NL2012529A - Stal systeem. - Google Patents

Stal systeem. Download PDF

Info

Publication number
NL2012529A
NL2012529A NL2012529A NL2012529A NL2012529A NL 2012529 A NL2012529 A NL 2012529A NL 2012529 A NL2012529 A NL 2012529A NL 2012529 A NL2012529 A NL 2012529A NL 2012529 A NL2012529 A NL 2012529A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
air
wall
stable
uprights
pair
Prior art date
Application number
NL2012529A
Other languages
English (en)
Other versions
NL2012529B1 (nl
Inventor
Jozef Maria Grefte Paulus
Original Assignee
Sunbro B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Sunbro B V filed Critical Sunbro B V
Priority to NL2012529A priority Critical patent/NL2012529B1/nl
Priority to EP15161692.7A priority patent/EP2923564B1/en
Publication of NL2012529A publication Critical patent/NL2012529A/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL2012529B1 publication Critical patent/NL2012529B1/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K1/00Housing animals; Equipment therefor
    • A01K1/0047Air-conditioning, e.g. ventilation, of animal housings
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F1/00Room units for air-conditioning, e.g. separate or self-contained units or units receiving primary air from a central station
    • F24F1/0007Indoor units, e.g. fan coil units
    • F24F1/0035Indoor units, e.g. fan coil units characterised by introduction of outside air to the room
    • F24F1/0038Indoor units, e.g. fan coil units characterised by introduction of outside air to the room in combination with simultaneous exhaustion of inside air
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K1/00Housing animals; Equipment therefor
    • A01K1/0047Air-conditioning, e.g. ventilation, of animal housings
    • A01K1/0064Construction of air inlets or outlets in walls
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K1/00Housing animals; Equipment therefor
    • A01K1/0047Air-conditioning, e.g. ventilation, of animal housings
    • A01K1/0076Arrangement of heaters or heat exchangers
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F1/00Room units for air-conditioning, e.g. separate or self-contained units or units receiving primary air from a central station
    • F24F1/0007Indoor units, e.g. fan coil units
    • F24F1/0035Indoor units, e.g. fan coil units characterised by introduction of outside air to the room
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F1/00Room units for air-conditioning, e.g. separate or self-contained units or units receiving primary air from a central station
    • F24F1/0007Indoor units, e.g. fan coil units
    • F24F1/0043Indoor units, e.g. fan coil units characterised by mounting arrangements
    • F24F1/0057Indoor units, e.g. fan coil units characterised by mounting arrangements mounted in or on a wall
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F1/00Room units for air-conditioning, e.g. separate or self-contained units or units receiving primary air from a central station
    • F24F1/0007Indoor units, e.g. fan coil units
    • F24F1/0059Indoor units, e.g. fan coil units characterised by heat exchangers
    • F24F1/0063Indoor units, e.g. fan coil units characterised by heat exchangers by the mounting or arrangement of the heat exchangers

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Animal Husbandry (AREA)
  • Zoology (AREA)
  • Biodiversity & Conservation Biology (AREA)
  • Thermal Sciences (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Building Environments (AREA)

Description

Stal systeem
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een stal systeem. Dergelijke stal systemen zijn bekend en worden bijvoorbeeld gebruikt voor het houden van pluimvee.
Voor het welzijn van de dieren in de stal zijn de huidige stallen uitgerust met klimaatbeheersingssystemen. Een voorbeeld van een dergelijk stal systeem is bekend uit NL 1011714.
Bij het bekende stal systeem wordt gebruik gemaakt van een acclimatiseringsgang. Een dergelijke gang is ongeveer 1 meter breed en loopt parallel aan een buitenwand van het stal systeem. In de buitenwand van het stal systeem zijn een veelvoud aan roosters voorzien door welke buitenlucht aangezogen kan worden met behulp van een door ventilatoren gegenereerde onderdruk in het stal systeem. In de acclimatiseringsgang zijn een veelvoud aan warmtewisselaars opgenomen welke de aangezogen lucht verwarmen dan wel afkoelen. In een scheidingswand tussen de acclimatiseringsgang en het daadwerkelijke stalgedeelte, bestemd voor het houden van bijvoorbeeld pluimvee, zijn eveneens openingen voorzien voor het aan het daadwerkelijke stalgedeelte toevoeren van verwarmde of gekoelde lucht.
Een nadeel van het bekende stal systeem is dat de acclimatiseringsgang ruimte inneemt welke niet gebruikt kan worden voor het houden van bijvoorbeeld pluimvee. Een verder nadeel is dat het bekende systeem, vanwege de dubbele wand constructie, niet tot nauwelijks geschikt is voor het plaatsen van ramen.
Een doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een stal systeem voorzien van één of meerdere ramen. Door het gebruik van ramen ontstaat er een natuurlijke lichtinval in de stal waardoor de levenskwaliteit van de in het stal systeem levende dieren wordt verbeterd.
Dit doel is bereikt door middel van een stal systeem zoals gedefinieerd in conclusie 1. Volgens de uitvinding omvat het stal systeem een fundering, een paar staanders welke elk steunen op de fundering, een dwarsverbinding tussen het paar staanders en een dakconstructie welke steunt op de staanders. Volgens de uitvinding kan de fundering één of meerdere deelfunderingen omvatten welke onderling niet gekoppeld zijn. Zo is het mogelijk enkel beton te storten of een andersoortige fundering aan te brengen ter plaatse van een staander. Echter, het is natuurlijk ook mogelijk dat de fundering één grote aaneengesloten fundering is.
De ruimte tussen de fundering, de staanders en de dwarsverbinding vormt een eerste ruimte en de ruimte tussen de dwarsverbinding, de staanders en de dakconstructie vormt een tweede ruimte. Volgens de uitvinding omvat het stal systeem verder een raamkozijn welke geplaatst is in de eerste of tweede ruimte en een hinnenwand-hui ten wand paar welke geplaatst is in de andere van de eerste of tweede ruimte, waarbij tussen de binnenwand en buitenwand van het binnenwand-buitenwand paar een luchtkanaal is gevormd en waarbij de buitenwand een luchtinvoer definieert dan wel omvat geschikt om lucht vanaf buiten aan te trekken.
Volgens de uitvinding kan de buitenwand een luchtinvoer omvatten, bijvoorbeeld doordat de buitenwand één of meerdere openingen heeft welke gevormd kunnen zijn als roosters. Echter, het is tevens mogelijk dat de buitenwand een luchtinvoer definieert doordat de buitenwand op afstand is geplaatst van een andere structuur zoals een ondergrond of maaiveld en dat de opening tussen de buitenwand en deze andere structuur dient als luchtinvoer.
Volgens de uitvinding omvat het stal systeem een warmtewisselaar welke geplaatst is in het luchtkanaal. De warmtewisselaar kan hierbij warmte uitwisselen met de lucht in het luchtkanaal. Het uitwisselen van warmte kan een koelproces of verwarmingsproces betreffen. Doorgaans is de diepte van de warmtewisselaar gelijk aan of minder dan de diepte van de staanders. Volgens de uitvinding wordt derhalve een veelvoud aan relatief kleine warmtewisselaars gebruikt waardoor de uniformiteit van de luchtstroom richting de stal wordt verbeterd.
Tevens omvat het stal systeem volgens de uitvinding een aan de dwarsverbinding verbonden luchtgeleider welke het luchtkanaal aan één zijde begrenst en welke een blokkade vormt voor luchtstroming parallel aan het binnenwand-buitenwand paar en een luchtuitvoer definieert dan wel omvat geschikt voor het mogelijk maken van een de stal in gerichte luchtstroming. Volgens de uitvinding kan de luchtgeleider een luchtuitvoer omvatten, bijvoorbeeld doordat de luchtgeleider één of meerdere openingen heeft welke gevormd kunnen zijn als roosters. Echter, het is tevens mogelijk dat de luchtgeleider een luchtuitvoer definieert doordat de luchtgeleider op afstand is geplaatst van een andere structuur zoals de dwarsverbinding of de binnenwand en dat de opening tussen de luchtgeleider en deze andere structuur dient als luchtuitvoer.
Volgens de uitvinding wordt een buitenwand van het stal systeem verdeeld in ten minste twee delen, waarbij bij één gebruik wordt gemaakt van een binnenwand-buitenwand paar en bij een ander deel een raamkozijn wordt geplaatst voor de vorming van een raam. Hierbij wordt de functie van de acclimatiseringsgang uit de stand van de techniek verwezenlijkt in het luchtkanaal tussen de binnenwand en de buitenwand.
Een voordeel van het gebruik van de luchtgeleider volgens de uitvinding is dat deze kan zijn vervaardigd als één onderdeel welke zich uitstrekt tussen de staanders. Hierbij wordt de bouw van het stal systeem aanzienlijk vereenvoudigd.
In een uitvoeringsvorm is het raamkozijn aan een onderzijde daarvan verbonden met de dwarsverbinding en steunt deze hierop. Verder is de binnenwand verbonden aan het paar staanders en strekt deze zich naar boven uit tot aan de luchtgeleider. Eventueel is de binnenwand in hoofdzaak luchtdicht verbonden met de luchtgeleider. Tevens is de buitenwand verbonden aan het paar staanders en/of de dwarsverbinding en strekt deze zich vanaf de dwarsverbinding uit tot een vooraf bepaalde hoogte boven het maaiveld, waarbij de opening tussen het maaiveld en de buitenwand de luchtinvoer vormt. Zoals eerder vermeld, kan de buitenwand geheel tot het maaiveld doorlopen maar in dat geval is de buitenwand voorzien van openingen voor het vormen van de luchtinvoer.
Bij deze uitvoeringsvorm is het raam geplaatst boven het binnenwand-buitenwand paar en wordt de lucht net boven het maaiveld aangezogen. In een andere uitvoeringsvorm is het binnenwand-buitenwand paar boven het raam geplaatst. Hiertoe is het raamkozijn aan een bovenzijde daarvan verbonden met de dwarsverbinding en is de binnenwand verbonden aan het paar staanders en strekt deze zich vanaf de dakconstructie neerwaarts uit tot aan de luchtgeleider. Verder is de buitenwand verbonden aan het paar staanders en strekt deze zich vanaf de dwarsverbinding naar boven uit tot een vooraf bepaalde hoogte onder de dakconstructie, waarbij de opening tussen de dakconstructie en de buitenwand de luchtinvoer vormt. De buitenwand kan echter ook geheel tot de dakconstructie doorlopen waarbij de buitenwand is voorzien van openingen voor het vormen van de luchtinvoer.
De luchtgeleider kan een eerste oppervlak omvatten dat gekoppeld is aan de dwarsverbinding en dat in hoofdzaak dwars in het luchtkanaal is geplaatst en verder een tweede oppervlak omvatten dat is verbonden met het eerste oppervlak en dat onder een hoek staat ten opzichte van het eerste oppervlak. Het tweede oppervlak kan hierbij zijn voorzien van een opening welke de luchtuitvoer definieert. Echter, het is ook mogelijk dat een ruimte tussen de binnenwand en het tweede oppervlak de luchtuitvoer definieert.
Het geniet de voorkeur indien de luchtgeleider als één onderdeel tussen de staanders geplaatst kan worden waarbij in één arbeidsgang het luchtkanaal dat gevormd is door het bij dat paar staanders horende binnenwand-buitenwand paar aan één einde begrensd wordt. Het wordt hierbij opgemerkt dat binnen de context van de uitvinding een plaatsing tussen staanders niet uitvoeringsvormen uitsluit waarbij een plaatsing is uitgevoerd van één staander tot de andere staander, bijvoorbeeld doordat een plaatdeel is bevestigd aan een van de stal af gerichte zijde van de staanders.
Het geniet de voorkeur indien de luchtuitvoer en/of de luchtinvoer regelbaar is. Zo is het mogelijk de grootte van een opening voor luchtuitvoer en/of luchtinvoer instelbaar te realiseren.
Dit kan bijvoorbeeld bereikt worden indien de luchtgeleider een klep omvat voor het blokkeren of ten minste ten dele vrijgeven van de luchtuitvoer en/of indien het stal systeem een klep omvat voor het blokkeren of ten minste ten dele vrijgeven van de luchtinvoer. Hierbij kan het stal systeem een eerste aanstuurbare actuator omvatten voor het bedienen van de klep van de luchtgeleider en/of een tweede aanstuurbare actuator omvatten voor het bedienen van de klep voor het blokkeren of ten minste ten dele vrijgeven van de luchtinvoer.
De warmtewisselaar kan een veelvoud aan warmtewisseling elementen omvatten langs welke de door de luchtinvoer aangetrokken lucht stroomt. Deze elementen kunnen bijvoorbeeld zijn vormgegeven als een stelsel leidingen. Verder kan het mogelijk zijn dat een temperatuur van de warmtewisseling elementen instelbaar is door het door de elementen laten stromen van een fluïdum. Hierbij omvat het stal systeem verder een systeem voor het verwarmen of afkoelen van het fluïdum en een pomp voor het door de elementen pompen van het verwarmde of afgekoelde fluïdum.
Het stal systeem kan zijn uitgerust met een ventilatorsysteem voor het uit het stal systeem afvoeren van lucht naar een omgeving van het stal systeem.
Het geniet de voorkeur indien het stal systeem is uitgerust met een regelsysteem voor het regelen van de temperatuur van de lucht in de stal. Hierbij kan het regelsysteem zijn voorzien van een temperatuursensor voor het meten van de temperatuur in de stal en is het regelsysteem ingericht ten minste de actuator voor de klep van de luchtgeleider en/of de actuator voor de klep voor het blokkeren of ten minste ten dele vrijgeven van de luchtinvoer te regelen als ook het systeem voor het verwarmen of afkoelen van het fluïdum in afhankelijkheid van een verschil tussen een gewenste temperatuur en een gemeten temperatuur van de lucht in de stal.
In een verdere uitvoeringsvorm is het regelsysteem verder ingericht om tevens het ventilatorsysteem te regelen in afhankelijkheid van een verschil tussen een gewenste temperatuur en een gemeten temperatuur van de lucht in de stal als ook een gewenste snelheid waarmee de gewenste temperatuur bereikt dient te worden.
In het hiernavolgende zal de uitvinding in meer detail worden besproken, waarbij:
Figuur 1 een gedeeltelijk opengewerkt schematisch aanzicht toont van een eerste uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding gezien vanuit de stal;
Figuur 2 een gedeeltelijk opengewerkt schematisch aanzicht toont van de eerste uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding gezien vanaf buiten de stal;
Figuur 3 een dwarsdoorsnede toont van de eerste uitvoeringsvorm;
Figuur 4 een uitvoeringsvorm toont van een luchtgeleider voor de uitvoeringsvorm van het stal systeem uit figuur 1;
Figuur 5 een gedeeltelijk opengewerkt schematisch aanzicht toont van een tweede uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding gezien vanuit de stal;
Figuur 6 een gedeeltelijk opengewerkt schematisch aanzicht toont van de tweede uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding gezien vanaf buiten de stal; en
Figuur 7 een regelsysteem toont voor toepassing in een stal systeem volgens de onderhavige uitvinding.
Figuur 1 toont een gedeeltelijk opengewerkt schematisch aanzicht van een eerste uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding gezien vanuit de stal. In de eerste uitvoeringsvorm is het raam boven het binnenwand-buitenwand paar geplaatst.
Bij de eerste uitvoeringsvorm zijn een paar staanders 1 op een betonnen funderingsplaat 2 geplaatst. Staanders 1 zijn bij voorkeur vervaardigd uit metaal en ondersteunen een dakconstructie 3. Veelal omvat dakconstructie 3 verstevigingen in de dwarsrichting en lengterichting van de stal in de vorm van balken 4, 5, welke veelal uit hout bestaan. Veelal wordt een koppeling gemaakt tussen staanders 1 en een balk 5 voor de verbinding van dakconstructie 3 aan staanders 1.
Tevens zichtbaar in figuur 1 is een binnenwand 6 welke steunt op funderingsplaat 2 en welke verbonden is aan staanders 1. Binnenwand 6 kan zijn vervaardigd uit een betonpaneel met isolatieschuim als vulling. Een vloer 7 is geplaatst welke doorgaans niet verbonden is of direct steunt op een funderingsplaat 2 maar rust op een zand ondergrond. Deze vloer kan een betonvloer omvatten welke is voorzien van vloerverwarmingsslangen.
Tussen binnenwand 6 en een buitenwand 8, welke is getoond in figuur 2, is een warmtewisselaar 9 geplaatst. Deze omvat een veelvoud aan leidingen door welke een vloeistof wordt gepomp, zoals water of glycol. Deze vloeistof kan verwarmd of gekoeld worden. Hierbij kan buitenwand 8 een sandwichpaneel omvatten bestaande uit twee staalplaten van elk bijvoorbeeld 0,5 mm dik en een 80 mm vulling van isolatieschuim. Eventueel kunnen ook andere geïsoleerde panelen gebruikt worden, bijvoorbeeld van hout of kunststof.
Warmtewisselaar 9 is gekoppeld aan een leidingsysteem 10 voor aan- en afvoer van de vloeistof. Hierbij is warmtewisselaar 9 bij voorkeur vervaardigd uit kunststof of metaal. Dit systeem kan deels in de grond zijn aangebracht. Het geniet de voorkeur indien meerdere afzonderlijke warmtewisselaars 9 worden gebruikt tussen elk paar staanders 1. Hiertoe kan het leidingsysteem 10 een afvoerleiding en toevoerleiding omvatten voor alle warmtewisselaars 9 tussen een paar staanders 1. Deze leidingen kunnen vervaardigd zijn uit polyethyleen, metaal of PVC. De leidingen zijn in de grond gelegd en komen bij voorkeur ergens halverwege het paar staanders 1 naar boven. Vervolgens omvat leidingsysteem 10 leidingen voor het onderling koppelen van alle warmtewisselaars 9 tussen het paar staanders 1. In figuur 1 zijn deze leidingen aangegeven boven de warmtewisselaar 9. Tevens worden in figuur 1 de afvoerleiding en toevoerleiding naar boven geleidt voor het aansluiten van warmtewisselaars tussen meerdere paren staanders 1. Om de warmtewisselaars te koppelen kunnen leidingen door staanders 1 worden gevoerd. Het geniet echter de voorkeur om alleen die warmtewisselaars te koppelen welke tussen één paar staanders zijn geplaatst.
Figuur 1 toont verder een luchtgeleider 11 welke regelbare openingen 12 omvat. De openingen 12 zijn elk afsluitbaar door een klep van welke de stand geregeld kan worden door een niet weergegeven actuator. Luchtgeleider 11 is bij voorkeur vervaardigd uit kunststof of een ander materiaal met voldoende isolatiewaarde. Openingen 12 vormen bij voorkeur een kunststof inlaatventiel.
Zoals uit figuur 1 volgt, omvat de eerste uitvoeringsvorm van het stal systeem een raamkozijn 13 waarin een raam is geplaatst of geplaatst kan worden. Hierbij is raamkozijn 13 bij voorkeur een kunststof kozijn met bij voorkeur isolatieglas of polycarbonaat. Het raam kan zijn voorzien van een zonnewering voor het regelen van de hoeveelheid zonlicht die de stal binnentreedt.
Het buitenaanzicht van de eerste uitvoeringsvorm, welke is getoond in figuur 2, laat buitenwand 8 zien welke is verbonden met een dwarsverbinding 14 welke raamkozijn 13 ondersteunt. Dwarsverbinding 14 omvat bijvoorbeeld een metalen U-profiel. Verder strekt buitenwand 8 zich uit vanaf dwarsverbinding 14 tot een vooraf bepaalde hoogte boven het maaiveld 15. Hierdoor wordt een opening 16 gevormd door welke lucht van buiten kan worden aangezogen.
In het stal systeem heerst een onderdruk welke bijvoorbeeld is bereikt door middel van een ventilatorsysteem welke lucht naar buiten blaast. Door de aanwezige onderdruk zal lucht via opening 16 een luchtkanaal binnentreden welke gevormd wordt door buitenwand 8, binnenwand 6 en luchtgeleider 11. In het luchtkanaal zal de lucht gekoeld dan wel verwarmd worden door warmtewisselaar 9. Vervolgens zal de lucht via de regelbare openingen 12 de stal in worden geleid. Deze luchtstroming is door middel van een gestippelde lijn weergegeven in de doorsnede uit figuur 3. Uit deze figuur is tevens duidelijk dat de onderzijde van het luchtkanaal wordt begrensd door maaiveld 15 en de bovenzijde door luchtgeleider 11. Maaiveld 15 wordt gevormd door een bodem, zoals een ondergrond van zand. Echter, maaiveld 15 kan ook gevormd zijn door grind, asfalt, beton, gravel of klinkers.
Figuur 4 toont een uitvoeringsvorm van luchtgeleider 11 welke gebruikt is bij de eerste uitvoeringsvorm uit figuur 1. Luchtgeleider 11 wordt als één geheel geplaatst tussen staanders 1 zodat met één arbeidsgang het luchtkanaal gevormd wordt voor de gehele breedte tussen staanders 1. Dit vergemakkelijkt het fabricage proces van het stal systeem.
Tijdens fabricage wordt eerst binnenwand 6 geplaatst op funderingsplaat 2 waarna binnenwand 6 wordt vastgemaakt aan staanders 1. Hierna kan luchtgeleider 11 worden vastgemaakt aan dwarsverbinding 14 en aan de bovenzijde van binnenwand 6. Hierdoor wordt voorkomen dat lucht op andere manieren de stal ingaat dan via de regelbare openingen 12.
Zoals weergegeven in figuur 4 omvat luchtgeleider 11 twee oppervlakten 17, 18 welke onder een hoek van elkaar staan, bij voorkeur tussen 80 en 120 graden. Hierbij wordt oppervlakte 18 vastgemaakt aan dwarsverbinding 14 en wordt oppervlakte 17 vastgemaakt aan binnenwand 6.
Figuren 5 en 6 tonen een tweede uitvoeringsvorm van het stal systeem volgens de onderhavige uitvinding. In deze figuren worden onderdelen welke vergelijkbaar zijn met de onderdelen uit figuren 1-4 met identieke verwijzingscijfers aangeduid.
Bij de tweede uitvoeringsvorm is raamkozijn 13 onder het binnenwand 6 - buitenwand 8 paar geplaatst. Raamkozijn 13 is aan een bovenzijde verbonden met dwarsverbinding 14. Aan een onderzijde steunt raamkozijn 13 op een verdere dwarsverbinding 19. Binnenwand 6 sterkt zich uit vanaf dakconstructie 3 tot aan luchtgeleider 11, aan welke binnenwand 6 verbonden is. Luchtgeleider 11 is tevens verbonden aan dwarsverbinding 14. Zoals weergeven in figuur 6 strekt buitenwand 8 zich uit vanaf dwarsverbinding 14 tot een vooraf bepaalde hoogte onder dakconstructie 3. Hierdoor wordt een opening 16 gevormd door welke lucht van buiten kan worden aangezogen. Wederom is een warmtewisselaar 9 geplaatst in het luchtkanaal dat gevormd wordt door binnenwand 6 en buitenwand 8. Aan de bovenzijde wordt dit luchtkanaal begrensd door dakconstructie 3, aan de onderzijde door luchtgeleider 11.
Bij de tweede uitvoeringsvorm geniet het de voorkeur om leidingsysteem 10 te plaatsen aan de bovenkant van de stal tussen binnenwand 6 en buitenwand 8. Eventueel worden leidingen gelegd over de gehele lengte of een aanzienlijk deel daarvan waarbij staanders 1 worden voorzien van openingen voor het doorlaten van leidingen. Eventueel worden staanders 1 hol uitgevoerd en worden de aan- en/of afvoerleidingen in de staander naar beneden getransporteerd naar het overige deel van leidingsysteem 10 welke in de grond is geplaatst. Echter, het is tevens mogelijk dat ook de aan- en/of afvoerleidingen tussen binnenwand 6 en buitenwand 8 zijn geplaatst.
In de tweede uitvoeringsvorm kunnen de ramen lager geplaatst worden waardoor het leefmilieu voor het te houden vee in het stal systeem nog verder verbeterd kan worden.
Figuur 7 toont een uitvoeringsvoorbeeld van een regelsysteem 100 voor gebruik in het stal systeem volgens de onderhavige uitvinding. Dit systeem gebruikt een temperatuursensor 110 voor het meten van de luchttemperatuur in de stal. Vervolgens wordt deze informatie vergeleken met een gewenste temperatuur door een stuureenheid 120. Indien de temperatuur lager is, zal stuureenheid 120 opwarm/afkoel systeem 130 aansturen om vloeistof met een geschikte temperatuur door de warmtewisselaar te transporteren. Hierbij kan de vloeistoftemperatuur mogelijk gekozen en/of veranderd worden. Indien gewenst, kan stuureenheid 120 tevens pomp 140 aansturen voor het verkrijgen van een geschikte snelheid van de vloeistof door de warmtewisselaar. De geschikte snelheid en temperatuur hangen hierbij af van het temperatuurverschil dat overbrugd moet worden, de snelheid waarmee dit moet geschieden en de hoeveelheid lucht die door het luchtkanaal passeert.
Stuureenheid 120 kan tevens actuatoren 150 aansturen voor het regelen van de kleppen van de luchtgeleiders als ook een ventilatorsysteem 160. De regeling van deze componenten bepaalt de onderdruk in de stal en de hoeveelheid lucht en de snelheid hiervan in het luchtkanaal.
Het moge de vakman duidelijk zijn dat verscheidene wijzigingen kunnen worden aangebracht aan de hier getoonde uitvoeringsvoorbeelden zonder hierbij af te wijken van de beschermingsomvang van de onderhavige uitvinding welke wordt gedefinieerd door de hiernavolgende conclusies.

Claims (12)

1. Stal systeem, omvattende: een fundering; een paar staanders welke elk steunen op de fundering; een dwarsverbinding tussen het paar staanders; een dakconstructie welke steunt op de staanders; waarbij een ruimte tussen de fundering, de staanders en de dwarsverbinding een eerste ruimte vormt en de ruimte tussen de dwarsverbinding, de staanders en de dakconstructie een tweede ruimte; een raamkozijn welke geplaatst is in de eerste of tweede ruimte; een binnenwand-buitenwand paar welke geplaatst is in de andere van de eerste of tweede ruimte, waarbij tussen de binnenwand en buitenwand van het binnenwand-buitenwand paar een luchtkanaal is gevormd en waarbij de buitenwand een luchtinvoer definieert dan wel omvat geschikt om lucht vanaf buiten aan te trekken; een warmtewisselaar welke geplaatst is in het luchtkanaal; een aan de dwarsverbinding verbonden luchtgeleider welke het luchtkanaal aan één zijde begrenst en welke een blokkade vormt voor luchtstroming parallel aan het binnenwand-buitenwand paar en een luchtuitvoer definieert dan wel omvat geschikt voor het mogelijk maken van een de stal in gerichte luchtstroming.
2. Stal systeem volgens conclusie 1, waarbij: het raamkozijn aan een onderzijde daarvan verbonden is met de dwarsverbinding en hierop steunt; de binnenwand verbonden is aan het paar staanders en zich naar boven uitstrekt tot aan de luchtgeleider; de buitenwand verbonden is aan het paar staanders en/of de dwarsverbinding en welke zich vanaf de dwarsverbinding uitstrekt tot een vooraf bepaalde hoogte boven het maaiveld, waarbij de opening tussen het maaiveld en de buitenwand de luchtinvoer vormt.
3. Stal systeem volgens conclusie 1, waarbij: het raamkozijn aan een bovenzijde daarvan verbonden is met de dwarsverbinding; de binnenwand verbonden is aan het paar staanders en zich vanaf de dakconstructie neerwaarts uitstrekt tot aan de luchtgeleider; de buitenwand verbonden is aan het paar staanders en zich vanaf de dwarsverbinding naar boven uitstrekt tot een vooraf bepaalde hoogte onder de dakconstructie, waarbij de opening tussen de dakconstructie en de buitenwand de luchtinvoer vormt.
4. Stal systeem volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de luchtgeleider een eerste oppervlak omvat dat gekoppeld is aan de dwarsverbinding en in hoofdzaak dwars in het luchtkanaal is geplaatst en een tweede oppervlak omvat dat is verbonden met het eerste oppervlak en dat onder een hoek staat ten opzichte van het eerste oppervlak, waarbij het tweede oppervlak voorzien is van een opening welke de luchtuitvoer definieert, of waarbij een ruimte tussen de binnenwand en het tweede oppervlak de luchtuitvoer definieert.
5. Stal systeem volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de luchtuitvoer en/of de luchtinvoer regelbaar is.
6. Stal systeem volgens conclusie 5, waarbij de luchtgeleider een klep omvat voor het blokkeren of ten minste ten dele vrijgeven van de luchtuitvoer en/of waarbij het stal systeem een klep omvat voor het blokkeren of ten minste ten dele vrijgeven van de luchtinvoer.
7. Stal systeem volgens conclusie 6, omvattende een eerste aanstuurbare actuator voor het bedienen van de klep van de luchtgeleider en/of een tweede aanstuurbare actuator voor het bedienen van de klep voor het blokkeren of ten minste ten dele vrijgeven van de luchtinvoer.
8. Stal systeem volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de warmtewisselaar een veelvoud aan warmtewisseling elementen omvat langs welke de door de luchtinvoer aangetrokken lucht stroomt.
9. Stal systeem volgens conclusie 8, waarbij een temperatuur van de warmtewisseling elementen instelbaar is door het door de elementen laten stromen van een fluïdum, de stal verder omvattende een systeem voor het verwarmen of afkoelen van het fluïdum en een pomp voor het door de elementen pompen van het afgekoelde of verwarmde fluïdum.
10. Stal systeem volgens een van de voorgaande conclusies, verder omvattende een ventilatorsysteem voor het uit het stal systeem afvoeren van lucht naar een omgeving van de stal.
11. Stal systeem volgens conclusie 5-10, verder omvattende een regelsysteem voor het regelen van de temperatuur van de lucht in de stal, waarbij het regelsysteem is voorzien van een temperatuursensor voor het meten van de temperatuur in de stal, en waarbij het regelsysteem is ingericht ten minste de actuator voor de klep van de luchtgeleider en/of de actuator voor de klep voor het blokkeren of ten minste ten dele vrijgeven van de luchtin voer te regelen als ook het systeem voor het verwarmen of afkoelen van het fluïdum in afhankelijkheid van een verschil tussen een gewenste temperatuur en een gemeten temperatuur van de lucht in de stal.
12. Stal systeem volgens conclusie 11, waarbij het regelsysteem verder is ingericht om tevens het ventilatorsysteem te regelen in afhankelijkheid van een verschil tussen een gewenste temperatuur en een gemeten temperatuur van de lucht in de stal als ook een gewenste snelheid waarmee de gewenste temperatuur bereikt dient te worden.
NL2012529A 2014-03-28 2014-03-28 Stal systeem. NL2012529B1 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2012529A NL2012529B1 (nl) 2014-03-28 2014-03-28 Stal systeem.
EP15161692.7A EP2923564B1 (en) 2014-03-28 2015-03-30 Shed system

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2012529A NL2012529B1 (nl) 2014-03-28 2014-03-28 Stal systeem.

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL2012529A true NL2012529A (nl) 2016-01-21
NL2012529B1 NL2012529B1 (nl) 2016-02-15

Family

ID=50639883

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2012529A NL2012529B1 (nl) 2014-03-28 2014-03-28 Stal systeem.

Country Status (2)

Country Link
EP (1) EP2923564B1 (nl)
NL (1) NL2012529B1 (nl)

Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4700887A (en) * 1986-12-29 1987-10-20 Cornell Research Foundation, Inc. Environmental control system for poultry houses
WO2009079722A1 (en) * 2007-12-20 2009-07-02 Kevin John Turner Cooling system for buildings

Family Cites Families (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1011714C2 (nl) 1999-03-31 2000-10-03 Johannes Antonius Maria Van Ze Pluimveestal.

Patent Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4700887A (en) * 1986-12-29 1987-10-20 Cornell Research Foundation, Inc. Environmental control system for poultry houses
WO2009079722A1 (en) * 2007-12-20 2009-07-02 Kevin John Turner Cooling system for buildings

Also Published As

Publication number Publication date
NL2012529B1 (nl) 2016-02-15
EP2923564B1 (en) 2016-10-26
EP2923564A1 (en) 2015-09-30

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US20190373819A1 (en) Multilevel closed ecosystem greenhouse
WO2013120140A1 (en) Fodder growing system and method
NL2012529B1 (nl) Stal systeem.
KR20160050001A (ko) 공기조화 시스템
NL1043187A (en) A greenhouse with air conduits for climate control
EP1243875B1 (en) Geothermal pile having a cavity through which a fluid can flow
JP2018063073A (ja) 地中埋設の管状構造物を利用する熱交換装置
US20160123706A1 (en) Thermal camouflage device and vehicle comprising such a device
WO2016101421A1 (zh) 禽类福利养殖用成套设备
JP6259424B2 (ja) 植物栽培用ハウスの冷暖房装置
FR3017935A1 (fr) Dispositif de chauffage et/ou de climatisation de type puits canadien
KR102388899B1 (ko) 수막복층판을 구비하는 저전력 온실 시스템
EP2806079A2 (en) Cooling roof construction
JP6478227B2 (ja) 空調システム
RU158787U1 (ru) Хранилище сельскохозяйственной продукции
US20150345838A1 (en) Geothermal heat pump system
GB2340928A (en) Heating/cooling structures
EP3800305A1 (en) Tile convection construction
Goetsch et al. Earth tempering of ventilation air
JP6748956B2 (ja) 流路内の流動安定化装置およびそれを備える植物栽培用ハウス、並びに流路内の流動安定化方法
EP3011827A1 (en) Air-conditioning system for greenhouses
KR101522635B1 (ko) 증가된 유효 열교환길이를 가지는 상향 유체흐름 방식의 개방형 지중열교환기
NL2009385C2 (nl) Werkwijze voor klimaatbeheersing van een gebouw door middel van een soepel stralingslichaam.
CN103807902B (zh) 多孔土坯储热的超低温对流辐射供暖系统
US20240255190A1 (en) Systems and methods for utilizing geothermal cooling to cool open air structures

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20190401