NL1019722C2 - Inrichting en werkwijze voor het verpakken van plaatvormige informatiedragers. - Google Patents

Inrichting en werkwijze voor het verpakken van plaatvormige informatiedragers. Download PDF

Info

Publication number
NL1019722C2
NL1019722C2 NL1019722A NL1019722A NL1019722C2 NL 1019722 C2 NL1019722 C2 NL 1019722C2 NL 1019722 A NL1019722 A NL 1019722A NL 1019722 A NL1019722 A NL 1019722A NL 1019722 C2 NL1019722 C2 NL 1019722C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
information carrier
cover part
information
approximately
rail
Prior art date
Application number
NL1019722A
Other languages
English (en)
Inventor
Hendricus Antonius Hoogland
Original Assignee
Fountain Tech Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Fountain Tech Bv filed Critical Fountain Tech Bv
Priority to NL1019722A priority Critical patent/NL1019722C2/nl
Priority to TW091101544A priority patent/TWI225458B/zh
Priority to US10/184,038 priority patent/US20030126839A1/en
Priority to AU2003207406A priority patent/AU2003207406A1/en
Priority to PCT/NL2003/000012 priority patent/WO2003058627A1/en
Priority to US10/501,197 priority patent/US20050155879A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1019722C2 publication Critical patent/NL1019722C2/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B33/00Constructional parts, details or accessories not provided for in the other groups of this subclass
    • G11B33/02Cabinets; Cases; Stands; Disposition of apparatus therein or thereon
    • G11B33/04Cabinets; Cases; Stands; Disposition of apparatus therein or thereon modified to store record carriers
    • G11B33/0405Cabinets; Cases; Stands; Disposition of apparatus therein or thereon modified to store record carriers for storing discs
    • G11B33/0411Single disc boxes
    • G11B33/0422Single disc boxes for discs without cartridge

Landscapes

  • Packaging For Recording Disks (AREA)

Description

Titel: Inrichting en werkwijze voor het verpakken van plaatvormige informatiedragers.
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het verpakken van in hoofdzaak plaatvormige informatiedragers.
Onder plaatvormige informatiedragers dienen in deze ten minste te worden begrepen informatiedragers met in hoofdzaak een cirkelvorm, zoals 5 CD's, bijvoorbeeld muziek-CD, CD-Rom, CD-i, CD-RW of DVD, en informatiedragers met een in hoofdzaak meerhoekige, in het bijzonder rechthoekige vorm, zoals chipkaarten, creditkaarten, SIM-kaarten, geheugenkaarten of -sticks, disks zoals computer diskettes en mini disks en dergelijke.
10 Uit de praktijk zijn opberginrichtingen voor CD's bekend welke gebruikelijk worden aangeduid als Jewel-cases. Deze omvatten een tweetal ten opzichte van elkaar scharnierbare dekseldelen, waarbij in een der dekseldelen, bijvoorbeeld met behulp van een daarin gelegde tray, een rozet is aangebracht. Deze rozet wordt gevormd door een aantal in een cirkel 15 op gestelde, verende elementen, waarover de CD met zijn centrale opening kan worden gedrukt teneinde door klemming te worden vastgehouden, waarbij uitstulpingen van de elementen op de bovenzijde van de CD aangrijpen. Bij losnemen worden de segmenten elastisch vervormd, zodat de CD over de uitstulpingen kan worden getrokken.
20 Deze bekende inrichtingen hebben als nadeel dat zowel bij plaatsing en uitnemen als in de opbergstand krachten worden uitgeoefend op de CD, welke tot ongewenste spanningen leiden in de CD en in de verpakkingsinrichting. Daardoor kunnen bijvoorbeeld scheuren ontstaan in de CD en/of vermoeiingsbeschadigingen in de rozet. Veelal breken 25 segmenten uit de rozet, waardoor de werking van deze inrichting aanmerkelijk wordt verslechterd of zelfs teniet gaat. Een verder nadeel van deze bekende inrichtingen is dat deze relatief veel ruimte inneemt, in het 1 o 5 9 / 2 2 2 bijzonder relatief dik zijn, als gevolg van met name de rozetten. Immers, deze rozetten dienen in elk geval een zodanige hoogte te hebben die enigszins groter is dan de dikte van de CD, teneinde op de bovenzijde van de CD te kunnen aangrijpen. Bovendien dient onder de CD enige ruimte vrij te 5 blijven ten einde de rozet voldoende te kunnen vervormen om de CD te kunnen plaatsen en wegnemen. Tezamen met de noodzakelijke wanddikten van de dekseldelen leidt dit tot een minimale dikte van ongeveer 10 mm.
Voorts hebben deze bekende inrichtingen als nadeel dat plaatsing en, met name, uitnemen van de CD moeilijk is, bijvoorbeeld omdat 10 tegelijkertijd de CD vastgehouden moet worden op zijn buitenste langsrand en de rozet dient te worden ingedrukt, hetgeen relatief grote handen en goede coördinatie vergt.
De uitvinding beoogt een inrichting voor het verpakken van informatiedragers zoals in de inleiding beschreven, waarbij de nadelen van 15 de bekende inrichtingen ten minste gedeeltelijk zijn vermeden, met behoud van de voordelen daarvan. Daartoe wordt een inrichting volgens de uitvinding gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusie 1.
Bij een inrichting volgens de uitvinding wordt een informatiedrager ongeveer evenwijdig aan zijn oppervlak in 20 opneemmiddelen in of op een dekseldeel geschoven, zodanig dat ten minste een gedeelte van zijn buitenrand door geleide-elementen wordt geleid en omvat, voor het positioneren en vasthouden van de informatiedrager. De geleide-elementen kunnen daarbij bijzonder klein, althans dun worden uitgevoerd, waardoor deze relatief weinig ruimte innemen. Zo kunnen de 25 geleide-elementen bijvoorbeeld enigszins rail-vormig zijn met bijvoorbeeld een enigszins U-vormige doorsnede, waarvan de benen zich ongeveer evenwijdig aan of in het betreffende dekseldeel uitstrekken. De dikte van deze benen kan dan bijzonder klein worden gehouden, bijvoorbeeld enkele tienden van millimeters aangezien deze geen klemmende werking hoeven te 30 bieden. Deze hoeven slechts beweging van de informatiedrager ongeveer 3 haaks op zijn buitenoppervlak te beperken en de informatiedrager bij plaatsing en uitnemen te geleiden. Overigens kunnen de geleide-elementen ook onderling zijn verbonden door een verbindingsdeel of zelfs onderdeel uitmaken van een doorgaand element.
5 Bij een inrichting volgens de uitvinding is het bijzonder voordelig indien ten minste één verend element is voorzien dat de informatiedrager in een opsluitstand in de opneemmiddelen opsluit, welk verend element door de informatiedrager bij uitnemen en/of plaatsen kan worden weggedrukt doch voldoende weerstand biedt tegen verschuiving van de informatiedrager 10 in de opsluitstand, bijvoorbeeld bij verplaatsing van de inrichting met informatiedrager.
Bij een inrichting volgens de uitvinding worden op de informatiedrager zowel tijdens plaatsing en uitnemen als in de opsluitstand geen ongewenste krachten uitgeoefend, in het bijzonder geen buigkrachten. 15 Slechts de verende elementen zullen bij plaatsing en uitnemen enige kracht uitoefenen, ongeveer evenwijdig aan de vlakke buitenzijden van de informatiedrager, tegen de langsrand, welke niet tot ongewenste spanningen in de informatiedrager zullen leiden. Bovendien hoeven geen langdurige vervormingen op te treden in met name de verende vingers en de 20 verdere opneemmiddelen, waardoor vermoeiingsproblemen zich niet voor zullen doen.
Een verder voordeel van een inrichting volgens de uitvinding is dat de informatiedrager niet onbedoeld los zal komen wanneer op de gesloten verpakking wordt gedrukt, zoals bij de rozet van de bekende inrichting 25 eenvoudig kan gebeuren. Bij gebruik van een inrichting volgens de uitvinding voor verpakken van bijvoorbeeld CD's of dergelijke inrichtingen met ten minste één opening kan eenvoudig een vinger in de opening worden gestoken waarna de informatiedrager kan worden verschoven. Ook kunnen de opneemmiddelen, in het bijzonder de geleide-elementen zodanig worden 4 uitgevoerd dat een vinger eenvoudig tegen een langsranddeel van de informatiedrager kan worden geplaatst voor verschuiving daarvan.
Bij een inrichting volgens de uitvinding zijn de opneemmiddelen, in het bijzonder de geleide-elementen en de eventuele verende elementen bij 5 voorkeur zodanig gedimensioneerd dat de informatiedrager niet geklemd maar wel opgesloten wordt in de genoemde opsluitstand, waarbij de geleide-elementen bijvoorbeeld schuifpassingen of geleidingen met bijzonder weinig speling vormen terwijl de verende nok of nokken nagenoeg onvervormd aanliggen tegen de zijde van de informatiedrager. De eventuele speling is 10 daarbij bijvoorkeur aanmerkelijk kleiner dan de dikte van de informatiedrager, bijvoorbeeld maximaal enkele tienden of honderdsten van de dikte daarvan.
In een bijzonder voordelige uitvoeringsvorm zijn de opneemmiddelen en het dekseldeel waarop of waarin deze zijn voorzien 15 zodanig gedimensioneerd dat de informatiedrager op het dekseldeel plaatsbaar is, gedeeltelijk naast de opneemmiddelen en daarlangs schuifbaar is tot in een opsluitstand in de opneemmiddelen en vice versa. Hierdoor wordt plaatsing en uitnemen nog eenvoudiger mogelijk. Daarbij is bij voorkeur het betreffende dekseldeel voorzien van een opstaande 20 langsrand, zodanig dat de informatiedrager binnen de langsrand, althans gedeeltelijk naast de opneemmiddelen kan worden gelegd en door de langsrand kan worden verhinderd dat de informatiedrager van het genoemde dekseldeel kan schuiven.
De informatiedrager wordt in de genoemde opsluitstand bij 25 voorkeur met zijn buitenvlakken op afstand gehouden van de dekseldelen, waardoor beschadigingen nog beter worden verhinderd.
In een verdere voordelige uitvoeringsvorm is een inrichting volgens de uitvinding gespuitgiet, bij voorkeur eendelig, waarbij de dekseldelen onderling zijn verbonden door een rug, waarbij meegespuitgiete scharnieren 30 (living hinges) zijn voorzien, waardoor een robuuste, eenvoudig te 5 vervaardigen en relatief goedkope verpakkingsinrichting kan worden verkregen.
Bij een inrichting volgens de uitvinding kan de schuifrichting van de informatiedrager langs een dekseldeel, tussen een vrije stand en een in 5 de opneemmiddelen opgenomen opsluitstand zich bijvoorbeeld evenwijdig aan de rug van de opberginrichting uitstrekken, maar kan ook daarmee een hoek insluiten, bijvoorbeeld een hoek van ongeveer 90°. In een voordelige nadere uitwerking is ten minste één dekseldeel voorzien van opneemmiddelen voor opnemen van ten minste twee informatiedragers en/of 10 zijn beide dekseldelen voorzien van opneemmiddelen. Hierdoor kunnen meerdere informatiedragers in dezelfde inrichting worden verpakt.
Zoals beschreven zijn de bekende opberginrichtingen relatief dik, bijvoorbeeld 10 mm of meer, ook wanneer daarin slechts één informatiedrager opgenomen kan worden. Het verdient evenwel de voorkeur 15 de verpakkingsinrichtingen relatief dun uit te voeren, aangezien deze daardoor minder ruimte innemen. Verrassenderwijs is gebleken dat bij een verpakkingsinrichting volgens de uitvinding deze een dikte kan hebben van minder dan ongeveer 9 mm, waarbij op één der dekseldelen ten minste één informatiedrager kan worden opgenomen en bij gesloten inrichting 20 daarnaast nog ruimte is voor verdere informatiemiddelen, zoals bijvoorbeeld een boekwerkje met een dikte van bijvoorbeeld 3 a 4 mm. Duidelijk zal zijn dat een dergelijke opberginrichting derhalve ook nog dunner kan worden uitgevoerd. De wanddikte van een verpakkingsinrichting volgens de uitvinding is bijvoorkeur ten minste voor wat betreft de vlakken van de 25 dekseldelen relatief klein, bij voorkeur minder dan ongeveer 1 mm.
Derhalve kan bij verpakken van een informatiedrager met een dikte van bijvoorbeeld ongeveer 2 mm de totale dikte van de verpakking worden beperkt tot bijvoorbeeld ongeveer 6 a 6,5 mm of zelfs ongeveer 4 mm. Bij extra dunne uitvoering van de dekseldelen kan zelfs een nog kleinere dikte 30 worden bereikt.
' u '/ C; v ') ί 6
Door uitvoering van de verpakkingsinrichting met buitenafmetingen die ongeveer overeenkomen met die van bestaande DVD-dozen, in het bijzonder ongeveer 135 bij 190 mm wordt het voordeel bereikt dat verpakkingsinrichtingen volgens de uitvinding in standaard 5 opberginrichtingen, verwerkingsinrichtingen, verpakkingsmachines en dergelijke kunnen worden toegepast. Evenwel kunnen uiteraard ook andere buitenmaten worden toegepast.
De uitvinding heeft voorts betrekking op een samenstel van een inrichting volgens de uitvinding en een daarin op te nemen of opgenomen 10 informatiedrager.
De uitvinding heeft bovendien betrekking op een werkwijze voor het vullen van een inrichting volgens de uitvinding, gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusie 19.
Een dergelijke werkwijze biedt het voordeel dat de 15 verpakkingsinrichting eenvoudig kan worden gevuld, waarbij slechts geringe aanpassingen noodzakelijk zijn van bestaande verpakkingsinrichtingen voor bijvoorbeeld CD's of andere plaatvormige informatiedragers.
In de verdere volgconclusies zijn nadere voordelige 20 uitvoeringsvormen getoond van verpakkingsinrichtingen volgens de uitvinding.
Ter verduidelijking van de uitvinding zullen uitvoeringsvoorbeelden van een verpakkingsinrichting, samenstel en werkwijze volgens de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van 25 de tekening. Daarin toont:
Figuur 1 in perspectivisch aanzicht een verpakkingsinrichting volgens de uitvinding, met een CD in een vrije stand; figuur 2 in perspectivisch aanzicht een klemvinger voor boekwerken van een inrichting volgens figuur 1; 7 figuur 3 in perspectivisch aanzicht een detail van een inrichting volgens figuur 1 met opneemmiddelen; figuur 4 in perspectivisch aanzicht een detail van een rug van een inrichting volgens figuur 1 met daaraan via scharniermiddelen verbonden 5 dekseldelen; figuur 5 in geopende stand in vooraanzicht een inrichting volgens figuur 1; figuur 6 in geopende stand in achteraanzicht een inrichting volgens figuur 1; 10 figuur 7-9 een drietal alternatieve uitvoeringsvormen van een inrichting volgens de uitvinding; figuur 10 in perspectivisch aanzicht een gedeelte van de opneemmiddelen van een inrichting volgens figuur 9; figuur 11 in perspectivisch aanzicht een inrichting volgens figuur 9 15 en figuur 10; figuur 12 in perspectivisch aanzicht schematisch een gedeelte van een alternatieve uitvoeringsvorm van opneemmiddelen volgens de uitvinding; en figuur 13 in vooraanzicht schematisch een dekseldeel van een 20 inrichting volgens de uitvinding voor het opnemen van een rechthoekige informatiedrager.
In deze beschrijving hebben gelijke of corresponderende delen gelijke of corresponderende verwijzingscijfers. In de getoonde uitvoeringsvormen zijn de inrichtingen volgens de uitvinding eendelig 25 vervaardigd door spuitgieten uit kunststof, omvattende dekseldelen die door meegespuitgiete scharnieren (living hinges) zijn verbonden met elkaar en/of een rug. De dekseldelen kunnen tegen elkaar worden verzwenkt voor het verkrijgen van een doosvormige, gesloten verpakking waarbinnen informatiedragers zoals CD's, chipkaarten, diskettes, minidisks en 30 dergelijke kunnen worden opgesloten. Het zal evenwel duidelijk zijn dat 8 vergelijkbare inrichtingen ook kunnen worden vervaardigd uit meerdere delen, bijvoorbeeld losse dekseldelen die door geschikte scharniermiddelen met elkaar kunnen worden verbonden of los op elkaar kunnen worden gedrukt. Geschikte scharniermiddelen zijn genoegzaam bekend, bijvoorbeeld 5 als toegepast bij de bekende Jewel-box.
Figuur 1 toont in perspectivisch aanzicht een eerste uitvoeringsvorm van een inrichting 1 volgens de uitvinding voor het verpakken van cirkelvormige, in hoofdzaak vlakke informatiedragers 2, in het bijzonder CD's. De inrichting 1 omvat een eerste dekseldeel 3, een 10 tweede dekseldeel 4 en een daartussen geplaatste rug 5, onderling verbonden door living hinges 6. De beide dekseldelen 3, 4 zijn voorzien van een opstaande langsrand 7, 8 die op gebruikelijke wijze zijn geprofileerd, zodanig dat deze op en/of in elkaar kunnen aangrijpen bij gesloten stand, wanneer de dekseldelen 3, 4 tegen elkaar zijn verzwenkt. Op het eerste 15 dekseldeel 3 zijn opneemmiddelen 9 voorzien, binnen de langrand 7, waarin de informatiedrager 2 in een opsluitstand kan worden opgenomen. In figuur 1 is de informatiedrager 2 in een vrije stand op het eerste dekseldeel 3 gelegd en kan, op nog nader te beschrijven wijze, van daaruit worden verschoven naar een opsluitstand, zoals schematisch in onderbroken lijnen 20 weergegeven in figuur 5. In het tweede dekseldeel 4 zijn klemvingers 10 voorzien nabij de van de rug 5 afgekeerde zijde, welke zich naar de binnenzijde van de verpakking uitstrekken en waaronder bijvoorbeeld een bij de informatiedrager 2 behorend boekwerk kan worden geklemd.
De opneemmiddelen 9 omvatten in de in figuur 1 getoonde 25 uitvoeringsvorm een tweetal geleide-elementen 11, een stuitrand 12 en een tweetal verende vingers 13. In figuur 3 is in perspectivisch aanzicht uitvergroot een geleide-element 11 met verende vinger 13 getoond. Het geleide-element 11 heeft een enigszins U-vormige dwarsdoorsnede, voorzien van een onderste been 14, een zich ongeveer evenwijdig daaraan 30 uitstrekkend bovenste been 15 en een staande wand 16. Van de beide 10 n / 2 2 9 geleide-elementen 11 strekken de benen 14, 15 zich in de richting van elkaar uit. Deze zijn ongeveer evenwijdig gelegen aan het dekselvlak 17 van het eerste dekseldeel 3. De beide geleide-elementen 11 en de stuitrand 12 liggen op een denkbeeldige cirkel, zodanig dat een opstaande wand 18 en de 5 staande wanden 16 ongeveer een halve cirkel bepalen met een straal die ongeveer overeenkomt met de straal van de informatiedrager 2. De afstand tussen het onderste been 14 en het bovenste been 15 is ongeveer gelijk aan de dikte van de informatiedrager 2, een en ander zodanig dat de informatiedrager 2 vanaf de van de stuitrand 12 afgekeerde zijde in de 10 geleide-elementen 11 kan worden geschoven tot tegen de stuitrand 12, waarbij een gedeelte van de langsrand 19 van de informatiedrager 2 tussen de onderste benen 14 en bovenste benen 15 van de beide geleide-elementen 11 wordt opgenomen en daardoor in hoofdzaak tegen beweging in een richting weg van de wand 17 wordt gezekerd. Door de stuitrand 12 en/of de 15 geleide-elementen 11 wordt daarbij bovendien verhinderd dat de informatiedrager 2 verder kan verschuiven, voorbij de stuitrand 12. De dikte van het onderste been 14 is enkele tienden van millimeters, evenals de dikte van het bovenste been 15. Doordat de informatiedrager 2 met zijn langsrand 19 ligt op het onderste been 14 wordt het buitenoppervlak van de 20 informatiedrager 2 dat naar het sluitvlak 17 is gekeerd op afstand daarvan gehouden, waardoor de informatiedrager 2 wordt beschermd. De diepte van de groef 20 van de geleide-elementen 11, tussen de benen 14, 15 is zodanig gekozen dat bij voorkeur slechts een onbespeeld gedeelte van de informatiedrager 2 daarin wordt opgenomen, zodat beschadiging van de 25 informatiedrager 2 nog beter wordt verhinderd. De groef 20 vormt bij voorkeur een schuifpassing voor de langsrand 19, waarbij slechts geringe speling kan optreden. De langrand 19 wordt bij voorkeur niet geklemd tussen de benen 14, 15, zodat ongewenste spanningen nog beter worden verhinderd.
10
De geleide-elementen 11 zijn symmetrisch ten opzichte van een eerste middellijn 21 opgesteld, aan weerszijden daarvan, en sluiten ongeveer aan op een tweede middellijn 22 die zich haaks op de eerste middellijn 21 uitstrekt, zodanig dat de geleide-elementen 11 en de stuitrand 5 12 ongeveer een halve cirkel insluiten. Aan de van de stuitrand 12, welke in figuur 5 als aansluitend op de geleide-elementen 11 is getoond, afgekeerde zijde van de tweede middellijn 22 is een cirkelsegment-vormige steunrand 23 voorzien, die zodanig gebogen is en is gepositioneerd dat deze op dezelfde (denkbeeldige) cirkel ligt als de geleide-elementen 11, althans het onderste 10 been 14 en de stuitrand 12. Bij de in figuur 5 getoonde positie van de informatiedrager 2 in de opsluitstand ligt de langsrand 19 op de steunrand 23 of op geringe afstand daarboven, ter verdere ondersteuning. De steunrand 23 heeft een dikte boven het dekselvlak 17 die ongeveer overeenkomt met de dikte van het onderste been 14 of een weinig minder.
15 Op grotere afstand van de tweede middellijn 22 is een tweetal gebogen inlegranden 24 geplaatst, met een buigstraal overeenkomstig de straal van de informatiedrager 2, welke inlegranden 24 een enigszins L-vormige dwarsdoorsnede hebben, zoals getoond in figuur 5A. Aan de naar buiten gekeerde zijde is een relatief hoge eerste rand 25 voorzien, daarnaast een 20 lage rand 26 met een dikte die ongeveer overeenkomt met dikte van het onderste been 14 van de geleide-elementen 11. Zoals getoond in figuur 5A door onderbroken lijnen kan een informatiedrager 2 op de inlegranden 24 worden gelegd, in het bijzonder op de lage rand 26, binnen de hoge randen 25, waarbij de informatiedrager 2 zich boven de steunrand 23 uitstrekt.
25 Tussen de inlegranden 24 en de geleide-elementen 21 strekt zich aan weerszijden van de eerste middellijn 21 een glijrand 27 uit, zodanig dat de informatiedrager 2 vanaf de in figuur 1 getoonde vrije stand, steunend op de inlegranden 24 over de glijranden 27 kan worden verschoven naar de in figuur 5 getoonde opsluitstand, waarbij een deel van de langsrand 19 van de 30 informatiedrager in de geleidemiddelen 11 is opgenomen en aanligt tegen de 11 steunrand 12 en eventueel op de steunrand 23. Deze schuifbeweging kan in tegengestelde richting worden uitgevoerd voor uitnemen van de informatiedrager 2. Eenvoudig kan bijvoorbeeld een vinger in de centrale opening 30 van de informatiedrager 2 worden gestoken voor het 5 bewerkstelligen van deze verschuiving.
De verende vingers 13 zijn, zoals duidelijk blijkt uit bijvoorbeeld figuur 3, bevestigd aan de naar de geleide-elementen 11 gekeerde einden van de inlegranden 24 en strekken zich binnenwaarts uit, in de richting van de tweede middellijn 22. In figuur 3A is in vooraanzicht schematisch een 10 gedeelte van een inrichting 1 volgens de uitvinding getoond, in het bijzonder een detail van de informatiedrager 2 in de opsluitstand binnen de opneemmiddelen 9. Hieruit blijkt dat de informatiedrager 2 bij het in de inschuifrichting Si schuiven vanuit de vrije stand (figuur 1) naar de opsluitstand (figuur 5) de verende vingers 13 passeert waarbij de vingers 15 elastisch worden weggedrukt vanuit de in figuur 3A in getrokken lijnen getoonde stand naar de in onderbroken lijnen weergegeven stand. Na passeren van de informatiedrager 2 veren de verende elementen 13 terug naar de in getrokken lijnen weergegeven stand, waarbij deze aan komen te liggen tegen de zijde van de langsrand 19 van de informatiedrager 2, bij 20 voorkeur niet of slechts bijzonder weinig vervormd. In deze stand wordt de informatiedrager 2 opgesloten door enerzijds de geleide-elementen 11 en/of de stuitrand 12, tegen verder verschuiving in de inschuifrichting Si en tegen verplaatsing in een richting haaks op het sluitvlak 17, terwijl de informatiedrager 2 wordt opgesloten tegen verschuiving in de 25 uitschuifrichting S2 tegengesteld aan de inschuifrichting Si, door de verende elementen 13. Slechts wanneer voldoende kracht op de informatiedrager 2 wordt uitgeoefend in de uitschuifrichting S2 zullen de verende elementen 13 weer elastisch worden weggedrukt zodat de informatiedrager 2 de verende elementen 13 kan passeren. Vanuit de vrije stand als getoond in figuur 1
^ I W S JiU
12 kan de informatiedrager 2 dan eenvoudig worden uitgenomen, ongeveer haaks op het sluitvlak 17.
Aangezien de opneemmiddelen 9 en de inlegranden 24 zich volledig binnen de langsrand 7 uitstrekken wordt nog beter verhinderd dat de 5 informatiedrager 2 onbedoeld kan loskomen. Plaatsing van de informatiedrager 2 is bijzonder eenvoudig. Immers, deze hoeft slechts vlak te worden ingelegd binnen de inlegranden 24 en vervolgens te worden verschoven in de inlegrichting Si tot in de opsluitstand. In de opsluitstand worden op de informatiedrager 2 nagenoeg geen krachten uitgeoefend door 10 de opneemmiddelen 9, waardoor ongewenste spanningen eenvoudig worden verhinderd.
In figuur 6 is de inrichting 1 volgens de uitvinding getoond, vanaf de achterzijde, in geopende stand. Duidelijk zichtbaar zijn de geleide-elementen 11, de stuitrand 12, de verende elementen 13 en de inlegranden 15 24, alsmede de klemvingers 10. Op het eerste dekseldeel 3 en het tweede dekseldeel 4 zijn, nabij de langrand 7, 8 ruggen 31, 32 voorzien die, bij gesloten stand van de inrichting 1 in elkaar aangrijpen voor het gesloten houden van de inrichting 1.
In figuur 7 is een eerste alternatieve uitvoeringsvorm getoond van 20 een inrichting 1 volgens de uitvinding, waarbij de opneemmiddelen 9, althans de stuitrand 12 ongeveer tegen de langsrand 7 is geschoven, zodanig dat de informatiedrager 2 in de vrije stand ongeveer in het midden van het dekseldeel 3 ligt, terwijl deze in de opsluitstand uit het midden is verschoven. In een niet getoonde variant hierop zijn aan weerszijden van 25 het midden van het eerste dekseldeel 3 opneemmiddelen 9 voorzien, tegen of nabij de langrand 7, waarbij de geleidemiddelen 11 aan een eerste zijde van het midden enigszins hoger liggen dan die aan de tweede zijde. Bij een dergelijke uitvoeringsvorm kan alsdan eerst een eerste informatiedrager 2 in het midden worden ingelegd en in de tweede opneemmiddelen 9 worden 30 geschoven, waarna een tweede informatiedrager 2 in het midden kan Λ ,1 , 13 worden ingelegd en in de eerste opneemmiddelen 9 kan worden geschoven. Hiermee wordt een verpakkingsinrichting met een grotere capaciteit verkregen.
In figuur 8 is een tweede alternatieve uitvoeringsvorm van een 5 inrichting 1 volgens de uitvinding getoond, waarbij de opneemmiddelen 9 over 90° zijn gedraaid op het eerste dekseldeel 3, zodanig dat de inschuifrichting Si zich haaks op de lengterichting van de rug 5 uitstrekt. Hierbij is de langsrand 7 aan de van de rug af gekeerde zijde bij voorkeur verlaagd zodat de informatiedrager 2 daaroverheen kan worden geschoven. 10 In figuren 9, 10 en 11 is een derde alternatieve uitvoeringsvorm van een inrichting 1 volgens de uitvinding getoond, ingericht voor het op het eerste dekseldeel 3 opnemen van twee informatiedragers die, in de opsluitstand, direct boven elkaar liggen. Hiertoe is het eerste dekseldeel 3 althans ten opzichte van de tweede middellijn 22 in vooraanzicht als 15 getoond in figuur 9 in hoofdzaak spiegelsymmetrisch uitgevoerd, waarbij evenwel de niveaus van de opneemmiddelen 9A, 9B verschillen. Zoals duidelijk blijkt uit figuur 11 zijn de eerste opneemmiddelen 9A, in figuur 11 onder getoond, lager uitgevoerd dan de tweede opneemmiddelen 9B. Dat betekent met name dat de eerste inlegrand 24A, de eerste steunrand 23A en 20 de eerste, onderste geleidemiddelen 11 lager zijn uitgevoerd dan de tweede inlegrand 24B, de tweede steunrand 23B en de tweede, bovenste geleidemiddelen 11B, welke bovenop de eerste geleidemiddelen 11A zijn geplaatst. Eerste en tweede verende elementen 13A, 13B zijn aan weerszijden van de geleidemiddelen 11A, HB voorzien. Bij deze 25 uitvoeringsvorm wordt een eerste informatiedrager 2 in een vrije stand ingelegd binnen de eerste inlegrand 24A, boven de eerste steunrand 23A, in figuur 11 nabij de bovenste langsrand 7A. Vervolgens wordt de informatiedrager 2 in inschuifrichting Sia verschoven naar het midden van het eerste dekseldeel 3, daarbij de eerste verende elementen 13A elastisch 30 buitenwaarts verdringend, zodat een gedeelte van de langsrand 19 van de 14 eerste informatiedrager 2 in de eerste geleide middelen 11A kan worden opgenomen. De eerste, onderste informatiedrager 2 zal daarbij met de langsrand aan komen te liggen tegen de tweede vinger 13B en in een daarnaast gelegen verder deel van de eerste geleidemiddelen 11A. Met 5 andere woorden de eerste informatiedrager 2A zal bij nagenoeg onvervormde eerste en tweede verende elementen 13A, 13B daar tegenaan liggen en gedeeltelijk zijn opgenomen in de eerste geleidemiddelen 11A. Vervolgens wordt een tweede informatiedrager 2 ingelegd binnen de tweede inlegranden 24, nabij de in figuur 11 onder getoonde langsrand 7B. Deze 10 tweede informatiedrager 2 wordt vervolgens in de tweede inschuifrichting Sib naar het midden van het eerst dekseldeel 3 verschoven, tot in de tweede, bovenste geleide-elementen HB, daarbij de tweede verende elementen 3B elastisch wegdrukkend, tot de informatiedrager 2 deze is gepasseerd. De tweede informatiedrager 2 zal daarbij nog juist aanliggen in een gedeelte 15 van de tweede geleidemiddelen HB dat is gelegen achter de tweede vingers 13A, in inschuifrichting Sib gezien. Alsdan zal ook deze tweede informatiedrager 2 worden opgesloten in een opsluitstand, in het tweede geleide-element HB en tussen de verende elementen 13A, 13B. Overigens kunnen de verende elementen 13A, 13B ook zodanig worden uitgevoerd dat 20 zij slechts aangrijpen op de eerste, onderste informatiedrager 2 respectievelijk de bovenste, tweede informatiedrager 2. De tweede steunrand 23B kan voor de eerste informatiedrager 2 overigens als stuitrand functioneren.
Figuur 12 toont schematisch in perspectivisch aanzicht een verdere 25 alternatieve uitvoeringsvorm van opneemmiddelen 9 voor een verpakkingsinrichting voor informatiedragers volgens de uitvinding, waarbij in de in figuur 12 getoonde uitvoeringsvorm een tweetal informatiedragers kan worden opgesloten. Bij deze uitvoeringsvorm is aan twee tegenovergelegen zijden van de informatiedrager een tweetal verende 30 elementen 13 voorzien, ongeveer als getoond in figuur 10, met draagarmen i;' ; ; , p p' 15 49 die een tegengestelde hellingshoek hebben, enigszins axiaal gericht. Elk verend element 13 omvat een in hoofdzaak cilindrisch aangrijpelement 41, gedragen op het vrije einde van de draagarm 40. Elk aangrijpelement 41 omvat ten minste één groef 42 tussen twee in axiale richting boven elkaar 5 gelegen opsluitranden 43. De hoogte H van de groef 42 komt ongeveer overeen met de dikte D van de informatiedrager 2 die daarin dient te worden opgenomen, in figuur 12 schematisch weergegeven in streep-stippellijnen. In figuur 12 is een tweetal groeven 42 boven elkaar getoond, zodat twee informatiedrager S2 boven elkaar in de verende elementen 13 10 kunnen worden opgenomen. Bij een dergelijke uitvoeringsvorm kan de of elke informatiedrager 2 op een wijze worden ingeschoven als eerder beschreven aan de hand van de eerdere uitvoeringsvormen, waarbij evenwel de geleide-elementen 11 niet meer noodzakelijk zijn, evenmin als de stuitranden 12. Immers, verplaatsing in een richting haaks op het 15 oppervlak van de informatiedrager 2 wordt verhinderd door de brede delen 43 van de aangrijpelementen 41, terwijl bewegen in de in- of uitschuifrichting Si, S2 door de verende elementen 13 eenvoudig wordt verhinderd. Uiteraard kunnen de verende elementen 13 als getoond in figuur 12 ook worden gecombineerd met elk van de eerder beschreven 20 uitvoeringsvormen. Bovendien kunnen deze op elke geschikte wijze worden uitgevoerd, bijvoorbeeld ook anders dan met een in hoofdzaak cilindrische doorsnede.
In figuur 13 is in vooraanzicht schematisch een eerste dekseldeel 3 van een verdere alternatieve uitvoeringsvorm van een inrichting 1 volgens 25 de uitvinding getoond, in het bijzonder geschikt voor gebruik voor verpakken van rechthoekige informatiedragers, zoals chipkaarten, SIM-kaarten, diskettes en dergelijke. Bij deze uitvoeringsvorm omvatten de opneemmiddelen 9 wederom geleide-elementen 11 als eerder beschreven en een tweetal stuitranden 12, in deze uitvoeringsvorm uitgevoerd als 30 blokvormige elementen met blinde groeven 12A. Een inlegrand 24 is aan de 16 tegenovergelegen zijde van het dekseldeel 3 voorzien, met een enigszins gebogen uitsparing 44 waarin bijvoorbeeld een vinger kan worden gestoken, naast een informatiedrager 2 wanneer deze binnen de inlegrand 24 is opgelegd op het relatief lage been 26. Nabij de geleide-elementen 11 zijn 5 verende elementen 13 voorzien die in deze uitvoeringsvorm worden gevormd door een enigszins omega-vormige strip 45 die met de beide benen 46 zijn bevestigd aan nokken 47, waarbij de convexe delen 48 van de omegavormige strips 45 naar elkaar zijn gekeerd. Bij deze uitvoeringsvorm kan een informatiedrager 2 in een vrije positie worden ingelegd binnen de 10 inlegrand 24, aan de naar de opening 44 gekeerde zijde van de convexe delen 48, waarna de informatiedrager 2 kan worden verschoven in de inschuifrichting Si, daarbij de strips 45 wegdrukkend naar buiten, zodat de informatiedrager 2 deze kan passeren en door de geleide-elementen 11 kan worden geleid tot in de blinde groeven 12A. Wanneer de informatiedrager 2 15 volledig is gepasseerd, zullen de strips 45 terugveren en daarbij de informatiedrager 2 opsluiten. Uitnemen van de informatiedrager 2 is eenvoudig mogelijk door de tegengestelde schuifbeweging.
Deze als verende strips uitgevoerde elementen kunnen bij de eerder getoonde uitvoeringsvormen worden toegepast, bijvoorbeeld 20 eenzijdig, waarbij deze zich in de rug kunnen uitstrekken indien het eerste dekseldeel direct, dat wil zeggen niet scharnierend met de rug is verbonden.
Inrichtingen volgens de uitvinding kunnen geheel of gedeeltelijk zijn bedrukt of zijn voorzien van in-mould-labels. Bovendien kunnen voor DVD-dozen, videodozen en dergelijke gebruikelijke sleeves zijn voorzien aan 25 de buitenzijde voor leaflets en dergelijke.
Het zal duidelijk zijn dat de uitvinding niet is beperkt tot de in de beschrijving en tekening getoonde uitvoeringsvoorbeelden. Vele variaties daarop zijn mogelijk binnen het door de conclusies geschetste raam van de uitvinding. Zo kunnen zowel het eerste als het tweede dekseldeel zijn 30 voorzien van opneemmiddelen voor informatiedragers, waarbij alle getoonde ~r? n ·* - -- i-i 17 uitvoeringsvormen en varianten daarop kunnen worden gecombineerd binnen eenzelfde verpakkingsinrichting. Geleide-elementen en steunranden kunnen als afzonderlijke delen worden uitgevoerd doch kunnen ook onderling worden geïntegreerd, bijvoorbeeld als doorlopend railvormig 5 element met in hoofdzaak U-vormige doorsnede. Ook kan de stuitrand eventueel worden weggelaten. De verende elementen kunnen aan één of beide zijden zijn voorzien. De geleide-elementen kunnen zodanig worden uitgevoerd dat de inschuifrichting enigszins een hoek insluit met het sluitvlak 17 van het betreffende dekseldeel, zodanig dat informatiedragers 10 hellend ten opzichte van het dekseldeel kunnen worden ingeschoven in de sluitstand. In een dergelijke uitvoeringsvorm kunnen bijvoorbeeld twee informatiedrager enigszins dakpanvormig onder elkaar worden geschoven op één dekseldeel. Informatiedragers 2 kunnen eenvoudig met de hand of machinaal in een inrichting 1 volgens de uitvinding worden ingelegd of 15 daaruit eventueel worden uitgenomen. Binnen het raam van de uitvinding kan elke combinatie van uitvoeringsvormen van onderdelen van inrichtingen volgens de uitvinding zoals getoond en beschreven worden gecombineerd. Eventueel kunnen verdere dekseldelen als bladen worden opgenomen tussen het eerste en tweede dekseldeel, bijvoorbeeld verbonden 20 met de rug waarop verdere opneemmiddelen kunnen worden voorzien, bijvoorbeeld voor vergelijkbare informatiedragers, voor boekwerken en dergelijke.
Deze en vele vergelijkbare variaties worden geacht binnen het door de conclusies geschetste raam van de uitvinding te vallen.
25 ; - ill

Claims (20)

1. Inrichting voor het verpakken van in hoofdzaak plaatvormige informatiedragers, voorzien van een eerste en een tweede dekseldeel, waarbij ten minste een der dekseldelen is voorzien van opneemmiddelen voor aangrijpen en opsluiten van ten minste één informatiedrager, welke 5 opneemmiddelen ten minste twee geleide-elementen omvatten, welke ten minste een gedeelte van een buitenrand van de informatiedrager kunnen geleiden en opsluiten, zodanig dat tijdens gebruik de informatiedrager in of onder de geleide-elementen kan worden geschoven, terwijl de informatiedrager uit de verpakking kan worden genomen door verschuiving 10 daarvan ongeveer evenwijdig aan zijn oppervlak en ongeveer evenwijdig aan het betreffende dekseldeel.
2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij ten minste één verend element is voorzien dat bij in de inrichting opgenomen informatiedrager aangrijpt tegen een langsrand van de informatiedrager, waarbij de 15 informatiedrager uit de verpakking kan worden genomen door verschuiving daarvan ongeveer evenwijdig aan zijn oppervlak en ongeveer evenwijdig aan het betreffende dekseldeel, onder elastische vervorming van het ten minste ene verende element.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij de geleide-elementen 20 railvormige elementen omvatten, zodanig gedimensioneerd en gepositioneerd dat een informatiedrager daarin kan worden geschoven met ten minste een gedeelte van zijn langsrand, met een schuifpassing of met ten opzichte van de afmetingen van de informatiedrager geringe speling.
4. Inrichting volgens conclusie 3, ingericht voor opnemen van in 25 hoofdzaak cirkelvormige, plaatvormige informatiedragers zoals CD's, waarbij de railvormige elementen enigszins gebogen zijn met een buigstraal die in hoofdzaak overeenkomt met de straal van de op te nemen informatiedragers en elk een cirkelsegment insluiten, welke railvormige elementen ongeveer symmetrisch ten opzichte van een eerste middellijn zijn op gesteld langs een denkbeeldige cirkel die ongeveer overeenkomt met de buitencontour van de op te nemen informatiedrager, zodanig dat de 5 informatiedrager in de railvormige elementen schuift)aar is vanaf een invoerzijde en de mogelijke verschuiving door de railvormige elementen wordt beperkt.
5. Inrichting volgens conclusie 4, waarbij nabij de invoerzijde ten minste één verend element is voorzien voor opsluiten van een 10 informatiedrager in de railvormige elementen, welke bij in de railvormige elementen opgenomen informatiedrager zijn geplaatst aan de van de railvormige elementen afgekeerde zijde van een tweede middellijn van de informatiedrager welke zich haaks uitstrekt op de eerste middellijn.
6. Inrichting volgens conclusie 5, waarbij het of elk verend element bij 15 in de railvormige elementen opgenomen informatiedrager ligt op geringe afstand van of tegen de langsrand van de informatiedrager, waarbij het of elk verend element althans nagenoeg niet is vervormd, zodanig dat de informatiedrager in hoofdzaak spanningsvrij is opgesloten en tegen beweging in de opneemmiddelen in hoofdzaak is geborgd.
7. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het of elk dekseldeel waarin de opneemmiddelen zijn voorzien zodanige afmetingen heeft dat ten minste één informatiedrager daarop plaatsbaar is in een vrije stand, ten minste gedeeltelijk naast de opneemmiddelen en vervolgens langs het dekseldeel in de opneemmiddelen schuifbaar is naar een opsluitstand.
8. Inrichting volgens conclusie 7, waarbij het of elk betreffend dekseldeel ten minste gedeeltelijk is voorzien van een opstaande langsrand, waarbij tijdens gebruik een informatiedrager binnen de langsrand verschuifbaar is tussen de vrije stand en de opneemstand.
9. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de 30 opneemmiddelen zodanig zijn uitgevoerd dat een daarin opgenomen informatiedrager met althans het grootste deel van zijn ongeveer vlakke buitenzijden op afstand van de dekseldelen wordt gehouden, zowel bij geopende als bij gesloten inrichting.
10. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de 5 dekseldelen onderling zijn verbonden door een rug, waarbij ten minste één der dekseldelen en bij voorkeur beide dekseldelen met de rug is verbonden door scharniermiddelen, waarbij de inrichting bij voorkeur is vervaardigd door spuitgieten uit kunststof met meegespuitgiete scharnieren (living hinges).
11. Inrichting volgens conclusie 10, waarbij de opneemmiddelen een schuifrichting voor de informatiedrager bepalen voor plaatsing van de informatiedrager in de opneemmiddelen of het daaruit nemen, welke schuifrichting zich in hoofdzaak evenwijdig aan de lengterichting van de rug uitstrekt.
12. Inrichting volgens conclusie 10, waarbij de opneemmiddelen een schuifrichting voor de informatiedrager bepalen voor plaatsing van de informatiedrager in de opneemmiddelen of het daaruit nemen, welke schuifrichting zich in hoofdzaak haaks op de lengterichting van de rug uitstrekt.
13. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de opneemmiddelen zijn ingericht voor het opnemen van ten minste twee informatiedragers op ten minste één der dekseldelen, in het bijzonder ongeveer boven elkaar.
14. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de dikte 25 van de inrichting bij gesloten stand kleiner is dan 9 mm, in het bijzonder kleiner is dan 8 mm.
15. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de inrichting buitenafmetingen heeft, ten minste haaks op de dikte, welke ongeveer overeenkomen met de afmetingen van een standaard DVD doos 30 (ongeveer 135 x 190 mm). t ! b / 2 2.
16. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij een informatiedrager in een eerste, vrije stand op een dekseldeel plaatsbaar is, waarbij middelen zijn voorzien voor het dragen van de informatiedrager op een nabij de buitenste langsrand gelegen deel van ten minste één 5 buitenoppervlak, in het bijzonder een deel dat vrij is van elektronische informatie, zodanig dat het verdere betreffende buitenoppervlak op afstand van het dekseldeel wordt gehouden, waarbij de informatiedrager verschuifbaar is naar een opsluitstand in de opneemmiddelen, zonder dat genoemd buitenoppervlak in contact komt met genoemd dekseldeel.
17. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het eerste en het tweede dekseldeel zijn voorzien van opneemmiddelen.
18. Samenstel van een inrichting volgens een der voorgaande conclusies en ten minste een informatiedrager.
19. Werkwijze voor het vullen van een inrichting volgens een der 15 voorgaande conclusies, waarbij de inrichting in geopende stand wordt aangeboden aan een vulinrichting, waarna met de vulinrichting een informatiedrager tot boven of tegen een dekseldeel wordt gebracht en vervolgens ongeveer evenwijdig aan zijn oppervlak wordt verschoven, langs het betreffende dekseldeel, tot in daarop aangebrachte opneemmiddelen.
20 ?,··> ♦ ύ fcl—,
NL1019722A 2002-01-09 2002-01-09 Inrichting en werkwijze voor het verpakken van plaatvormige informatiedragers. NL1019722C2 (nl)

Priority Applications (6)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1019722A NL1019722C2 (nl) 2002-01-09 2002-01-09 Inrichting en werkwijze voor het verpakken van plaatvormige informatiedragers.
TW091101544A TWI225458B (en) 2002-01-09 2002-01-30 Device and method for packaging platelike information carriers
US10/184,038 US20030126839A1 (en) 2002-01-09 2002-06-27 Device and method for packaging platelike information carriers
AU2003207406A AU2003207406A1 (en) 2002-01-09 2003-01-09 Device and method for packaging platelike information carriers
PCT/NL2003/000012 WO2003058627A1 (en) 2002-01-09 2003-01-09 Device and method for packaging platelike information carriers
US10/501,197 US20050155879A1 (en) 2002-01-09 2003-01-09 Device and method for packaging platelike information carriers

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1019722 2002-01-09
NL1019722A NL1019722C2 (nl) 2002-01-09 2002-01-09 Inrichting en werkwijze voor het verpakken van plaatvormige informatiedragers.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1019722C2 true NL1019722C2 (nl) 2003-07-11

Family

ID=19774449

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1019722A NL1019722C2 (nl) 2002-01-09 2002-01-09 Inrichting en werkwijze voor het verpakken van plaatvormige informatiedragers.

Country Status (5)

Country Link
US (2) US20030126839A1 (nl)
AU (1) AU2003207406A1 (nl)
NL (1) NL1019722C2 (nl)
TW (1) TWI225458B (nl)
WO (1) WO2003058627A1 (nl)

Families Citing this family (26)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US7822989B2 (en) * 1995-10-02 2010-10-26 Corestreet, Ltd. Controlling access to an area
US8732457B2 (en) * 1995-10-02 2014-05-20 Assa Abloy Ab Scalable certificate validation and simplified PKI management
US7660994B2 (en) * 1995-10-24 2010-02-09 Corestreet, Ltd. Access control
US8015597B2 (en) 1995-10-02 2011-09-06 Corestreet, Ltd. Disseminating additional data used for controlling access
US8261319B2 (en) 1995-10-24 2012-09-04 Corestreet, Ltd. Logging access attempts to an area
WO2003049115A2 (en) * 2001-12-06 2003-06-12 Fountain Technologies B.V. Device and method for packaging information carriers
FR2846775B1 (fr) * 2002-11-05 2006-11-24 Francis Laroche Conditionnement pour un support d'enregistrement numerique en forme de disque
US6880372B2 (en) * 2003-03-10 2005-04-19 Kim Jae-Tae Security device for information storage media
US7657751B2 (en) * 2003-05-13 2010-02-02 Corestreet, Ltd. Efficient and secure data currentness systems
CA2544273C (en) * 2003-11-19 2015-01-13 Corestreet, Ltd. Distributed delegated path discovery and validation
KR20060123470A (ko) * 2004-01-09 2006-12-01 코아스트리트 리미티드 OCSP 및 분산 OCSP를 위한 서명-효율적인RTC(Real Time Credentials)
US8177129B2 (en) 2004-02-17 2012-05-15 Timothy D. Larin Interactive multimedia smart affinity card with flash memory
US7213749B2 (en) * 2004-02-17 2007-05-08 R&R Card Systems, Inc. Interactive multimedia smart affinity card
FR2871919B1 (fr) * 2004-06-17 2008-10-10 Montreuil Offset Sa Conditionnement pour disques numeriques stockes en oblique
US7205882B2 (en) * 2004-11-10 2007-04-17 Corestreet, Ltd. Actuating a security system using a wireless device
NL1027482C2 (nl) * 2004-11-11 2006-05-15 Naber Beheer B V DVD-doos met vasthoudelementen voor het vasthouden van een randgebied van een inlegvel, informatieboekje of dergelijke.
JP2008546602A (ja) * 2005-06-17 2008-12-25 エージーアイ・メディア・パッケージング・ユアロップ・リミテッド ディスクを保持するための装置
US20060289318A1 (en) * 2005-06-17 2006-12-28 Gelardi John A Closable package for retaining multiple discs in pouch-type holders or disc-receiving trays
US8180410B2 (en) * 2008-06-06 2012-05-15 Sandisk Technologies Inc. Housing and clip assembly for portable electronics device
USD613293S1 (en) 2008-08-26 2010-04-06 Sandisk Corporation Memory card holder
US8047363B2 (en) * 2008-08-26 2011-11-01 Sandisk Technologies Inc. Memory card holder and organizer for holding and organizing a plurality of portable memory cards
USD613744S1 (en) * 2009-06-02 2010-04-13 Sandisk Corporation Memory card holder
KR20120060823A (ko) 2009-09-09 2012-06-12 샌디스크 아이엘 엘티디 이동식 메모리 카드용 홀더와 이를 제조하는 방법
CN103204311B (zh) * 2013-05-03 2015-01-14 友达光电股份有限公司 防潮纸箱
US9238300B2 (en) * 2014-03-09 2016-01-19 Eupin Wang Container for storing multiple saw blades
JP1596065S (nl) * 2017-06-07 2018-01-29

Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0676763A2 (en) * 1994-07-15 1995-10-11 GRAFICA POZZOLI S.p.A. Container for a plurality of discs, particularly compact discs
US5676246A (en) * 1992-02-12 1997-10-14 Gloger; Klaus Willy Container
GB2312203A (en) * 1996-04-19 1997-10-22 London Fancy Box Co Ltd The Compact disc holder
US5782348A (en) * 1996-06-19 1998-07-21 Alpha Enterprises, Inc. Multiple disc storage case
EP1014374A1 (de) * 1998-12-21 2000-06-28 Cartonneries De Thulin S.A. Verschliessbare Aufbewahrungskassette für eine kreisförmige Informationsplatte, insbesondere eine digitale Informationen speichernde Compact Disc
FR2805384A1 (fr) * 2000-02-21 2001-08-24 Moulages De Velay Boitier de rangement pour disques compacts audio et/ou video

Family Cites Families (11)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4964510A (en) * 1989-08-04 1990-10-23 Loyd Thomas D Laser disk retaining case
US5096064A (en) * 1990-06-04 1992-03-17 Lakewood Industries, Inc. Enclosure for information storage disks with a temporarily increasing width
US5168991A (en) * 1991-10-08 1992-12-08 Himont Incorporated Compact disc package with moveable carrier
GB2291640B (en) * 1994-11-03 1996-07-24 Dubois Plc Apparatus for holding a compact disk
US5593032A (en) * 1995-03-23 1997-01-14 Staley; Leland Disc retainer device
US5593031A (en) * 1995-06-21 1997-01-14 Toyo Chemical Co., Ltd. Disc accommodation device including movable disc holder
US5662216A (en) * 1995-11-15 1997-09-02 Nesbitt; Alexander H. Jewel case for compact laser disc
US5931296A (en) * 1995-12-15 1999-08-03 Sony Corporation Accomodating case for disc cartridge
US5816393A (en) * 1996-05-24 1998-10-06 Kim; Dong J. CD storage module
US6371300B1 (en) * 1999-10-15 2002-04-16 Toyo Chemical Co., Ltd. Optical disc case
JP3622051B2 (ja) * 2000-10-25 2005-02-23 東洋ケミカル株式会社 光ディスク収納体

Patent Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5676246A (en) * 1992-02-12 1997-10-14 Gloger; Klaus Willy Container
EP0676763A2 (en) * 1994-07-15 1995-10-11 GRAFICA POZZOLI S.p.A. Container for a plurality of discs, particularly compact discs
GB2312203A (en) * 1996-04-19 1997-10-22 London Fancy Box Co Ltd The Compact disc holder
US5782348A (en) * 1996-06-19 1998-07-21 Alpha Enterprises, Inc. Multiple disc storage case
EP1014374A1 (de) * 1998-12-21 2000-06-28 Cartonneries De Thulin S.A. Verschliessbare Aufbewahrungskassette für eine kreisförmige Informationsplatte, insbesondere eine digitale Informationen speichernde Compact Disc
FR2805384A1 (fr) * 2000-02-21 2001-08-24 Moulages De Velay Boitier de rangement pour disques compacts audio et/ou video

Also Published As

Publication number Publication date
AU2003207406A1 (en) 2003-07-24
US20050155879A1 (en) 2005-07-21
TWI225458B (en) 2004-12-21
US20030126839A1 (en) 2003-07-10
WO2003058627A1 (en) 2003-07-17

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1019722C2 (nl) Inrichting en werkwijze voor het verpakken van plaatvormige informatiedragers.
US5366073A (en) Storage container for media records
NL1001698C2 (nl) Samenstel van een aantal plaatvormige informatiedragers en een opberginrichting.
CA2558221C (en) Disk containing body and information providing body
US5392913A (en) Storage holder device
US5515979A (en) Simplified jewel case management and opening for compact disk storage systems
US5383553A (en) Case for receiving at least one data storage disk
US6934225B2 (en) Disc cartridge and disc recording and/or reproducing apparatus
US5707124A (en) Unit for storing and dispensing disks
US6776282B2 (en) Compact disk storage case
TW424225B (en) Disk loading device
US7650988B2 (en) Disc case
US7350641B2 (en) Blank for manufacture of a case, a method of forming a case, and the case
US7513362B2 (en) Protective case for disk shaped data carriers
AU758805B2 (en) Device for storing disc-shaped data carriers
NL1029163C2 (nl) Inrichting en houder voor het verpakken van een informatiedrager.
NL1028511C2 (nl) Verpakking voor informatiedragers.
JP2001512080A (ja) 平板状物、特にコンパクトディスクを頁めくり可能に保管するための装置
NL1019924C2 (nl) Inrichting en werkwijze voor het verpakken van informatiedragers en werkwijze voor het vervaardigen van dergelijke verpakkingen.
JP2003059250A (ja) 光ディスク装置におけるトレイ保持機構
WO2006068508A1 (en) Media storage disc case
NL1019488C2 (nl) Inrichting en werkwijze voor het verpakken van informatiedragers en werkwijze voor het vervaardigen van dergelijke verpakkingen.
JP2004168358A (ja) ホルダー
US20050189306A1 (en) Storage device for optical storage media
KR20070018877A (ko) 디스크 수용 몸체 및 정보 제공 몸체

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20060801