NL1006627C1

NL1006627C1 - Cooking oven.

Info

Publication number: NL1006627C1
Application number: NL1006627A
Authority: NL
Inventors: Bruce Charles Jara
Original assignee: Stein Inc
Priority date: 1996-07-23
Filing date: 1997-07-21
Publication date: 1998-01-28
Also published as: GB9713388D0; GB2315406A8; DE19729776A1; FR2754144A1; GB2315406A; GB2315406B

Description

38522/CV/mvl38522 / CV / MVL

Korte aanduiding: Kookoven.Short designation: Cooking oven.

De uitvinding heeft betrekking op kookovens voor het 5 koken van voedselproducten en in het bijzonder op een lineaire kook oven voor het snel koken van voedselproducten.The invention relates to cooking ovens for cooking food products and in particular to a linear cooking oven for rapid cooking of food products.

Lineaire ovens voor het koken van voedsel zijn reeds een aantal jaren bekend. Een lineaire kookoven omvat gebruikelijk een transportband voor het transporteren van te koken voedsel vanaf een 10 inlaateinde naar een uitlaateinde en middelen voor het toevoeren van een heet gasvormig kookmedium en voor het in contact brengen van dit kookmedium met het te koken voedsel, terwijl het voedsel op de transportband doorlopend beweegt. Het gasvormig fluïdum kan hete lucht, stoom, hete verbrandingsgassen of enig mengsel daarvan omvatten.Linear ovens for cooking food have been known for a number of years. A linear cooking oven usually includes a conveyor for transporting food to be cooked from an inlet end to an outlet end and means for feeding a hot gaseous cooking medium and contacting this cooking medium with the food to be cooked while the food is the conveyor belt moves continuously. The gaseous fluid can include hot air, steam, hot combustion gases or any mixture thereof.

15 Momenteel bekende lineaire kookovens hebben bepaalde problemen. In het algemeen zijn dergelijke ovens ontworpen voor het verschaffen van een hoge doorvoer van voedselproducten onder het verkrijgen van kookkenmerken voor een bepaalde toepassing, waarbij voedselproducten met een bepaald uiterlijk en een bepaalde kwaliteit 20 worden voortgebracht. Het proces en de prestatie in een op doorlopende wijze werkende voedsel behandel ingsoven van dit type hangt af van de werkomstandigheden en de kenmerken inherent aan het ontwerp van de oven. In dergelijke ovens is het moeilijk een gelijkmatig en herhaalbaar kookmilieu binnen de oven te verschaffen teneinde het mogelijk te 25 maken dat een herhaalbaar kookproces wordt verkregen.Currently known linear cooking ovens have certain problems. Generally, such ovens are designed to provide high throughput of food products while obtaining cooking characteristics for a particular application, producing food products of a certain appearance and quality. The process and performance in a continuously operating food processing oven of this type depends on the operating conditions and the characteristics inherent in the design of the oven. In such ovens, it is difficult to provide a uniform and repeatable cooking environment within the oven to allow a repeatable cooking process to be obtained.

In een kookoven van het gedwongen convectietype wordt het kookmilieu tot stand gebracht door een combinatie van de massasnelheid van de luchtstroom, het patroon van de luchtstroom, de stromingsrichting, de behandelingstijd evenals de temperatuur en de 30 vochtigheidskenmerken van de kookatmosfeer. Aangezien de optimale instelling van de oven voor verschillende typen producten kan verschillen moet de oven de flexibiliteit hebben om de behandelings-omgeving naar gewenst te wijzigen, maar in het algemeen is een dergelijke flexibiliteit niet verkregen. In het algemeen zijn lineaire 35 convectieovens niet in staat gebleken constante en gelijkmatige stroming en snelheid van het kookmedium door de oven te verschaffen. In de oven met geforceerde convectie wordt het kookmedium met hoge snelheid door de oven gecirculeerd en wordt het naar het op de trans- 1006621 2 porteur bewegende voedselproduct gericht om warmte vanaf het kook-medium aan de voedselproducten over te dragen. De bekende ovens hebben niet voldoende regeling verschaft over de stroming van een kookmedium binnen de oven om gelijkmatige en consistente controle van het kook-5 proces te verkrijgen. Verder heeft de gedwongen beweging van het kookmedium binnen de oven het zeer moeilijk gemaakt voldoende controle te verschaffen over de stroming van het kookmedium, in het bijzonder bij de inlaat- en uitlaateinden van de oven, waar aanzienlijke hoeveelheden van het kookmedium door de einden naar buiten zullen worden 10 gedrongen. Deze eindeffecten kunnen aanzienlijke problemen tot stand brengen in de omgeving van een verwerkingsinstallatie, tezamen met het negatieve effect op de regeling van de kookoven. Dergelijke ovens zijn ook gevoelig voor lekkages van het kookmedium vanuit een aantal andere plaatsen behalve de inlaat- en uitlaateinden ten gevolge van de 15 effecten van thermische uitzetting of andere factoren, welke de ontsnapping van kookmedium uit een aantal plaatsen in de ovenkamer mogelijk maken. Omdat dergelijke ovens voor zekere toepassingen met zeer hoge temperaturen worden bedreven, kan de wijziging in temperaturen gedurende werking van de oven in feite resulteren in scheuren in 20 de ovenkamer, hetgeen ook lekkages van het kookmedium tot gevolg zal hebben. Het gebrek aan insluiting van het kookmedium binnen de oven doet daardoor de mogelijkheid voor het effectief regelen van de kookomgeving en van de stroming van het kookmedium binnen de oven in aanzienlijke mate achteruitgaan. Verder beïnvloeden deze gebreken van 25 bekende ovens verder op nadelige wijze de mogelijkheid om een kook omgeving te verschaffen welke de gewenste temperatuur en vochtigheidsniveau’s heeft. Voor vele kooktoepassingen is het gebleken dat hogere capaciteiten kunnen worden verkregen onder gebruikmaking van een kookatmosfeer met hoge vochtigheid. Het is gebleken, dat hogere 30 vochtigheidsniveau’s bijdragen in het in een kortere tijd bereiken van een gewenste kerntemperatuur binnen de voedselproducten gedurende een kookcyclus. Omdat het kookmedium wordt gedwongen door de oven te stromen is het bijzonder moeilijk een kookatmosfeer met hoge vochtigheid te verschaffen tengevolge van de eindeffecten en lekkages uit de 35 ovenkamer. Afhankelijk van het bepaalde voedselproduct en de toe passing zal het gewenste vochtigheidsniveau voor het voortbrengen van optimale resultaten variëren en het is in het algemeen niet mogelijk vochtigheidsniveau’s effectief te regelen voor het optimaal maken van 1 UÖ6627 i 3 de kookomgeving voor een bepaald voedselproduct of bepaalde toepassing.In a forced convection type cooking oven, the cooking environment is accomplished by a combination of the mass velocity of the air flow, the pattern of the air flow, the direction of flow, the treatment time as well as the temperature and the humidity characteristics of the cooking atmosphere. Since the optimum setting of the oven may differ for different types of products, the oven must have the flexibility to change the treatment environment as desired, but generally no such flexibility has been achieved. Generally, linear convection ovens have been unable to provide constant and even flow and speed of the cooking medium through the oven. In the forced convection oven, the cooking medium is circulated through the oven at high speed and is directed to the food product moving on the conveyor to transfer heat from the cooking medium to the food products. The prior art ovens have not provided sufficient control over the flow of a cooking medium within the oven to obtain even and consistent control of the cooking process. Furthermore, the forced movement of the cooking medium within the oven has made it very difficult to provide sufficient control over the flow of the cooking medium, especially at the inlet and outlet ends of the oven, where significant amounts of the cooking medium are exited through the ends will be squat 10. These end effects can create significant problems in a processing plant environment, along with the negative effect on cooking furnace control. Such ovens are also susceptible to cooking medium leaks from a number of other locations except the inlet and outlet ends due to the effects of thermal expansion or other factors, which allow the escape of cooking medium from a number of locations in the oven chamber. Since such ovens are operated at very high temperatures for certain applications, the change in temperatures during oven operation may in fact result in cracks in the oven chamber, which will also result in leaks of the cooking medium. Therefore, the lack of containment of the cooking medium within the oven significantly reduces the ability to effectively control the cooking environment and the flow of the cooking medium within the oven. Furthermore, these defects of prior art furnaces further adversely affect the ability to provide a cooking environment having the desired temperature and humidity levels. For many cooking applications, it has been found that higher capacities can be obtained using a high humidity cooking atmosphere. Higher levels of humidity have been found to contribute to achieving a desired core temperature within the food products during a cooking cycle in a shorter time. Since the cooking medium is forced to flow through the oven, it is particularly difficult to provide a high humidity cooking atmosphere due to the final effects and leaks from the oven chamber. Depending on the particular food product and application, the desired moisture level for producing optimal results will vary and it is generally not possible to effectively control moisture levels to optimize the cooking environment for a particular food product or application .

Een verdere bij bekende ovens waargenomen probleem is het gebrek aan veelzijdigheid of het gebrek aan de mogelijkheid 5 verschillende kookomstandigheden te handhaven in verschillende gedeel ten van de oven. In het algemeen hebben bekende ovens een kookkamer met een bepaalde lengte en breedte met een kookomgeving, die binnen de gehele kookkamer tot stand is gebracht en welke niet in enige grote mate kan wijzigen. Het zal gewenst zijn de voedsel verwerker de moge-10 lijkheid te verschaffen de kookatmosfeer in verschillende gedeelten van de oven in te stellen om weer flexibiliteit in werking en de resultaten, die in een kookbewerking kunnen worden verkregen, mogelijk te maken.A further problem observed in known ovens is the lack of versatility or the lack of the ability to maintain different cooking conditions in different parts of the oven. In general, prior art ovens have a cooking chamber of a certain length and width with a cooking environment established throughout the cooking chamber and which cannot change to any great extent. It will be desirable to allow the food processor to adjust the cooking atmosphere in different parts of the oven to allow flexibility in operation and allow the results to be obtained in a cooking operation.

Tezamen met de onmogelijkheid de kookomgeving bij 15 verschillende punten binnen de oven te regelen, bestaat een belangrijk probleem uit de onmogelijkheid de gelijkmatigheid van kookomstandigheden waaronder kookgastemperatuur, zowel op verschillende punten langs de lengte van de transportband en vanaf een zijkant van de transportband naar de andere zijkant op een gegeven punt langs de lengte 20 van de transportband te regelen. Een ander belangrijk probleem bij bekende ovens van dit type is gebleken te zijn gelegen in de moeilijkheid te pogen de oven effectief te reinigen en te onderhouden. In vele gevallen omvatten bekende ovens reinigingssystemen in een poging de voedsel verwerker de mogelijkheid te verschaffen de oven, zoals ver-25 eist, voor sanitaire werking, effectief te reinigen, maar het is gebleken zeer moeilijk te zijn effectieve reiniging te verschaffen onder het minimaal maken van de tijd, dat de oven uit bedrijf is. In de stand van de techniek heeft de constructie van de oven zelf het moeilijk gemaakt om de oven te reinigen, daar vele oppervlakken binnen 30 de oven niet zijn blootgesteld aan het reinigingssysteem of op andere wijze niet toegankelijk zijn, zodanig, dat effectieve reiniging wordt verhinderd. Vele geïntegreerde reinigingssystemen berusten er ook op, dat de ovenkamer zelf wordt gebruikt voor het opslaan van reinigings-fluïda, hetgeen de tijd, benodigd voor een reinigingsbehandeling, 35 vergroot.Along with the impossibility of controlling the cooking environment at 15 different points within the oven, a major problem is the impossibility of uniformity of cooking conditions including cooking gas temperature, both at different points along the length of the conveyor and from one side of the conveyor to the other side at some point along the length of the conveyor. Another major problem with prior art furnaces of this type has been found to be the difficulty in attempting to effectively clean and maintain the furnace. In many instances, prior art oven cleaning systems in an attempt to provide the food processor with the ability to effectively clean the oven as required for sanitary operation have been found to be very difficult to provide effective cleaning while minimizing the time the oven is out of operation. In the prior art, the construction of the oven itself has made it difficult to clean the oven, since many surfaces within the oven are not exposed to the cleaning system or otherwise inaccessible, such that effective cleaning is prevented . Many integrated cleaning systems also rely on the oven chamber itself being used to store cleaning fluids, which increases the time required for a cleaning treatment.

Gebaseerd op het bovenstaande is het een oogmerk van de uitvinding een kookoven te verschaffen waarin het mogelijk is kookomstandigheden nauwkeurig te regelen en een hoge mate van gelijk 1006627 4 matigheid van kookomstandigheden, zowel langs de lengte van de transportband als van zijkant naar zijkant van de transportband te handhaven.Based on the above, it is an object of the invention to provide a cooking oven in which it is possible to accurately control cooking conditions and a high degree of evenness of cooking conditions, both along the length of the conveyor and from side to side of the conveyor to maintain.

Een verder oogmerk van de uitvinding is het verkrij-5 gen van een kookoven, waarbij het mogelijk is om het gasvormig kook- medium effectief op te sluiten en te regelen voor het verbeteren van de prestatiekenmerken van de oven. De mogelijkheid om de kookomgeving effectief te omsluiten staat betere en nauwkeurigere regeling van de kookkenmerken toe en maakt het mogelijk, dat de gewenste vochtigheids-10 niveau’s binnen de kookkamer worden verkregen.A further object of the invention is to obtain a cooking oven, wherein it is possible to effectively trap and control the gaseous cooking medium to improve the oven performance characteristics. The ability to effectively enclose the cooking environment allows better and more precise control of the cooking characteristics and allows the desired humidity levels to be obtained within the cooking chamber.

Een ander oogmerk van de uitvinding is het verschaffen van een modulaire oven, waarin een aantal afzonderlijke oven modules kunnen worden gebruikt om het mogelijk te maken, dat verschillende kookomstandigheden in verschillende modules worden gehandhaafd.Another object of the invention is to provide a modular oven in which a number of separate oven modules can be used to allow different cooking conditions to be maintained in different modules.

15 Nog een verder oogmerk is het verschaffen van een kookoven, welke gemakkelijk te reinigen is.A still further object is to provide a cooking oven which is easy to clean.

Deze en andere oogmerken zullen duidelijk worden uit de hieronder volgende beschrijving.These and other objects will become apparent from the description below.

In overeenstemming met een aspect van de uitvinding 20 voorziet de uitvinding in een modulaire kookoven voor het koken van voedselproducten. Deze kookoven omvat een zich in lengterichting uitstrekkend huis met een langshartlijn, een inlaateinde en een uitlaateinde waarbij het huis een kookkamer omsluit. Dit huis kan door middel van dwars verlopende scheidingswanden worden gevormd door een 25 aantal in eind op eind-verhouding opgestelde en gekoppelde modules.In accordance with an aspect of the invention, the invention provides a modular cooking oven for cooking food products. This cooking oven comprises a longitudinally extending housing having a longitudinal axis, an inlet end and an outlet end, the housing enclosing a cooking chamber. This housing can be formed by means of transverse dividing walls by a number of modules arranged and coupled in end-to-end ratio.

Een transportband strekt zich vanaf het inlaateinde naar het uitlaateinde door het huis uit voor het transporteren van voedselproducten daarop. De modules kunnen onafhankelijk worden geregeld en kunnen zijn voorzien van afzonderlijk functionele regelsystemen, zo dat het huis 30 een aantal luchtinlaten en een aantal stoominlaten heeft, die zo zijn opgesteld als het tot stand brengen van hetzij overeenkomende of verschillende omstandigheden in verschillende modules mogelijk te maken. Een of meer ventilators of dergelijke zijn aangebracht voor het circuleren van een heet kookgas in een gesloten baan, waarbij het 35 kookgas naar de voedselproducten op de transporteur wordt gedrongen in een richting, die algemeen loodrecht op de lengteas van de oven is. Een verwarmingsorgaan voor het verwarmen van het kookgas is ook aangebracht. Het hete kookgas wordt in een kookkamer gevoerd via een 1006627 5 aantal axiaal op afstand van elkaar gelegen dwarssleuven en daarbij geleid naar de transportband en de daarop geplaatste voedselproducten.A conveyor belt extends from the inlet end to the outlet end through the house to transport food products thereon. The modules can be independently controlled and may be provided with separately functional control systems such that the housing 30 has a number of air inlets and a number of steam inlets arranged so as to allow either corresponding or different conditions in different modules. . One or more fans or the like are provided for circulating a hot cooking gas in a closed path, the cooking gas being forced to the food products on the conveyor in a direction generally perpendicular to the longitudinal axis of the oven. A heater for heating the cooking gas is also provided. The hot cooking gas is fed into a cooking chamber through a plurality of axially spaced transverse slots and guided to the conveyor belt and the food products placed thereon.

Na te zijn gevoerd naar de op de transporteur opgestelde voedselproducten wordt het kookmedium efficiënt en effec-5 tief uit de kookkamer verwijderd en binnen de oven gerecirculeerd. De stromingskenmerken van het kookmedium binnen de oven worden in aanzienlijke mate geregeld voor het voortbrengen van gelijkmatige verdeling van het kookmedium door de sleuven onder het voortbrengen van gelijkmatig koken zowel over de transportband als langs zijn lengte.After being fed to the food products arranged on the conveyor, the cooking medium is efficiently and effectively removed from the cooking chamber and recycled inside the oven. The flow characteristics of the cooking medium within the oven are controlled to a great extent to produce even distribution of the cooking medium through the slots while producing even cooking both along the conveyor belt and along its length.

10 Deze uitvinding voorziet volgens een tweede aspect in een werkwijze voor het koken van voedselproducten. Deze werkwijze omvat het plaatsen van de te koken voedselproducten op een doorlopend bewegende transportband in een zich in langsrichting uitstrekkende kookoven, welke een kookkamer omsluit en voorzien is van een aantal in 15 eind- op eind-verhouding langs een langsas van de kookoven opgestelde modules. De werkwijze omvat verder het circuleren van een heet kookgas in de oven waarbij het kookgas wordt gevoerd door een aantal axiaal op afstand van elkaar gelegen overbrengsleuven en naar de transportband en de daarop geplaatste voedselproducten, zodanig, dat een aantal 20 dunne dwars verlopende gasstromen over de breedte van de transportband met de voedselproducten in aanraking komen. Het kookgas wordt dan na in aanraking te zijn geweest met de voedselproducten op de transportband, gerecirculeerd en de recirculerende gasstroom wordt opnieuw verwarmd voordat het terug wordt gevoerd naar de kookkamer. In de 25 werkwijze wordt de stroming van het kookgas zodanig geregeld, dat de dunne, in dwarsrichting verlopende gasstromen, gelijkmatig zijn over de breedte van de transportband en het kookgas ook gelijkmatig langs de lengte van de kookkamer wordt verdeeld.In a second aspect, the present invention provides a method for cooking food products. This method comprises placing the food products to be cooked on a continuously moving conveyor belt in a longitudinally extending cooking oven enclosing a cooking chamber and comprising a number of end-to-end ratios arranged along a longitudinal axis of the cooking oven. The method further comprises circulating a hot cooking gas in the oven, the cooking gas being passed through a number of axially spaced transfer slots and to the conveyor belt and the food products placed thereon, such that a number of thin transverse gas flows over the width of the conveyor belt come into contact with the food products. The cooking gas is then recirculated after contacting the food products on the conveyor belt and the recirculating gas stream is reheated before being returned to the cooking chamber. In the process, the flow of the cooking gas is controlled such that the thin, transverse gas flows are uniform over the width of the conveyor belt and the cooking gas is also evenly distributed along the length of the cooking chamber.

Het aantal modules maakt het mogelijk, dat de 30 kookomgeving langs de lengte van de band wordt gewijzigd voor het verschaffen van verschillende kookkenmerken, terwijl de voedselproducten binnen de oven bewegen.The number of modules allows the cooking environment to be changed along the length of the belt to provide different cooking characteristics while the food products move within the oven.

De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van de tekeningen.The invention will be explained in more detail below with reference to the drawings.

35 Fig. 1 toont een perspectivisch aanzicht van de kookoven volgens de uitvinding.FIG. 1 shows a perspective view of the cooking oven according to the invention.

Fig. 2 toont een eindaanzicht van de kookoven volgens de uitvinding waarbij delen zijn weggelaten.Fig. 2 shows an end view of the cooking oven according to the invention with parts omitted.

10 j o 6 2 7 610 y o 6 2 7 6

Fig. 3 toont een zijaanzicht van de kookoven volgens de uitvinding, waarbij bepaalde delen zijn weggelaten en andere delen in doorsnede zijn weergegeven.Fig. 3 shows a side view of the cooking oven according to the invention, with certain parts omitted and other parts shown in section.

Fig. 4 toont een bovenaanzicht van de kookoven 5 volgens de uitvinding waarbij delen zijn weggelaten.Fig. 4 shows a top view of the cooking oven 5 according to the invention, with parts omitted.

Fig. 5 toont een perspectivisch aanzicht van een gedeelte van de kookoven volgens de uitvinding, waarbij delen zijn weggelaten voor het weergeven van het inwendige van de oven alsmede van circulatiepatronen van gasvormig fluïdum binnen de oven. jq Fig. 6 toont een vergroot aanzicht van een ketting- wiel voor het ondersteunen van een transportband.Fig. 5 shows a perspective view of a portion of the cooking oven of the invention, with parts omitted to show the interior of the oven as well as gaseous fluid circulation patterns within the oven. jq Fig. 6 shows an enlarged view of a sprocket for supporting a conveyor belt.

Fig. 7 toont een perspectivisch aanzicht van een verbinding tussen modules volgens de uitvinding.Fig. 7 shows a perspective view of a connection between modules according to the invention.

Fig. 8 toont schematisch een deel van een zijaan-15 zicht van de in fig. 7 weergegeven verbinding tussen modules.Fig. 8 schematically shows part of a side view of the connection between modules shown in FIG. 7.

Fig. 9 toont een grafiek, welke de breedte en pieksnelheid weergeeft van een mondstukstroom op vijf inches van het mondstuk.Fig. 9 shows a graph showing the width and peak speed of a nozzle flow at five inches from the nozzle.

Fig. 10 en 11 tonen een vergrote detailtekening van 20 een deurafdichting volgens de uitvinding, waarbij de afdichting in niet afdichtende respectievelijk afdichtende wijze is weergegeven.Fig. 10 and 11 show an enlarged detail drawing of a door seal according to the invention, the seal being shown in a non-sealing or sealing manner.

De uitvinding zal nu meer gedetailleerd worden beschreven met verwijzing naar een in de bijgaande figuren afgebeelde, de voorkeur gegeven uitvoeringsvorm daarvan.The invention will now be described in more detail with reference to a preferred embodiment thereof shown in the accompanying figures.

25 In fig. 1 is een lineaire kookoven 20 volgens de uitvinding afgebeeld. Kookoven 20 is een modulaire oven, welke ieder gewenst aantal modules 22 kan bezitten, die in eind- op eind-verhou-ding met elkaar zijn verbonden. Terwille van de illustratie is een oven voorzien van vier modules (22) weergegeven.Fig. 1 shows a linear cooking oven 20 according to the invention. Cooking oven 20 is a modular oven, which can have any desired number of modules 22 which are interconnected in end-to-end relationship. For the purpose of illustration, an oven equipped with four modules (22) is shown.

30 De modules van kookoven 20 vormen tezamen een huis of kast 30, welke is voorzien van een paar tegen elkaar gelegen verticale zijwanden 32 en 34. De eerste zijwand 32, welke de voorwand kan worden genoemd, is lager dan de tweede zijwand 34, die de achterwand kan worden genoemd. Zijwand 34 is in fig. 1 niet zichtbaar. Huis 35 30 heeft ook tegenover elkaar gelegen inlaat- en uitlaateindwanden 36 respectievelijk 38. Uitlaateindwand 38 is in fig. 1 niet zichtbaar. Huis 30 omvat verder een bovenwand en een bodem of vloer, die hieronder nog nader zullen worden beschreven.The modules of the cooking oven 20 together form a housing or cabinet 30 which is provided with a pair of vertical side walls 32 and 34 abutting each other. The first side wall 32, which may be called the front wall, is lower than the second side wall 34, which the back wall can be called. Side wall 34 is not visible in Fig. 1. Casing 30 also has opposed inlet and outlet end walls 36 and 38, respectively. Outlet end wall 38 is not visible in Figure 1. Casing 30 further includes a top wall and a bottom or floor, which will be described in more detail below.

10u6627 710:66 627 7

Boven de bovenwand van iedere module 22 zijn bij voorkeur kaporganen 40 gevormd, die overeenkomen met ieder van de secties of modules, en die een ruimte omsluiten boven de bovenwanden van iedere module voor het vormen van een doortocht voor koppeling van 5 het regelsysteem van iedere module en doorvoer van draden of ruimte voor andere uitwendige uitrusting, zoals die hierna nog verder zal worden beschreven. De kaporganen 40 verschaffen een esthetisch aantrekkelijk uiterlijk aan de oven 20 door alle met iedere module samenhangende uitwendige uitrusting te verbergen. Verder maakt het 10 vormen van een gesloten ruimte boven de oven 20 voor opslag van uitwendige uitrusting het mogelijk om de effectieve breedte van de oven 20 te verkleinen waardoor het gebruik in de omgeving van een voedselverwerkingsinstallatie wordt vergemakkelijkt. Toegang in het inwendige van kaporganen 40 kan worden verschaft door geschikte daarin 15 aangebrachte deuren, waardoor het mogelijk wordt gemaakt om toegang te verkrijgen tot de verschillende binnen de kaporganen 40 opgestelde onderdelen.Above the top wall of each module 22, preferably hood members 40 are formed, corresponding to each of the sections or modules, and enclosing a space above the top walls of each module to form a passage for coupling the control system of each module and lead-through of wires or space for other external equipment, as will be described further below. The hood members 40 provide an aesthetically pleasing appearance to the furnace 20 by concealing all exterior equipment associated with each module. Furthermore, forming a closed space above the oven 20 for storage of external equipment allows to reduce the effective width of the oven 20 thereby facilitating use in the vicinity of a food processing plant. Access into the interior of hood members 40 may be provided by suitable doors disposed therein, allowing access to the various components disposed within the hood members 40.

Huis 30 kan zijn ondersteund door een aantal met iedere module samenhangende poten 48. Eindwanden 36 en 38 hebben een 20 inlaatopening 00 respectievelijk uitlaatopening 52. Te koken voedselproducten worden in de oven ingebracht via inlaatopening 50 en worden uit de oven afgevoerd via uitlaatopening 52.Housing 30 may be supported by a number of legs 48 associated with each module. End walls 36 and 38 have an inlet opening 00 and outlet opening 52, respectively. Food products to be cooked are introduced into the oven through inlet opening 50 and are discharged from the oven through outlet opening 52.

Binnen het huis 30 strekt zich een eindloze transportband (60) horizontaal uit vanaf de inlaatopening 50 naar de 25 uitlaatopening 52. De transportband 60 is aangepast voor het transpor teren van voedselproducten door de oven 20 teneinde deze te kunnen koken.Within the housing 30, an endless conveyor belt (60) extends horizontally from the inlet opening 50 to the outlet opening 52. The conveyor belt 60 is adapted to convey food products through the oven 20 for cooking.

Aangezien een aantal modules met elkaar kunnen zijn verbonden voor een bepaalde toepassing, is de transportband 60 aan te 30 passen voor het gelijkmatig transporteren van voedselproducten door iedere module. De band 60 is bij voorkeur een doorlaatbare band, welke stroming van een kookmedium daardoorheen toestaat, terwijl de band voesdelproducten ondersteunt. Dit maakt het ook mogelijk, dat vloeistof zoals vet, dat tijdens koken vrijgemaakt wordt, van het voedsel 35 op de transportband 60 afdruppelt en vergemakkelijkt ook reinigen van de band. Transportband 60 kan zich tot buiten de oven 20 uitstrekken om laad- en losgedeeltes 62 te vormen met behulp waarvan oven 20 met andere bewerkingsuitrusting in een verwerkingsinstallatie kan worden 100662/ δ gekoppeld.Since a number of modules can be interconnected for a particular application, the conveyor 60 can be adapted to evenly transport food products through each module. The belt 60 is preferably a permeable belt which allows flow of a cooking medium therethrough while the belt supports food products. This also allows liquid such as fat released during cooking to drip from the food 35 onto the conveyor belt 60 and also facilitates cleaning of the belt. Conveyor 60 can extend beyond the furnace 20 to form loading and unloading sections 62 by means of which furnace 20 can be coupled with other processing equipment in a processing plant 100662 / δ.

Indien gewenst of vereist kan de band 60 ook in tussen zijn uiteinden gelegen punten worden ondersteund. Ieder steun-kettingwiel 64 omvat een paar met elkaar in ingrijping zijnde getande 5 wielen, waarvan er een boven en de ander onder de transportband 60 is opgesteld. Een of meer niet nader weergegeven motor(en) drijven de transportband 60 bij de gedeelten 62 en/of via tussengelegen aandrijvingen, zoals afgebeeld in fig. 6, aan. Een dergelijke tussenaan-drijving kan zijn voorzien van een paar onderling met elkaar in 10 ingrijping zijnde kettingwielen 64, die boven en onder de band 60 zijn opgesteld en die worden aangedreven door een kleine koppelmotor. Tussengelegen aandrijving zal gelijkmatig en voorzichtig transport van voedselproducten door de oven 20 vergemakkelijken, in het bijzonder indien een groot aantal modules 22 wordt gebruikt voor het tot stand 15 brengen van een lange transportband.If desired or required, the strap 60 may also be supported in points located between its ends. Each support sprocket 64 includes a pair of meshed toothed wheels 5, one of which is disposed above and the other below the conveyor 60. One or more motor (s) (not shown) drive the conveyor belt 60 at the portions 62 and / or via intermediate drives, as shown in Fig. 6. Such an intermediate drive may include a pair of mutually meshed sprockets 64 positioned above and below belt 60 and driven by a small torque motor. Intermediate drive will facilitate smooth and gentle transportation of food products through oven 20, especially if a large number of modules 22 are used to establish a long conveyor belt.

Een paar in fig. 1 weergegeven afvoerschoorstenen 68 kunnen zijn aangebracht voor afvoer van gebruikte gassen uit de kookoven 20. Deze schoorstenen strekken zich vanaf de inlaatopening 50 respectievelijk de uitlaatopening 52 omhoog uit. De stroom van ge- 20 bruikt gas omvat lucht, stoom en eventuele gas- of dampproducten, die tijdens koken zijn vrijgekomen en kan ook gebruikte verbrandingsgassen omvatten, indien verbrandingsproducten in rechtstreekse warmte-uitwisseling worden gebruikt als warmtebron.A pair of exhaust chimneys 68 shown in Figure 1 may be provided for discharging spent gases from the cooking oven 20. These chimneys extend upwardly from the inlet opening 50 and the outlet opening 52, respectively. The flow of spent gas includes air, steam and any gas or vapor products released during cooking and may also include spent combustion gases if combustion products in direct heat exchange are used as the heat source.

Een regelsysteem 70 is aangebracht op de buitenzijde 25 van het ovenhuis 30, bij voorkeur bij het inlaateinde daarvan. Regelsysteem 70 heeft een tastscherm, dat een gebruiker of bediener in staat stelt de werking van oven 20 te regelen. De oven 20 wordt bij voorkeur geregeld door middel van een te programmeren logisch regel orgaan (PLC), dat bij voorkeur zo geprogrammeerd is, dat de gebruiker of 30 bediener iedere module 22 van de oven 20 afzonderlijk kan regelen. In de de voorkeur gegeven uitvoeringsvorm zal iedere module 22 alle functie- en regelsystemen omvatten om het mogelijk te maken, dat iedere module eenvoudig wordt toegevoegd aan het hoofdregel paneel van PLC als een afzonderlijk scherm. Onder gebruikmaking van PLC-regeling, 35 wordt de voedsel verwerker ook in staat gesteld aan een bediener geven mate van regeling te beperken om hoge kwaliteit en nuttig effect te waarborgen zonder te vereisen, dat een bediener een hoge mate van vakmanschap heeft. In de meeste voedelverwerkingsomgevingen zijn er 1006627 9 een aantal verschillende voedsel- en kookbewerkingen, die moeten worden uitgevoerd. Het regelsysteem 70 stelt de gebruiker in staat specifieke kookbewerkingen in de oven 20 te programmeren, gebaseerd op het type voedsel, de vormgeving van het voedsel, de doorvoervereisten 5 of bandbeladingskenmerken of dergelijke. Deze kookbewerkingen kunnen dan worden opgeslagen en weer opgeroepen uit een menu waardoor het mogelijk wordt gemaakt, dat de oven 20 automatisch wordt ingesteld voor een bepaalde toepassing en gemakkelijk of niet wordt ingesteld voor de volgende toepassing. Dit geeft de voedsel verwerker weer veel 10 flexibiliteit en regeling over zijn kookhandelingen, terwijl geen hooggeschoolde bedieners worden vereist. Het regelsysteem 70 kan ook zijn gekoppeld aan een centrale hoofdcomputer tezamen met andere bewerkingsuitrusting om bewaking en regeling vanaf een centrale faciliteit mogelijk te maken. Het regelsysteem van de oven 20 kan ook 15 signalen gebruiken, opgewekt door een of meer sensors, die tempera tuur, vochtigheid of andere omgevingskenmerken waarnemen met het oog op het automatisch instellen van de werkomstandigheden, afhankelijk van het milieu in de installatie of kamer, waarin de oven in werking is gesteld.A control system 70 is mounted on the outside 25 of the oven housing 30, preferably at the inlet end thereof. Control system 70 has a touch screen that allows a user or operator to control the operation of oven 20. Oven 20 is preferably controlled by a programmable logic controller (PLC), which is preferably programmed so that the user or operator can control each module 22 of oven 20 individually. In the preferred embodiment, each module 22 will include all function and control systems to allow each module to be easily added to the main control panel of PLC as a separate screen. Using PLC control, the food processor is also allowed to give an operator to limit degree of control to ensure high quality and usefulness without requiring an operator to have a high degree of skill. In most food processing environments, there are a number of different food and cooking operations to be performed. The control system 70 allows the user to program specific cooking operations in the oven 20 based on the type of food, the shape of the food, the throughput requirements 5 or belt loading characteristics or the like. These cooking operations can then be stored and recalled from a menu allowing the oven 20 to be automatically set for a particular application and easily or not set for the next application. This in turn gives the food processor a lot of flexibility and control over his cooking operations, while no highly skilled operators are required. The control system 70 may also be coupled to a central master computer along with other processing equipment to allow monitoring and control from a central facility. The control system of the oven 20 can also use 15 signals, generated by one or more sensors, that detect temperature, humidity or other environmental characteristics with a view to automatically setting the working conditions, depending on the environment in the installation or room, in which the oven has been started.

20 De afzonderlijke werking en regeling van iedere module 22 verschaft ook andere belangrijke voordelen. Omdat iedere module 22 onafhankelijk kan werken, kan de gebruiker de oven 20 vormgeven voor het verschaffen van verschillende kook- of verwerkings-omgevingen in iedere module, door te voorzien in verschillende circu-25 lerende gasstromen in iedere module. Alternatief kunnen bepaalde modules worden uitgerust met middelen voor het grillen of dichtschroeien van voedselproducten. Een bediener kan bijvoorbeeld stoom toevoeren aan slechts een module 22, terwijl een mengsel van hete lucht en stoom aan andere modules worden toegevoerd. De laatste module 30 22 kan een verhoudingsgewijs droog heet kookmilieu verschaffen voor het uitvoeren van handelingen zoals bruinen of dichtschroeien, of voor het afkoelen door bijvoorbeeld circulatie van koele lucht, al naar gewenst zal worden. Indien gewenst, kunnen niet weergegeven equi-1ibreerkamers worden gebruikt voor inlaat 50 om een voedselproduct te 35 verwarmen en/of na de uitlaat 52 voor het afkoelen van een uit de oven afgevoerd gekookt product op een temperatuur, welk hanteren of dergelijke toestaat.The separate operation and control of each module 22 also provides other important advantages. Since each module 22 can operate independently, the user can shape the oven 20 to provide different cooking or processing environments in each module, by providing different circulating gas flows in each module. Alternatively, certain modules can be equipped with means for grilling or searing food products. For example, an operator can supply steam to only one module 22, while a mixture of hot air and steam is supplied to other modules. The final module 30 22 can provide a relatively dry hot cooking environment for performing operations such as browning or searing, or for cooling by, for example, circulation of cool air, as desired. If desired, equalization chambers (not shown) can be used before inlet 50 to heat a food product and / or after outlet 52 to cool an oven-vented cooked product to a temperature that allows handling or the like.

Een aantal op afstand van elkaar gelegen toegangs- 100662: 10 deuren 74 zijn langs de lengte van de zijwand 32 aangebracht om toegang tot het inwendige van het huis 30 mogelijk te maken. De deuren 74 verschaffen uitstekende toegankelijkheid tot alle inwendige gedeeltes van de oven 20 zoals voor inspectie of onderhoud. De deuren 74 5 zijn bij voorkeur zwenkbaar aangebracht op ondersteuningsstaven, zodat zij snel en gemakkelijk te verzwenken zijn vanuit een gesloten stand naar een geheel van de opening in kast 30 verwijderde stand. Een stevige afdichting wordt rondom de rand van iedere deur verkregen door een opblaasbare, elastomere pakking, die hierna nog nader zal worden 10 beschreven en die is afgebeeld in fig. 9 en 10. Een pakking 78, die leeggelopen is, is weergegeven in fig. 9 en indien deze pakking met een onder druk staand fluïdum wordt opgeblazen, neemt deze de in fig. 10 weergegeven vormgeving aan voor het afdichten van de spleet tussen de deur 74 en de naburige wand 32 (of 34). Voor de veiligheid in 15 bedrijf van de oven 20 kan een grendel systeem zijn aangebracht in samenhang met deur 74 om het openen van de deur 74 of leeglopen van de pakking 78 te verhinderen, terwijl de oven in bedrijf is. Een voorbeeld van een grendel systeem kan een magnetische klink of schakelaar omvatten, die gekoppeld is met een met iedere deur 74 samenhangende 20 pneumatische grendelbout, die geregeld wordt door een regelsysteem van de oven 20.A number of spaced-apart access doors 100662: 10 74 are arranged along the length of side wall 32 to allow access to the interior of housing 30. The doors 74 provide excellent accessibility to all interior portions of the oven 20 such as for inspection or maintenance. The doors 74 are preferably pivotally mounted on support bars so that they can be pivoted quickly and easily from a closed position to a position completely removed from the opening in box 30. A tight seal is obtained around the edge of each door by an inflatable elastomeric gasket, which will be described in more detail below and shown in Figs. 9 and 10. A gasket 78 which has deflated is shown in Figs. 9 and when inflated with a pressurized fluid, this gasket adopts the configuration shown in FIG. 10 to seal the gap between the door 74 and the adjacent wall 32 (or 34). For safety in operation of the oven 20, a latch system may be provided in conjunction with door 74 to prevent opening of door 74 or deflation of gasket 78 while the oven is in operation. An example of a locking system may include a magnetic latch or switch coupled to a pneumatic locking bolt associated with each door 74, which is controlled by a control system of the oven 20.

De inwendige constructie van de oven 20 en het patroon van de circulatie van het kookmedium, of ruim gezegd de gascirculatiepatronen binnen de oven 20, zullen in het bijzonder met 25 verwijzing naar fig. 2-5 nader worden beschreven.The internal construction of the oven 20 and the pattern of the circulation of the cooking medium, or broadly speaking the gas circulation patterns within the oven 20, will be described in particular with reference to Figures 2-5.

In de de voorkeur gegeven uitvoeringsvorm heeft iedere module 22 een paar op afstand van elkaar gelegen, dwars verlopende wanden, die in de lengterichting van de oven 20 op afstand van elkaar zijn opgesteld. De bovenstroomse wand van de eerste module 22 30 en de benedenstroomse wand van de laatste module 22 vormen de desbe treffende eindwanden 36 en 38. Op soortgelijke wijze hebben de tussen de inlaat- en uitlaateinden van de oven opgestelde modules 22 ieder een bovenstroomse dwarswand 81 en een benedenstroomse dwarswand 82 bij de desbetreffende bovenstroomse en benedenstroomse einden van de 35 module, een en ander gerekend in de bewegingsrichting van transport band 60. Op soortgelijke wijze hebben de eerste en laatste modules 22 een uitwendige wand waarin de inlaat - of uitlaatopening is aangebracht en een inwendige wand nabij een andere module 22. De boven- 1006627 11 stroomse wand 81 van iedere module 22, dat wil zeggen iedere module behoudens de laatste module, en de benedenstroomse wand 82 van de volgende of naburige module, dat wil zeggen iedere module behoudens de eerste module 22, zijn op een kleine afstand van elkaar gelegen, maar 5 gekoppeld bij de plaats van een tunnel opening voor de transportband 60, die gevormd is tussen ieder paar naburige modules, zoals het beste weergegeven in fig. 7 en 8. Deze tunnelopening van iedere aansluiting 83 tussen een tweetal modules, omvat een opening 84 in iedere inwendige wand 81 en 82. De koppeling tussen modules 22 is op dit punt 10 uitgevoerd om doorlaatbaar te zijn voor de met de transportband bewegende voedselproducten, zodanig, dat indien overeenkomende kookom-gevingen in naburige modules tot stand zijn gebracht, de verdeling tussen modules geen ongelijkheid in de bij deze plaats tot stand gebrachte kookomgeving tot stand zullen brengen. In de de voorkeur 15 gegeven uitvoeringsvorm wordt voor de koppeling tussen naburige modules gebruik gemaakt van een vormgeving van een wand zoals aangegeven in fig. 8. Zoals hierna meer gedetailleerd zal worden beschreven, zijn de wanden van iedere module 22 gevormd als te zijn voorzien van een inwendige huidlaag 88 en een uitwendige huidlaag 89, terwijl 20 tussen deze lagen 88 en 89 een laag uit isolatiemateriaal is aangebracht. De uitwendige wand 89 is bij de plaats van de opening 84 zodanig ontworpen, dat hij is voorzien van een in hoofdzaak ingebouwde Belleville-veer, die wordt gevormd door om gehele omtrek van opening 84 opgestelde flensgedeelten 85. De flensgedeelten 85 maken samendruk- 25 king van de huid 89 naar de inwendige huid 88 mogelijk, zoals weergegeven door pijlen 86, indien de module op deze plaats tegen een naburige module wordt gedrongen. Voor de eindmodules 22 is de inwendige wand uitgerust met de verbinding 83 voor modulekoppeling.In the preferred embodiment, each module 22 has a pair of spaced, transverse walls spaced in the longitudinal direction of the furnace 20. The upstream wall of the first module 22 and the downstream wall of the last module 22 form the respective end walls 36 and 38. Similarly, the modules 22 disposed between the inlet and outlet ends of the furnace each have an upstream cross wall 81 and a downstream transverse wall 82 at the respective upstream and downstream ends of the module, all this counting in the direction of movement of conveyor belt 60. Similarly, the first and last modules 22 have an external wall in which the inlet or outlet opening is arranged, and an internal wall adjacent to another module 22. The upstream 1006627 11 upstream wall 81 of each module 22, i.e. each module except the last module, and the downstream wall 82 of the next or adjacent module, i.e. each module apart the first module 22 are spaced a short distance apart, but 5 coupled at the location of a tunnel opening v For the conveyor belt 60, which is formed between each pair of neighboring modules, as best shown in Figures 7 and 8. This tunnel opening of each connector 83 between two modules includes an opening 84 in each internal wall 81 and 82. The coupling between modules 22 at this point 10 is configured to be permeable to the food products moving with the conveyor belt, such that if corresponding cooking environments are established in neighboring modules, the division between modules does not result in inequality in the location at this location created cooking environment. In the preferred embodiment, for the coupling between neighboring modules, use is made of a wall configuration as shown in Fig. 8. As will be described in more detail below, the walls of each module 22 are formed as having an internal skin layer 88 and an external skin layer 89, while an insulating material layer is arranged between these layers 88 and 89. The exterior wall 89 at the location of the opening 84 is designed to include a substantially built-in Belleville spring, which is formed by flange portions 85 disposed all around the circumference of opening 84. The flange portions 85 make compression. from the skin 89 to the inner skin 88, as shown by arrows 86, if the module is pushed against an adjacent module at this location. For the end modules 22, the internal wall is equipped with the connector 83 for module coupling.

Indien naburige modules op de plaats van verbinding 30 83 naar elkaar worden bewogen, worden de flensgebieden 85 aangedrukt voor het vormen van een nauwe naad bij de koppelingsverbinding tussen de modules. Deze verbinding tussen modules 22 verschaft een in hoofdzaak fluïdumdichte verbinding waardoorheen de transportband 60 beweegt, zonder van betekenis zijnde onderbreking in het in iedere 35 module 22 tot stand gebrachte kookmilieu.When adjacent modules are moved together at the location of joint 30, flange regions 85 are pressed to form a narrow seam at the coupling joint between the modules. This connection between modules 22 provides a substantially fluid-tight connection through which the conveyor belt 60 moves, without significant interruption in the cooking environment established in each module 22.

Zoals het beste gezien in fig. 5 heeft het inwendige van oven 20 een in lengterichting verlopend plafond 90 en een paar op afstand van elkaar gelegen verticale wanden 92 en 94, die zich daarvan 1006627 12 naar beneden uitstrekken. Plafond 90 voorziet in ondersteuning voor een circulatieventilator 110 binnen de ruimte tussen het kaporgaan 40 en plafond 90. Het plafond 90 vormt in samenhang met wanden 92 en 94 een bovenste luchtkamer 96 voor het circuleren van lucht of van een 5 mengsel van lucht en stoom, zoals nog nader zal worden beschreven. Dit plafond 90 is bij voorkeur gevormd als een hellend dak met een piek en een eerste vanaf de piek naar de zijwand 32 naar beneden hellend randgedeelte 91. Een tweede gedeelte 93 van plafond 90 strekt zich uit naar de tegenover liggende wand 34. De circulatieventilator 110 omvat 10 een hogedrukzijde en een zuig- of lagedrukzijde, terwijl een schei dingswand 96 deze gedeelten van de ventilator van elkaar scheidt voor het vormen van een hogedrukluchtkamer 98 in samenhang met het plafond 90 en de zijwand 32. De vormgeving van plafondgedeelte 91 onder een hoek vergemakkelijkt op een gelijkmatige wijze verdelen van het 15 kookgas over de ruimte 98 en veroorzaakt een minimum aan verstoring in de stroming van het gasvormige kookmedium indien het kookgas wordt gedwongen langs het inwendige van plafond 90 te stromen met slechts een geleidelijke draaiing bij het tussenvlak met de binnenzijde van wand 32. De kamer 98 werkt ook als een accumulatiekamer, waarbij het 20 kookgas over deze kamer wordt verdeeld voordat het wordt gedrongen in hogedrukkamergebieden, zoals hierna zal worden beschreven.As best seen in Fig. 5, the interior of oven 20 has a longitudinally extending ceiling 90 and a pair of spaced vertical walls 92 and 94 extending downward therefrom. Ceiling 90 provides support for a circulating fan 110 within the space between the hood member 40 and ceiling 90. The ceiling 90, in conjunction with walls 92 and 94, forms an upper air chamber 96 for circulating air or a mixture of air and steam, as will be further described. This ceiling 90 is preferably shaped as a sloping roof with a peak and a first sloping edge portion 91 from the peak to the side wall 32. A second portion 93 of ceiling 90 extends to the opposite wall 34. The circulation fan 110 10 includes a high-pressure side and a suction or low-pressure side, while a partition wall 96 separates these portions of the fan from each other to form a high-pressure air chamber 98 in conjunction with the ceiling 90 and side wall 32. The design of angled ceiling portion 91 facilitates even distribution of the cooking gas over space 98 and causes a minimum of disturbance in the flow of the gaseous cooking medium if the cooking gas is forced to flow along the interior of ceiling 90 with only a gradual rotation at the interface with the inside of wall 32. Chamber 98 also functions as an accumulation chamber, the cooking gas being passed over this chamber t distributed before it is forced into high pressure chamber areas, as will be described below.

Binnen het inwendige gebied van de oven 20 strekt zich een scheidingswand 92 vanaf de vloer van de oven omhoog uit. De kamer 98 strekt zich ook in lengterichting van de oven 20 uit. Inwen- 25 dige, verticale wand 92 is binnenwaarts op afstand gelegen van de voor- (of eerste zij-) wand 32 van oven 20 onder het zo vormen van een gedeelte van een ruimte 98, evenals hogedrukgebieden 95 en 97, van waaruit het kookgas wordt toegevoerd aan de bovenste en onderste gedeelten van band 60, zoals hieronder zal worden beschreven.Within the interior region of the oven 20, a dividing wall 92 extends upwardly from the floor of the oven. Chamber 98 also extends longitudinally of oven 20. Internal vertical wall 92 is spaced inwardly from the front (or first side) wall 32 of oven 20 to form part of a space 98, as well as high pressure areas 95 and 97, from which the cooking gas is fed to the top and bottom portions of belt 60 as will be described below.

30 Op soortgelijke wijze is een inwendige, op afstand van de achter- (of tweede zij-) wand 34 opgestelde tweede verticale wand 94 aangebracht, welke een retourruimte 100 vormt voor omhoog stromen van verbruikte gassen, dat wil zeggen gassen, die in aanraking zijn geweest met de transportband 60 en met op de transportband 60 35 gelegen voedselproducten.Similarly, an internal second vertical wall 94 spaced from the rear (or second side) wall 34 is provided, forming a return space 100 for upflow of spent gases, ie, gases in contact with the conveyor belt 60 and with food products located on the conveyor belt 60.

Een of meer nabij het langsmidden van de oven 20 opgestelde ventilators 110 zijn aangebracht voor circulatie van lucht en/of gas. Deze ventilators 110 zijn zodanig opgesteld, dat de venti- 1006627 13 lator buiten het plafond 90 is gelegen en binnen de kap 40 is verborgen, zoals hiervoor is vermeld. De ventilators 110 zijn uitgevoerd voor het met een bepaalde snelheid door de oven circuleren van het gasvormige kookmedium, waarbij de snelheid van het kookgas, indien dit 5 in de richting van de voedselproducten op de transporteur 60 wordt gericht, de kritischere en regelbare variabele is. Voor het gelijkmatig verdelen van het kookgas binnen de accumulatiekamer 96 wordt een schot 116 gebruikt nabij de hogedrukzijde van ventilator 110. In de in de tekeningen weergegeven uitvoeringsvorm is het weergegeven schot 116 10 elliptisch in vorm en opgesteld nabij het langsmidden van de oven. Dit schot is belangrijk voor het verkrijgen van een ongestoorde luchtstroom en nagenoeg gelijkmatige luchtstroom over zowel de lengte en de breedte van de transportband 60. Afhankelijk van de afmeting van de modules 22 of afhankelijk van andere variabelen in de vormgeving van 15 de oven, kan het schot 116 optimaal worden gemaakt voor het verkrijgen van de ongestoorde en gelijkmatige luchtstroom binnen de accumulatiekamer 96. In vele kookbewerkingen kan het ook belangrijk zijn te voorzien in een toevoer van verse lucht in de kookomgeving onder het uitlaten van gassen, die verontreinigingen of dergelijke kunnen 20 bevatten. Een luchtinlaat 99 is aangebracht in een zijwand van de oven, in het weergegeven voorbeeld de zijwand 34, op een punt tussen de einden van de oven 20 of een module 22. Overeenkomend kan ook een uitlaatschoorsteen 101 zijn opgesteld op een punt tussen de einden van de oven 20 of module 22 en is bij voorkeur opgesteld om in verbinding 25 te staan met de ruimte 96, teneinde het mogelijk te maken, dat kookgas wordt uitgelaten voordat het terug wordt gerecirculeerd naar de kookkamer.One or more fans 110 disposed near the longitudinal center of the oven 20 are provided for circulation of air and / or gas. These fans 110 are arranged such that the fan is located outside the ceiling 90 and hidden within the hood 40, as mentioned above. The fans 110 are configured to circulate the gaseous cooking medium through the oven at a certain speed, the speed of the cooking gas, if directed towards the food products at the conveyor 60, being the more critical and controllable variable. To evenly distribute the cooking gas within the accumulation chamber 96, a baffle 116 is used near the high pressure side of fan 110. In the embodiment shown in the drawings, the baffle 116 shown is elliptical in shape and disposed near the longitudinal center of the oven. This baffle is important for obtaining undisturbed airflow and nearly even airflow over both the length and width of the conveyor 60. Depending on the size of the modules 22 or depending on other oven design variables, the baffle 116 is optimized to obtain the undisturbed and even airflow within the accumulation chamber 96. In many cooking operations, it may also be important to provide a supply of fresh air to the cooking environment while exhausting gases, which may contain contaminants or the like contain. An air inlet 99 is arranged in a side wall of the oven, in the example shown the side wall 34, at a point between the ends of the oven 20 or a module 22. Similarly, an exhaust chimney 101 may also be arranged at a point between the ends of the oven. the oven 20 or module 22 and is preferably arranged to communicate with the space 96 to allow cooking gas to be vented before it is recycled back to the cooking chamber.

Het aanbrengen van de luchtinlaat 99 en een lucht-uitlaat 101 op een plaats tussen de einden van de oven, vergemakke-30 lijkt ook het minimaal maken van eventueel eindeffecten bij de inlaat en uitlaat van de oven, waarbij het gereedmaken van lucht en de terugvoer wordt geregeld op een plaats tussen deze einden. De hiervoor beschreven uitlaatschoorstenen 68, die bij de einden van de oven 20 kunnen worden gebruikt, zijn hoofdzakelijk aangebracht voor het 35 opvangen van eventuele expansiegassen, die zijn voortgebracht door een warmtebron die met de oven kan worden gebruikt, of eventueel afsluitgassen, die worden gebruikt bij de inlaat- of uitlaateinden van de oven voor het verder vergemakkelijken van opsluiting van de kookgassen 1006627 14 daarin.Placing the air inlet 99 and an air outlet 101 in a location between the ends of the oven also facilitates minimizing any end effects at the inlet and outlet of the oven, preparing air and returning it is arranged in a place between these ends. The aforementioned exhaust chimneys 68, which can be used at the ends of the furnace 20, are mainly arranged to collect any expansion gases generated by a heat source that can be used with the furnace, or optionally shut-off gases, which are used at the inlet or outlet ends of the oven to further facilitate containment of the cooking gases 1006627 14 therein.

Zowel de luchtinlaat 99 en de luchtuitlaat 101 omvatten bij voorkeur niet weergegeven dempers, die nauwkeurige regeling van inlaat en uitlaat van lucht mogelijk maken, een en ander 5 weer bewerkstelligd zonder intrede of uittrede van kooklucht door de inlaat- of uit!aateinden van de oven te vereisen. Het aanbrengen van de luchtinlaat en -uitlaat bij een tussengelegen punt in de oven vermindert ook onderlinge inwerking tussen modules, daar kruisstroming tussen modules weer niet vereist wordt voor het gereedmaken of terug-10 voeren van lucht.Both the air inlet 99 and the air outlet 101 preferably include dampers, not shown, which allow for precise control of air inlet and outlet, all accomplished without entry or exit of cooking air through the inlet or outlet ends of the oven to require. The provision of the air inlet and outlet at an intermediate point in the furnace also reduces interactivity between modules, since crossflow between modules is again not required to prepare or return air.

Een bovenste stel luchtverdeelorganen 120 en een onderste stel luchtverdeelorganen 122 zijn aangebracht om lucht te voeren naar de transportband 60 en naar daarop te koken voedselproducten. De luchtverdeelorganen 120 en 122 zijn opgesteld aan tegenover 15 liggende zijden van de kookkamer en band 60, en zijn aangepast om het kookgas met hoge snelheid naar de transportband 60 en de daarop verdeelde voedselproducten te dringen. In de de voorkeur gegeven uitvoeringsvorm zijn de verdeel organen 120 en 122 op overeenkomstige wijze ontworpen, waarbij zij een parallel plaatgasafleversysteem 20 verschaffen. Meer in het bijzonder omvat ieder verdeelorgaan 120 een paar in lengterichting, op afstand van elkaar gelegen verticale, rechthoekige platen 124 en een diagonaal verlopende afbuigplaat 126. Naburige platen 124 van naburige verdeel organen 120, dat wil zeggen de stroomafwaartse verticale plaat 124 van een luchtverdeelorgaan 120 en 25 de bovenstroomse of verticale plaat 124 van het volgende luchtverdeel- orgaan 120 in deze serie zijn op korte afstand van elkaar opgesteld onder het vormen van een nauwe spleet 132 daartussen. Op soortgelijke wijze omvat ieder onderste verdeelorgaan 122 een aantal in lengterichting op afstand van elkaar gelegen, verticale rechthoekige platen 128 30 en een daartussen opgestelde, diagonaal verlopende afbuigplaat 130.An upper set of air distributors 120 and a lower set of air distributors 122 are provided to supply air to the conveyor 60 and food products to be cooked thereon. The air distributors 120 and 122 are disposed on opposite sides of the cooking chamber and belt 60, and are adapted to urge the cooking gas to the conveyor belt 60 and the food products distributed thereon at high speed. In the preferred embodiment, the manifolds 120 and 122 are similarly designed to provide a parallel plate gas delivery system 20. More specifically, each manifold 120 includes a pair of longitudinally spaced vertical rectangular plates 124 and a diagonally deflecting plate 126. Neighbor plates 124 of adjacent manifolds 120, i.e., the downstream vertical plate 124 of an air manifold. 120 and 25, the upstream or vertical plate 124 of the next air distribution member 120 in this series are spaced a short distance from each other to form a narrow gap 132 therebetween. Similarly, each lower manifold 122 includes a plurality of longitudinally spaced vertical rectangular plates 128 and a diagonal deflection plate 130 disposed therebetween.

Zoals bij het bovenste stel 120, vormen op dichte afstand van elkaar opgestelde platen 128 in naburige verdeel organen 122 in het onderste stel een nauwe sleuf 134 tussen de benedenstroomse verticale plaat 128 van ieder luchtverdeelorgaan 122 en de bovenstroomse plaat van het 35 volgende luchtverdeelorgaan 122. Deze sleuven 132 en 134 verschaffen stromen of gordijnen van heet gas of hete lucht of beiden, die gericht zijn naar de transportband 60. In de de voorkeur gegeven uitvoeringsvorm zijn de in lengterichting op afstand van elkaar gelegen sleuven 1006627 15 132 in het bovenste stel verdeel organen 120 en de sleuven 134 in het onderste stel verdeel organen 122 op een afstand van elkaar gelegen of versprongen over de halve lengte (in de lengterichting van de oven 20 als geheel) van een luchtverdeelorgaan 120 of 122. Deze versprongen 5 verhouding vergemakkelijkt gewenste regeling over de stroom van de kookgassen voor vele toepassingen. In de versprongen verhouding wordt een negatieve druk tot stand gebracht in het gebied van iedere sleuf 132 of 134 voor het vergemakkelijken van aantrekken van retourgas uit de kookkamer. Alternatief kunnen de sleuven 132 en 134 in rechtstreek-10 se, tegenover elkaar gelegen verhouding worden geplaatst, teneinde inmenging tot stand te brengen tussen de stoom van het kookgas van tegenover elkaar gelegen sleuven, hetgeen voor bepaalde toepassingen gewenst kan zijn. De met bovenste verdeel organen 120 respectievelijk onderste verdeel organen 122 samenhangende afbuigplaten 126 en 130 zijn 15 in tegengestelde richtingen of naar de retourruimte 100 hellend.As with the top set 120, closely spaced plates 128 in adjacent manifolds 122 in the bottom set form a narrow slot 134 between the downstream vertical plate 128 of each air manifold 122 and the upstream plate of the next air manifold 122. These slots 132 and 134 provide hot gas or hot air streams or curtains, or both, which face the conveyor belt 60. In the preferred embodiment, the longitudinally spaced slots 1006627 15 132 in the top set are divided members 120 and the slots 134 in the lower set of dividing members 122 spaced or staggered over the half length (lengthwise of the furnace 20 as a whole) of an air distribution member 120 or 122. This staggered ratio facilitates desired control about the flow of the cooking gases for many applications. In the staggered ratio, a negative pressure is established in the area of each slot 132 or 134 to facilitate attraction of return gas from the cooking chamber. Alternatively, the slots 132 and 134 can be placed in direct opposite relationship to effect mixing of the steam from the cooking gas from opposite slots, which may be desirable for certain applications. The deflecting plates 126 and 130 associated with upper distribution members 120 and lower distribution members 122, respectively, are inclined in opposite directions or towards the return space 100.

Iedere afbuigplaat strekt zich onder een hellingshoek naar beneden uit tussen twee tegenover elkaar gelegen hoeken van het paar in lengterichting op afstand van elkaar gelegen verticale platen 124 of 128. In de de voorkeur gegeven uitvoeringsvorm is het oppervlak van de afbuig-20 platen 126 en 130 gekozen voor het opnemen van het volume van retour- lucht of gas, dat bij de uitgang van een sleuf wordt verwacht teneinde verstoring tussen de sleuven 132 en 134 gevormde gasgordijnen minimaal te houden.Each deflection plate extends downwardly between two opposite corners of the pair longitudinally spaced vertical plates 124 or 128. In the preferred embodiment, the surface of the deflection plates is 126 and 130 selected to accommodate the volume of return air or gas expected at the exit of a slot to minimize disturbance between gas curtains formed between slots 132 and 134.

Een eerste stel openingen 136 in verticale wand 92 25 (bij voorkeur een voor ieder verdeelorgaan 120) maakt het mogelijk, dat hete lucht of gas vanaf de toevoerruimte 98 beweegt naar een hogedrukgebied dat direct boven de verdeel organen 120 is opgesteld en aangeduid is bij 95. Zoals in fig. 5 is weergegeven, worden gassen vanuit de accumulatiekamer 98 door openingen 136 langs de bovenzijde 30 van het hellend oppervlak 126 gedrongen. De in hogedrukruimte 95 gevoerde gassen circuleren in hoofdzaak omhoog, zoals weergegeven door pijl 103 en worden dan naar beneden gericht door sleuven 132, zoals weergegeven door pijl 105, teneinde met een hoge snelheid naar transporteur 60 te worden gevoerd. De door naburige verdeel organen 120 tot 35 stand gebrachte parallelle plaatsleuf, heeft bij voorkeur een lengte (overeenkomend met de maat van de verticale platen 124), welke tot stand brengen van een smal gordijn van kookgas, dat gelijkmatig langs de breedte van de sleuf wordt verdeeld, vergemakkelijkt. De hoogte van 1006627 16 de verdeel organen 120 vanaf band 60 is zo gekozen, dat de gordijnen van kookgassen, die tot stand zijn gebracht door het luchtaflever-systeem met evenwijdige platen op op de band 60 geplaatste voedselproducten botsen, voorafgaand aan van betekenis zijnde verstrooiing van 5 de gassen en kunnen in de de voorkeur gegeven uitvoeringsvorm ongeveer vijf inches vanaf band 60 zijn opgesteld met sleuven 132 die een effectieve lengte van zes inches bezitten. Op soortgelijke wijze maakt een tweede stel openingen 138 in verticale wand 92 het mogelijk, dat hete lucht of gassen vanaf de toevoerruimte 98 naar de verdeel organen 10 122 beweegt. In de de voorkeur gegeven uitvoeringsvorm worden ook kurkgassen vanaf toevoerruimte 98 verdeeld tussen de bovenste verdeel-organen 120 en de onderste verdeel organen 122 door middel van een beweegbaar dempersysteem 107 binnen accumulatiekamer 96, dat wordt gebruikt om het kookgas te verdelen voor stroming in hogedrukkamers 95 15 en 96. In het onderste stel verdeel organen 122 wordt het naar hoge- drukruimte 97 toegevoerde kookgas door openingen 138 gevoerd en circuleert weer rond en terug naar de sleuven 134, zoals aangeduid door pijl 109, tegen de onderzijde van de transporteur 60 en daarop geplaatste voedselproducten. In de de voorkeur gegeven uitvoeringsvorm 20 is de kookkamer om de transporteur 60 aan beide zijden omsloten om iedere kruisstroming van kookmedium in de kookkamer te verhinderen.A first set of openings 136 in vertical wall 92 (preferably one for each manifold 120) allows hot air or gas to move from the supply space 98 to a high pressure area positioned directly above the manifolds 120 and indicated at 95 As shown in Figure 5, gases from the accumulation chamber 98 are forced through openings 136 along the top 30 of the inclined surface 126. The gases fed into the high pressure space 95 circulate substantially upward, as shown by arrow 103, and are then directed downward through slots 132, as shown by arrow 105, to be fed to conveyor 60 at a high speed. The parallel plate slot formed by neighboring distributors 120 to 35 preferably has a length (corresponding to the size of the vertical plates 124) which creates a narrow curtain of cooking gas which is uniformly spaced along the width of the slot distributed, facilitated. The height of 1006627 16 the dividers 120 from belt 60 is selected so that the cooking gas curtains created by the parallel plate air delivery system collide with food products placed on the belt 60 prior to significant scattering. of the gases and in the preferred embodiment may be arranged about five inches from belt 60 with slots 132 having an effective length of six inches. Likewise, a second set of openings 138 in vertical wall 92 allow hot air or gases to move from the supply space 98 to the distributors 122. In the preferred embodiment, cork gases from supply space 98 are also distributed between the upper manifolds 120 and the lower manifolds 122 by means of a movable damper system 107 within accumulation chamber 96, which is used to distribute the cooking gas for flow in high pressure chambers 95 15 and 96. In the bottom set of manifolds 122, the cooking gas supplied to high pressure space 97 is passed through openings 138 and circulates again around and back to slots 134, as indicated by arrow 109, against the bottom of conveyor 60 and thereon placed food products. In the preferred embodiment 20, the cooking chamber is enclosed on both sides of the conveyor 60 to prevent any cross flow of cooking medium into the cooking chamber.

Zoals vermeld waaieren de stromen of gordijnen van heet gas of lucht, die zijn voortgebracht door het gasafleversysteem met evenwijdige platen, enigszins uit, indien zij uittreden uit de 25 sleuven 132 of 134, voordat zij in aanraking komen met de transport band 60 en de daarop geplaatste voedselproducten. Zoals weergegeven in fig. 9 is gassnelheid (gemeten als een druk) als een functie van afstand langs de langshartlijn, evenwijdig aan de lengte van de oven en over een sleuf 132 of 134, weergegeven bij 200 voor de oven van 30 deze uitvinding, onder gebruikmaking van een sleuflengte van zes inches, zoals in de de voorkeur gegeven uitvoeringsvorm en zijn soortgelijke metingen bij 202 en 204 weergegeven voor andere ovens, die bekend waren. Resultaten 202 en 204 hebben betrekking op een bekende oven zoals beschreven in U.S. octrooi nr. 4.940.040, waarbij 35 gebruik wordt gemaakt van een aantal leidingvingers, waarin het kookgas wordt geleid met de leidingvingers voorzien van in een plaat van de afzonderlijke leidingvingers gevormde sleuven. De in fig. 9 afgebeelde grafiek toont dat de pieksnelheden aanzienlijk zijn ver- 17 minderd ten opzichte van die pieksnelheden, verkregen door het bij 200 weergegeven gasafleversysteem van de uitvinding met evenwijdige platen.As mentioned, the hot gas or air streams or curtains produced by the parallel plate gas delivery system fan out slightly as they exit the slots 132 or 134 before they contact the conveyor belt 60 and the conveyor belt 60 thereon. placed food products. As shown in Fig. 9, gas velocity (measured as a pressure) as a function of distance along the longitudinal axis, parallel to the length of the oven and over a slot 132 or 134, is shown at 200 for the oven of this invention, under using a slot length of six inches, as in the preferred embodiment, and similar measurements at 202 and 204 are shown for other furnaces known. Results 202 and 204 relate to a known oven as described in U.S. Pat. No. 4,940,040, using a plurality of lead fingers, wherein the cooking gas is passed with the lead fingers provided with slots formed in a plate of the individual lead fingers. The graph shown in Fig. 9 shows that the peak velocities are significantly reduced from those peak velocities obtained by the parallel plate gas delivery system of the invention shown at 200.

Het gas, dat wordt afgeleverd uit de sleuven van een 5 vormgeving van leidingvingers, zoals weergegeven in dit oudere octrooi en aangeduid bij 202 en 204, toont op soortgelijke wijze, dat uit de sleuven afgeleverd gas zich verspreidt over een aanzienlijke afstand vanaf de sleuf. In de huidige uitvinding produceert het afleversysteem met evenwijdige platen een veel smaller gedefinieerd gordijn van 10 kookgas, dat zich niet zo gemakkelijk verspreidt als de bekende vormgeving, zoals weergegeven door grafiek 200.The gas delivered from the slots of a lead finger configuration, as shown in this prior patent and referenced 202 and 204, similarly shows that gas delivered from the slots spreads over a considerable distance from the slot. In the present invention, the parallel plate delivery system produces a much more narrowly defined cooking gas curtain, which does not spread as easily as the prior art, as shown by Graph 200.

Verder is in fig. 9 een grafiek 206 weergegeven, die respresentatief is voor een andere vormgeving van een afleversysteem met evenwijdige platen waarin de effectieve lengte van de door de 15 vormgeving met evenwijdige platen gevormde sleuven drie inches is in plaats van zes inches onder het nog steeds bereiken van soortgelijke pieksnelheden en gunstig stromingspatroon. Het zal dus duidelijk zijn, dat de speciale vormgeving van het afleversysteem voor gas met evenwijdige platen kan afwijken van de hierin beschreven, de voorkeur 20 gegeven uitvoeringsvorm. De in de grafieken in fig. 9 weergegeven gegevens zijn vijf inches vanaf een sleuf opgenomen. Zoals duidelijk gemaakt door de kromme van snelheid versus afstand voor een oven van deze uitvinding, duiden de aanzienlijk hogere pieksnelheden, in vergelijking met onderzochte bekende vormgevingen, de hogere pres-25 tatiekenmerken te verkrijgen door het afleversysteem met evenwijdige platen, aan.Furthermore, FIG. 9 shows a graph 206, which is representative of another configuration of a parallel plate delivery system in which the effective length of the slots formed by the parallel plate molding is three inches instead of six inches below the always achieving similar peak speeds and favorable flow pattern. Thus, it will be appreciated that the special configuration of the parallel plate gas delivery system may differ from the preferred embodiment described herein. The data shown in the graphs in Fig. 9 is taken five inches from a slot. As made clear by the velocity versus distance curve for an oven of this invention, the significantly higher peak speeds, compared to known prior art designs, indicate the higher performance characteristics obtainable by the parallel plate delivery system.

Een ander betekenisvol kenmerk van de huidige uitvinding wordt gevonden in de ruimte met evenwijdige platen en vormgeving van de bovenste en onderste verdeel organen 120 en 122. 30 Zoals hiervoor beschreven, omvatten de verdeel organen 120 en 122 hellende afbuigplaten 126 respectievelijk 130, die in samenhang met de hogedrukruimtes 95 en 97 het richten van kookgas in en door gevormde sleuven 132 respectievelijk 134, vergemakkelijken. Zoals ook hiervoor vermeld, zijn de verdeel organen 120 en 122 in de bovenste en onderste 35 stellen ten opzichte van elkaar versprongen, zodanig, dat een sleuf 132 in het bovenste stel verdeel organen 120 direct boven een hellende afbuigplaat 130, die samenhangt met een van de verdeel organen 122 in het onderste stel, is opgesteld. Op soortgelijke wijze zijn de in hetAnother significant feature of the present invention is found in the parallel plate space and configuration of the top and bottom dividers 120 and 122. As previously described, the dividers 120 and 122 include inclined deflector plates 126 and 130, which are connected in conjunction with the high-pressure spaces 95 and 97 facilitate the directing of cooking gas into and through slots 132 and 134 respectively. As also mentioned above, the dividers 120 and 122 in the top and bottom 35 sets are offset from each other such that a slot 132 in the top set of dividers 120 is directly above an inclined deflection plate 130 associated with one of the dividing members 122 in the bottom set is arranged. Similarly, the in it

lOübezT10bezT

18 onderste stel verdeel organen 122 gevormde sleuven 134 direct onder een met een van de bovenste verdeel organen 120 samenhangende hellende verdeel plaat 126 opgesteld. Teneinde turbulentie te vermijden in het gebied van de transportband 60, zoals voortgebracht door onderling 5 mengen van door naburige sleuven 132 en 134 voortgebrachte gordijnen van kookgas, vergemakkelijken de hellende afbuigplaten 126 en 130 aanzienlijk het verwijderen van kookgas uit het kookkamergebied indien dit eenmaal naar en door de transporteur 60 is gericht.The bottom set of manifolds 122 formed slots 134 disposed directly below an inclined manifold 126 associated with one of the upper manifolds 120. In order to avoid turbulence in the region of the conveyor belt 60, as produced by mixing cooking gas curtains generated by adjacent slots 132 and 134, the inclined deflector plates 126 and 130 greatly facilitate the removal of cooking gas from the cooking chamber area once it passes to and from the cooking chamber area. is directed by the conveyor 60.

Zoals duidelijk zal zijn zal vanaf bovenste sleuven 10 132 toegevoerd kookgas tegen de onderste afbuigplaten 130 worden gevoerd, hetgeen voeren van kookgas uit het gebied van de transportband of de kookkamer en het rechtstreeks daarop uitstromen van het kookgas in de retourkamer 100 vergemakkelijkt. Op soortgelijke wijze wordt uit onderste sleuven 134 gevoerd kookgas gevoerd naar bovenste 15 omlei dpi aten 126 en het gas wordt op soortgelijke wijze rechtstreeks uit de kookkamer en in de retourruimte 100 uitgestort. De hellende afbuigplaten 126 en 130 verhinderen in aanzienlijke mate in de kookkamer tot stand gebrachte turbulentie en regelen ook effectief de stroming van het kookgas binnen de oven om afsluiting van het gas in 20 de oven te vergemakkelijken. De mogelijkheid van een effectief regelen van de gassen in en uit de kookkamer of gebied waarin transporteur 60 loopt, is gebleken bij te dragen aan eindeffecten bij de inlaat- en ui tl aateinden van de oven 20 en warmteoverdracht van het kookgas te bevorderen door onderling mengen van de door het gasafleversysteem met 25 evenwijdige platen gevormde gordijnen van kookgas te verhinderen. Het verwerken van de stroom van kookgas binnen de oven van de huidige uitvinding is een belangrijk en bijzonder gunstig aspect van de uitvinding, welke prestatiekenmerken verschaft die eenvoudig niet kunnen worden verkregen in bekende ovens. Door het vergemakkelijken 30 van opsluiting van gassen binnen de oven, kan de kookatmosfeer nu ook worden gevoed met vocht, zoals een uit een stoompijp 114 gevoede stoombron 112, voor het verkrijgen van een relatieve vochtigheid van iedere gewenste verhouding binnen de oven. De opsluiting van kookgas binnen de oven, vergemakkelijkt door het gasaflever- en verwerkings-35 systeem kan meer in het bijzonder 100 vol.% water of oververhitte stoom, zelfs bij hoge ventilatorsnelheden en verhoogde temperaturen binnen de oven, verschaffen. Als voorbeeld heeft de oven 20 van de uitvinding 95 vol.% waterdamp bereikt bij een ventilatorsnelheid van 1ÖÜ6627 19 3000 per minuut bij 475 °F. Alternatief kan de oven worden gebruikt als stoomoven waarin 100% vochtigheid bij 100 °C ten minste nagenoeg wordt verkregen. De mogelijkheid voor het nauwkeurig regelen en handhaven van relatieve vochtigheden binnen de oven, maakt hogere 5 opbrengsten en daardoor hogere capaciteiten per vierkante voet moge lijk onder het afleveren van consistente en gewenste productkenmerken in de gekookte producten. Uit uitgevoerde proeven is gebleken, dat zeer nauwkeurig regelen van de relatieve vochtigheid binnen de oven en handhaven van een atmosfeer met hoge vochtigheid als het warmtecon-10 vectiegas binnen de oven, bijzonder gunstige resultaten kan opleveren voor een aantal voedselproducten en toepassingen.As will be appreciated, cooking gas supplied from top slots 10 132 will be passed against the bottom deflector plates 130, which facilitates the delivery of cooking gas from the area of the conveyor belt or cooking chamber and direct flow of the cooking gas into the return chamber 100 thereto. Similarly, cooking gas passed from bottom slots 134 is fed to top 15 diversions 126 and the gas is similarly poured directly from the cooking chamber and into the return space 100. The inclined deflection plates 126 and 130 significantly prevent turbulence brought about in the cooking chamber and also effectively control the flow of the cooking gas within the oven to facilitate sealing of the gas in the oven. The ability to effectively control the gases in and out of the cooking chamber or area in which conveyor 60 runs has been found to contribute to end effects at the inlet and outlet ends of the oven 20 and to promote heat transfer of the cooking gas by mixing together of the cooking gas curtains formed by the parallel plate gas delivery system. Processing the flow of cooking gas within the oven of the present invention is an important and particularly beneficial aspect of the invention, which provides performance characteristics that simply cannot be obtained in known ovens. By facilitating entrapment of gases within the oven, the cooking atmosphere can now also be fed with moisture, such as a steam source 112 fed from a steam pipe 114, to obtain a relative humidity of any desired ratio within the oven. The trapping of cooking gas within the oven, facilitated by the gas delivery and processing system, can more particularly provide 100% by volume of water or superheated steam, even at high fan speeds and elevated temperatures inside the oven. As an example, the furnace of the invention has reached 95% by volume water vapor at a fan speed of 100662719000 rpm at 475 ° F. Alternatively, the oven can be used as a steam oven in which 100% humidity is at least substantially obtained at 100 ° C. The ability to precisely control and maintain relative humidities within the oven allows for higher yields and therefore higher capacities per square foot while delivering consistent and desired product characteristics into the cooked products. Experiments conducted have shown that very precise control of the relative humidity within the oven and maintaining an atmosphere of high humidity as the heat convection gas within the oven can provide particularly favorable results for a number of food products and applications.

Verbruikte gassen, zowel boven en onder de transportband 60, worden dus afgebogen naar de achterwand 34 en de retour-ruimte. Gebruikte gassen stromen voor terugvoer omhoog uit kamer 100 15 terug naar de zuigzijde van ventilator 110 om te worden gerecirculeerd voor het voltooien van een stromingscircuit.Thus, spent gases, both above and below the conveyor belt 60, are diverted to the rear wall 34 and the return space. Used gases return upstream from chamber 100 back to the suction side of fan 110 to be recycled to complete a flow circuit.

In de retourbaan van de gassen vanuit kamer 100 is een warmtewisselaar 140 aangebracht teneinde het kookgas terug te verwarmen op kooktemperatuur en dan het kookgas te recirculeren. 2C Terwijl verschillende verwarmingsmanieren, zoals electrische verwar ming, verwarming door verbranding van gassen onder gebruikmaken van indirecte warmteuitwisseling, en verwarming door verbranding onder gebruikmaken van rechtstreekse warmteuitwisseling (waarin de hete verbrandingsgassen geheel of gedeeltelijk de circulerende gasstroom 25 vormen) zijn overwogen, tonen daarnaast de figuren als een voorbeeld een thermische fluïdumwarmtewisselaar. In een dergelijke warmtewisselaar wordt een heet thermisch fluïdum toegevoerd aan warmtewisselaar 140 via een inlaatleiding 142 en wordt het thermisch fluïdum teruggevoerd naar de verbrandingsbron door een retourleiding 144. Leidingen 30 142 en 144 zijn verbonden met uitwendige leidingen 146 respectievelijk 148. Aangezien de inwendige leidingen 142 en 144 veel grotere uitzetting ondergaan dan de uitwendige leiding 146 en 148, koppelen gegolfde metalen verbindingshulzen 150 de leidingen 142 en 144 via dak 90 om ongelijke uitzetting mogelijk te maken. Om de vorming van scheuren of 35 andere gebreken in de ovenkast te verhinderen, onder het daarbij vergemakkelijken van opsluiting van kookgas binnen de oven 20, werden een aantal aparte ontwerpen gebruikt om effectief ontkoppelen van de binnenhuid van de buitenwanden 32 en 34 en plafond 90 ten opzichte van 1Ü ü 6' 6 2 7 20 de buitenhuid daarvan mogelijk te maken. Het ontwerp staat uitzetting of samentrekking, gebaseerd op temperatuurfluctuaties, toe, waarbij de binnenste huid uitgevoerd is om onafhankelijk van de buitenste huid te bewegen. In de de voorkeur gegeven uitvoeringsvorm zijn de binnenste 5 en buitenste huiden van plafond 90 bevestigd aan het huis van venti lator 110, terwijl zij vanaf dit bevestigingspunt onafhankelijk van elkaar kunnen bewegen. Bij de plaats van de inlaat- en uitlaatlei-dingen 142 en 144 worden de gegolfde verbindingshulzen 150 gebruikt om binnenste en buitenste huiden van elkaar los te koppelen teneinde 10 beweging daartussen toe te staan. Daar de inlaat- en uitlaatpijpen 142 en 144 verhoudingsgewijs stijf zijn, zijn de verbindingen 150 uitgevoerd als expansieverbindingen waarbij de gegolfde koppelorganen in een punt zijn gelast aan de binnenwand van plafond 90 en bij een ander punt aan het koppelorgaan 150. Ieder van de pijpen 142 en 144 is dus 15 aan het plafond gekoppeld door de gegolfde verbindingshuls waardoor eventuele spanningen, die anders op het plafond 90 zouden kunnen worden overgedragen bij uitzetting of samentrekking van de pijpen of plafond 90, aanzienlijk worden verlicht. Het koppelorgaan 150 kan ook draaien van de pijpen ten opzichte van het plafond 90 toestaan. Op 20 soortgelijke wijze kan de inlaatpijp 114 voor stoom op overeenkomstige wijze door plafond 90 zijn gevoerd om hem daarvan los te koppelen. Om ook opsluiting van kookgas binnen de oven te vergemakkelijken, zijn afdichtingen rondom deuren 74 uitgevoerd om uitzetting en samentrekking toe te staan onder het voorkomen van lekkages bij deze plaatsen. 25 In fig. 10 en 11 is de bovenzijde van deur 74 weergegeven, waarin een radiale afdichting tussen de deur en het huis van de oven 20 tot stand is gebracht. In de deur 74 kan binnenste huid 32a zijn vervaardigd uit een zeer licht materiaal waardoor dit gebaseerd op temperatuurwij-zigingen en ten opzichte van de buitenste huid 32b kan buigen. De 30 mogelijkheid tot buigen van de binnenste huid 32a neemt alle te verwachten spanningen, veroorzaakt door uitzetting of samentrekking van de materialen, gebaseerd op temperatuurwijziging, op en de radiale afdichting met de deur 74, brengt geen spanningen over op de koppeling tussen de deur en het ovenhuis. Zoals weergegeven in fig. 10 en 11 is 35 de de voorkeur gegeven afdichting een opblaasbare afdichting welke met een geschikt fluïdum onder druk kan worden gebracht om uit te zetten in de radiaal afdichtende vormgeving zoals weergegeven in fig. 11. Om verder elimineren van lekkages bij de afdichting van de deur te 1006627 21 vergemakkelijken, is de afdichting 78 zelf ontworpen om van spanning ontlast te zijn of de afdichting is zodanig ontworpen, dat deze bestendig is tegen thermische uitzetting, welke kan worden verwacht bij een gemiddelde reeks van bedrijfstemperaturen bij normaal gebruik 5 van de oven. De afdichting 78 kan bijvoorbeeld zo zijn gevormd, dat hij nauwkeurig past in de deuropening en deze afdicht bij ongeveer 300 °F in plaats van thermisch ontlast te zijn bij kamertemperatuur. Op deze wijze vervormt de afdichting 78 niet op van betekenis zijnde wijze vanuit zijn niet onder spanning staande vormgeving bij normale 10 bedrijfstemperaturen en handhaaft afdichting tussen de deur en de ovenkast teneinde lekkages van kookgas uit de oven te verhinderen. Ofschoon lucht kan worden gebruikt voor het opblazen van de afdichting 78, kan een koel fluïdum, zoals water, worden gebruikt voor opblazen en voor het koelen van afdichting 78 om zijn temperatuur op een beoogde 15 temperatuur te houden.In the return path of the gases from chamber 100, a heat exchanger 140 is provided to reheat the cooking gas to boiling temperature and then recycle the cooking gas. 2C While various heating modes, such as electric heating, gas combustion heating using indirect heat exchange, and combustion heating using direct heat exchange (in which the hot combustion gases form all or part of the circulating gas stream), additionally show the Figures as an example a thermal fluid heat exchanger. In such a heat exchanger, a hot thermal fluid is supplied to heat exchanger 140 through an inlet conduit 142 and the thermal fluid is returned to the combustion source through a return conduit 144. Conduits 30 142 and 144 are connected to exterior conduits 146 and 148, respectively. Since the interior conduits 142 and 144 undergo much greater expansion than exterior conduit 146 and 148, corrugated metal ferrules 150 couple conduits 142 and 144 through roof 90 to allow uneven expansion. In order to prevent the formation of cracks or other defects in the oven cabinet, thereby facilitating trapping of cooking gas within the oven 20, a number of separate designs have been used to effectively detach the inner skin from the outer walls 32 and 34 and ceiling 90 relative to 1 6 6 2 7 20 to enable its outer skin. The design allows for expansion or contraction, based on temperature fluctuations, where the inner skin is configured to move independently of the outer skin. In the preferred embodiment, the inner and outer skins of ceiling 90 are attached to the housing of fan 110, while they can move independently from this attachment point. At the location of the inlet and outlet lines 142 and 144, the corrugated connection sleeves 150 are used to disconnect inner and outer skins from each other to allow movement between them. Since the inlet and outlet pipes 142 and 144 are relatively rigid, the joints 150 are formed as expansion joints with the corrugated splice welded at one point to the inner wall of ceiling 90 and at another point at the splice 150. Each of the pipes 142 and 144 is thus coupled to the ceiling by the corrugated connector sleeve thereby substantially relieving any stresses that might otherwise be transferred to the ceiling 90 upon expansion or contraction of the pipes or ceiling 90. Coupling member 150 may also allow rotation of the pipes relative to the ceiling 90. Likewise, the steam inlet pipe 114 may similarly have been passed through ceiling 90 to disconnect it therefrom. To also facilitate trapping of cooking gas within the oven, seals around doors 74 are designed to allow expansion and contraction while preventing leaks at these locations. Figures 10 and 11 show the top of door 74, in which a radial seal is made between the door and the housing of the oven 20. In the door 74, inner skin 32a can be made of a very light material, allowing it to bend based on temperature changes and relative to the outer skin 32b. The ability to bend the inner skin 32a absorbs all expected stresses caused by expansion or contraction of the materials, based on temperature change, and the radial seal with the door 74, does not transfer stresses to the coupling between the door and the oven house. As shown in Figs. 10 and 11, the preferred seal is an inflatable seal which can be pressurized with a suitable fluid to expand into the radial sealing configuration as shown in Fig. 11. To further eliminate leaks at to facilitate door sealing 1006627 21, the seal 78 itself is designed to be stress relieved or the seal is designed to resist thermal expansion expected at an average range of operating temperatures in normal use 5 from the oven. For example, the seal 78 may be configured to fit snugly into the doorway and seal it at about 300 ° F instead of being thermally relieved at room temperature. In this manner, the seal 78 does not significantly deform from its non-stressed configuration at normal operating temperatures and maintains sealing between the door and the oven cabinet to prevent cooking gas leaks from the oven. Although air can be used to inflate seal 78, a cool fluid, such as water, can be used to inflate and cool seal 78 to maintain its temperature at a target temperature.

Druppels en condensaat (van processtroom) druppelen naar beneden naar de bodem van oven 20 en worden opgevangen op een geleidelijk hellende afvoerplaat 150. Zoals weergegeven in fig. 3 zijn in een de voorkeur gegeven opstelling dergelijke platen 150 in tegen-20 gestelde richtingen hellend naar een centrale afvoer 151. In een dergelijke de voorkeur gegeven uitvoeringsvorm is de lengte van een hellende plaat 150 in de lengterichting ongeveer de halve lengte van een module 22 en is een afvoer 151 voor iedere module aangebracht. In de de voorkeur gegeven uitvoeringsvorm is de afvoer 151 ook afgedicht 25 door middel van een waterslot, welke afvoer van water of andere vloeistoffen mogelijk maakt, maar de intrede van lucht niet toestaat. Het gebruik van een met iedere module 22 samenhangende enkele afvoer 151 maakt ook het verzamelen van vet of andere bijproducten voor terugwinning of andere gebruiken mogelijk.Drops and condensate (from process flow) drip down to the bottom of oven 20 and are collected on a gradually inclined discharge plate 150. As shown in Fig. 3, in a preferred arrangement, such plates 150 are inclined in opposite directions to a central drain 151. In such a preferred embodiment, the length of an inclined plate 150 in the longitudinal direction is about half the length of a module 22 and a drain 151 is provided for each module. In the preferred embodiment, drain 151 is also sealed by a water seal, which allows drainage of water or other liquids, but does not allow the entry of air. The use of a single drain 151 associated with each module 22 also allows the collection of grease or other by-products for recovery or other uses.

30 Het is een ander belangrijk voordeel in de oven van de uitvinding, dat reinigingshandelingen aanzienlijk zijn vergemakkelijkt door het ontwerp van de oven en door verbeteringen in het daarmee samenhangende reinigingssysteem. In de de voorkeur gegeven uitvoeringsvorm omvat de oven 20 een reinigingssysteem dat verschil-35 lende aparte aspecten heeft. Zoals gezien in fig. 2 is als deel van het reinigingssysteem een uitwendige tank 160 op wielen 161 aangebracht, waarbij de tank 160, indien niet gebruikt, geschikt onder de oven 20 kan worden opgesteld. In de de voorkeur gegeven uitvoerings- 1006627 22 vorm kan het bovenvlak van tank 160 een vangplaat vormen voor uit de met een of meer modules samenhangende afvoer 151 uittredende f1uida alsmede een vangbak voor van de transportband druppelende resten die een retourbaan rechtstreeks boven tank 160 volgen. Zoals hierna zal 5 worden beschreven, wordt de band 60 op enig punt in de retourbaan, bij voorkeur onmiddellijk nabij het inlaateinde van de oven en juist voorafgaand aan plaatsing van nieuw te koken producten daarop, gereinigd. Het reinigingssysteem wordt selectief gebruikt voor periodieke reinigingscycl i bij gebruik van de oven en het is gewenst om de 10 voor dergelijke reinigingscycli vereiste tijd minimaal te maken onder het effectief reinigen van alle inwendige oppervlakken van de oven. Voor vele kooktoepassingen stellen vereisten van de desbetreffende instanties stringente richtlijnen voor reiniging, waaraan ook in het ontwerp van een oven moet worden voldaan. Dergelijke doeleinden zijn 15 gebruikelijk in strijd met elkaar, daar grondige reiniging normaal aanzienlijke tijd en inspanning vereist bij dergelijke ovens. In de huidige uitvinding is het reinigingssysteem verbeterd om te kunnen voldoen aan de verschillende doeleinden, waarbij het reinigingssysteem op soortgelijke wijze kan worden gebruikt als een meer gebruikelijk 20 reinigingssysteem, waarbij gebruik wordt gemaakt van een bijtend reinigingsagens, dat met water is verdund voor het verkrijgen van een reinigingsoplossing. De reinigingsoplossing kan worden opgeslagen in de uitwendige tank 160 voor direct gebruik bij het op gang brengen van een reinigingscyclus in plaats van te vereisen, dat het reinigings- 25 fluïdum wordt toegevoerd in de onderzijde van de oven zelf, met het oog op reinigen. Om de reinigingscyclus op gang te brengen wordt de tank 160 vanuit een in fig. 2 weergegeven opslagstand naar buiten geschoven en kan een voedingsslang daarmede worden gekoppeld om reinigingsfluïdum vanuit de tank 160 toe te voeren aan een aantal 30 reinigingsmondstukken binnen het inwendige van de oven. Gebruikelijke reinigingsmondstukken kunnen worden gebruikt onder het nog steeds verkrijgen van betere reinigingskenmerken tengevolge van het feit, dat alle oppervlakken binnen de oven algemeen worden blootgegeven en toevoer van reinigingsvloeistof aan alle oppervlakken gemakkelijker 35 wordt bewerkstelligd. Om verder een meer gebruikelijke reinigingshan- deling te vergemakkelijken kunnen de gasverdeelsystemen met evenwijdige platen en verdeel organen 120 en 122 zoals hiervoor beschreven, gemakkelijk worden verwijderd voor een grondigere reiniging indien dit 1006627 23 gewenst mocht zijn. Aanvullend voeren de met de verdeel organen 120 en 122 samenhangende hellende ombuigoppervlakken eventuele kookresten, die vanaf voedselproducten kunnen afdruipen indien deze door de oven bewegen, effectief naar buiten naar de afvoer.It is another important advantage in the oven of the invention that cleaning operations are greatly facilitated by the design of the oven and improvements in the associated cleaning system. In the preferred embodiment, oven 20 includes a cleaning system that has several distinct aspects. As seen in Fig. 2, as part of the cleaning system, an external tank 160 on wheels 161 is provided, with the tank 160, when not in use, conveniently arranged under the oven 20. In the preferred embodiment, the top surface of tank 160 may form a trap plate for fluid exiting from the outlet 151 associated with one or more modules as well as a trap for residues dripping from the conveyor belt following a return path directly above tank 160. As will be described below, the belt 60 is cleaned at some point in the return path, preferably immediately near the inlet end of the oven and just prior to placing any new food to be cooked thereon. The cleaning system is selectively used for periodic cleaning cycles when using the oven and it is desirable to minimize the time required for such cleaning cycles while effectively cleaning all internal surfaces of the oven. For many cooking applications, requirements of the relevant authorities set strict guidelines for cleaning, which must also be met in the design of an oven. Such purposes are usually in conflict with each other, since thorough cleaning normally requires considerable time and effort with such ovens. In the present invention, the cleaning system has been improved to meet the various purposes, the cleaning system being used in a similar manner to a more common cleaning system using a caustic cleaning agent diluted with water to obtain of a cleaning solution. The cleaning solution can be stored in the outer tank 160 for direct use in initiating a cleaning cycle rather than requiring the cleaning fluid to be supplied into the bottom of the oven itself for cleaning. To initiate the cleaning cycle, the tank 160 is slid out of a storage position shown in Figure 2 and a feed hose can be coupled thereto to supply cleaning fluid from the tank 160 to a number of cleaning nozzles within the interior of the oven. Conventional cleaning nozzles can be used while still obtaining better cleaning characteristics due to the fact that all surfaces within the oven are generally exposed and supply of cleaning liquid to all surfaces is more easily accomplished. To further facilitate a more common cleaning operation, the parallel plate gas distribution systems and dividers 120 and 122 as previously described can be easily removed for a more thorough cleaning if desired. In addition, the inclined bending surfaces associated with the divider members 120 and 122 effectively carry any cooking residues, which may drip from food products as they pass through the oven, to the outlet.

5 In een verdere verbetering van het reinigingssysteem zijn gebruikelijke sproeikogels of mondstukken, die in een reinigingssysteem worden gebruikt, vervangen door aanzuigmondstukken in samenhang met het met het reinigingssysteem gekoppelde spoelmondstukken. In deze uitvoeringsvorm en werkwijze voor het reinigen kan een zeer sterk 10 bijtend reinigingsmateriaal worden gebruikt in zijn onverdunde vorm als het reinigingsagens. In deze uitvoering zullen de aanzuigmondstukken worden gevoed met de onder druk staande onverdunde bijtende stof, waarbij de aanzuigmondstukken werken voor het verstuiven van de bijtende stof, indien dit in de oven wordt ingespoten. Het circula-15 tiesysteem van de oven wordt dan gebruikt voor het verdelen van de toegevoerde verstoven bijtende stof over het gehele inwendige oppervlak van de oven. Dergelijke procedures zijn mogelijk tengevolge van de in de oven van de uitvinding verkregen opsluiting, welke ontsnapping van enige bijtende stof uit de oven, hetgeen een gevaarlijke 20 toestand tot stand zou brengen, niet toestaat.In a further improvement of the cleaning system, conventional spray balls or nozzles used in a cleaning system have been replaced by suction nozzles in conjunction with the rinsing nozzles coupled to the cleaning system. In this embodiment and cleaning method, a very strong caustic cleaning material can be used in its undiluted form as the cleaning agent. In this embodiment, the suction nozzles will be fed with the pressurized undiluted caustic, the suction nozzles acting to atomize the caustic when injected into the oven. The oven circulation system is then used to distribute the supplied atomized caustic material over the entire interior surface of the oven. Such procedures are possible due to the confinement obtained in the furnace of the invention, which does not allow escape of any caustic from the furnace, which would bring about a hazardous condition.

Na verspreiden van de bijtende stof onder gebruik maken van de ventilator 110, kan de bijtende stof op de inwendige oppervlakken worden gelaten gedurende een korte tijd voorafgaand aan het op gang brengen van een spoeleyelus om alle inwendige oppervlakken 25 en daarop aangebrachte bijtende stof af te spoelen. Een met tank 160 samenhangende pomp 152 wordt gebruikt voor het onder druk toevoeren van een reinigingsagens aan de reinigings- of aanzuigmondstukken. Een belangrijk voordeel van het beschreven aanzuigsysteem ligt in het feit, dat de bediener de oven niet geheel hoeft te laten afkoelen 30 voorafgaand aan het op gang brengen van een reinigingscyclus. De oven kan bijvoorbeeld een weinig van zijn normale bedrijfstemperatuur worden afgekoeld en dan kan het aanzuigsysteem op gang worden gebracht voor het verspreiden van onverdunde, bijtende stof op alle inwendige oppervlakken van de oven. Het handhaven van het inwendige van de oven 35 op een hogere temperatuur zal de werking van de bijtende stof verge makkelijken en een betere reiniging van de inwendige oppervlakken bewerkstelligen. Verder vermindert deze benadering aanzienlijk de voor een reinigingscyclus vereiste tijd, daar de reinigingscyclus op gang ïuM.t>t>27 24 kan worden gebracht voorafgaand aan het volledig afkoelen van de oven. In een reinigingscyclus kunnen de stappen van het aanbrengen van een bijtende stof en spoelen, indien gewenst, worden herhaald totdat de oven geheel schoon is. Bij het einde van een reinigingscyclus kan 5 werking van de oven onmiddellijk weer beginnen zonder dat vereist wordt, dat het reinigingssysteem zelf wordt gereinigd, waardoor de tijd dat de oven buiten gebruik is, wordt verminderd. De tank 160 en het overige deel van het reinigingssysteem kan dan worden gereinigd nadat de oven reeds weer in werking is gesteld. In het de voorkeur 10 gegeven reinigingssysteem kunnen aanslagen zijn aangebracht bij sporen, waarin de wielen 161 zijn opgesteld, teneinde bij het uit zijn opslagstand halen van de tank 160 een toegangsopening van de tank 160 op de juiste wijze op te stellen, zodanig dat hij samenvalt met de afvoer 151.After spreading the caustic using the fan 110, the caustic may be left on the interior surfaces for a short time prior to initiating a spool loop to rinse all interior surfaces and caustic applied thereto. . A pump 152 associated with tank 160 is used to supply a cleaning agent under pressure to the cleaning or suction nozzles. An important advantage of the described suction system lies in the fact that the operator does not have to let the oven cool completely before starting a cleaning cycle. For example, the oven can be cooled slightly from its normal operating temperature and then the suction system can be initiated to spread undiluted, caustic dust on all internal surfaces of the oven. Maintaining the interior of the oven 35 at a higher temperature will facilitate the performance of the caustic and effect a better cleaning of the interior surfaces. Furthermore, this approach significantly reduces the time required for a cleaning cycle, since the cleaning cycle can be initiated before complete cooling of the oven. In a cleaning cycle, the steps of applying caustic and rinsing can be repeated, if desired, until the oven is completely clean. At the end of a cleaning cycle, operation of the oven can immediately restart without requiring the cleaning system to be cleaned itself, thereby reducing the time the oven is out of use. The tank 160 and the rest of the cleaning system can then be cleaned after the oven has already been put back into operation. In the preferred cleaning system, stops may be provided at tracks in which the wheels 161 are disposed to properly position an access opening of the tank 160 when it is removed from its storage position 160 such that it coincides with the drain 151.

15 Transportband 60 wordt ook bij voorkeur gereinigd bij het teruggaande part door niet nader weergegeven middelen. Daarbij kan het reinigen van de band in overeenstemming met in de techniek gebruikelijke middelen plaatsvinden.Conveyor belt 60 is also preferably cleaned at the return part by means not shown in more detail. The belt can be cleaned in accordance with conventional means in the art.

Steeds wanneer de oven 20 in bedrijf is, werkt de 20 transportband 60 continu. De hierin beschreven kookoven 20 kan dus worden aangeduid als een continue oven. Ongekookt voedsel wordt doorlopend op de transportband 60 geladen bij het inlaateinde, terwijl de transportband constant beweegt. Het voedsel wordt dan opeenvolgend door de modules 22 getransporteerd en treedt gekookt uit bij het 25 uitlaateinde. Terwijl het voedsel door de oven beweegt, kunnen de afzonderlijke modules 22 in werking worden gesteld onder dezelfde of verschillende kookomstandigheden. Aangezien iedere module zijn eigen inlaattoevoer voor stoom heeft en de circulatiepatronen voor heet gas, zoals hiervoor beschreven, van iedere module gescheiden kunnen zijn, 30 is het mogelijk de verschillende modules onder verschillende omstan digheden in bedrijf te stellen. Een module kan bijvoorbeeld alleen met stoom werken. Dan kan het gekookte voedselproduct naar een andere module bewegen, welke bijvoorbeeld kan werken met een mengsel van hete lucht (of gas) en stoom op een aanzienlijk hogere temperatuur dan de 35 eerste module. Zoals reeds vermeld kan de eerste module 22 in bedrijf worden gesteld als een voorverwarmingsmodule en kan de laatste module 22 werken als een afkoelmodule, ofschoon voor groter nuttig effect het de voorkeur wordt gegeven om voor te verwarmen respectievelijk af te 10Ο6627 25 koelen voor respectievelijk na de oven.When the oven 20 is in operation, the conveyor 60 operates continuously. Thus, the cooking oven 20 described herein may be referred to as a continuous oven. Uncooked food is continuously loaded onto the conveyor belt 60 at the inlet end, while the conveyor belt is constantly moving. The food is then sequentially transported through the modules 22 and exits cooked at the outlet end. As the food moves through the oven, the individual modules 22 can be operated under the same or different cooking conditions. Since each module has its own steam inlet supply and the hot gas circulation patterns, as described above, can be separated from each module, it is possible to commission the different modules under different conditions. For example, a module can only work with steam. Then the cooked food product can move to another module, which can, for example, work with a mixture of hot air (or gas) and steam at a considerably higher temperature than the first module. As already mentioned, the first module 22 can be put into operation as a preheating module and the last module 22 can function as a cooling module, although for greater useful effect it is preferred to preheat or cool down respectively before the oven.

De oven volgens deze uitvinding kan in iedere geschikte afmeting en met ieder gewenst aantal modules worden gebouwd. Ook kan de afstand van de onderzijde van de luchtverdeelplaten 124 (en 5 128) tot de transportband worden gewijzigd, bijvoorbeeld van ongeveer drie inches tot ongeveer acht inches of ook op andere afstanden.The oven of this invention can be built in any suitable size and with any number of modules desired. Also, the distance from the bottom of the air distribution plates 124 (and 5 128) to the conveyor can be changed, for example from about three inches to about eight inches or also at other distances.

Een hierin weergegeven, de voorkeur gegeven uitvoeringsvorm, kan een lengte van ongeveer 3 meter hebben met bijvoorbeeld vier modules, zoals weergegeven, waarbij een afstand vanaf de 10 onderzijde van een verdeelplaat 124 tot de transportband zes inches kan bedragen. Een dergelijke oven kan in iedere module een warmtewisselaar 140 hebben, terwijl iedere module ook zijn eigen reinigings-systeem en andere systemen omvat, zodat iedere module geheel zelfstandig is. Iedere module kan dus zijn eigen reinigingssysteem met 15 tank 160, die als een la kan worden uitgetrokken, bezitten.A preferred embodiment shown herein may have a length of about 3 meters with, for example, four modules, as shown, with a distance from the bottom of a distribution plate 124 to the conveyor belt may be six inches. Such an oven can have a heat exchanger 140 in each module, while each module also includes its own cleaning system and other systems, so that each module is completely independent. Thus, each module can have its own cleaning system with tank 160, which can be pulled out like a drawer.

Een oven volgens de uitvinding heeft meerdere voordel en.An oven according to the invention has several advantages.

Zo vergemakkelijkt het systeem voor het verwerken van het kookgas door het nauwkeurig regelen van stroming van het 20 kookgas binnen de oven, opsluiting van gassen binnen de oven 20 en maakt het mogelijk dat zeer hoge vochtigheden binnen de oven tot stand kunnen worden gebracht, hetgeen in verschillende kookbewerkingen zeer gunstig is. Het systeem voor het verwerken van gas maakt het effectief mogelijk, dat stoom of oververhitte stoom wordt gebruikt als het 25 convectiegas in een gedwongen convectiesysteem, waarbij hoge warmte- overdrachtkenmerken en uitstekende prestatie kunnen worden verkregen.Thus, the cooking gas processing system by precisely controlling flow of the cooking gas within the oven facilitates trapping of gases within the oven 20 and allows very high humidities to be established inside the oven, which different cooking operations is very beneficial. The gas processing system effectively allows steam or superheated steam to be used as the convection gas in a forced convection system, whereby high heat transfer characteristics and excellent performance can be obtained.

Een verder voordeel is gelegen in de hoge mate van gelijkmatigheid van luchtstroming, zowel van zijkant naar zijkant langs de transportband 60 en langs de lengte van de transportband 60. 30 Verder wordt een effectief koken verkregen met lagere luchtsnelheid dan gebruikelijk het geval is bij bekend ovens tengevolge van het gasafleversysteem met evenwijdige platen.A further advantage lies in the high degree of uniformity of air flow, both from side to side along the conveyor belt 60 and along the length of the conveyor belt 60. Furthermore, an effective cooking is obtained with a lower air speed than is usually the case with known ovens due to the parallel plate gas delivery system.

Een ander voordeel is dat door de modulaire opstelling, onafhankelijke regeling van procesomstandigheden in iedere 35 module mogelijk is.Another advantage is that the modular arrangement allows independent control of process conditions in each 35 module.

Nog een verder voordeel van de uitvinding is gelegen in de gemakkelijke reiniging.Yet a further advantage of the invention lies in the easy cleaning.

Ofschoon de uitvinding gedetailleerd is beschreven 1006627 26 met verwijzing naar een de voorkeur gegeven uitvoeringsvorm daarvan, zal het duidelijk zijn dat deze gedetailleerde beschrijving slechts ter illustratie is gegeven en niet als beperking.Although the invention has been described in detail 1006627 26 with reference to a preferred embodiment thereof, it will be understood that this detailed description is given for illustrative purposes only and not as limiting.

10066271006627

Claims

A modular cooking oven for cooking food products, the cooking oven comprising: 5 (a) a longitudinally extending housing having a longitudinal axis, an inlet end and an outlet end, the housing enclosing a cooking chamber; (b) the housing dividing means arranged in a number of end-to-end ratios, comprising means transverse dividing walls; (c) a conveyor belt running from the inlet end to the outlet end for transporting food products thereon; (d) a plurality of air inlets and a plurality of steam inlets 15 arranged so as to allow accomplishment either under similar or different conditions in different modules; (e) means for circulating a hot cooking gas in a closed path generally perpendicular to the longitudinal axis; (f) means for heating the cooking gas when it is circulated; and (g) means for directing the hot cooking gas through a plurality of axially spaced cross-slots to the conveyor and the food to be cooked thereon.

2. Modular cooking oven according to claim 1, characterized in that the means for directing the hot working gas are provided with a number of dividing means for the cooking gas in axially spaced relationship, each dividing means comprising a pair of longitudinally spaced plates and a diagonally deflecting plate, while a downstream vertical plate of an air distributor and an upstream vertical plate of the next distributor are closely spaced to form a narrow gap therebetween.

Cooking oven according to claim 1 or 2, characterized in that two sets of cooking gas distributors are arranged, one set above the conveyor and the other set below the J0U6627 conveyor, while slots in one set are axially offset of the slots in the second set by a distance approximately equal to half the length of a distributor in the axial direction.

4. A method of cooking a food product comprising: (a) placing the product on a continuously moving conveyor belt in a longitudinally extending cooking oven enclosing a cooking chamber and comprising a plurality along a longitudinal axis of the cooking oven in modules arranged in end-to-end ratio; (b) circulating a hot cooking gas in the oven; (c) passing hot cooking gas through a number of axially spaced transfer slots to the conveyor belt and the food to be cooked thereon such that a number of thin transverse gas streams contact the conveyor belt and the food to be cooked thereon; (D) recirculating spent cooking gas that has been in contact with the conveyor and food; and (e) heating the used circulating cooking gas.

A method according to claim 4, characterized in that the method further comprises creating different conditions of temperature and humidity in different modules.

6. Method according to claim 4 or 5, characterized in that the method comprises introducing air at a number of spaced points in the cooking chamber and introducing steam at a number of spaced points in the cooking chamber , the air and steam being introduced to produce different cooking conditions in different modules.

7. A method according to any one of claims 4-6, characterized in that the transverse slots are arranged in two sets, a first set above the conveyor belt and a second set below the conveyor belt. 1006627