the type "category" and "title" in the column of the third type of object.

I Een voorbeeld van een dergelijk derde type menu in de vorm van I een “record list” is getoond in figuur 3. De “record list” van figuur 3 is in dit I 10 voorbeeld een lijst met items (aanduidingen) die variabel zijn qua aantal en inhoud. Dit is dus in tegenstelling tot een verticaal menu volgens figuur 2.An example of such a third type of menu in the form of a "record list" is shown in Figure 3. In this example, the "record list" of Figure 3 is a list of items (indications) that are variable in terms of number and content. This is therefore in contrast to a vertical menu according to Figure 2.

I Hier zijn de menu’s door de ontwikkelaar gedefinieerd qua inhoud en qua I aantal. Een “-record list” wordt gebruikt om bijvoorbeeld een lijst met I bestanden die zijn opgeslagen te tonen, een lijst met adressen uit een I 15 database te tonen, of een lijst met afspraken in een agenda te tonen.I Here the menus are defined by the developer in terms of content and number. A "record list" is used, for example, to display a list of I files that have been saved, to display a list of addresses from an I database, or to display a list of appointments in a calendar.

I Duidelijk is dat de lijst qua aantal items kan variëren als ook dat de items I zelf variabel zijn. In dit voorbeeld kan een “record list” drie type “records” I omvatten: “nieuw record”, “categorieën” en “titels”. In het voorbeeld van figuur 3a betreft “new notes” een “new record” en betreffen de menu-items I 20 “unfiled”, “archive”, en “hobby” elk een “categorie”. In het voorbeeld van I figuur 3b betreft “new notes” een “record” van het type “new record” en I betreffende de menu-items “record 1”, “record 2” en “record 3” elk een “titel”.I It is clear that the list can vary in number of items as well as that the items I themselves are variable. In this example, a "record list" can include three types of "records" I: "new record", "categories" and "titles". In the example of Figure 3a, "new notes" refers to a "new record" and the menu items I 20 "unfiled", "archive", and "hobby" each refer to a "category". In the example of I figure 3b, "new notes" refers to a "new record" type and I to the "record 1", "record 2" and "record 3" menu items each refers to a "title".

In dit voorbeeld geldt dat “new record” boven aan iedere “record” I lijst staat en er voor zorgt dat zonder veel zoeken en navigeren in de I 25 “record” lijst altijd een “new record” van het type dat in de lijst voorkomt I kan worden aangemaakt, bijvoorbeeld voor het aanmaken van een nieuwe I notitie of voor het ingeven van een nieuw telefoonnummer. Hiermee wordt I de productiviteit en de leesbaarheid voor de gebruiker verhoogd.In this example, it applies that "new record" is at the top of every "record" I list and ensures that without much searching and navigation in the I "record" list always a "new record" of the type that appears in the list I can be created, for example for creating a new I note or for entering a new telephone number. This increases productivity and readability for the user.

I De “categorieën” zijn te vergelijken met folders en directories op I 30 een PC. Er geldt dan bijvoorbeeld dat een folder/directory een verzameling I i» o o O 'Π λ·I The "categories" can be compared to folders and directories on a PC. For example, it applies that a folder / directory is a collection I i »o o O 'Π λ ·

If/· ,:. / ij ^ 23 bestanden omvat. In het onderhavige uitvoeringsvoorbeeld kunnen “categorieën” ook binnen een andere “categorie” voorkomen. De structuur kan echter ook plat worden gehouden hetgeen betekent dat een “categorie” alleen “titels” kan bevatten. Het is dan dus niet mogelijk om vanuit een 5 “record list” die “categorieën” omvat, een andere “record list” die “categorieën” omvat te selecteren. Wel kan dan een “record list” worden geselecteerd die “titels” omvat. Hiermee wordt eveneens de leerbaarheid verhoogd en wordt een platte navigatiestructuur verkregen die duidelijkheid en productiviteit verhoogt.If / ·,:. / ij ^ 23 files. In the present exemplary embodiment, "categories" may also occur within another "category". However, the structure can also be kept flat, which means that a "category" can only contain "titles". It is therefore not possible to select from another "record list" that includes "categories", another "record list" that includes "categories". However, a "record list" can then be selected that includes "titles". This also increases the learnability and provides a flat navigation structure that increases clarity and productivity.

10 De “titels” zijn de files/”record”s die de gebruiker heeft aangemaakt op zijn systeem. Dit zijn bijvoorbeeld tekst bestanden die zijn opgeslagen, namen van contacten in een database, afspraken in een agenda.10 The "titles" are the files / "records" that the user has created on his system. These are, for example, text files that have been saved, names of contacts in a database, appointments in a calendar.

Voorts zijn er een aantal zaken in de gebruikersinterface opgenomen om duidelijk te maken in welk “record” precies wordt gewerkt.In addition, a number of things have been included in the user interface to make it clear which "record" is used.

15 Allereerst is geheel bovenaan de “record” lijst de naam of omschrijving (label) van de lijst opgenomen. In dit voorbeeld “NOTES CATEGORY LIST” (figuur 3a) of “CATEGORY NAME” (zie figuur 3b). Het gebruik van hoofdletters maakt dit duidelijk. Met een toetscombinatie, bijvoorbeeld door het bekrachtigen van de toets 24, is deze naam direct opvraagbaar dat wil 20 zeggen de naam “NOTES CATEGORY LIST’ wordt door bekrachtiging van de toets 24 in de regel gepresenteerd wanneer het object van het derde type van figuur 3a is geselecteerd met als gevolg dat althans tenminste een deel van deze regel wordt afgebeeld op de brailleleesregel 2 en/of kenbaar wordt gemaakt door middel van spraak..15 First of all, the name or description (label) of the list is included at the very top of the “record” list. In this example "NOTES CATEGORY LIST" (Figure 3a) or "CATEGORY NAME" (see Figure 3b). The use of capital letters makes this clear. With a key combination, for example, by actuating the key 24, this name is directly retrievable, that is to say, the name "NOTES CATEGORY LIST" is generally presented when the object of the third type of FIG. 3a is actuated by activation of the key 24. is selected with the result that at least a part of this line is displayed on the Braille display line 2 and / or is made known by means of speech.

25 Er geldt dus in dit voorbeeld dat de bovenste aanduiding in de kolom van het derde type object een label (bijvoorbeeld de naam of omschrijving) geeft van het derde type object.It therefore applies in this example that the upper designation in the column of the third type of object gives a label (for example the name or description) of the third type of object.

Indien een derde type object wordt geselecteerd en bevestigd kan het zo zijn dat allereerst de bovenste aanduiding (label) van het derde type 1022954 I 24 I object wordt gepresenteerd in de regel. Het is echter ook mogelijk dat de I daaronder gelegen aanduidding als eerste wordt gepresenteerd in de regel.If a third type of object is selected and confirmed, the upper designation (label) of the third type of object 1022954 I 24 I object may first be presented in the line. However, it is also possible that the designation below it is presented first in the line.

I Ook in dit voorbeeld is met behulp van een markering aangegeven welke functie een aanduiding (menu-item) heeft. Zo geeft “n” aan dat het I 5 een nieuw record betreft. De markering “c” geeft aan dat het een categorie I betreft en een “t” geeft aan dat het een titel betreft. Daarnaast kan in dit I voorbeeld de aanraakschakelaar 21 die zich boven de indicator “n”, “c” of “t” I bevindt ingedrukt worden om op te vragen welke “record” list is geopend.I In this example, too, a mark is used to indicate which function a mark (menu item) has. For example, "n" indicates that I 5 is a new record. The marking "c" indicates that it is a category I and a "t" indicates a title. In addition, in this example, the touch switch 21 located above the indicator "n", "c" or "t" I can be pressed to request which "record" list has been opened.

I Hiermee wordt de leerbaarheid en de intuïtiviteit van de I 10 gebruikersinterface verder verhoogt. Overigens geldt eveneens dat door de I aanraakcursor te activeren die zich op enig moment bijvoorbeeld boven de I indicator b van figuur 1 of de indicator m van figuur 2 bevindt, informatie I kan worden verkregen dat wil zeggen nadere informatie kan worden I verkregen over de aard van de inhoud van de regel die wordt gepresenteerd.I This further increases the learnability and intuitiveness of the I 10 user interface. Incidentally, it also applies that by activating the I touch cursor which is at some point above, for example, the I indicator b of Fig. 1 or the indicator m of Fig. 2, information I can be obtained, i.e. further information can be obtained about the nature of the content of the line being presented.

I 15 Deze aard kan bijvoorbeeld aangeven dat het gaat om een horizontaal menu, I verticaal menu en zo ja welk verticaal menu, of een “record list”” en zo ja I welke “record list”.This nature may indicate, for example, that it concerns a horizontal menu, I vertical menu and, if so, which vertical menu, or a "record list" and, if so, which "record list".

I Er geldt dus in dit voorbeeld dat door selectie en bevestiging van I een aanduiding van het type “categorie” een van de derde type objecten H 20 wordt geselecteerd voor presentatie in de regel.I In this example it therefore holds that by selecting and confirming I an indication of the type "category" one of the third type of objects H 20 is selected for presentation in the line.

I Voorts geldt in dit voorbeeld dat het door selectie en bevestiging I van een aanduiding van het type “categorie” gepresenteerde derde type I object aanduidingen van het type “titel”, “nieuw record” of "categorie"kan I omvatten waarbij door selectie en bevestiging van een aanduiding van het I 25 type “nieuw record” een nieuwe titel kan worden aangemaakt waarbij laatst H genoemde categorie een subcategorie is van de daarvoor genoemde I categorie.I In addition, in this example it holds that the third type I object presented by selection and confirmation I of a category "category" type may include designations of the "title", "new record" or "category" type whereby selection and selection confirmation of an indication of the I 25 type “new record” a new title can be created in which the last mentioned category is a subcategory of the aforementioned I category.

Verder geldt in dit voorbeeld dat door bediening van het I invoerorgaan, in het bijzonder de toetsen 8a en 8c, in verticale richting I 30 opeenvolgende aanduidingen van het derde type object in de regel kunnen I '022854” 25 worden gepresenteerd waarbij de volgorde van de respectievelijk in de regel gepresenteerde aanduidingen die door bediening van het invoerorgaan wordt doorlopen cyclisch is.Furthermore, in this example it holds that by operating the I input device, in particular the keys 8a and 8c, successive indications of the third type of object in the vertical direction I can as a rule be presented in which the order of the or, as a rule, indications presented through operation of the input device are cyclical.

In het bijzonder geldt voorts dat de gebruikers interface voorts 5 tenminste een vierde type object omvat waarvan tenminste een deel kan worden gepresenteerd in de regel waarbij het vierde object een verticaal menu omvat dat een aantal onder elkaar geplaatste te selecteren aanduidingen in de vorm van invoervelden bij voorbeeld met een invoer cursor omvat waarbij telkens een invoerveld kan worden gepresenteerd in 10 de regel waarbij met behulp van het invoerorgaan kan worden geselecteerd welke invoerveld uit het verticale menu in de regel wordt gepresenteerd en waarbij met behulp van het invoerorgaan informatie bij een geselecteerd invoerveld kan worden ingevoerd.In particular, it further holds that the user interface further comprises at least a fourth type of object, of which at least a part can be presented in the line, wherein the fourth object comprises a vertical menu comprising a number of selectable positions placed below each other in the form of input fields at example with an input cursor, wherein each time an input field can be presented in the line, whereby with the aid of the input device it is possible to select which input field from the vertical menu is presented in the line and wherein with the aid of the input device information can be presented at a selected input field be entered.

Een voorbeeld van een dergelijk vierde type object is getoond in 15 figuur 4. Het vierde type object wordt in dit voorbeeld aangeduid als een input dialog. De input dialog (het vierde type object) wordt gebruikt om een aantal velden te bundelen waarmee tekst kan worden ingevoerd dan wel een waarde kan worden geselecteerd. De input dialog maakt dus invoer in de applicatie mogelijk. De velden in de input dialog hebben betrekking op een 20 gemeenschappelijke functie in de applicatie, bijvoorbeeld voor het opslaan van een bestand waarvoor een naam moet kunnen worden ingevoerd en waarvoor het mogelijk moet zijn een folder te selecteren waarin het bestand kan worden opgeslagen.An example of such a fourth type of object is shown in Figure 4. The fourth type of object is referred to as an input dialog in this example. The input dialog (the fourth type of object) is used to bundle a number of fields with which text can be entered or a value can be selected. The input dialog therefore allows input into the application. The fields in the input dialog relate to a common function in the application, for example for storing a file for which a name must be able to be entered and for which it must be possible to select a folder in which the file can be stored.

In het bijzonder geldt dat de invoervelden van het vierde type 25 object betrekking hebben op een (1) applicatie of subapplicatie.In particular, it holds that the input fields of the fourth type of object relate to a (1) application or subapplication.

Voorts geldt in dit voorbeeld dat een vierde type object kan worden geselecteerd voor presentatie in de regel door het selecteren en bevestigen van tenminste een aanduiding van tenminste een van de eerste, tweede en/of derde type objecten.Furthermore, in this example, it holds that a fourth type of object can be selected for presentation as a rule by selecting and confirming at least one designation of at least one of the first, second and / or third type of objects.

1 022 9 5 I 26 I Meer in het bijzonder geldt voorts dat de invoervelden van het I vierde type object betrekking hebben op een gemeenschappelijke functie in I de applicatie of sub applicatie.More in particular, it further holds that the input fields of the fourth type of object relate to a common function in the application or sub-application.

I Voorts geldt in dit voorbeeld dat een vierde type object kan worden 5 geselecteerd voor presentatie in de regel door het selecteren en bevestigen van tenminste een aanduiding van tenminste een van de eerste, tweede I en/of derde type objecten.Furthermore, in this example it holds that a fourth type of object can be selected for presentation as a rule by selecting and confirming at least one designation of at least one of the first, second I and / or third type of objects.

I In dit voorbeeld geldt dat het vierde type object tenminste een van I de volgende type invoervelden kan omvatten: “edit control”, “selection 10 control” of “multiline control” waarbij, met behulp van de invoereenheid, bij “edict control” bepaalde type informatie zoals een naam of adres kan worden I ingevoerd, bij “selection control” een informatie-eenheid uit een vooraf I bepaalde verzameling van informatie-eenheden kan worden ingevoerd en I waarbij bij “multiline control” meer dan een regel tekst kan worden I 15 ingevoerd.I In this example, it holds that the fourth type of object can comprise at least one of I the following type of input fields: "edit control", "selection 10 control" or "multiline control" where, with the help of the input unit, "edict control" determined type of information such as a name or address I can be entered, with "selection control" an information unit can be entered from a predetermined set of information units and I with "multiline control" more than one line of text can be entered I 15 entered.

Hierbij wordt opgemerkt dat wanneer een invoerveld is I geselecteerd en dus wordt gepresenteerd in de regel het betreffende I invoerveld een cursor omvat die aangeeft waar informatie kan worden I ingevoerd. Van een invoerveld wordt de ingevoerde informatie I 20 gepresenteerd in de regel (en dus althans voor een deel afgebeeld op het I brailledisplay en/of door middel van spraak kenbaar gemaakt). De cursor I kan op de gebruikelijke wijze bijvoorbeeld met behulp van de toetsen 8b en I 8d worden verplaatst. In het bijzonder geldt voorts dat het vierde type object I dat het invoerveld "edit control” omvat, tevens een aanduiding in de vorm 25 van een label omvat die aangeeft wat kan worden ingevoerd en dat het I vierde type object dat het invoerveld “selection control” omvat, tevens een I aanduiding in de vorm van een label omvat die aangeeft uit welke vooraf I bepaalde verzameling informatie-eenheden, informatie-eenheden kunnen I worden ingevoerd. Op deze wijze wordt een invoerveld tesamen met het I 30 label in de regel afgebeeld. Een gebruiker kan dus het label van het 27 invoerveld dat in de regel wordt gepresenteerd lezen met behulp van de brailleleesregel 2 zodat de gebruiker weet met wat voor type invoerveld hij op dat moment te maken heeft.It is noted here that when an input field is I selected and is therefore presented as a rule, the relevant I input field comprises a cursor which indicates where information can be entered. The input information of an input field is presented in the line (and thus at least partially displayed on the Braille display and / or made known by speech). The cursor I can be moved in the usual manner, for example by means of the keys 8b and I 8d. In particular, it further holds that the fourth type of object I comprising the "edit control" input field also comprises an indication in the form of a label that indicates what can be entered and that the fourth type of object that "input control" input field Also includes an I designation in the form of a label that indicates from which predetermined set of information units, information units can be entered I. In this way, an input field together with the I label is displayed as a rule Thus, a user can read the label of the input field presented in the line by using the Braille display line 2 so that the user knows what type of input field he is currently dealing with.

Een vierde type object kan worden geselecteerd en de selectie kan 5 worden bevestigd vanuit bijvoorbeeld een eerste type object door op de gebruikelijke wijze een aanduiding in het eerste type object te selecteren die betrekking heeft op het betreffende vierde type object en de selectie vervolgens bevestigen, bijvoorbeeld respectievelijk met behulp van de pijltjestoetsen 8a,8c en de knop OK. Eén en ander is afhankelijk van de 10 betreffende applicatie. Het is echter eveneens mogelijk dat een vierde type object vanuit een tweede type of derde type object wordt geactiveerd door selectie en bevestiging van een aanduiding uit het tweede type of derde type object. Ook dit is afhankelijk van de structuur van de betreffende applicatie. Wanneer een vierde type object wordt geselecteerd en de selectie wordt 15 bevestigd zodat het vierde type object wordt geactiveerd kan bijvoorbeeld een bovenste aanduiding van het vierde type object als eerste in de regel worden gepresenteerd. In het voorbeeld van figuur 4 zou dit dus zijn de aanduiding (label) SAVE NOTE. Het is echter eveneens mogelijk dat als eerste bijvoorbeeld het bovenste invoerveld wordt gepresenteerd in de regel. 20 Het gaat hierbij dan in het geval van figuur 4 om de aanduiding “ title :1” met daarvoor de indicator “e”.A fourth type of object can be selected and the selection can be confirmed from, for example, a first type of object by selecting in the usual manner an indication in the first type of object which relates to the relevant fourth type of object and then confirming the selection, for example using the arrow keys 8a, 8c and the OK button, respectively. All this depends on the application concerned. However, it is also possible that a fourth type of object from a second type or third type of object is activated by selecting and confirming an indication from the second type or third type of object. This also depends on the structure of the relevant application. When a fourth type of object is selected and the selection is confirmed so that the fourth type of object is activated, for example, an upper designation of the fourth type of object can be presented first in the line. In the example of Figure 4 this would therefore be the indication (label) SAVE NOTE. However, it is also possible that the top input field is first presented in the line, for example. 20 In the case of Figure 4, this concerns the designation “title: 1” with the indicator “e” in front of it.

In het bijzonder geldt voorts dat de gebruikers interface voorts tenminste een vijfde type object omvat waarvan tenminste een deel kan worden gepresenteerd in de regel waarbij het vijfde type object tenminste 25 een aanduiding in de vorm van een opmerking, een vraag of een waarschuwing kan omvatten.In particular, it further holds that the user interface further comprises at least a fifth type of object, at least a part of which can be presented in the rule, wherein the fifth type of object can comprise at least an indication in the form of a comment, a question or a warning.

Tevens geldt bij voorkeur dat het invoerorgaan een braille toetsenbord omvat.It also preferably holds that the input device comprises a braille keyboard.

Een voorbeeld van een vijfde type object wordt aan de hand van 30 figuur 5a, 5b en 5c besproken.An example of a fifth type of object is discussed with reference to Figures 5a, 5b and 5c.

1022954 I 28 I In dit voorbeeld wordt een vijfde type object ook wel een message I dialog genoemd. Een message dialog kent drie soorten. De eerste betreft I zoals gezegd de remark (een voorbeeld hiervan is gegeven in figuur 5a). Er I is geen gevaarlijke situatie en het betreft geen vraag. De remark wordt 5 gepresenteerd in de regel en de regel wordt afgebeeld in het brailledisplay en/of kenbaar gemaakt via spraak met behulp van de I spraaksynthesemiddelen. De brailledisplay maakt de aard van deze melding I direct duidelijk door in dit voorbeeld een dubbele punt te tonen. De dubbele I punt betreft dus wederom een indicator die aangeeft dat het om een remark I 10 gaat. De naam van de dialog is in hoofdletters in de bovenste aanduiding I gegeven en maakt duidelijk waarvoor de melding dient. De remark betreft I in dit voorbeeld dus eveneens een verticaal menu met aanduidingen. De I aard van de aanduiding dat wil zeggen de naam van de dialog betreft de bovenste aanduiding en de remark zelf betreft één of meer aanduidingen die I 15 onder de bovenste aanduiding zijn op genomen. De aanduidingen in het I verticale menu kunnen weer worden doorlopen met behulp van de toetsen I 8a en 8c. Ook hier geldt dat de betreffende aanduidingen cyclisch kunnen I worden doorlopen zoals hiervoor omschreven.1022954 I 28 I In this example, a fifth type of object is also referred to as a message I dialog. A message dialog has three types. The first concerns, as stated, the remark (an example of this is given in Figure 5a). There is no dangerous situation and it is not a question. The remark is presented in the line and the line is displayed in the Braille display and / or made known by speech using the speech synthesis means. The braille display immediately shows the nature of this message I by showing a colon in this example. The double I point again concerns an indicator that indicates that it is a remark I 10. The name of the dialog is given in capital letters in the upper designation I and makes clear what the message is for. The remark in this example therefore also concerns a vertical menu with indications. The nature of the designation, that is to say the name of the dialog, relates to the upper designation and the remark itself relates to one or more designations included under the upper designation. The indications in the I vertical menu can be traversed again using the keys I 8a and 8c. Here, too, it applies that the relevant indications can be cycled through as described above.

I Ten aanzien van een vraag kan het volgende worden op gemerkt.I With regard to a question, the following can be noted.

I 20 Een vraag zoals getoond in figuur 5b betreft wederom een verticaal menu met in dit voorbeeld vier aanduidingen. De bovenste aanduiding I “EXISTING TITLE” betreft wederom een label. De vier aanduidingen I daaronder vormen tesamen de vraag. Ook deze aanduidingen kunnen met I behulp van de toetsen 8a en 8c cyclisch worden doorlopen. Wanneer een I 25 applicatie aan een gebruiker een vraag stelt, zal ook in dit voorbeeld alsA question as shown in figure 5b again concerns a vertical menu with four indications in this example. The top designation I "EXISTING TITLE" is again a label. The four designations I below it together form the question. These indications can also be cyclically cycled with the aid of the keys 8a and 8c. When an application asks a user a question, in this example as well

allereerste de bovenste aanduiding, dat wil zeggen het label “EXISTINGvery first the upper designation, that is, the label "EXISTING

I TITLE” worden gepresenteerd in de regel met als gevolg dat althans een I deel daarvan wordt afgebeeld in het brailledisplay 2. De naam van de I message dialog (het vijfde type object) is in hoofdletters op de bovenste regel I 30 aangegeven en maakt duidelijk waarvoor de vraag dient. Een gebruiker kan I 1022954 29 vervolgens met behulp van de toetsen 8a en 8b de onderste vier aanduidingen respectievelijk afbeelden op het brailledisplay. De inrichting stelt een vraag aan de gebruiker die noodzakelijk is om een bepaalde keuze af te dwingen. De gebruiker kan deze vraag bevestigen of ontkennen met 5 bepaalde toetsen. In dit voorbeeld kan worden bevestigd door de toets OK 16 in te drukken, in het andere geval moet de toets CANCEL 14 worden ingedrukt. Ook in dit voorbeeld is er een indicator aanwezig die aangeeft wat de aard van de aanduiding is, in dit voorbeeld betreft de indicator een vraagteken.I TITLE ”are presented in the line with the result that at least a part of it is displayed in the Braille display 2. The name of the I message dialog (the fifth type of object) is indicated in capital letters on the top line I 30 and makes clear for which the question serves. A user can then use the buttons 8a and 8b to display the lower four indications on the Braille display, respectively. The device asks the user a question that is necessary to force a particular choice. The user can confirm or deny this question with 5 specific keys. In this example you can confirm by pressing the OK button 16, otherwise the CANCEL button 14 must be pressed. Also in this example there is an indicator which indicates the nature of the indication, in this example the indicator is a question mark.

10 Een voorbeeld van een vijfde type object waarin een waarschuwing wordt gegeven is getoond in figuur 5c. Ook hier betreft de bovenste aanduiding een label met de naam van de waarschuwing in hoofdletters. Deze naam maakt duidelijk waarvoor de waarschuwing dient. De aanduidingen die onder de bovenste aanduiding zijn aangenomen vormen in 15 combinatie de waarschuwing. De betreffende aanduidingen kunnen wederom met behulp van de toetsen 8a en 8c cyclisch worden doorlopen. Het gat erom dat de inrichting de gebruiker waarschuwt. De gebruiker voert een gevaarlijke functie uit of het systeem of de inrichting moet ingrijpen voordat gegevens verloren gaan. Ook kan een waarschuwing worden gegeven 20 wanneer bepaalde functies die een gebruiker wenst, op dat moment niet kunnen worden uitgevoerd. Een waarschuwing kan bijvoorbeeld een melding omvatten dat een batterij nagenoeg leeg is. Er is wederom een indicator aanwezig, in dit voorbeeld een uitroepteken, die duidelijk maakt dat het een waarschuwing betreft.An example of a fifth type of object in which a warning is given is shown in Figure 5c. Here too, the top designation refers to a label with the name of the warning in capital letters. This name makes clear what the warning is for. The indications adopted under the upper indication together form the warning. The respective indications can again be cyclically cycled using the keys 8a and 8c. The gap that the device warns the user. The user performs a dangerous function or the system or device must intervene before data is lost. A warning can also be given if certain functions that a user wishes cannot be performed at that time. A warning may, for example, include a message that a battery is nearly empty. There is again an indicator present, in this example an exclamation mark, which makes it clear that it is a warning.

25 De applicatie die op een gegeven moment actief is bepaald wanneer een vijfde type object wordt geactiveerd. Wordt een vijfde type object geactiveerd dan zal in bijzonder de bovenste aanduiding (het label) als allereerste in de regel worden gepresenteerd.The application that is active at a given moment is determined when a fifth type of object is activated. If a fifth type of object is activated, then in particular the upper designation (the label) will be presented first in the line.

In het bijzonder geldt voorts nog dat een aanduiding van een van 30 de eerste type objecten op het hoogste niveau van de gebruikersinterface t 022854 I 30 I binnen de inrichting betrekking heeft op een van de applicaties of I subapplicaties van de inrichting. Een dergelijk eerste type object omvat I aanduidingen die betrekking hebben op een bepaalde applicatie of subapplicatie. Door een dergelijke aanduiding te selecteren en te bevestigen I 5 zoals aan de hand van figuur 1 is besproken, wordt een bepaalde applicatie I of subapplicatie geactiveerd. Afhankelijk van de gestarte applicatie of I subapplicatie zal binnen de gestarte applicatie of subapplicatie in het I algemeen als eerste een eerste type object, een tweede type object, een derde type object of een vierde type object worden geselecteerd. De applicatie of I 10 subapplicatie kan zowel betrekking hebben op hardware als op software.In particular, it further holds that an indication of one of the first types of objects at the highest level of the user interface within the device relates to one of the applications or subapplications of the device. Such a first type of object comprises I designations that relate to a specific application or subapplication. By selecting and confirming such an indication as discussed with reference to Figure 1, a specific application I or sub-application is activated. Depending on the started application or subapplication, a first type of object, a second type of object, a third type of object or a fourth type of object will first be selected within the started application or subapplication. The application or I 10 subapplication can relate to both hardware and software.

I Er geldt bij voorkeur dat het hoogste niveau van de I gebruikersinterface binnen de inrichting slechts een (1) van de eerste I objecten omvat.It preferably holds that the highest level of the I user interface within the device comprises only one (1) of the first I objects.

I Er geldt, zoals gezegd, voorts dat door bediening van het I 15 invoerorgaan op vooraf bepaalde wijze een van de eerste type objecten die betrekking heeft op het hoogste niveau van de gebruikersinterface binnen I de inrichting kan worden geselecteerd voor presentatie in de regel. In dit I voorbeeld kan dit worden gedaan door bekrachtiging van de toets I programma 12.As stated above, it further holds that by operating the input device in a predetermined manner, one of the first type of objects relating to the highest level of the user interface within the device can be selected for presentation in the rule. In this example, this can be done by validating the test I program 12.

I 20 In het bijzonder geldt voorts dat een subapplicatie kan worden I geactiveerd door selectie en bevestiging van een aanduiding van een eerste, tweede, derde en/of vierde type object.In particular, it further holds that a sub-application can be activated by selection and confirmation of an indication of a first, second, third and / or fourth type of object.

I Tevens geldt zoals besproken verder in het bijzonder dat de I tenminste een van de type objecten in aanvulling op tenminste een 25 aanduiding tevens een indicator omvat die informatie verschaft over de aard I van de inhoud van de aanduiding waarbij de aanduiding wordt I gepresenteerd in de regel wanneer de bijbehorende tenminste ene I aanduiding in de regel wordt gepresenteerd.As discussed further, it further holds in particular that the I at least one of the type of objects, in addition to at least one indication, also comprises an indicator which provides information on the nature of the content of the indication, the indication being presented in the I rule when the associated at least one I designation is presented in the rule.

I f fï! ^ 9 Λ · 31I f fi! ^ 9 Λ · 31

Hierbij geldt bij voorkeur dat door selectie en eventueel bevestiging van de indicator nadere informatie over deze aard van de aanduiding in de regel wordt gepresenteerd.It is preferably the case here that by selecting and possibly confirming the indicator, further information about this nature of the indication is usually presented.

In dit voorbeeld geldt dat de indicator voorafgaand aan een 5 aanduiding is opgenomen.In this example, it holds that the indicator is included prior to an indication.

Tevens geldt in dit voorbeeld dat een horizontaal menu is voorzien van een (1) aanduiding en dat een verticaal menu elke aanduiding is voorzien van een bijbehorende aanduiding.It also holds in this example that a horizontal menu is provided with a (1) indication and that a vertical menu is provided with a corresponding indication each.

In het bijzonder geldt voorts dat het invoerorgaan tevens 10 spraakherkenningsmiddelen omvat. Een gebruiker kan dan informatie invoeren door middel van spraak in plaats van hiervoor het toetsenbord te gebruiken..In particular, it further holds that the input device also comprises speech recognition means. A user can then enter information through speech instead of using the keyboard for this.

Voorts kan de inrichting, zoals gezegd, in het bijzonder zijn voorzien van spraaksynthese middelen voor het oplezen van de inhoud van 15 de regel. De inhoud van de regel kan bijvoorbeeld worden opgelezen door het bekrachtigen van een bepaalde knop van het invoerorgaan. De inrichting kan bijvoorbeeld nog een mobiele telefoon en/of een elektronische agenda omvatten als één of meer van de mogelijke applicaties. Hiertoe omvat de inrichting bijvoorbeeld de knopen connect 50 en disconnect 52. Ook kan de 20 inrichting zijn ingericht om te communiceren met een computer of een computernetwerk via in dit voorbeeld de uitgang en ingang 26. Uiteraard kan de inrichting eveneens zijn voorzien van draadloze technologie zoals blue tooth technologie voor het aangaan van verbindingen met andere apparaten.Furthermore, as stated, the device can in particular be provided with speech synthesis means for reading the contents of the rule. The contents of the line can be read, for example, by actuating a particular button on the input device. The device can for instance further comprise a mobile telephone and / or an electronic agenda as one or more of the possible applications. For this purpose, the device comprises, for example, the nodes connect 50 and disconnect 52. The device can also be adapted to communicate with a computer or a computer network via in this example the output and input 26. The device can of course also be provided with wireless technology such as blue tooth technology for establishing connections with other devices.

25 In figuur 6 wordt een overzicht gegeven van een voorbeeld van een mogelijke applicatie, te weten notes. In figuur 6 is met referentie nummer 30 het eerste type object weergegeven dat het hoogste niveau betreft van de gebruikersinterface binnen de inrichting. Het blijkt dus dat de inrichting is voorzien van twee applicaties te weten “notes” en “phone”. Wanneer de 30 applicatie “notes” wordt geselecteerd met behulp van de pijltjestoetsen 8 en 1022904 32 wanneer vervolgens op de toets OK wordt gedrukt, wordt de applicatie “notes” gestart. Na het starten van de applicatie “notes” wordt een derde type object 32 geactiveerd, te weten een “record list”. Hoe één en ander kan worden bediend, is met behulp van pijlen en bijbehorende toetsen 5 aangeduid. Zo kan door selectie van de aanduiding “hobby” met behulp van de verticale pijltjestoetsen 8a en 8c en door toetsencombinaties betreffende de pijltjestoets 8d en de toets OK een ander derde type object 34 worden geselecteerd.Figure 6 gives an overview of an example of a possible application, namely notes. In Fig. 6, reference number 30 shows the first type of object that concerns the highest level of the user interface within the device. It thus appears that the device is provided with two applications, namely "notes" and "phone". When the application "notes" is selected using the arrow keys 8 and 1022904 32 when the OK key is subsequently pressed, the application "notes" is started. After starting the application "notes" a third type of object 32 is activated, namely a "record list". The way in which one and the other can be operated is indicated with the help of arrows and associated keys. For example, by selecting the designation “hobby” with the help of the vertical arrow keys 8a and 8c and by key combinations concerning the arrow key 8d and the OK key, another third type of object 34 can be selected.

Geheel analoog wordt in figuur 7 een voorbeeld gegeven van een 10 subapplicatie van de applicatie “notes”. Deze subapplicatie, in figuur 7 genaamd “notes editor menu”, wordt gestart vanuit bijvoorbeeld een “record” list wanneer de “multiline editor” is geselecteerd en bekrachtigd. Door het bedienen van de toets menu 10 wordt in dit voorbeeld het eerste type object 36 gestart. Het eerste type object 36 betreft het hoogst niveau 15 van de gebruikersinterface binnen de subapplicatie “notes editor menu”. Verdere werking van het “notes editor menu” volgt direct uit de tekening volgens figuur 7. Het omvat tweede type objecten 40, vierde type objecten 42 en vijfde type objecten 44. Door bekrachtiging van de toets program kan bijvoorbeeld direct het horizontale menu worden geselecteerd dat zich op het 20 hoogste niveau van de gebruikersinterface binnen de inrichting bevindt. Door bekrachtiging van de toets menu kan het horizontale menu worden geactiveerd dat zich op het hoogste niveau binnen een applicatie of subapplicatie bevindt. De inrichting kan voorts nog zijn voorzien van een verzameling tweede pijltjestoetsen 8a’, 8b’, 8c’, 8d’. Zo kan de inrichting 25 dusdanig zijn ingericht dat de pijltjestoetsen 8a - 8d worden gebruikt voor het navigeren tussen verschillende programma’s, objecten en dergelijke terwijl de pijltjestoetsen 8a’- 8d’ worden gebruikt voor het selecteren van een aanduiding binnen een bepaald object.Completely analogously, in Figure 7 an example is given of a sub-application of the application "notes". This subapplication, called "notes editor menu" in figure 7, is started from, for example, a "record" list when the "multiline editor" is selected and validated. In this example, by operating the menu 10 key, the first type of object 36 is started. The first type of object 36 concerns the highest level 15 of the user interface within the sub-application "notes editor menu". Further operation of the "notes editor menu" follows directly from the drawing according to Figure 7. It comprises second type of objects 40, fourth type of objects 42 and fifth type of objects 44. For example, by activating the program key, the horizontal menu can be directly selected. is located at the highest level of the user interface within the device. By activating the key menu, the horizontal menu can be activated which is located at the highest level within an application or sub-application. The device may further be provided with a collection of second arrow keys 8a ", 8b", 8c ", 8d". For example, the device 25 may be arranged such that the arrow keys 8a - 8d are used to navigate between different programs, objects and the like while the arrow keys 8a '- 8d' are used to select an indication within a certain object.

De uitvinding is geenszins beperkt tot de hiervoor geschetste 30 uitvoeringsvoorbeelden. Zo kan de brailleleesregel van de braille display eenThe invention is in no way limited to the exemplary embodiments outlined above. For example, the Braille display of the Braille display can be a

102290H102290H

33 van 20 afwijkend aantal braillecellen omvatten. Ook het brailledisplay kan een aantal boven elkaar geplaatste horizontale brailleleesregels omvatten. Op een brailledisplay kan geheel analoog zoals hiervoor besproken eveneens de regel worden afgebeeld. Hierbij kan, indien de regel meer karakters 5 omvat dan een horizontale regel van het brailledisplay, de regel in zijn geheel worden afgebeeld verspreid over meerdere horizontale regels van het brailledisplay. Dus eenmalige bekrachtiging van een schakelaar 21 heeft dan bijvoorbeeld betrekking op een bovenste brailleregel van het brailledisplay en een dubbele bekrachtiging van een schakelaar 21 heeft 10 betrekking op een daaronder gelegen brailleregel. Ook kan het invoerorgaan een muis en/of een touchscreen omvatten. Dergelijke varianten worden elk geacht binnen het kader van de uitvinding te vallen. 133 of 20 a different number of braille cells. The braille display can also comprise a number of horizontal braille reading lines placed one above the other. On a Braille display, the line can be displayed completely analogously as discussed above. Here, if the line comprises more characters than a horizontal line of the Braille display, the line can be displayed in its entirety spread over several horizontal lines of the Braille display. Thus, one-time excitation of a switch 21 then relates, for example, to an upper braille line of the braille display and a double excitation of a switch 21 relates to an underlying braille line. The input device can also comprise a mouse and / or a touchscreen. Such variants are each understood to fall within the scope of the invention. 1

Claims

2. Device as claimed in claim 1, characterized in that by selection and confirmation of an indication of a first type of object which concerns the highest level of the user interface within an application or subapplication, wherein the indication relates to a second type of object of the application or subapplication of the second type of objects the second type of object is selected for presentation in the line.

3. Device as claimed in claim 1 or 2, characterized in that by selecting and confirming an indication of the first type of object which relates to the highest level of the user interface within the device, wherein the indication relates to an application or sub-application application or subapplication is activated.

Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that a second type of object of an application or sub-application can be activated by selecting and confirming one of the indications of an application or sub-application .

Device as claimed in claim 5, characterized in that a subapplication of the application can be activated by selection I and confirmation of an indication of a second type of object that belongs to an application.

6. Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that operation of the input device in predetermined manner when a sub-application is active, a first type of object of the sub-application that is active can be selected for presentation in the I line .

7. Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that by selecting and confirming an indication of one of the first type of objects that belongs to a specific application or subapplication, one of the second type of objects that belongs to the same application whether I subappliaction belongs can be selected for presentation in the line.

8. Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that by selecting and confirming a predetermined I designation from one of the second type of objects of a certain application I or subapplication can be returned to one of the first type I objects of the relevant application or subapplication for the presentation of the first type of object in the line.

9. Device as claimed in claim 3, characterized in that upon activation of the application a second type of object of the application is presented as a rule.

Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that, by operating the input device in predetermined manner, the first object of an application or sub-application that is active can be selected so that the first object is generally presented. I O

Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that by operating the input device in predetermined manner one of the first type of objects of a certain application or subapplication can be selected for presentation in the line when on the line 5 one of the second type of objects is presented that relates to the last-mentioned application or sub-application.

12. Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that by operating the input device in predetermined manner one of the first type of objects which relates to the highest level of the user interface within the device can be selected for presentation in the device. rule.

Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that each sub-application comprises only one (1) of the first type of objects.

Device according to one of the preceding claims, characterized in that the highest level of the user interface within the device comprises only one (1) of the first objects.

15. Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that with the aid of the input member it can be determined which part of the line is displayed on the braille display.

16. Device as claimed in claim 15, characterized in that by operating the input device in the horizontal direction on a subsequent overlapping or non-overlapping parts of the line can be selected for, for example, display on the braille display or for making known by means of speech wherein the order of the respective selected parts of the line passed through operation of the input device is cyclical.

17. Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that by operating the input member in vertical direction on a following indications of the second object in the line can be presented, wherein the order of the indications presented respectively in the line passed through operation of the input device is cyclical.

18. Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that the indications of the first type of object are fixed.

Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that the indications of the second type of object are fixed.

20. Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that the user interface further comprises at least a third type of object 10 of which at least a part can be presented in the line in which the third object comprises a vertical menu comprising a variable number of superimposed units includes variable designations, one of which can each be presented in the line, whereby with the aid of the input device it is possible to select which designation from the vertical menu is presented in the line and wherein with the aid of the input device a selection of a presented designation can be made be confirmed.

Device as claimed in claim 20, characterized in that by selecting and confirming at least one designation of at least one of the first type of objects, second type of objects and / or third type of objects, one of the third type of objects can be selected for presentation in the rule.

22. Device as claimed in claim 20 or 21, characterized in that one of the third type of objects can comprise at least one of the following type indications: "new record", "category" and "title", wherein by selecting I an indication of the title and confirmation type a file is opened, by selecting an indication of the type "category" and I confirmation a folder / directory is opened and whereby by selection and confirmation of an indication of the type "new record" a new I 30 file or a new folder / directory with corresponding designation can I / ¾ OO r. which designation is included in the third object.

Device according to claim 22, characterized in that the designation of the type "new record" is included above the designation of the type "category" and "title" in the column of the third type of object.

Device according to claim 22 or 23, characterized in that a folder / directory comprises a collection of files.

25. Device as claimed in claim 24, characterized in that one of the third type of objects is selected for presentation in the line by selection and confirmation of an indication of the "category" type.

Device as claimed in claim 25, characterized in that the third type of object presented by selection and confirmation of a designation of the "category" type can comprise designations of the "title", "new record" or "category" type wherein selection and confirmation of an indication of the type “new record” a new title can be created in which the last mentioned category is a subcategory of the aforementioned category.

27. Device as claimed in any of the foregoing claims 20-26, characterized in that by operating the input member, in subsequent vertical directions on the third type of object can be presented in the line in which the order of the respective in the line indications traversed by operation of the input device is cyclical.

28. Device as claimed in any of the foregoing claims 20-27, characterized in that the upper designation in the column of the third type of object gives a label (for example the name or description) of the third type of object.

29. Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that the user interface further comprises at least a fourth type of object of which at least a part can be presented in the t 2. & $ a line in which the fourth object comprises a vertical menu comprising a number of selectable positions placed below each other in the form of input fields, for example with an input cursor, wherein each time an input field can be presented in the line in which by means of the input device it is possible to select which input field from the vertical menu is generally presented, and with the aid of the input device information can be entered at a selected input field.

Device according to claim 29, characterized in that the 10 input fields of the fourth type of object relate to a (1) application or sub-application.

Device as claimed in claim 29 or 30, characterized in that a fourth type of object can be selected for presentation as a rule by selecting and confirming at least one designation of at least one of the first, second and / or third type of objects .

Device as claimed in any of the claims 29-31, characterized in that the fourth type of object can comprise at least one of the following type of input fields: "edit control", "selection control" or "multiline control" wherein, with the aid of the input unit, type I information can be entered for "edict control", such as a name or address can be entered, for "selection I control" an information unit can be entered from a predetermined set of information units and for which "multiline I control" "More than one line of text can be entered.

Device as claimed in claim 32, characterized in that the fourth type of object comprising the edit control input field also comprises an indication in the form of a label indicating what can be entered and that the fourth type of object that the input field comprises "selection control", also I an indication in the form of a label indicating from which '· γ. H i i Λ- Ί * —ή ·· predetermined set of information units, information units can be entered.

Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that the user interface further comprises at least a fifth type of object 5 of which at least a part can be presented in the line in which the fifth type of object at least an indication in the form of a remark, may include a question or a warning.

Device as claimed in claim 1, 2, 29 and / or 34, characterized in that a sub-application can be activated by selection and confirmation of an indication of a first, second, third and / or fourth type of object.

36. Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that the at least one of the type of objects in addition to at least one indication also comprises an indicator which provides information about the nature of the content of the at least one indication, wherein the indication is presented in the rule when the associated at least one indication is presented in the rule.

Device as claimed in claim 36, characterized in that further information about this nature of the at least one indication is generally presented by selection and possibly confirmation of the indicator.

Device according to claim 36 or 37, characterized in that the indicator is included prior to an indication.

An apparatus according to claim 38, characterized in that a horizontal menu is provided with a (1) indication.

40. Device as claimed in claim 38 or 39, characterized in that a vertical menu has each designation an associated designation.

Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that the input member comprises a braille keyboard. 1022954

An apparatus according to any one of the preceding claims, characterized in that the input means comprises a switching means that runs parallel to the braille display. Device as claimed in claim 42, characterized in that the switching means comprises a number of adjacent switches which respectively correspond to adjacent braille cells of the braille display.

Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that the input device comprises speech recognition means and / or a touchscreen for entering information at the user interface by means of speech and / or touch.

Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that the device comprises an application in the form of a mobile telephone and / or an electronic diary.

An apparatus according to any one of the preceding claims, characterized in that the apparatus is adapted to communicate with a computer or a computer network.

Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that the device comprises a computer.

Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that an indication comprises a collection of characters.

An apparatus according to claim 6, 10, 11 or 12, characterized in that, operating the input means in a predetermined manner comprises activating a predetermined button or set of buttons. 1022954