NL7900596A - Voetmeetapparaat. - Google Patents

Voetmeetapparaat. Download PDF

Info

Publication number
NL7900596A
NL7900596A NL7900596A NL7900596A NL7900596A NL 7900596 A NL7900596 A NL 7900596A NL 7900596 A NL7900596 A NL 7900596A NL 7900596 A NL7900596 A NL 7900596A NL 7900596 A NL7900596 A NL 7900596A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
foot
measuring device
length
light
measuring
Prior art date
Application number
NL7900596A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Stichting Voet En Schoeisel
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Stichting Voet En Schoeisel filed Critical Stichting Voet En Schoeisel
Priority to NL7900596A priority Critical patent/NL7900596A/nl
Priority to EP19800200076 priority patent/EP0014022B1/en
Priority to DE8080200076T priority patent/DE3069615D1/de
Publication of NL7900596A publication Critical patent/NL7900596A/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61BDIAGNOSIS; SURGERY; IDENTIFICATION
    • A61B5/00Measuring for diagnostic purposes; Identification of persons
    • A61B5/103Detecting, measuring or recording devices for testing the shape, pattern, colour, size or movement of the body or parts thereof, for diagnostic purposes
    • A61B5/107Measuring physical dimensions, e.g. size of the entire body or parts thereof
    • A61B5/1074Foot measuring devices
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A43FOOTWEAR
    • A43DMACHINES, TOOLS, EQUIPMENT OR METHODS FOR MANUFACTURING OR REPAIRING FOOTWEAR
    • A43D1/00Foot or last measuring devices; Measuring devices for shoe parts
    • A43D1/02Foot-measuring devices

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Biophysics (AREA)
  • Biomedical Technology (AREA)
  • Medical Informatics (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Pathology (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Dentistry (AREA)
  • Heart & Thoracic Surgery (AREA)
  • Oral & Maxillofacial Surgery (AREA)
  • Molecular Biology (AREA)
  • Surgery (AREA)
  • Animal Behavior & Ethology (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • Public Health (AREA)
  • Veterinary Medicine (AREA)
  • Length Measuring Devices By Optical Means (AREA)

Description

4 M.O. 26.858 *-
Stichting Voet en Schoeisel, te Rotterdam.
Voetmeetapnaraat
De uitvinding heeft betrekking op een voetmeetapparaat voor het meten van de maximale lengte en breedte van een voet, welk apparaat voorzien is van een voetplaat, een raamwerk met ten minste een lichtbron, een voor de breedterichting bestemde rij en een voor de lengterichting bestemde rij van fotodetectoren, een 5 meetschakeling en een afleespaneel. Een dergelijk voetmeetapparaat is bekend uit het Britse octrooischrift 1.489*181.
Het in bovengenoemd Brits octrooischrift beschreven voetmeetapparaat bestaat uit een raamwerk waarop een doorzichtige voetplaat is aangebracht, die een platform vormt waarop de klant 10 kan gaan staan. De te meten voet wordt bijvoorbeeld met de binnenzijde en de hielzijde tegen twee onderling loodrechte stootranden geplaatst. Met behulp van een aan een op het raamwerk geplaatste kolom bevestigde lichtbron wordt licht naar beneden naar de voetplaat uitgestraald. Onder de voetplaat zijn twee onderling lood- 15 recht aangebrachte rijen van fotodetectoren aangebracht die het door de voetplaat gestraalde licht kunnen opnemen met uitzondering van het door de voet afgeschaduwde gedeelte. Uitgaande van de bekende maximale breedte en lengte van de voetplaat zal dan met behulp van de fotodetectoren afgeteld worden totdat de uiterste 20 breedte en lengte van de voet is bereikt.
Met behulp van bovengenoemd bekende voetmeetapparaat wordt er van de voet als het ware een schaduwafdruk gemaakt en wordt deze opgemeten. De lichtbron is een vanaf boven naar beneden stralende enkelvoudige lamp waarbij het kan voorkomen dat het 25 licht niet overal vertikaal langs de voet invalt maar schuin in de grondplaat invalt zodat een niet werkelijke correcte schaduwafdruk wordt verkregen. Tevens is de meting afhankelijk van de mate van aandrukken van de voet tegen de beide onderling loodrechte uit-gangsstootranden. Deze aandrukking alsmede de weerstand tegen 50 7900596 ·*.
Λ- 2 vervorming van het weefsel van de voet kan van persoon tot persoon verschillend zijn zodat een niet geheel juiste uitgangspositie wordt verkregen. Een verder aanzienlijk probleem ontstaat als gevolg van het feit dat de te meten voet voor een juiste meting met volledige belasting, dat wil zeggen met het volle persoonsgewicht, 5 op de voetplaat moet worden geplaatst. Dit houdt in dat het raamwerk van het voetmeetapparaat dusdanig stijf zal moeten zijn dat er.geen doorzakkingen optreden, temeer daar er in het raamwerk onder de voetplaat een nauwkeurig meetgedeelte is aangebracht.
Tevens zijn in de praktijk voetmeetapparaten bekend die met 10 naar de voet toe te bewegen schuiven werken. Door middel van slip*-koppelingen of manuaal worden deze schuiven gestopt wanneer ze de voet raken. Eet moment van stoppen is hierbij volledig afhankelijk van de aandrukking alsmede van de weerstand tegen vervorming van het voetweefsel en is daardoor nooit zuiver bepaald. 15
De uitvinding beoogt bovengenoemde problemen te ondervangen en een voetmeetapparaat te verschaffen van eenvoudig degelijke en tevens zeer lichte constructie ïaarmede een zeer nauwkeurige en contactloze meting uitgevoerd kan worden van de maximale breedte en lengte van een voet. Dit wordt bij een voetmeetapparaat van de 20 in de aanhef genoemde soort volgens de uitvinding aldus bereikt, dat ter hoogte van de te meten voet aan een breedtezijde en aan een lengtezijde van de voetplaat in het raamwerk een lang-werpige lichtbron en aan elke daartegenover gelegen zijde een houder met de rij van fotodetectoren in vertikale zin is geplaatst, 25 waarbij de houders bij de meting gelijktijdig langs de voet worden bewogen, en de meetschakeling de maximale breedte en lengte van de voet contactloos bepaalt aan de hand telkens van een door de fotodetectoren afgegeven start- en stopsignaal, dat opgewekt wordt door een, door de voet teweeggebrachte onderbreking van de 50 lichtbundel in breedte- en in lengterichting.
Bij bovengenoemd voetmeetapparaat volgens de uitvinding kan de voetplaat ook los wegneembaar in het eigenlijke raamwerk van het apparaat op de bodem geplaatst worden. Hierdoor worden de be-lastingskrachten rechtstreeks naar de grond doorgeleid en komen er 55 geen krachten op het meet- en aandrijfgedeelte van het voetmeet- 7900596 £ 3 apparaat, waardoor de constructie zeer licht kan worden uitgevoerd.
In de voetplaat kunnen gaten zijn aangebracht waardoor deze uit het apparaat genomen en schoon gemaakt kan worden. Op de plaat kan een assenkruis zijn aangebracht om de voet te kunnen positioneren.
De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van 5 een uitvoeringsvoorbeeld met verwijzing naar de tekeningen, waarin:
Fig. 1 in het algemeen een bovenaanzicht van een voet geeft.
Fig. 2a een aanzicht geeft van een methode van het contactloos meten van de voetmaten volgens de uitvinding.
Fig. 2b en 2c een zijaanzicht van een voet geven met en- 10 kele belangrijke maten.
Pig. 3 een aanzicht van de kap, de voetplaat, en de grond-plaat van het voetmeetapparaat volgens de uitvinding.
Fig. 4a en 4b respectievelijk een zijaanzicht en een bovenaanzicht geven van de toegepaste langwerpige lampen. 15
Fig. 5a een aanzicht geeft van een slittenschijf met aandrijving en fotodetectiestelsel.
Fig. 5¾ een schema geeft van de aandrijf-meetketen van de slittenschijf en van het fotodetectiestelsel uit fig. 5a.
Fig. 6 een aanzicht geeft van een rechte slittenstrip, die 20 in het voetmeetapparaat toegepast kan worden.
Fig. 7 een voorbeeld geeft van enkele in de slittenstrip ingefreesde sleuven.
Fig. 8 een schema geeft van de meetschakeling.
Fig. 9 een bovenaanzicht geeft van de voetplaat en van de 25 grondplaat met daarop gemonteerde component, en
Fig. 10 een zijaanzicht geeft van een in een geleidingsge-plaatste loopwagen met houder voor lichtopnemer.
Bij de meting van een voet zijn altijd drie elementen betrokken, te weten het te meten object : de voet; het meetapparaat 30 met een maatstaf; en de persoon die de meting verricht en veelal deze interpreteert, bijvoorbeeld het personeel van de winkel.
Bij de positionering van de voet op het meetapparaat moeten in feite twee richtingen vastliggen. Omdat de breedtemeting loodrecht op de lengterichting wordt uitgevoerd, is de positio- 35 nering op de voetplaat in één richting voldoende en hiervoor komt de lengterichting in aanmerking omdat de lengte van de voet 7900595 4 veel groter is dan de breedte.
In fig. 1 is aangegeven dat de lijn a, dat wil zeggen de sagitale lijn, door het midden van de hiel en het midden van de tweede teen de goede lengterichting aangeeft. Het meten van de lengte in deze richting geeft de juiste lengtemaat 1 en het 5 verschuiven van de voet langs deze lijn a heeft geen invloed op de breedtemeting van de voet. Bij een voetmeting kan uitgegaan worden van het feit dat kousen of sokken gedragen worden die natuurlijk tot verschillen kunnen leiden. Daarom zal men de meting het liefst uitvoeren met die kousen of sokken die men doorgaans 10 draagt in de nieuwe schoenen.
Bij de meting van een voet zal men vanzelfsprekend de realiteit zo dicht mogelijk willen benaderen hetgeen inhoudt dat de voet conform de werkelijkheid belast zal moeten zijn. Een meting kan in halfbelaste toestand, waarbij de persoon met het lichaams- 15 gewicht gelijk verdeeld over beide voeten staat, of in volbelaste toestand gebeuren, waarbij de persoon met zijn gehele gewicht op een voet staat. Welke toestand men tijdens de meting aanneemt zal afhangen van de verschillende omstandigheden.
Yoor de uitlezing op het uitleespaneel wordt gebruikt gemaakt 20 van een digitale of analoge weergave in millimeters daar deze eenheid de standaard-eenheid is in het internationaal aanvaarde Mondopoint voetmaatstelsel conform de ISO standaard 2816. De uitlezing volgens de uitvinding zal digitaal gebeuren met grote nauwkeurigheid waarbij als tolerantie op de lengtemaat + 0,5 mm 25 en op de breedtenaat + 0,2 mm wordt aangehouden. Het belang van een zo nauwkeurig mogelijke meting alsmede een goede reproduceerbaarheid heeft te maken met het feit dat schoenen in een aantal maten worden vervaardigd, en dat met name bij het nieuwe Mondopoint-systeem de klassen, dat wil zeggen de steek, waarmee 50 de schoenmaten oplopen kleiner zijn dan bij.de huidige maatvoeringen. De maten zullen in de lengte met stappen van 5 mm en in de breedte met 5 mm oplopen. Hoe kleiner de tolerantie is, des te gemakkelijker kan de voet in een bepaalde klasse van schoenen ondergebracht worden. 35
De meetmethode voor het contactloos meten volgens de uit- 7900595 5 vinding "bestaat in feite uit twee gedeelten: de afgifte van een start- en eindsignaal van de meting, en het feitelijke meten met "behulp van een telling in de meet schakeling.
In fig. 2a is aangegeven hoe de fotodetectie-lichtstraal-methode uitgevoerd wordt, waarbij de in het vertikale vlak lig- 5 gende lichtbundel vanaf een lengtezijde en een breedtezijde wordt uitgestraald naar de tegenover gelegen ontvangstzijde en daar met behulp bijvoorbeeld van een aantal vertikaal in een houder 25 opgestelde lichtopnemers wordt ontvangen. Uit fig. 2b blijkt dat men bij de meting van de lengte van een voet verschillende 10 waarden kan vinden afhankelijk van de hoogte waarop men met een enkelvoudige lichtstraal zou meten.
Ditzelfde geldt voor de breedtemeting. In het algemeen liggen de uiterste punten, zoals hielpunt, c.q,. teenpunt en binnen- c.q. buitenzijde van de bal van de voet niet in eenzelfde horizontaal 15 vlak. Dit houdt in dat éeh lichtstraal die op constante hoogte langs de voet zou worden voortbewogen, niet door de meest uit elkaar gelegen punten zal gaan. Dan wordt ook niet de juiste lengte of breedte gemeten.
In fig. 2b is de exacte voetlengte de projectie van de 20 lijn op het grondvlak. Deze lijn H^T maakt een hoek cc met het grondvlak. Men een lichtstraal I die op constante hoogte langs de voet zou worden bewogen, zal men de kleine lengte IH^ meten. En in principe zou de lichtstraal onder een hoek cc langs de voet bewogen moeten worden. De moeilijkheid hierbij is dat deze 25 hoek cc voor elke voet anders is.
In fig. 2c is aangegeven hoe de vier uiterste punten A,B en C, D op de contourtekening van de voet telkens twee aan twee op een gekromde lijn liggen. Deze kromming is voor elke voet anders. Toch kan ter plaatse van het hiel- en teenpunt de lijn 30 vaak als redelijk recht beschouw!worden. Het is dus niet nodig om zonder meer één punt te moeten aanwijzen als het "verste" punt, maar men kan spreken over een lijnstukje waarop dit verste punt ligt : A-B en C-D. Door nu in plaats van een enkele lichtstraal I een smalle vertikaal rechthoekige lichtbundel Y langs 55 de voet te laten bewegen worden automatisch de meest uiteenge- 7900596 0 m 6 legen verste punten "gepakt". Na onderzoek is gebleken dat een . smalle rechthoekige lichtbundel met een hoogte van circa 20 mm in principe voldoende is om alle uiterste punten te vangen.
In het voetmeetapparaat volgens de uitvinding is een lichtvlakhoogte van 25 mm aangehouden zowel voor lengte- als breedtemeting, 5 hoewel voor deze laatste een kleinere hoogte van + 10 mm voldoende zou zijn.
Om aan de basiseisen tegemoet te komen, te weten om een degelijk eenvoudige en toch lichte, kleine constructie te kunnen verkrijgen, moet een oplossing gezocht worden voor de te onder- 10 vinden belasting van de bij de te meten voet behorende persoon.
Deze kan maximaal bijvoorbeeld 150 kgf zijn. Dit zou inhouden dat het raamwerk van het voetmeetapparaat dusdanig stijf moet worden gehouden opdat er geen doorzakkingen optreden. Om dit probleem te ondervangen worden de belastingskrachten nu recht- 15 streeks naar de grond doorgeleid. Dit wordt gerealiseerd door de voetplaat afzonderlijk van het eigenlijke raamwerk van het voetmeetapparaat uit te voeren waarbij dit raamwerk met zijn grondplaat om de voetplaat heen gebouwd is met de daarbij behorende en ingebouwde meet- en aandrijfschakelingen. 20
In fig. 3 is een aanzicht gegeven van de voetplaat 2 welke in een grondplaat 1 van het raamwerk kan worden opgenomen met de daarbij behorende kap 30 welke over het meet- en aandrijfgedeelte kan worden geplaatst. De afmetingen van de voetplaat bedragen bijvoorbeeld 375 x 150 mm, waardoor er voeten tot en met de 25 maat 55 kunnen worden gemeten. De voetplaat kan van hout of kunststof gemaakt zijn, is + 20 mm dik en ligt direct op de grond.
Op de voetplaat is een assenkruis aangebracht om de voet te kunnen positioneren.
De grondplaat van het raamwerk van het voetmeetapparaat 30 dient als basis yoor het meet- en aandrijfgedeelte. De afmetinge:. bedragen -bijvoörbeeld 650 x 400 mm. De grondplaat kan van 10 mm dik multiplex of kunststof gemaakt zijn daar er geen belastingskrachten op komen. De kap is van + 8 mm dikke kunststofplaat gemaakt en wordt in een vacuum vormzuigmachine gemaakt. 35
Er zijn voor de lengterichting en voor de breedterichting langwerpige lichtbronnen aangebracht. Tegenover de lichtbronnen 7900596 a 7 worden de in houders geplaatste licht opnemer s "bewogen om de onderbreking van de lichtbundel door de voet te meten. Als lichtbronnen kunnen bij voorkeur half-verspiegelde, heldere vitrinelampen 5 toegepast (zie fig. 4a) worden. Hierbij is met J1 het verspiegelde gedeelte aangegeven. 5
Door vaste langwerpige lampen toe te passen zijn er geen extra afzonderlijke loopwagens nodig voor het verplaatsen van kleine lampen die anders synchroon met de tegenovergelegen houder met lichtopnemers respectievelijk in een lengterail of -geleiding en in een breedterail of -geleiding voortbewogen zouden moeten 10 worden. Hierdoor is er minder slijtage en de lampen behoeven minder gericht te zijn.
Tevens is er ook geen nauwkeurige loop van de wagens voor de lichtopnemers nodig vanwege het permanente brede vertikale licht-vlak dat uitgestraald wordt. 15
Een dure voor de nauwkeurigheid vereiste tandriemaandrijving in het transportmechanisme kan vervangen worden door aandrijving met behulp van staalkabels of nylonkoord of met behulp van een schroefspil met kogelgeleiding. Tevens is een kleinere motor mogelijk. 20
Een andere methode, om een lichtvlak te realiseren bestaat uit het plaatsen van een puntvormige lichtbron, bijvoorbeeld een halogeenlamp in het hoekpunt van de twee rails of geleidings-mechanismen. Hierbij wordt de langs de lengtezijde en langs de breedtezijde uitgezonden lichtbundel via een onder een hoek van 25 45° ten opzichte van de geleiding op de loopwagen geplaatste spiegel gereflecteerd naar een aan de overzijde van de voetplaat opgestelde langwerpige vlakke spiegel. Deze spiegel reflecteert het licht, zodat in omgekeerde richting licht valt op de lichtopnemers op de loopwagen. 30
Als lichtopnemers kunnen bijvoorbeeld fotodetectoren toegepast worden. Teneinde een mogelijk nadeel van scheef invallend licht te vermijden kan een variabele weerstand gebruikt worden om het moment van "dichtklappen" van de fotodetectoren te regelen. Hiermede kan tevens het voetmeet apparaat geijkt 35.
worden.
Wanneer als lichtbronnen langwerpige lampen toegepast worden, 7000596 8 kan voor het breedte-traject een enkele half-verspiegelde lamp gebruikt worden met een lengte van + 155 53333 cLie in de handel gebruikelijk is. Yoor het lengte-traject is echter licht over een lengte van 575 333333 nodig, waardoor een lamp met grotere doorsnedeafmeting gebruikt zou moeten wordenmdb alle nadelen 5 van dien. In feite is echter het licht alleen nodig om een start- en stopsignaal voor de meting te verkrijgen. Dit houdt in dat voor het meettraject waarin de voet zelf staat op zich geen licht nodig is daar de meting reeds gestart is. Hiervan kan men gebruik maken door voor de lengterichting twee lampen van circa 10 155 333333 naast elkaar te plaatsen, zodat de tegen elkaar liggende aansluitpunten van de lampen altijd in de schaduw van de voet liggen.
In fig. 4b zijn de hierbij behorende belichte- en niet-belichte gebieden met 52 en 53' aangegeven. Op deze wijze kunnen voor het 15 voetmeetapparaat drie identieke lampen van 25 watt toegepast worden.
Het meten van de afmetingen van de voet komt in feite neer op het meten van de verplaatsing van beide fotodetectie-loop-wagens tijdens de periode dat het lichtvlak door de voet onder- 20 broken wordt. Om deze periode in de tijd te meten kan uitgegaan worden van een slittenschijf bijvoorbeeld die aan de beweging van de fotodetectieloopwagen gekoppeld is, In de rand van deze schijf zijn dan een aantal sleuven gefreesd, waarbij aan de ene zijde van de rand een lichtbron en aan de andere zijde 25 in het verlengde een lichtopnemer of fotodetector is geplaatst.
De overgangen van licht naar donker en van donker naar licht die bij draaiing van de schijf ten opzichte van de lichtstraal ontstaan, worden in pulsen omgezet die worden geteld.
Ook kan met behulp van een stappenmotor deze periode gemeten 30 worden doordat elke omwenteling van deze aandrijfstappenmotor uit een groot aantal stapjes, bijvoorbeeld 96» bestaat die elektronisch geteld worden. Ook kan met een tijdopnemer de periode gemeten worden wanneer de snelheid van de loopwagen exact bekend is. Yia omrekening kan men zodoende de tijdens deze periode op- 55 tredende verplaatsing van de loopwagen meten.
7900395 » 9
Eveneens kan een lopertje, bevestigd aan de loopwagen, over een koolbaan of een staaf met uiterst fijne windingen glijden.
Men meet dan de variërende weerstand die een maat is voor de verplaatsing van het aan de loopwagen bevestigde lopertje. ¥eer een andere methode bestaat uit het over een magneetband of strip 5 glijden van een aan de loopwagen bevestigde recorderkop. Op de magneetband of strip zijn afstandspulsen aangebracht die dan door de magneetkop worden gedetecteerd en aan een pulsversterker worden toegevoerd. Eog een methode is die waarbij van een laserbundel gebruik wordt gemaakt die gericht op een schijf of 10 strip voorzien van regelmatige oneffenheden, intermitterend gereflecteerd wordt op een fotocel.
In fig. 5 is een voorbeeld gegeven van de opstelling van een slittenschijf 17a met bijbehorende opnemer 34· Bij verdraaiing van de schijf zal de licht opnemer afwisselend belicht 15 en onbelicht zijn, waaruit pulsen gevormd worden die elektronisch geteld worden. De aandrijving 35 van de schijf is gekoppeld aan de beweging van de fotodetectie-loopwagen die langs de voet bewogen wordt.
Er is echter bij deze slittenschijf een betrekkelijk lange aan- 20 drijf-meetketen die me’de bepalend is voor de onnauwkeurigheid van de meting. Het probleem hierbij is dat de translatie van de fotodetectie-loopwagen en de rotatie van de slittenschijf niet rechtstreeks maar via overbrengingen en het hoekwiel aan elkaar gekoppeld zijn. 25
Daarom is overgegaan naar een verbeterde versie van het slittenschijfprincipe dat gevonden is in de toepassing van een lange rechte slittenstrip.
In fig. 6 is deze slittenstrip 17 aangegeven die vast op de grondplaat 1 in lengterichting naast de voetplaat 2 is be- 30 vestigd. Aan de achterzijde van de loopwagen 24 voor de meting van het lengtetraject is een fotodetectiestelsel 19 gemonteerd dat langs de slittenstrip wordt bewogen. Op deze wijze wordt op directe wijze de verplaatsing van de loopwagen gemeten, waarbij het aantal bewegende onderdelen weer verminderd is door weg- 35 lating van de roterende slittenschijf 17a en waarbij de inbouw van de slittenstrip 17 weinig ruimte vereist.'De lengte van de 790059e < 10 slittenstrip is + 400 mm hetgeen overeenkomt met de maximale lengte van het meettraject. In de slittenstrip zijn sleufjes met een breedte van 0,5 mm gefreesd op onderlinge afstand van 0,5 mm.
Hierdoor bedraagt het totale aantal sleuven + 400.
In fig. 7 is een gedeelte van de slittenstrip 17 aangegeven. 5 In principe kan elke overgang van zowel licht naar donker als van donker naar licht voor een puls zorgen. Met sleuven van 0,5 mm breed kunnen op deze wijze twee pulsen per millimeter verkregen worden. Voor de nauwkeurigheid van een maatmeting houdt dit in dat de maximale fout 1 mm bedraagt. De af te lezen maat heeft 10 dan gemiddeld een tolerantie van + § mm. Door nog een tweede opnemer te gebruiken die + i mm verschoven is ten opzichte van de eerste kan de fout tot de helft worden teruggêbracht. Door een digitale en discrete uitlezing toe te passen wordt de fout echter een weinig groter. Voor de breedtemeting van de voet kan 15 op identieke wijze worden gemeten. Echter met de consequentie dat de nauwkeurigheid van de breedtemeting te klein is en fouten in de breedterichting tellen relatief veel zwaarder door de kleinere afmeting. levens wordt dan een slittenstrip voor de breedtemeting van + 200 mm lengte vereist met bijbehorende fotodetec- 20 toren en pulsvormers waarbij de gehele meetketen dubbel moet worden uitgevoerd.
Ook kan echter volgens de uitvinding een verplaatsingsop-neemelement volgens het reflextie- of volgens het doorzicht-principe toegepast worden, waarbij bijvoorbeeld aan de loopwagen 25 bevestigde licht- en reflextiekop over een rechte meetlijn bewogen wordt. Ook kan een Hall-generator hierbij toegepast worden.
Er kan echter in het transportmechanisme met voordeel gebruik gemaakt worden van het feit dat tussen de aandrijving 30 van de loopwagens in lengte- en in breedterichting respectievelijk een bepaalde vaste overbrengverhouding bestaat die bijvoorbeeld in overeenstemming met eerder genoemde afmetingen een waarde van 2¾ : 1 heeft. Deze vaste verhouding wordt verkregen door aan de centrale hoekpaal, welke aan het begin staat van 35 het lengtemeettraject en het breedtemeettraject, aandrijfwielen 7900596 11 van verschillende diameter aan te brengen.
Bovenstaand is aangegeven dat er bij de slittenstrip in lengterichting vier pulsen per millimeter beschikbaar komen, hetgeen voor een meettraject van 375 mm neerkomt op een totaal aantal pulsen van 1500. Gedurende de tijd dat de fotodetectieloop- 5 wagen van de lengterichting langs de voet over een afstand van 375 mm bewogen wordt, legt de fotodetectieloopwagen van de breedterichting een afstand van 150 mm af. Yoor het meten van deze 150 mm zijn derhalve in principe 1500 pulsen van de lengte-richting-meting beschikbaar. Dit komt neer op tien pulsen per 10 millimeter, hetgeen inhoudt dat in de breedterichting gemeten kan worden met een nauwkeurigheid van + 0,2 mm. Met voordeel wordt er derhalve tijdens de gelijktijdige beweging van de foto-detectieloopwagens continu pulsen opgewekt die zowel voor de breedte- als voor de lengtemeting gebruikt worden, waarbij 15 slechts een slittenstrip met een lamp en twee lichtopnemers nodig zijn.
In fig. 8 is een blokschema gegeven van de meetschakeling.
De tijdens de beweging verkregen signalen als gevolg w de over-gangen van donker naar licht en van licht naar donker moeten 20 worden omgezet in pulsen. Hiertoe zijn vier pulsvormers 40 nodig, namelijk twee voor elke opnemer 18 waarbij zowel de overgang licht-donker als donker-licht wordt gemeten. Toor de lengtemeting is een tweedeler 41 nodig. De digitale uitlezing is namelijk op een halve millimeter nauwkeurig en dit houdt in dat het 25 eerste cijfer achter de komma steeds een 0 of een 5 moet zijn.
Er zijn vier pulsen per millimeter beschikbaar en dit aantal wordt eerst elektronisch gedeeld door 2. Dit geeft dan twee signalen per millimeter. Men verkrijgt dan de volgende uitlezing: pulsen gedeeld signaal uitlezing 30 0 0 nee 0,0 1 (è) nee 0,0 2 1 ja 0,5 3 (1¾) nee 0,5 4 2 ja 1,0 35 5 (2·§·) nee 1,0 7-9 C 05 9 δ *- < 12
Yoor de breedtemeting is er geen deler nodig daar deze uit-lezing op 0,1 mm nauwkeurig is en er zijn hiervoor tien pulsen per millimeter nodig.
De door de lichtopnemers 18 voor de lengtemeting respectievelijk breedtemeting afgegeven start- en eindsignalen 43 5 respectievelijk 44 "bepalen de tijdsduur waarin de betreffende EN-poort 42 geopend wordt voor het doorlaten van de pulsen van het slittenstrip-fotodetectiestelsel. Deze pulsen worden vervolgens in de tellers 45 geteld en op het afleespaneel 4^ respectievelijk 47 geijkt in mm weergegeven. 10
In fig. 9 is een bovenaanzicht gegeven van de grondplaat 1 waarop het meet- en aandrijfgedeelte is gemonteerd rondom de wegneembare voetplaat 2.-In deze figuur zijn 3 en 4 respectievelijk de lengte- en breedtegeleiding voor de betreffende loopwagen.
Met 5 zijn de langwerpige lampen aangegeven die via een terry- 15 klem 6 zijn opgenomen in de lamphouders 7. Met 11 zijn de respectievelijke assen aangegeven waarop de loopwielen 13 voor de lengte- en breedtemeting en de aandrijfwielen 14 zijn gemonteerd, tussen welke wielen het nylonkoord 15 is gespannen. Met 16 is een striphouder aangegeven waarin de slittenstrip 17 is 20 bevestigd. Met 20 is de motor aangegeven die via het motor-wiel 21 en de 0-ring 23 het genoemde aandrijfwiel 14 ronddraait.
Met 19 is het aan de achterzijde van de loopwagen 24 bevestigde foto^detectiestelsel aangeduid met de twee opn'emers 18. Met 25 is de houder van de vertikale rij van opnemers 18 aanger 25 geven.
De voor de loopwagens toegepaste geleidingen of rails 3 en 4 zijn in fig. 10 aangegeven en bestaan uit bijvoorbeeld 6 cm breed en 1 mm dik staalplaat waarvan de zijkanten tweemaal zijn omgezet. De wagentjes 24 lopen op drie kogellagers 26 in deze 30 Y-groef. In het horizontale vlak heeft dit stelsel zelfrichtende eigenschappen.
Het centrale aandrijfwielstelsel bestaat uit twee boven elkaar gelegen wielen, waarvan het bovenste met een diameter van 20 mm de loopwagen voor de breedtemeting en waarvan het onderste met 35 een diameter van 50 mm de loopwagen voor de lengtemeting aan- - ύoaïOê
J *v tillï V V
t 15 drijft. De o verbrengverhouding tussen het lengte- en breedte-meetwiel bedraagt derhalve 2½%
Om te voorkomen dat de kabel over een vorige winding komt te liggen, waardoor de op- of afwikkeldiameter en daarmee de overbrengverhouding zou veranderen, wordt het nylohkoord 5 middels een spiraalvormige groef over de omtrek van beide wielen geleid.
Om te vermijden dat de loopwagens tijdens de voortbeweging of in de loop van de tijd ten opzichte van elkaar verschuiven, is een extra antislipvoorziening aangebracht in de vorm van 10 een in de omtrek van het wiel geboord gat waarin het koord stevig is vastgezet. De aandrijfwielen zijn gemaakt van messing dat vernikkeld is om eventuele slijtage van het koord tot een minimum te beperken, en de drie andere loopwielen aan de uiteinden van de meettrajecten zijn gemaakt van Estalon dat uit- 15 stekende glij-eigenschappen heeft.
In de houders van de loopwagens zijn vijf fotodetectoren boven elkaar gemonteerd, waarbij op de loopwagen voor de lengtemeting nog tevens de twee detectoren voor de telling zijn aangebracht. Beide loopwagens moeten derhalve van stroom voorzien 20 worden hetgeen gerealiseerd is door middel van een brede lint-kabel die in de lengterichting vrij. soepel en in de dwars-richting daarentegen vrij stijf is.
In plaats van een lintkabel kan ook gebruik gemaakt worden van een dunnere en daardoor buigzamere folie voorzien van gelei- 25 dende banen.
Door de lintkabel of folie op de grondplaat vast te bevestigen tot halverwege het meettraject en vandaar met een boog naar de loopwagen te brengen is de beweging van de kabel of folie goed bepaald en rolt hij in het vertikale vlak volgens een 30 vrije vaste baan. Het probleem van de stroomvoorziening naar de loopwagen kan worden ondervangen door de fotodetectoren vast op te stellen en spiegeltjes op de loopwagen te monteren.
Daar de bewegingen van de beide loopwagens door middel van overbrengen vast aan elkaar gekoppeld zijn, behoeven er maar 35 twee eindschakelaars op één traject ingebouwd te zijn om de beweging aan het einde van beide trajecten te stoppen. Op dit - Λ ft fl 5 ft £ ƒ vJ « ij -j '<3

Claims (15)

1. Voetmeetapparaat voor het meten van de maximale lengte en breedte van een voet, welk apparaat voorzien is van een voet- 20 plaat, een raamwerk met grondplaat en ten minste een lichtbron-inrichting, een voor de breedtemeting bestemde rij en een voor de lengtemeting bestemde .rij van lichtopnemers, een meetschakeling en een afleespaneel, met het kenmerk, dat in het raamwerk ter. hoogte van de te meten voet en opzij van de 25 voetplaat de lichtbroninrichting die in horizontale zin licht uitstraalt, en aan elke tegenover gelegen breedte- en lengtezijde een bij de betreffende rij van lichtopnemers behorende loopwagen is geplaatst, waarbij de loopwagens door een transpor tmechanisme gelijktijdig langs de voet worden bewogen en hier- 30 bij door de meetschakeling de maximale breedte en lengte van de voet bepaald wordt aan de hand van een door de lichtopnemers afgegeven start- en stopsignaal dat opgewekt wordt door een, door de voet teweeg gebrachte onderbreking van de lichtbundel in breedte- en in lengterichting. 35
2. Voetmeetapparaat volgens conclusie 1, met het 7800596 kenmerk, dat elke loopwagen een houder heeft waarin in vertikale zin de rij van lichtopnemers is opgenomen.
3· Voetmeetapparaat volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat elke loopwagen een onder een hoek van 45° met de transportrichting en vertikaal opgestelde spiegel heeft 5 die samenwerkt met de aan een einde van die zijde vast en in vertikale zin opgestelde rij van lichtopnemers.
4· Voetmeetapparaat volgens conclusie 2 of 3> met het kenmerk, dat de lichtbroninrichting uitgevoerd is als een langwerpige lichtbron langs de breedtezijde en een 10 langwerpige lichtbron langs de lengtezijde.
5· Voetmeetapparaat volgens conclusie 2 of 3> met het kenmerk, dat de lichtbroninrichting uitgevoerd is als een puntvormige lichtbron die in het hoekpunt van een breedtezijde en een lengtezijde is geplaatst, en dat elke loop- 15 wagen een onder een hoek van 45° met de transport-^-richting en vertikaal opgestelde spiegel heeft die de invallende lichtbundel reflecteert naar een op de tegenover gelegen zijde geplaatste langwerpige vlakke spiegel die de lichtbundel in omgekeerde richting terug naar de betreffende loopwagen reflecteert. 20
6. Voetmeetapparaat volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat elke loopwagen in een geleiding door het transportmechanisme voortbewogen wordt met behulp van een koord- of riemaandrijving.
7. Voetmeetapparaat volgens één der conclusies 1 tot 5> 25 met het kenmerk, dat elke loopwagen door het transportmechanisme voortbewogen wordt met behulp van een aandrijving met schroefspil en kogelgeleiding.
8. Voetmeetapparaat volgens één der conclusies 6 en 7> met het kenmerk, dat de aandrijving voor de loop- 30 wagens met behulp van een enkelvoudige motor gebeurt via een voor beide zijden gemeenschappelijk hoekorgaan, dat een bepaalde overbrengverhouding heeft zodanig dat de beide loopwagens hun betreffende trajecten in dezelfde tijd afleggen.
9. Voetmeetapparaat volgens conclusie 8, waarbij ten minste 35 een eindschakelaar langs een der loopwagentrajecten is aange- 7900503 "" - % ( bracht, met het kenmerk, dat langs het genoemde loopwagentraject aan de andere kant een tweede eindschakelaar is aangebracht, waarbij elke eindschakelaar het transportmechanisme van de loopwagens aan het eind van het traject stopt en de bewegingsrichting van het transportmechanisme omkeert voor de 5 start van een nieuwe gang.
10. Voetmeetapparaat volgens conclusie 4> met het kenmerk, dat de langwerpige lichtbronnen half-verspiegelde vitrinelampen zijn.
11. Voetmeetapparaat volgens één der conclusies 8 of 9> 10 met het kenmerk, dat langs de loopwagenzijde voor de lengtemeting een verplaatsingsmeetelement is geplaatst, dat samenwerkt met een aan de achterzijde van de loopwagen voor de lengtemeting bevestigd hulp-element.
12. Yoetmeetapparaat volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat het verplaatsingsmeetelement uit een met 15 sleuven, indicatielijnen of pulsen voorziene meetlijn en het genoemde hulp-element uit een signaaldetectie-orgaan volgens het doorzicht-, reflectie of aftastprincipe bestaat.
15· Voetmeetapparaat volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat de meetlijn (slittenstrip) telkens per milli- 20 meter lengte een 0,5 mm brede sleuf heeft, dat het licht-detectie-orgaan bestaat uit een lichtbron en twee lichtopnemers, die in de meetrichting over een kwart millimeter ten opzichte van elkaar verschoven-zijn aangebracht zodat er vier‘pulsen per millimeter verplaatsing van de loopwagen worden opgewekt. 25
14· Yoetmeetapparaat volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de voetplaat los uitneembaar binnen het raamwerk op de grond geplaatst kan worden.
15· Yoetmeetapparaat volgens één der conclusies 8 tot 14, met het kenmerk, dat de voetplaat ongeveer 575 x 50 150 mm groot is, waarbij de overbrengverhouding tussen de aandrijvingen aan het gemeenschappelijke hoekorgaan 2,5 bedraagt. 79 0 03-9 ‘3
NL7900596A 1979-01-25 1979-01-25 Voetmeetapparaat. NL7900596A (nl)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL7900596A NL7900596A (nl) 1979-01-25 1979-01-25 Voetmeetapparaat.
EP19800200076 EP0014022B1 (en) 1979-01-25 1980-01-25 Foot-size measuring apparatus
DE8080200076T DE3069615D1 (en) 1979-01-25 1980-01-25 Foot-size measuring apparatus

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL7900596A NL7900596A (nl) 1979-01-25 1979-01-25 Voetmeetapparaat.
NL7900596 1979-01-25

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL7900596A true NL7900596A (nl) 1980-07-29

Family

ID=19832522

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL7900596A NL7900596A (nl) 1979-01-25 1979-01-25 Voetmeetapparaat.

Country Status (3)

Country Link
EP (1) EP0014022B1 (nl)
DE (1) DE3069615D1 (nl)
NL (1) NL7900596A (nl)

Families Citing this family (25)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE3524354C1 (de) * 1985-07-08 1987-01-15 Wienert Volker Vorrichtung zum Erstellen eines Venenverschluss-Plethysmogramms
FR2679327B1 (fr) * 1991-07-15 1996-12-27 Cebelor Procede de mesure tridimensionnelle, sans contact, de l'enveloppe d'un objet, notamment un pied, et appareil de mesure permettant la mise en óoeuvre du procede.
US5164793A (en) * 1991-09-13 1992-11-17 Brown Group, Inc. Shoe size selection system and apparatus therefor
KR19990063754A (ko) * 1995-09-27 1999-07-26 한스-루돌프 릭클리 구두 인서트의 제조장치
DE10010136B4 (de) * 2000-03-03 2018-05-09 Dosenbach-Ochsner Ag Schuhe Und Sport Vorrichtung zur opto-elektronischen Bestimmung der Länge und der Breite der beiden auf einer Unterlage aufliegenden Füße eines Menschen
DE10156908A1 (de) * 2001-11-21 2003-05-28 Corpus E Ag Kostengünstige Erfassung der Raumform von Körpern
DE102006052921A1 (de) * 2006-11-08 2008-05-21 Gerd Laschinski Verfahren und Vorrichtung zum Vermessen eines Körpers
JP5621090B2 (ja) 2009-10-16 2014-11-05 ビーボップ センサーズ、インコーポレイテッド 足で操作するコントローラおよびコンピュータで実現する方法
US9076419B2 (en) 2012-03-14 2015-07-07 Bebop Sensors, Inc. Multi-touch pad controller
US9019359B2 (en) 2012-03-29 2015-04-28 Nike, Inc. Foot imaging and measurement apparatus
US9753568B2 (en) 2014-05-15 2017-09-05 Bebop Sensors, Inc. Flexible sensors and applications
US9965076B2 (en) 2014-05-15 2018-05-08 Bebop Sensors, Inc. Piezoresistive sensors and applications
US9696833B2 (en) 2014-05-15 2017-07-04 Bebop Sensors, Inc. Promoting sensor isolation and performance in flexible sensor arrays
US9442614B2 (en) 2014-05-15 2016-09-13 Bebop Sensors, Inc. Two-dimensional sensor arrays
US9710060B2 (en) 2014-06-09 2017-07-18 BeBop Senors, Inc. Sensor system integrated with a glove
US10362989B2 (en) 2014-06-09 2019-07-30 Bebop Sensors, Inc. Sensor system integrated with a glove
US9863823B2 (en) 2015-02-27 2018-01-09 Bebop Sensors, Inc. Sensor systems integrated with footwear
US10082381B2 (en) 2015-04-30 2018-09-25 Bebop Sensors, Inc. Sensor systems integrated with vehicle tires
US9827996B2 (en) 2015-06-25 2017-11-28 Bebop Sensors, Inc. Sensor systems integrated with steering wheels
US9721553B2 (en) 2015-10-14 2017-08-01 Bebop Sensors, Inc. Sensor-based percussion device
CN106072797A (zh) * 2016-06-16 2016-11-09 钱宝祥 一种简便智能测量人体脚型的测量袜及其测量方法
SI3523601T1 (sl) 2016-10-05 2022-10-28 Safesize Holding B.V. Pridobivanje oblike stopala z uporabo senzorja globine in tehnologije tlačna plošče
KR102131944B1 (ko) * 2018-05-15 2020-07-08 재단법인 아산사회복지재단 측정 장치, 부피 산출 시스템, 실험 동물의 꼬리의 부피를 산출하는 방법 및 실험 동물의 꼬리의 부피를 산출하는 프로그램
US10884496B2 (en) 2018-07-05 2021-01-05 Bebop Sensors, Inc. One-size-fits-all data glove
US11480481B2 (en) 2019-03-13 2022-10-25 Bebop Sensors, Inc. Alignment mechanisms sensor systems employing piezoresistive materials

Family Cites Families (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3457647A (en) * 1966-10-05 1969-07-29 David J Cohen Shoe-size indicating apparatus
FR2188819A5 (nl) * 1972-06-13 1974-01-18 Cem Comp Electro Mec
AU6463374A (en) * 1974-01-23 1975-07-17 Clarks Ltd Foot measuring machines
US4086580A (en) * 1975-12-18 1978-04-25 Schroeder Rondon L Digital altitude encoder

Also Published As

Publication number Publication date
DE3069615D1 (en) 1984-12-20
EP0014022A1 (en) 1980-08-06
EP0014022B1 (en) 1984-11-14

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL7900596A (nl) Voetmeetapparaat.
US4242574A (en) Digital display tape measure with photoelectric sensing of tape displacement
CA1155677A (en) Volumetric measurement of particles
US4705939A (en) Apparatus and method for optically measuring bar code dimensions
US4088411A (en) Length measurement apparatus for continuously advancing articles
US4142105A (en) Method for producing a switching signal on the passage of a contrast jump
EP1081457A3 (de) Optische Positionsmesseinrichtung
WO1999049277A1 (en) An optical sensor system for incorporation in a conveyor system and a method for determining the geometry and/or angular position of a moving object
CN102865822B (zh) 光栅尺尺板绝对码道刻线精度的非接触式自动检测装置
TW432341B (en) Coin discriminating apparatus
FI59347B (fi) Apparat foer automatisk moensteridentifiering och registrering av tomflaskor
US3936195A (en) Device for determining the position of a structural element
US3170100A (en) Automatic indicating device for measuring scales in machine tools
EP0474997A1 (en) Counter and splitter device for bars in layers, particularly for final packing of rolling mill products
US4449084A (en) Positioning servo-mechanism or tachometer employing self-scanning light sensing array
JPS61155803A (ja) 幅測定装置
US3340978A (en) Bill acceptance and detection system
US4851699A (en) Device for mechanically accepting empties
US4119850A (en) Multiple sample, radioactive particle counting apparatus
JPS6025526Y2 (ja) 非金属シート状物体の厚み測定装置
US3409780A (en) Radiation sensitive method and means for the determination of areas
JPS58150804A (ja) 光学的位置検出装置
CN214731707U (zh) 无人药房的上吸式取药装置
US3531649A (en) Scanning apparatus having pulse generating synchronizer to indicate position of scanner
NL1007290C1 (nl) Inrichting voor het meten van de hoek tussen twee oppervlakken van een te buigen werkstuk.

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
A85 Still pending on 85-01-01
BV The patent application has lapsed