NL8300513A

NL8300513A - Hoogfrequentspoel met aansluitpennen.

Info

Publication number: NL8300513A
Application number: NL8300513A
Authority: NL
Original assignee: Philips Nv
Priority date: 1983-02-11
Filing date: 1983-02-11
Publication date: 1984-09-03
Also published as: ES285583U; GB2135527B; ES285583Y; FR2541037A1; IT1178456B; DE3403535A1; US4494099A; FR2541037B1; GB2135527A; DE3403535C2; JPS59149007A; KR840007801A; IT8419511A0; GB8403299D0

Description

v y-r-T^T

PHN 10.578 t N.V. Philips' Gloeilanpenfahrieken te Eirdhoven.

Hoogfrequentspoel net aansluitpennen.

De uitvinding heeft betrekking op een hoogfrequentspoel net een spoelwikkeling die is aangebracht op een spoelkoker waarvan de as loodrecht op een voet van kunststof staat, welke voet is voorzien van draad-vormige aansluitkontakten die zich loodrecht op de as uitstrekken en 5 zodanig in liet materiaal van de voet zijn ingebed, dat hun beide uiteinden buiten de voet uitsteken, waarbij aan het eerste uiteinde ten minste een uitloper van de spoelwikkeling is aangesloten en het tweede uiteinde dient voor het maken van een elektrische verbinding met de spoel.

Een dergelijke hoogfrequentspoel is bekend uit het Nederlandse 10 inzageschrift 70 07 686 (PHN 4863). Daaruit is ook bekend, het tweede uiteinde van de aansluitkontakten over 90° te buigen ten einde een montage van de spoel met zijn as loodrecht op het vlak van een paneel met opper-vlaktebedrading mogelijk te maken. Tijdens dit buigen wordt zowel het materiaal van het aansluitkontakt als dat van de voet aan een mechanische 15 belasting onderworpen, hetgeen beperkingen oplegt bij de keuze van de eigenschappen en de dikte van deze materialen. Bovendien is de lengte van het cm te buigen gedeelte in het algemeen niet groot genoeg cm de spoelen daarmee tijdelijk in een bandvormige drager te kunnen bevestigen, zoals bij gemechaniseerde montage van de spoelen op een paneel net qppervlakte-20 bedrading vaak wenselijk is.

De uitvinding heeft tot doel, een hoogfrequentspoel van de in de aanhef genoemde soort zonder de aansluitkontakten te verbuigen geschikt te maken voor montage met de as loodrecht op een paneel, eventueel volgens een gemechaniseerd montageproces.

25 De spoel volgens de uitvinding heeft daartoe het kenmerk, dat de spoel is voorzien van aansluitpennen, elk waarvan een eerste eirdge-deelte heeft, dat evenwijdig met het tweede uiteinde van een van de aansluitkontakten verloopt en met dit tweede uiteinde elektrisch verbonden is, alsmede een tweede eindgedeelte dat loodrecht op het eerste eirdge-30 deelte, evenwijdig met de as van de spoelkoker verloopt.

De verbinding tussen de aansluitpen en het aansluitkontakt is bij voorkeur een lasverbinding.

De uitvinding zal nu nader worden toegelicht aan de hand van .-.iJiïir 8300513 ƒ ' ^ % PHN 10.578 2 de tekening. Hierin is :

Figuur 1 een eerste uitveeringsvoorbeeld van een hcogfrequent-spoel volgens de uitvinding, gedeeltelijk in zijaanzicht en gedeeltelijk in langsdoorsnede; 5 Figuur 2 een zijaanzicht van de in figuur 1 af geheelde spoel;

Figuur 3 een detail van een tweede uitvoer ingsvoorbeeld; en

Figuur 4 een zijaanzicht van een deel van een bandvormige drager met een aantal spoelen volgens de uitvinding voor gemechaniseerde montage daarvan.

10 De in figuur 1 en 2 af geheelde hoogfrequentspoel bevat een (ge stippeld aangegeven) spoelwikkeling 1 die is aangebracht op een uit isolerend materiaal gevormde spoelkoker 3 waarvan de as 4 loodrecht op een voet 5 van kunststof staat. Bij voorkeur zijn de spoelkoker 3 en de voet 5 als één geheel uit kunststof vervaardigd en is in de spoelkoker een ferro-15 magnetische kern 7 verplaatsbaar. Desgewenst kan ook de spoelkoker 3 uit ferromagnetisch materiaal (bijvoorbeeld ferriet) vervaardigd zijn en bijvoorbeeld door lijmen met de voet 5 verbonden zijn.

In het materiaal van de voet 5 zijn draadvormige aansluitkontak-ten 9, bijvoorbeeld van fosforbrons, ingebed, waarvan de beide uiteinden 20 11, 13 buiten de voet uitsteken. Aan het eerste uiteinde 11 is een uitloper 15 van de spoelwikkeling 1 aangesloten, bijvoorbeeld door middel van een las- of soldeerverbinding 17. Desgewenst kunnen ook meer uitlopers 15 aan één eerste uiteinde 11 zijn aangesloten. Het tweede uiteinde 13 van het aansluitkontakt 9 dient voor bet maken van een elektrische ver-25 binding tussen de spoel en bijvoorbeeld een paneel met oppervlaktebedra-ding. Daartoe is dit tweede uiteinde verbonden met een aansluitpen 19 die in dit uitvoeringsvoorbeeld L-vormig gebogen is, zodat hij twee loodrecht op elkaar staande eindgedeelten 21, 23 heeft. De aansluitpen 19 kan bijvoorbeeld van koperdraad vervaardigd zijn. Het eerste eindgedeelte 30 21 verloopt evenwijdig met het tweede uiteinde 13 van het aansluitkontakt 9 in een in de voet 5 uitgespaarde groef 25, waarin ook het op het tweede uiteinde aansluitende gedeelte van het aansluitkontakt verloopt. Het tweede uiteinde 13 en het eerste eindgedeelte 21 liggen tegen elkaar aan en zijn elektrisch en mechanisch met elkaar verbonden, bij voorkeur door 35middel van een lasverbinding 27. Het tweede eindgedeelte 23 van de aansluitpen 19 verloopt evenwijdig met de as 4 van de spoelkoker 3. In het getoonde uitvoeringsvoorbeeld zijn twee aansluitpennen 19 aanwezig, waarvan de tweede eindgedeelten 23 in één vlak liggen net de as 4 van de spoelkoker 3 (het vlak van tekening van figuur 2). Dit is gunstig voor een 8300513 PHN -10.578 3 gemechaniseerde montage van de spoel op een paneel met oppervlaktebedrading.

Figuur 3 toont een met figuur 1 overeenkomende doorsnede van de voet 5 van een tweede uitvoeringsvoorbeeld van de hoogfrequentspoel 5 volgens de uitvinding, waarbij overeenkomstige onderdelen net dezelfde verwijzingscijfers zijn aangegeven als in figuur 1. In dit uitvoerings-voorbeeld is de aansluitpen 19 op drie plaatsen over 90° ongebogen.

Daardoor beeft hij behalve de twee loodrecht op elkaar staande eerste en tweede eindgedeelten 21, 23 een tussenliggend gedeelte 29 dat evenwijdig 10 is met het eerste eindgedeelte 21 maar ten opzichte daarvan verschoven is in de richting van het tweede eindgedeelte 23. Het tussenliggende gedeelte 29 sluit aan tegen de onderzijde van de voet 5, zodat in de voet geen groef 25 behoeft te zijn aangebracht. Wel kan het wenselijk zijn, naast het tussenliggende gedeelte 29 een vulstuk 30 onder de voet 5 aan 15 te brengen. Hierdoor wordt voorkomen dat de spoel na montage op een paneel met oppervlaktebedrading slechts door het tussenliggende gedeelte 29 ondersteund wordt en daardoor de neiging heeft, scheef te gaan staan.

Het vulstuk 30 kan desgewenst een afzonderlijk kunststof blokje zijn, dat tegen de onderzijde van de voet 5 gelijmd is. Voor het vonten van 20 de voet 5 (bijvoorbeeld door spuitgieten) is dan geen speciaal aangepaste matrijs nodig.

Figuur 4 toont een deel van een bandvormige drager 31 waarin spoelen volgens de uitvinding zijn aangebracht. Een dergelijke drager kan op een haspel worden gewikkeld, die in een op zichzelf bekende 25 machine voor gemechaniseerde montage geplaatst kan worden. Deze machine wikkelt de drager 31 geleidelijk van de haspel af en neemt de spoelen er een voor een uit teneinde deze in een paneel met oppervlaktebedrading te monteren, bijvoorbeeld door solderen. De spoelen zijn met de tweede eindgedeelten 23 van de aansluitpennen 19 in dwars op de lengterichting 30 van de drager 31 verlopende openingen gestoken. De tweede eindgedeelten 23 hebben daartoe een betrekkelijk grote lengte die een veelvoud is van de lengte van de tweede uiteinde 13 van de aansluitkontakten 9, bijvoorbeeld het tienvoudige daarvan. Nalat de spoelen uit de drager ge-nanen zijn, kunnen de tweede eindgedeelten 23 op een voor de montage ge-35 wenste lengte worden afgeknipt.

, .JïlSi 8300513

Claims

1. Hoogfrequentspoel met een spoelwikkeling (1) die is aange bracht op een spoelkoker (3) waarvan de as (4) loodrecht op een voet (5) van kunststof staat, welke voet is voorzien van draadvormige aansluit-kontakten (9) die zich loodrecht op de as uitstrekken en zodanig in het 5 materiaal van de voet zijn ingebed, dat hun beide uiteinden(11, 13) tuiten de voet uitsteken, waarbij aan het eerste uiteinde (11) ten minste een uitloper (15) van de spoelwikkeling is aangesloten en het tweede uiteinde (13) dient voor het maken van een elektrische verbinding met de spoel, met het kenmerk, dat de spoel voorzien is van aansluitpennen (19), 10 elk waarvan een eerste eindgedeelte (21) heeft, dat evenwijdig met het tweede uiteinde (13) van een van de aansluitkontakten (9) verloopt en met dit tweede uiteinde elektrisch verbonden is, alsmede een tweede eindgedeelte (23) dat loodrecht op bet eerste eindgedeelte, evenwijdig met de as (4) van de spoelkoker (3) verloopt.

2. Hoogfrequentspoel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de verbinding tussen het aansluitkontakt (9) en de aansluitpen (19) een las-verbinding (27) is.

3. Hoogfrequentspoel volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de as (4) van de spoelkoker (3) en de tweede eindgedeelten (23) van 20 ten minste twee van de aansluitpennen (19) in een gemeenschappelijk vlak liggen.

4. Hoogfrequentspoel volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de aansluitpennen (19) L-vormig zijn en dat het eerste eindgedeelte (21) van elk aansluitpen in een in de voet (5) uitgespaarde 25 groef (25) verloopt, waarin ook het op het tweede uiteinde (13) aansluitende gedeelte van het aansluitkontakt (9) verloopt.

5. Hoogfrequentspoel volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de lengte van het tweede eindgedeelte (23) van de aansluitpen (19) een veelvoud is van de lengte van het tweede uiteinde (13) 30 van het aansluitkontakt (9). 35 8300513