NL2000098C2 - Koffiebuil. - Google Patents

Koffiebuil. Download PDF

Info

Publication number
NL2000098C2
NL2000098C2 NL2000098A NL2000098A NL2000098C2 NL 2000098 C2 NL2000098 C2 NL 2000098C2 NL 2000098 A NL2000098 A NL 2000098A NL 2000098 A NL2000098 A NL 2000098A NL 2000098 C2 NL2000098 C2 NL 2000098C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
coffee
sheet
functional ingredient
bag
bump
Prior art date
Application number
NL2000098A
Other languages
English (en)
Inventor
Bert Waldus
Rolf Wilhelmus Hendrikus Hubar
Original Assignee
Drie Mollen Holding B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Drie Mollen Holding B V filed Critical Drie Mollen Holding B V
Priority to NL2000098A priority Critical patent/NL2000098C2/nl
Priority to EP07110061A priority patent/EP1867584A3/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2000098C2 publication Critical patent/NL2000098C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65DCONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
    • B65D85/00Containers, packaging elements or packages, specially adapted for particular articles or materials
    • B65D85/70Containers, packaging elements or packages, specially adapted for particular articles or materials for materials not otherwise provided for
    • B65D85/804Disposable containers or packages with contents which are mixed, infused or dissolved in situ, i.e. without having been previously removed from the package
    • B65D85/8043Packages adapted to allow liquid to pass through the contents
    • B65D85/8046Pods, i.e. closed containers made only of filter paper or similar material

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Packages (AREA)

Description

» *
KOFFIEBUIL
TECHNISCH GEBIED VAN DE UITVINDING
5 De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een gemalen koffie bevattende koffiebuil die geschikt is voor gebruik in een apparaat waarin in korte tijd kopjes koffie gezet kunnen worden door de inhoud van de koffiebuil te extraheren met behulp van heet water.
10 ACHTERGROND VAN DE UITVINDING
Gemalen koffie bevattende koffiebuilen die geschikt zijn voor een dergelijk gebruik, zijn bekend uit de stand der techniek, bijvoorbeeld uit WO 2005/072582. Deze internationale octrooiaanvrage beschrijft ook een koffiezetapparaat waarin zo’n 15 koffiebuil kan worden geëxtraheerd bij een relatief lage druk. Het gebruik van de genoemde koffiebuilen in dergelijke koffiezetapparaten, zoals de commercieel verkrijgbare Severin® KA 5910, de Gustino® TKP3013 van Bosch® en de Senseo® van Philips®, waarbij een pompdruksysteem (1-3 bar) zorgt voor een korte contacttijd tussen heet water en gemalen koffie, biedt als voordeel dat in korte tijd en op 20 eenvoudige wijze één of twee kopjes koffie gezet kunnen worden.
Echter, de kwaliteit van de aldus verkregen koffie is voor verbetering vatbaar. Dit is te bereiken door toevoeging van een functioneel ingrediënt aan de gemalen koffie.
De uitvinders is echter gebleken dat het effect van het functioneel ingrediënt tegenvalt, althans voor verbetering vatbaar is.
25 Doel van de onderhavige uitvinding is derhalve om een koffiebuil te verschaffen waaraan een functioneel ingrediënt is toegevoegd met verbeterde werking.
SAMENVATTING VAN DE UITVINDING
30 Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt door te verschaffen een koffiebuil omvattende: 2000098- 2 • een eerste en tweede vel, die elkaar overlappend bij de omtreksranden onderling verbonden zijn om een gesloten omhulling van een tussen het eerste en tweede vel gelegen binnenruimte te vormen; • een in de binnenruimte opgenomen bed met gemalen koffie; 5 waarbij het eerste en tweede vel waterdoorlatend maar niet permeabel voor de gemalen koffie zijn, met het kenmerk, dat die omhulling is voorzien van een functioneel ingrediënt.
Door het functioneel ingrediënt op de omhulling te voorzien in plaats van in het koffiebed voorkomt men dat de gemalen koffie in het koffiebed het functioneel 10 ingrediënt insluit en/of adsorbeert en het uit de buil komen ervan belemmert. Door het functioneel ingrediënt op de omhulling te voorzien wordt bereikt dat het bij het koffiezetten gebruikte hete water het functioneel ingrediënt goed kan bereiken en kan opnemen. Voorts worden ongewenste interacties tussen de gemalen koffie en het functioneel ingrediënt tegen gegaan wanneer het functioneel ingrediënt op de 15 omhulling is voorzien. Ongewenste interacties kunnen in een veranderde of verminderde werking van het functioneel ingrediënt resulteren.
Opgemerkt wordt dat uit WO 2006/006112 een koffiebuil bekend is volgens de aanhef van conclusie 1. Deze koffiebuil volgens de variant uit figuur 7 van deze publicatie is aan de onderzijde voorzien van een turbulentie generator 60. Dit is echter 20 een mechanisch, constructief element, het is geen functioneel ingrediënt.
GEDETAILEERDE BESCHRIJVING VAN DE UITVINDING
Eén aspect van de onderhavige uitvinding heeft derhalve betrekking op 25 een koffiebuil omvattende: • een eerste en tweede vel, die elkaar overlappend bij de omtreksranden onderling verbonden zijn om een gesloten omhulling van een tussen het eerste en tweede vel gelegen binnenruimte te vormen; • een in de binnenruimte opgenomen koffiebed met gemalen koffie; 30 waarbij het eerste en tweede vel waterdoorlatend maar niet permeabel voor de gemalen koffie zijn, met het kenmerk, dat die omhulling is voorzien van een functioneel ingrediënt.
3
De onderhavige uitvinding beoogt te bewerkstelligen dat functionele ingrediënten die, indien opgenomen in het koffiebed, slecht geëxtraheerd worden bij het koffiezetten toch in hoge mate worden opgenomen in het koffïe-extract. Bij een vergelijkbare dosering is de concentratie van het functioneel ingrediënt in met behulp van de 5 Gustino® TKP3013 koffiezetmachine gezette koffie (één kopje) bij voorkeur tenminste 50%, meer in het bijzonder tenminste 80% and met meeste voorkeur tenminste 100% hoger in het geval een kofïiebuil volgens de uitvinding wordt gebruikt dan in geval een koffiebuil wordt gebruikt waarbij het functioneel ingrediënt homogeen door het koffiebed is verdeeld.
10 Het is volgens de uitvinding van voordeel wanneer het functioneel ingrediënt aan de buitenzijde van de omhulling is voorzien. Hieronder wordt mede verstaan dat het functioneel ingrediënt, vanaf de buitenzijde aangebracht zijnde, in de omhulling geabsorbeerd is. Door het functioneel ingrediënt aan de buitenzijde te voorzien, wordt interactie van het functioneel ingrediënt met de gemalen koffie in het inwendige van de 15 omhulling verregaand tegengegaan, wordt verregaand verzekerd dat het functioneel ingrediënt in het eindproduct terecht komt (het zit al aan de buitenkant en hoeft het vel dus niet te passeren om uit de buil te komen), en is het mogelijk om het functioneel ingrediënt op de buil aan te brengen nadat deze gevormd en met gemalen koffie gevuld is.
20 Het is volgens de uitvinding verder van voordeel wanneer het functioneel ingrediënt in hoofdzaak aan het tweede vel van de omhulling is voorzien. Aldus is te bereiken dat het moment dat het functioneel ingrediënt met het hete water in contact komt ten opzichte van het moment van passage van hete water door het koffiebed bepaalbaar is. Afhankelijk van de eigenschappen van het functioneel ingrediënt kan dit 25 voor of na passage door het koffiebed zijn. Wanneer het tweede vel, in gebruik, de zijde van de buil is waar het hete water de buil verlaat, heeft dit als voordeel dat de omhulling niet permeabel hoeft te zijn voor het, al dan niet opgeloste, functioneel ingrediënt. Indien het functioneel ingrediënt bijvoorbeeld een schuimmiddel is, wordt aldus voorkomen dat het schuim gedeeltelijk of zelfs geheel in de omhulling 30 achterblijft zodat de schuimende werking van het schuimmiddel aanzienlijk bevorderd wordt.
Het is hierbij volgens de uitvinding verder van voordeel wanneer het tweede vel een centrale zone en een daaromheen gelegen omliggende zone omvat, wanneer het 4 functioneel ingrediënt in hoofdzaak in de centrale zone is voorzien, en wanneer, beschouwd in de uitstrekkingsrichting van het eerste en tweede vel, het bed een beddiameter heeft die groter is dan de diameter van de centrale zone. Door het centrum van de buil passeert relatief meer heet water dan door de randzones, althans het heet 5 water dat door het centrum passeert zal inniger contact maken met de gemalen koffie in de buil dan het water dat door de randzone passeert. Het is dit (centrum) gedeelte van het hete water waar de effectiviteit van het functioneel ingrediënt relatief het grootste is.
Hier komt nog eens bij dat zeer vele gangbare koffiebuilhouders in 10 koffiemachines een bodem hebben met centraal een afwaterend gedeelte met een of meer kanalen en/of afvoeropeningen en daaromheen gelegen een randzone welke niet afwaterend is. Voorbeelden hiervan uit de octrooiliteratuur zijn chronologisch ondermeer: US-3,610,132 (1970) figuren 6, 7 en 8 een centraal bodemgedeelte 72,78 met in het midden een afvoergat 79 en tussen radiale schotten 81 gelegen kanalen; DE-15 74.30109 (1976) van Bosch met in fig. 3 een bodem met in het centrale gedeelte boringen 102; NL-84.03438 (1986) van Drie Mollen met in de bodem centraal een geperforeerde plaat 5; EP-555.775 (1993) van Domei met in de bodem centraal een geperforeerde plaat 52; EP-710.462 (1996) van IllyCaffe met een in de bodem centraal een geperforeerde plaat 5A; EP-904.717 (1999) van Sara Lee/DE met in figuur 1 in een 20 eerste uitvoering een bodem met centraal gedeelte voorzien van kanaalvormige groeven 14 en in figuur 7 in een tweede uitvoering een bodem met centraal gedeelte voorzien van pennen 46 met een daartussen gelegen kanalenstelsel 49; WO-2005/072573 (2005) van Bosch/Siemens met een centraal gedeelte 422 voorzien van pennen 424 met een daartussen gelegen kanalenstelsel. Voorts is het al sedert 1985 - of eerder - bekend om 25 bij espressomachines koffiebuidels van filterpapier gevuld met gemalen koffie te plaatsen in de - oorspronkelijk - voor losse koffie bedoelde ‘basket’. Voorbeelden van dergelijke als koffiebuilhouder gebruikte baskets worden onder meer getoond in EP-496.688 onderdeel 10; US 5,447,631 fig. 1-3; EP 727.164 onderdeel 4. Al deze baskets (waaronder ook andere niet getoonde modellen) hebben gemeen dat het centrale bodem 30 gedeelte, dat doorgaans vlak is, middels vele kleine perforaties (afvoeropeningen) als zeef is uitgevoerd en dat daaromheen een dichte ringzone van de bodem ligt welke doorgaans licht tot sterk helt. Voor dergelijke espresso baskets worden onder meer geleverd koffiebuilen in de vorm van zogenaamde ‘pods’, waarbij het koffiebed een 5 harde geperste massa vormt, alsook in de vorm van zogenaamde ‘pads’, waarbij het koffiebed een ongeperste losse massa is welke door omhullend fïlterpapier enigszins in vorm gehouden wordt. Ook het centrale afwaterende gedeelte in dergelijke kofïiebuilhouders heeft tot effect dat de effectiviteit van het functioneel ingrediënt 5 relatief het grootste is wanneer dit in hoofdzaak in het centrale gedeelte van het tweede vel is voorzien.
Opgemerkt wordt dat alhoewel koffïebuilen in de praktijk - beschouwd in de uitstrekkingsrichting van de vellen - doorgaans rond zijn, ze - beschouwd in de uitstrekkingsrichting van de vellen - ook rechthoekig, vierkant, zeshoekig, achthoekig 10 of anderszins van vorm kunnen zijn. Het zal de vakman duidelijk zijn dat in geval van een van rond afwijkende vorm, het begrip ‘diameter’ gezien dient te worden als de afmeting van de buil beschouwd langs een rechte lijn die zich uitstrekt door het centrum van de buil en evenwijdig aan de uitstrekkingsrichting van de vellen.
Bij voorzien van het functioneel ingrediënt in hoofdzaak in de centrale zone van 15 het tweede vel, is het volgens de uitvinding verder van voordeel wanneer de diameter van de centrale zone tenminste circa 20% van de grootte van de beddiameter bedraagt. Het is de uitvinders gebleken dat het effect van het functioneel ingrediënt ten goede komt, wanneer de centrale zone, waar het functioneel ingrediënt in hoofdzaak is voorzien, groter is dan 20% van de beddiameter. Uitvinders vermoeden dat wanneer die 20 centrale zone kleiner dan 20% genomen wordt, dat dan relatief te veel van het hete water het functioneel ingrediënt passeert buitenlangs die centrale zone. Het is uitvinders hierbij verder gebleken dat het effect van het functioneel ingrediënt verder ten goede komt wanneer de diameter van die centrale zone tenminste circa 35%, zoals tenminste circa 40%, van de grootte van de beddiameter bedraagt. Uitvinders 25 vermoeden dat hier een rol speelt dat aanbrenging van het functioneel ingrediënt op het tweede vel de water- doorlaatbaarheid van dat tweede vel vermindert ter plaatse van het functioneel ingrediënt, dat hierdoor het hete water nijgt om het tweede vel te willen passeren in de omliggende zone, en dat het hete water aldus een verminderd contact heeft met het functioneel ingrediënt.
30 Bij voorzien van het functioneel ingrediënt in hoofdzaak in de centrale zone van het tweede vel, is het volgens de uitvinding verder van voordeel wanneer de diameter van de centrale zone ten hoogste circa 80%, zoals ten hoogste circa 70%, van de grootte van de beddiameter bedraagt. Met verwijzing naar de eerder besproken niet 6 afwaterende randzones van gangbare koffiebuilhouders, komt hier nog bij dat ter hoogte van het randgebied van het kofïiebed onder de buil geen afwatering naar de uitlaat van die koffiebuilhouders is voorzien. Sterker nog, zodra de velvormige omhulling van de buil nat is, zal dit nijgen tot een soort verkleving met onderliggende 5 vlakdelen waar het respectieve vel contact mee maakt. Op deze plaatsen van ‘verkleving’ zal het hete water belemmerd worden om de koffiebuil te verlaten. Het hete water zal daardoor nijgen om het koffïebed te willen passeren door gebieden die overlappen met plaatsen waar het aan de uitstroomzijde gelegen vel van de buil geheel of gedeeltelijk vrij ligt. Het hete water zal daardoor bij in de praktijk gangbare 10 koffiebuilhouders het koffïebed nauwelijks of niet verlaten aan de randgebieden van het koffïebed. Voorzien van het functioneel ingrediënt in dit randgebied is derhalve minder effectief, en zelfs niet effectief wanneer het tweede vel, in gebruik, het aan de uitstroomzijde van de buil gelegen vel is.
Met het oogmerk om een universele koffiebuil te verschaffen die bij uiteen 15 lopende gangbare koffiebuilhouders toepasbaar is met als resultaat koffie van zoveel mogelijk gelijke kwaliteit, is het, mede ook het in de voorgaande alinea uiteengezette in aanmerking nemende, van voordeel wanneer de diameter van de centrale zone ten hoogste circa 60%, zoals circa 50%, van de grootte van de beddiameter bedraagt. Uitvinders is namelijk gebleken dat de diameter van het centrale afwaterende gedeelte 20 van de bodem van gangbare koffiebuilhouders bijna altijd groter is dan 50% a 60 % van de diameter van die bodem, en dat gangbare kofïiebuilen doorgaans altijd afmetingen hebben die overeenstemmen met die van de bodem van de builhouder waar ze voor bestemd zijn.
Het is volgens de uitvinding verder van voordeel wanneer het functioneel 25 ingrediënt een functioneel ingrediënt is dat snel door heet water wordt opgenomen.
Met de terminologie “dat snel door heet water wordt opgenomen” wordt bedoeld dat het functioneel ingrediënt snel dispergeert en/of oplost in water met een temperatuur van tenminste 80 °C. Bij voorkeur wordt tenminste 30 gew.%, meer in het bijzonder tenminste 60% en met meeste voorkeur tenminste 80 gew.% van het functioneel 30 ingrediënt opgenomen indien met behulp van de koffiebuil een kopje koffie wordt gezet in een Gustino® TKP3013 koffiezetmachine of in een machine met vergelijkbare extractiecondities, zoals de Senseo® koffiezetmachine of de Severin® KA 5910. De extractiecondities in de genoemde koffiezetmachines kunnen als volgt worden 7 samengevat: Voor 1 tot 2 kopjes koffie wordt 100 tot 300 ml water met een temperatuur van 70°C - 90°C, in een tijdsduur van 20-60 seconden door een koffiebuil, met daarin 6-16 gram koffie, geperst onder een druk van, gemeten aan de instroomzijde van de koffiebuil, 1-3 bar.
5 De extractie condities vertonen per type koffiezetmachine in de praktijk verschillen. Voorts zijn er koffiebuilen op de markt met iets verschillende hoeveelheden koffie erin. Voor de koffiebuil kan doorgaans een gewicht van ongeveer 7 gram aangehouden worden. Bij de Severin® zijn de extractie condities voor 1 respectievelijk 2 kopjes : ongeveer 75°C; ongeveer 2 bar (opgaaf fabrikant); ongeveer 10 20 seconde voor 1 kopje en ongeveer 40 seconde voor 2 kopjes (opgaaf fabrikant); ongeveer 125 ml voor een kopje en ongeveer 250 ml voor twee kopjes (opgaaf fabrikant); 1 buil van ongeveer 7 gram voor 1 kopje en twee builen van elk ongeveer 7 gram voor twee kopjes. Bij de Senseo® zijn deze condities voor 1 respectievelijk 2 kopjes : ongeveer 80°C; ongeveer 1,5 bar (opgaaf fabrikant); ongeveer 25 seconde voor 15 1 kopje en ongeveer 40 seconde voor 2 kopjes; ongeveer 120 ml voor een kopje en ongeveer 240 ml voor twee kopjes; 1 buil van ongeveer 7 gram voor 1 kopje en twee builen van elk ongeveer 7 gram voor twee kopjes. Bij de Gustino® zijn deze condities voor 1 respectievelijk 2 kopjes : ongeveer 70°C; ongeveer 2,5 bar (opgaaf fabrikant); ongeveer 36 seconde (opgaaf fabrikant) voor 1 kopje en ongeveer 48 seconde voor 2 20 kopjes; ongeveer 125 ml voor een kopje en ongeveer 250 ml voor twee kopjes (opgaaf fabrikant); 1 buil van ongeveer 7 gram voor 1 kopje en twee builen van elk ongeveer 7 gram voor twee kopjes.
Het is volgens de uitvinding verder van voordeel wanneer het eerste vel en het tweede vel een eerste respectievelijk tweede zijde van de koffiebuil bepalen en wanneer 25 die eerste en tweede zijde visueel onderscheidbaar zijn uitgevoerd. Door de eerste en tweede zijde visueel onderscheidbaar uit te voeren weet de gebruiker welke zijde welke zijde is en hoe de koffiebuil voor juist gebruik in de builhouder geplaatst dient te worden. Een visueel onderscheid is eenvoudig te verkrijgen door de omhulling te voorzien van een markering. Markeringen op koffiebuilen zijn uit de stand van de 30 techniek als zodanig bekend. De firma Sara Lee/DE plaatst bijvoorbeeld op haar filterpapieren koffiebuilen als bestemd voor het koffieapparaat gebaseerd op onder meer EP-904.717 de aanduiding “Senseo”. Voorts zal, afhankelijk van het type functioneel ingrediënt, het functioneel ingrediënt zelf ook een dergelijk visueel 8 onderscheid kunnen verschaffen. In aanmerking genomen dat de werking van het functioneel ingrediënt doorgaans het effectiefste zal zijn wanneer het functioneel ingrediënt niet door het koffiebed hoeft te passeren, is het hierbij van verder voordeel wanneer de eerste zijde, in gebruik, de instroomzijde van de buil is en wanneer de 5 tweede zijde, in gebruik, de uitstroomzijde van de buil is.
Het is volgens de uitvinding verder van voordeel wanneer de eerste zijde in hoofdzaak plat is en wanneer, vanaf het uitwendige van de buil beschouwd, de tweede zijde een gebold, of anders gezegd convexachtig, voorkomen heeft. Aldus wordt onder meer op eenvoudige wijze een visueel onderscheid tussen de eerste en de tweede zijde 10 verschaft.
De koffiebuil volgens de onderhavige uitvinding is in het bijzonder geschikt voor het verbeteren van de kwaliteit van zogenaamde 1 a 2 portie builen. Het is daarom van verder voordeel wanneer het koffiebed een gewicht heeft gelegen tussen 5 en 20 gram, meer in het bijzonder 6 a 8 gram of 12 è 16 gram bedraagt. Een gangbaar 15 gewicht voor het koffiebed voor een enkele portie koffie is ongeveer 7 gram en voor twee porties of een dubbele portie is dit gewicht ongeveer 14 gram.
Het functioneel ingrediënt laat zich volgens de uitvinding eenvoudig aanbrengen als een coating. De coating kan op uiteenlopende wijzen worden aangebracht, zoals door sproeien, spuiten, smeren middels een strijkorgaan, print/druk technieken etc. De 20 coating kan op de omhulling aangebracht worden na het vormen en vullen hiervan, doch de coating kan ook voorafgaand aan het vormen en vullen van de omhulling zijn aangebracht op een vel of baan velmateriaal, waaruit het latere vel voor de omhulling voortkomt. Het eerste en tweede vel kunnen vervaardigd zijn uit een materiaal dat is gekozen uit de groep omvattende papier, textiel en combinaties daarvan. Filterpapier 25 heeft als groot voordeel dat het goedkoop en eenvoudig te verwerken is.
Bij een functioneel ingrediënt dat slechts langzaam wordt opgenomen in heet water indien het door het koffiebed verdeeld is, heeft de uitvinding als groot voordeel dat voorziening hiervan op de omhulling in hoge mate verzekert dat dit functioneel ingrediënt toch in het uiteindelijk resulterende product, het kopje koffie, terecht komt. 30 Dit voordeel zal zich in het bijzonder voordoen wanneer het functioneel ingrediënt aan de buitenzijde en uitstroomzijde van de koffiebuil is voorzien, doch kan zich ook voordoen wanneer het functioneel ingrediënt aan de instroomzijde van de koffiebuil is voorzien. Indien het functioneel ingrediënt slecht opgenomen wordt in heet water of als 9 het functioneel ingrediënt, na in water te zijn opgenomen, met moeite de omhulling passeert, kan het bijzonder voordelig zijn indien het functioneel ingrediënt aan de buitenzijde en uitstroomzijde van de koffiebuil is voorzien.
De voordelen van de onderhavige uitvinding zijn bijzonder evident in geval het 5 functioneel ingrediënt slecht oplosbaar is in heet water. Met “slecht oplosbaar” wordt bedoeld dat indien 1 gram van het functioneel ingrediënt met een lepel wordt toegevoegd aan een glas dat vooraf gevuld is met 150 ml water met een temperatuur van 80 °C, niet meer dan 50% van het functioneel ingrediënt is opgelost na 2 minuten onder statische omstandigheden, d.w.z. zonder roeren.
10 De onderhavige uitvinding brengt ook binnen bereik de toepassing van een functioneel ingrediënt waarvoor de omhulling, na opname van dat functioneel ingrediënt in water, in geringe mate permeabel of zelfs niet-permeabel is. Met “in geringe mate permeabel” wordt bedoeld dat, indien de op de omhulling aanwezige hoeveelheid van het functioneel ingrediënt wordt opgenomen in 150 ml water met een 15 temperatuur van 80 °C , de omhulling minder dan 50%, bij voorkeur van minder dan 30% permeabel is voor het functioneel ingrediënt, indien men het resulterende waterige mengsel onder invloed van de zwaartekracht door één vel van de omhulling laat passeren.
Het functioneel ingrediënt kan volgens de uitvinding onder meer omvatten: 20 · een of meer melkbestanddelen; en/of • een bruismiddel; en/of • eiwit; en/of • een aroma; en/of • een verdikkingsmiddel; en/of 25 · een kleurstof, bijvoorbeeld om het schuim te kleuren of om het koffïe-extract te kleuren; en/of • een emulgator; en/of • vet; en/of • combinaties van voorgaande.
30 Bijzonder voorkeur gaat uit naar een functioneel ingrediënt gekozen uit de groep bestaande uit melkbestanddelen, eiwit, vet, bruismiddel, emulgator en combinaties van deze ingrediënten. Een voorbeeld van een melkbestanddeel dat met 10 voordeel kan worden toegepast als melkbestanddeel is lactosevrij weipoeder, al dan niet aangevuld met additionele ingrediënten zoals vet en emulgator.
Volgens een bijzondere voorkeursuitvoering van de uitvinding is het functioneel ingrediënt een schuimmiddel. Eiwitten, vet en/of emulgatoren kunnen met voordeel 5 worden ingezet als schuimmiddel. Met de term “schuimmiddel” worden functionele ingrediënten aangeduid die schuimvorming versterken en/of gevormd schuim stabiliseren.
Met de term “bruismiddel” wordt verwezen naar ingrediënten die in contact met heet water gas vormen en die zodoende kunnen bijdragen aan schuimvorming.
10 Daarnaast kan een bruismiddel met voordeel worden gecombineerd met een ander functioneel ingrediënt aangezien de bruisende werking bij contact met water ertoe bij zal dragen dat dit andere ingrediënt snel in het water gedispergeerd wordt en daardoor sneller wordt opgenomen in de met behulp van de onderhavige koffiebuidel gezette koffie. Als bruismiddel kunnen verbindingen worden toegepast die in aanwezigheid 15 van water ontleden en waarbij een gasvormig ontledingsproduct wordt gevormd.
Tevens is het mogelijk om een mengsel van verbindingen toe te passen die in aanwezigheid van water met elkaar reageren onder de vorming van een gasvormig reactieproduct. Het door het bruismiddel gegenereerde gas is bij voorkeur kooldioxide, stikstof, zuurstof of een combinatie van één of meer van deze gassen. De meeste 20 voorkeur gaat uit naar een bruismiddel dat, onder invloed van heet water, kooldioxide gas produceert. Een voorbeeld van bruismiddelen die met voordeel kunnen worden toegepast zijn mengsels van bicarbonaat en wateroplosbaar zuur.
Als emulgator wordt bij voorkeur een olie-in-water emulgator ingezet, d.w.z. een emulgator die de vorming van een olie-in-water emulsie bevordert. Voorbeelden 25 van emulgatoren die met voordeel als functioneel ingrediënt worden ingezet zijn: fosfolipiden, monoglyceriden, diglyceriden, esters van voedingszuren en monoglyceriden, esters van voedingszuren en diglyceriden en combinaties hiervan. Bij voorkeur wordt als emulgator een fosfolipide, monoglyceride, diglyceride of een mengsel hiervan toegepast.
30 Het gebruik van vet als functioneel ingrediënt biedt als voordeel dat het mondevoel en/of het schuimgedrag van de met de onderhavige koffiebuil gezette koffie verbeterd kunnen worden. Als vet kan een bij kamertemperatuur vloeibaar vet worden toegepast of een vet dat bij kamertemperatuur vast is. Bij voorkeur wordt een vet 11 toegepast dat bij 20 °C vast is, meer in het bijzonder een vet dat bij die temperatuur tenminste 5%, met meeste voorkeur tenminste 10% vast vet bevat.
De onderhavige uitvinding omvat ook de toepassing van een mengsel van twee, drie of meer verschillende functionele ingrediënten. Bij voorkeur zijn deze mengsels 5 van functionele ingrediënten homogeen vermengd. Naast de één of meer functionele ingrediënten kan de omhulling voorzien zijn van bijvoorbeeld een drageimateriaal. De op de omhulling aangebrachte samenstelling die de één of meer functionele ingrediënten bevat, bestaat bij voorkeur voor tenminste 10 gew.%, meer in het bijzonder voor tenminste 30 gew.% en met meeste voorkeur voor tenminste 50 gew.% 10 uit één of meer functionele ingrediënten. Laatstgenoemde samenstelling bestaat met bijzonder voorkeur uitsluitend uit materialen die volgens de EG-richtlijnen zijn toegestaan voor gebruik in voedingsmiddelen, en met name voor gebruik in koffie.
Een bijzondere voorkeursuitvoering van de onderhavige uitvinding betreft een koffiebuil waarvan de omhulling voorzien is van een mengsel van vet en eiwit. Bij 15 gebruik van een geschikte hoeveelheid vet en eiwit, wordt met behulp van een dergelijke koffiebuil een koffie verkregen die qua uiterlijk en smaak vergelijkbaar is met bijvoorbeeld “koffie met melk” of cappuccino. Ter verkrijging van een optimale smaak, verdient het de voorkeur om botervet in te zetten als functioneel ingrediënt. Daarnaast wordt als eiwit bij voorkeur gebruik gemaakt van een zuiveleiwit, meer in 20 het bijzonder wei-eiwit. Naast vet en eiwit wordt met voordeel emulgator als additioneel functioneel ingrediënt op de omhulling aangebracht. Bij voorkeur wordt gebruik gemaakt van mono- en/of diglyceriden of een esters hiervan.
Bijzondere voorkeur gaat verder uit naar een koffiebuil waarvan de omhulling voorzien is van een mengsel van een schuimmiddel en vet, meer in het bijzonder van 25 een mengsel van schuimmiddel, vet en emulgator. Bij het opbrengen van het schuimmiddel op de omhulling wordt bij voorkeur geen gebruik gemaakt van water omdat dit tot voortijdige gasvorming zal leiden. Door het bruismiddel te dispergeren in vet, kan het resulterende mengsel eenvoudig om de omhulling worden aangebracht en gefixeerd, in het bijzonder als gebruik wordt gemaakt van een dispersie van het 30 schuimmiddel in gesmolten vet en dit vet bij kamertemperatuur stolt. Door de werking van het bruismiddel zal het vet bij contact met water snel gedispergeerd worden. De snelheid waarmee het vet en het bruismiddel gedispergeerd worden kan nog verder 12 verbeterd worden door naast het vet en schuimmiddel ook nog een emulgator, met name een olie-in-water emulgator aan te brengen op de omhulling.
Volgens een voorkeursuitvoering wordt de omhulling van de onderhavige koffiebuil voorzien van het functioneel ingrediënt door een waterige dispersie of 5 oplossing van het functioneel ingrediënt aan te brengen op de omhulling en vervolgens het water te verwijderen, bij voorkeur middels drogen.
Volgens een andere voorkeursuitvoering wordt omhulling van de onderhavige koffiebuidel voorzien van het functioneel ingrediënt door een vloeibare lipofiele substantie aan te brengen op de omhulling. Deze lipofiele substantie bevat bij voorkeur 10 tenminste 20 gew.%, meer in het bijzonder tenminste 40 gew.% van een lipide gekozen uit de groep bestaande uit vet en emulgatoren. Daarnaast bevat de lipofiele substantie bij voorkeur een wateroplosbaar bruismiddel. Bij voorkeur is dit wateroplosbaar bruismiddel homogeen gedispergeerd in een lipide fase. Deze lipide fase bevat bij voorkeur een mengsel van vet en emulgator, met name een olie-in-water emulgator.
15 Volgens een verder aspect heeft de uitvinding betrekking op een houder-buil- samenstel voor gebruik in een koffiezetmachine voor het bereiden van koffie, omvattende een builhouder en een koffiebuil volgens de uitvinding, in het bijzonder volgens een der conclusies 1-23; waarbij de builhouder een bodem omvat; waarbij de koffiebuil met het tweede vel op die bodem ligt; waarbij die bodem een centrale 20 drainagezone heeft met tenminste een uitsparing waar het tweede vel vrij ligt van de bodem om koffie-extract uit de koffiebuil te laten stromen; waarbij die bodem een ringzone heeft die zich uitstrekt rondom de drainage zone en die zodanig is uitgevoerd dat het tweede vel, wanneer het tweede vel in gebruik vochtig is, de bodem langs de ringzone contacteert; en waarbij het tweede vel, in het bijzonder het met de drainage 25 zone overlappende gedeelte van het tweede vel, is voorzien van genoemd functioneel ingrediënt. De voordelen hiervan zijn eerder al uiteengezet.
Om eveneens eerder uiteengezette redenen is het hierbij van voordeel wanneer het functioneel ingrediënt in hoofdzaak is voorzien in het met de drainage zone overlappende gedeelte van het tweede vel.
30 Het is bij het houder-buil-samenstel volgens de uitvinding verder van voordeel wanneer, in gebruik, met behulp van de koffiezetmachine heet water onder druk aan de zijde van het eerste vel in de builhouder wordt toegevoerd waardoor het vanaf het eerste vel door de buil wordt geperst voor het extraheren van in de buil opgenomen 13 gemalen koffie en de gevormde koffie bij het tweede vel uit de koffiebuil stroomt en waarbij het functioneel ingrediënt in de uittredende stroom wordt opgenomen.
Het is hierbij volgens de uitvinding verder van voordeel, wanneer de koffiezetmachine is ingericht om het hete water onder zodanige druk toe te voeren dat de druk in 5 de uitlaat van de toevoer hoger is dan 0,5 bar, in het bijzonder 1 bar of hoger. Het is de uitvinders gebleken dat met name bij systemen waarbij water onder effectief uitgeoefende druk en dus in relatief korte tijd —doorgaans binnen 10-30 seconden — door het koffiebed gedrukt worden, in het koffiebed voorziene functionele ingrediënten minder goed uit het koffiebed naar buiten komen. Met name is dit 10 probleem gesignaleerd bij lagere drukken, dat wil zeggen een druk in de uitlaat kleiner is dan 3 bar. Echter ook bij espressosystemen, waarbij gewerkt wordt met drukken van doorgaans 7-15 bar biedt de onderhavige uitvinding grote mogelijkheden tot verbetering van het resulterende product, het kopje koffie. De uitvinding ziet derhalve ook op systemen waarbij de druk in de uitlaat groter is dan 6 bar.
15 Volgens een nog verder aspect heeft de uitvinding betrekking op een koffiezet- samenstel omvattende: • een koffiezetmachine; en • een koffiebuil volgens de uitvinding, in het bijzonder volgens een der voorgaande conclusies 1-23, 20 waarbij de koffiezetmachine een houder omvat met een eerste zijde en tegenoverliggende tweede zijde waartussen de buil opneembaar is; waarbij de eerste zijde van de houder is voorzien van een uitlaat van een toevoer voor heet water en waarbij de tweede zijde van de houder is voorzien van een afvoer voor het afvoeren van in de houder gevormde koffie; waarbij de koffiezetmachine is ingericht om, in gebruik, 25 aan de eerste zijde van de houder heet water onder druk toe te voeren waardoor dit toegevoerde hete water door de buil heen wordt geperst voor het extraheren van in de buil opgenomen gemalen koffie en de daarbij gevormde koffie via de afvoer uit de houder stroomt. De voordelen hiervan zijn eerder al uiteengezet.
Om eveneens eerder al uiteengezette redenen is het hierbij van voordeel, wanneer 30 de koffiezetmachine is ingericht om het hete water onder zodanige druk toe te voeren dat de druk in de uitlaat van de toevoer hoger is dan 0,5 bar, in het bijzonder 1 bar of hoger is. In het bijzonder zal de druk in de uitlaat kleiner zijn dan 3 bar, doch ook bij espresso-apparaten, dat wil zeggen bij een druk in de uitlaat groter dan 5 bar, in het 14 bijzonder 7 tot 15 bar, kan de kwaliteit van het resulterende product overeenkomstig de uitvinding aanzienlijk verbeterd worden.
Bij het koffiezetsamenstel volgens de uitvinding zal in het bijzonder de eerste zijde van de houder de bovenzijde van de houder zijn en de tweede zijde van de houder 5 de onderzijde van de houder zijn.
Volgens een nog weer verder aspect heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een koffiebuidel volgens de uitvinding, waarbij men een vloeistof met daarin het functioneel ingrediënt aanbrengt op het tweede vel, of althans aanbrengt op een velachtig materiaal waaruit het tweede vel gevormd wordt, en 10 vervolgens laat indrogen. In het bijzonder is de vloeistof hierbij een waterige suspensie.
GEDETAILEERDE BESCHRIJVING VAN EEN UITVOERINGSVORM VAN DE UITVINDING 15
De onderhavige uitvinding zal in het navolgende aan de hand van een in de tekening schematisch weergegeven voorbeeld nader worden toegelicht. Hierin toont: Figuur 1 schematisch, in doorsnede een koffiebuil volgens de uitvinding;
Figuur 2, overeenkomstig pijl II in figuur 1, een schematisch aanzicht op de 20 onderzijde van de koffiebuil uit figuur 1;
Figuur 3, overeenkomstig pijl III in figuur 4, een schematisch aanzicht op de bovenzijde van een koffiebuilhouder;
Figuur 4 dezelfde koffiebuilhouder als in figuur 3, echter thans in doorsnede met op enige afstand erboven de koffiebuil uit de figuren 1 en 2; 25 Figuur 5 een sterk geschematiseerde weergave van een koffiezetsamenstel volgens de uitvinding; en
Figuur 6 schematisch, in doorsnede een verdere koffiebuil volgens de uitvinding.
Figuren 1 en 2 tonen een koffiebuil 1 volgens de uitvinding. Deze koffiebuil heeft 30 aan de bovenzijde een eerste vel 2 en aan de onderzijde een tweede vel 3. Deze vellen 2 en 3 zijn langs hun omtreksrand door een sealnaad 6 onderling verbonden tot een gesloten omhulling met daarin een binnenruimte. In de binnenruimte is een koffiebed 4 met gemalen koffie opgenomen. Als zodanig kunnen er ook nog andere bestanddelen 15 dan alleen gemalen koffie in het koffiebed zitten.
De vellen 2 en 3 zijn beide waterdoorlatend maar niet permeabel voor de gemalen koffie. De vellen 2 en 3 kunnen uit in wezen elk materiaal met deze eigenschappen vervaardigd zijn. Tot deze materialen behoren in elk geval papier en textiel. In de 5 praktijk worden dergelijke koffïebuilen tot nu toe gemaakt van filterpapier. Filterpapier heeft zich bij de bereiding van koffie al zeer lang als geschikt filtermateriaal bewezen en is relatief goedkoop en gemakkelijk te verwerken. De vellen 2 en 3 zijn om deze reden in het bijzonder uit filterpapier vervaardigd.
De in figuren 1 en 2 afgebeelde fïlterbuil is een buil voor 1 portie koffie. De buil 10 zal afhankelijk van het koffiemelange en de gewenste sterkte voor een portie gewone koffie van 125 tot 175 ml doorgaans circa 7 gram gemalen koffie bevatten. Voor espresso koffie, cappuccino koffie etcetera kunnen de porties een andere grootte hebben en het aantal grammen aan gemalen koffie afwijken. Ook kan de koffiebuil voor een grotere, bijvoorbeeld dubbele, hoeveelheid koffie per portie of voor twee 15 porties geschikt zijn. Ook dit zal aanleiding geven tot afwijkende gewichten voor het koffiebed. Uitgaande van één tot twee porties en rekening houdende met verschillende koffiesoorten, zal het gewicht aan koffie in de koffiebuil in het algemeen gelegen zijn in het bereik vanaf ongeveer 5 gram tot en met ongeveer 20 gram.
Dergelijke koffiebuilen voor 1 a 2 porties zijn in de praktijk ook wel bekend 20 onder de namen pouch, pad of pod.
Overeenkomstig de uitvinding is de omhulling 2, 3 van de koffiebuil 1 voorzien van een functioneel ingrediënt. In figuren 1 en 2 is dit functioneel ingrediënt schematisch als een laag 5 aangeduid. Dit ter veraanschouwelijking van de uitvinding. Afhankelijk van het type functioneel ingrediënt kan het in de praktijk met het blote oog 25 nauwelijks tot niet of juist wel waarneembaar zijn.
Overeenkomstig de uitvinding is het functioneel ingrediënt in het bijzonder extern op de omhulling voorzien, dat wil zeggen voorzien aan, vanaf, de buitenzijde van de omhulling. Onder extern wordt zowel verstaan ‘aangebracht op’ de buitenkant van een vel 2,3 van de omhulling, zoals gesuggereerd middels de bij wijze van 30 illustratie in figuur 1 getoonde laag 5, alsook ‘opgenomen in’ een vel 2, 3 van de omhulling, zoals bijvoorbeeld geabsorbeerd of geadsorbeerd. Extern kan daarbij volgens de uitvinding zijn volledig ‘aangebracht op’, of volledig ‘opgenomen in’, of een combinatie van ‘aangebracht op’ en ‘opgenomen in’. ‘Aangebracht op’ heeft als 16 voordeel dat het functioneel ingrediënt tot aan gebruik volledig gescheiden is van het koffiebed; en dat, met name wanneer het aan de uitstroomzijde van de buil is voorzien, het functioneel ingrediënt gemakkelijk goed en volledig van de buil los kan komen en in het kopje terecht kan komen. Opgenomen in’ heeft als voordeel dat het functioneel 5 ingrediënt beter beschermd is tegen voortijdig loskomen van de buil, zoals bijvoorbeeld tijdens transport door mechanisch inwerking zou kunnen gebeuren bij ‘aangebracht op’; dat het tot inniger contact met het hete water kan komen doordat het vel bij ‘aangebracht in’ meer nijging heeft om het functioneel ingrediënt te willen vasthouden; dat loskomen van het vel, met name wanneer het aan de uitstroomzijde van de buil is 10 voorzien, in hoge mate verzekerd is omdat het functioneel ingrediënt vanaf de buitenzijde is aangebracht en dus in de richting van de buitenzijde weer zal willen loslaten. ‘Aangebracht op’ in combinatie met ‘opgenomen in’ heeft als voordeel dat het aldus mogelijk is om meer functioneel ingrediënt per vierkante cm veloppervlak aan de koffiebuil te voorzien. Voorts is het zo dat tengevolge van de eigenschappen van 15 filterpapier bij aanbrenging van het functioneel ingrediënt dit functioneel ingrediënt doorgaans vanzelf gemakkelijk in het filterpapier opgenomen zal worden. Het nemen van additionele maatregelen ter voorkoming hiervan is mogelijk maar in het algemeen niet nodig.
Verwijzend naar Figuren 1 en 2 is verder te zien dat het koffiebed een diameter 20 Dbed heeft, welke in wezen samenvalt met de binnenrand van de sealnaad 6. Voorts is bij de in Figuren 1 en 2 afgebeelde uitvoering van de uitvinding het functioneel ingrediënt voorzien in een centrale zone C van het tweede vel 3, welke centrale zone een diameter d heeft. Deze centrale zone C van het tweede vel is omgeven door een daaromheen liggende omliggende zone 21 van het tweede vel. Deze omliggende zone 25 21 is ringvormig en strekt zich uit over R vanaf de buitenrand van de centrale zone C
tot aan de buitenrand van het koffiebed 4, welke hier samenvalt met de binnenrand van de sealnaad 6. Beschouwd in de horizontale tekenrichting volgens figuur 1, geldt voor de breedte R van de omliggende zone 21 dan: R = ( DBed — d) / 2. Tengevolge van de kromming waarlangs het vel 2 verloopt, zal de langs het vel 2 opgemeten breedte groter 30 zijn dan R.
Bij de koffiebuil volgens Figuren 1 en 2 is het bovenste, eerste vel 2 vlak uitgevoerd. Dit heeft tot voordeel dat men direct het onderscheid tussen het eerste 2 en tweede 3 vel kan zien en aldus, eventueel na raadpleging van een gebruiksinstructie, 17 weet welk vel het uitstroomvel van de buil is waardoorheen het water de buil bij correct gebruik dient te verlaten en welk vel het instroomvel is via welke het water aan de buil toegevoerd dient te worden. Opgemerkt zei echter dat de koffiebuil volgens de uitvinding ook zeer wel een eerste vel 2 kan hebben dat in vorm ongeveer gelijk is aan 5 de vorm van het tweede vel 3 maar ten opzichte van het tweede vel 3 gespiegeld zal zijn geplaatst. Eventuele onderscheidbaarheid tussen het eerste vel en het tweede vel van de buil is dan te realiseren door een visueel waarneembare markering, zoals een opgedrukt of ingedrukt teken, een reliëf of het gebruik van een eerste vel en een tweede vel met onderling verschillende textuur.
10 Figuur 3 toont een doorsnede van een voorbeeld van een builhouder voor een houder-buil-samenstel volgens de uitvinding en Figuur 4 toont dit houder-buil-samenstel in doorsnede, waarbij echter de koffiebuil zwevend boven de builhouder is afgebeeld in plaats van erin liggend.
De builhouder 7 is inwendig schaalvormig met een schaalbodem 8, 9 en 10. De 15 vorm van de schaalbodem correspondeert met de vorm van het aan de uitstroomzijde van de buil gelegen vel, hier het tweede vel 3. Ook de afmetingen van het aan de uitstroomzijde van de buil gelegen vel 3 en de schaalbodem 8, 9, en 10 zullen corresponderen. Onder corresponderen wordt echter niet verstaan dat ze exact het zelfde dienen te zijn. Voor wat betreft de vorm is het bijvoorbeeld zo dat bij een 20 ongeperst kofïiebed het bed in vorm aanpasbaar is, of anders gezegd niet volledig vormvast is. Voorts zal het duidelijk zijn dat bijvoorbeeld de breedte van de sealnaad 6 een stuk kleiner kan zijn dan de breedte van het hiermee corresponderende deel 8 van de bodem; en dat ook de afmetingen van het vel 3 wat kleiner kunnen zijn dan die van de schaalbodem om de koffiebuil gemakkelijk in de schaal te kunnen plaatsen.
25 De schaalbodem van de builhouder 7 heeft een buitenste ringzone 8 en centraal een drainage zone 10. De drainage zone 10 vormt een afwaterend gedeelte waar het hete water eerste de buil kan verlaten en vervolgens de builhouder kan verlaten. De drainage zone 10 heeft centraal een afvoergat 12 voor afVoer van gevormde koffie uit de builhouder 7. Daarom heen is sprake van een verdiept liggend bodemvlak 22 dat 30 bij voorkeur in de richting van het afvoergat 12 afwaterend is opgesteld. Op dit bodemvlak 22 zijn opstaande uitsteeksels 11 voorzien. In het getoonde voorbeeld zijn dit 4 radiale ribben, het kunnen echter ook meer of minder van die ribben zijn. De uitsteeksels kunnen ook pennen zijn, zoals bijvoorbeeld bekend uit EP 904.717 figuren 18 7-10. De uitsteeksels 11 zorgen ervoor dat het vel 3 hier vrij ligt van het bodemvlak 22 opdat het hete water hier onbelemmerd uit de buil kan komen.
Rondom de drainage zone 10 ligt een ringzone 9 die zodanig is uitgevoerd dat het tweede vel 3 dit contacteert wanneer de buil in de builhouder geplaatst is. Dit contact 5 zal inniger zijn wanneer het tweede vel bevochtigd is. Enigszins afhankelijk van de vlakheid van de ringzone 9 zal dan een afdichting kunnen ontstaan doordat het tweede vel 3 hier als het ware verkleef! met de ringzone 9. In deze ringzone 9 zal geen, althans beduidend minder dan in de drainage zone, heet water uit de buil komen. De aanligging en verkleving van het tweede vel 3 aan de ringzone 9 werken dit hier tegen.
10 In figuur 4 is te zien dat de diameter (d in figuren 1 en 2) van de centrale zone 5 met functioneel ingrediënt kleiner is dan de diameter van de drainage zone 10. Aldus is verzekerd dat er zich geen functioneel ingrediënt bevindt ter plaatse van de ringzone 9, waar het belemmerd zou worden om van de buil los te komen doordat heer weinig of geen water uit de buil treedt. Als zodanig kan de diameter d van de centrale zone 5 ook 15 gelijk zijn aan de diameter van de drainage zone 10. In de praktijk zal de diameter d zodanig gekozen worden dat de buil bij een range van verschillende builhouders toepasbaar is op een wijze dat de centrale zone 5 zoveel mogelijk binnen alle drainage zones van die verschillende builhouders past. De praktijk leert in dit opzicht dat bij de meeste builhouders de drainage zone een diameter heeft die tenminste circa 50 a 60 % 20 beslaat van de diameter van het koffiebed van de bij die respectieve builhouder te gebruiken koffiebuil. Daaruit volgt dat voor universele toepasbaarheid bij verschillende builhouders (voor overigens ongeveer gelijk bemeten builen) de diameter van de van funtioneel ingredient voorziene centrale zone ten hoogste ongeveer 60% van de koffïebeddiameter bedraagt.
25 In de praktijk zal een koffiebuil, zoals afgebeeld in figuren 1, 2 en 6, voor 1 portie koffie in het algemeen 6 a 8 gram gemalen koffie, doorgaans ongeveer 7 gram gemalen koffie, bevatten en een beddiameter Dbed van 60 a 65 mm hebben, zoals 62-63 mm.
Figuur 5 toont zeer schematisch een kofïiezetsamenstel volgens de uitvinding.
30 Dit kofïiezetsamenstel omvat een houder-buil-samenstel 7, 1 volgens de uitvinding met een koffiebuil 1 volgens de uitvinding. Het koffiezetsamenstel omvat verder een koffiezetmachine 30. De koffiezetmachine 30 heeft een houder 14, 7 waartussen de koffiebuil 1 opneembaar is. De houder bestaat hier uit een eerste deel 14 en een tweede 19 deel 7, welke door de builhouder 7 is gevormd. Op het eerste deel 14 van de houder is een toevoerleiding 16 voor heet water aangesloten. Deze toevoerleiding heeft een uitlaat 15 via welke het hete water bij de buil 1 aankomt. Het eerste deel 14 en tweede deel 7 vormen tezamen een, in gebruik, gesloten brouwkamer waarin de buil 1 zich 5 bevindt. Het hete water is afkomstig uit een waterreservoir 19 of direct uit het waterleidingnet en wordt door verwarmingsmiddelen 18 verhit tot een gewenste temperatuur en door pomp 17 onder een druk verpompt zodanig dat de druk in de uitlaat 15 ligt tussen 0,5 en 3 bar (gemeten als overdruk ten opzichte van de atmosferische druk). Het hete water wordt dan door de buil geperst om in de buil door 10 koffie te vormen en bij het verlaten van de buil ook functioneel ingrediënt mee te nemen. Via afvoer 12 van het tweede deel van de houder komt het gevormde product vervolgens in een kopje.
Figuur 6 toont een verdere koffiebuil 101 volgens de uitvinding. Bij de koffïebuil 101 zijn voor overeenkomstige delen dezelfde verwijzingsnummers gebruikt als bij de 15 koffiebuil 1, echter in figuur 6 zijn ze met 100 opgehoogd.
Deze koffiebuil 101 is in tegenstelling tot de in figuur 1 getoonde koffiebuil 1 aan twee zijden bolvormig. Opgemerkt wordt echter dat de in figuur 1 getoonde koffiebuil 1 net zo goed aan twee zijde bolvormig kan zijn en dat de in figuur 6 getoonde koffiebuil evenzeer een vlak bovenvel kan hebben, zoals in figuur 1 getoond 20 is. De koffiebed diameter Dbed en de koffiebeddikte van de koffiebuil 101 zullen ongeveer gelijk aan elkaar zijn als ze in dezelfde koffiezetmachine moeten passen.
Figuur 6 toont additioneel dat de omhulling, in dit geval het tweede vel 103 (maar dit zou ook het eerste vel 102 kunnen zijn), van een reliëf met verdiepingen 201, 203 en verhogingen 202 is voorzien. Het functionele ingrediënt 105 bevindt zich hier in 25 hoofdzaak in de verdiepingen en voor althans een gedeelte op het tweede vel 103.
Voordeel hiervan is dat het functionele ingrediënt 105 door de verdiepte ligging tegen mechanische inwerking beschermd wordt en beter blijft zitten. Het reliëf kan bijvoorbeeld een cirkelvormige indrukking in het bijvoorbeeld van filterpapier gemaakte vel 103 zijn. Dit kan een grote cirkelvormige indrukking zijn, die 30 bijvoorbeeld 40% tot 60% van de koffiebeddiameter bestrijkt. Met het oog op de stevigte van de koffiebuil en de afschermende werking tegen mechanische invloeden is het echter van voordeel om het reliëf met meerdere verdiepingen uit te voeren. Dit kan bijvoorbeeld de in figuur 6 getoonde ringvormige verdieping 201 zijn met centraal een 20 cirkelvormige verdieping 203.
VOORBEELDEN 5 Voorbeeld 1
Koffiebuilen van het type Gala ® Regular (een mengsel van 90% arabica en 10% robusta) met een inhoud van 7 gram gemalen koffie werden als volgt geprepareerd:
Koffiebuil A:Een homogeen 1:1 mengsel van Hiprotal® 580 (wei-eiwit product ex 10 Borculo Domo®) en gesmolten boterolie werd toegevoegd aan de gemalen koffie en homogeen hierdoor verdeeld. Het resulterende mengsel werd vervolgens in de koffiebuil opgenomen. Per koffiebuil werd 0,3 gram van het eiwit/vet mengsel toegevoegd.
Koffiebuil B: Aan de onderkant van een verder ongewijzigde koffiebuil werd 0,3 gram 15 van het 1:1 mengsel Hiprotal® 580 en gesmolten boterolie opgebracht.
Met behulp van deze koffiebuilen A en B werd telkens één kopje koffie gezet in een Senseo® koffiezetapparaat. De koffie werd opgevangen in een glazen beker en vervolgens op uiterlijk en smaak beoordeeld. Gevonden werd dat de koffie verkregen met koffiebuil B qua smaak en uiterlijk een grote gelijkenis vertoonde met cappuccino. 20 Met name bezat dit product een aantrekkelijke, forse schuimlaag en was de koffie licht gekleurd zoals dit ook het geval is met cappuccino. Daarentegen was de hoogte van de schuimlaag van de koffie verkregen met behulp van koffiebuil A aanzienlijk geringer en was de koffie veel donkerder.
25 Voorbeeld 2
Koffiebuilen van het type Gala ® Regular (een mengsel van 90% arabica en 10% robusta met een inhoud van 7 gram gemalen koffie werden als volgt geprepareerd: Koffiebuil A: Een poedervorming hazelnootaroma werd homogeen vermengd met de gemalen koffie alvorens opgenomen te worden in de koffiebuil. Per 30 koffiebuil werd 0.15 gram aroma toegevoegd.
Koffiebuil B: Een homogeen 1:1 mengsel van het hazelnootaroma en geraffineerde olijfolie werd toegevoegd aan de gemalen koffie en homogeen hierdoor verdeeld. Het resulterende mengsel werd vervolgens in de koffiebuil 21 opgenomen. Per koffiebuil werd 0,3 gram van het eiwit/vet mengsel toegevoegd.
Koffiebuil C: Aan de onderkant van een verder ongewijzigde koffiebuil werd 0,3 gram van het 1:1 mengsel van hazelnootaroma en olijfolie op gebracht.
5 Met behulp van deze koffïebuilen A, B en C werd telkens één kopje koffie gezet in een Senseo® koffiezetapparaat. De koffie werd vervolgens op smaak beoordeeld. Gevonden werd dat de koffie verkregen met koffiebuil C de meest aangename smaak bezat. De smaak van de koffie verkregen met koffiebuil A werd minder gewaardeerd en de koffie verkregen met koffiebuil B scoorde het laagst in deze test.
10 2000098-

Claims (15)

1] Koffïebuil (1) omvattende: • een eerste (2) en tweede (3) vel, die elkaar overlappend bij de omtreksranden (6) 5 onderling verbonden zijn om een gesloten omhulling van een tussen het eerste (2) en tweede (3) vel gelegen binnenruimte te vormen; • een in de binnenruimte opgenomen koffiebed (4) met gemalen koffie; waarbij het eerste en tweede vel (2,3) waterdoorlatend maar niet permeabel voor de gemalen koffie zijn, met het kenmerk, dat die omhulling is voorzien van een 10 functioneel ingrediënt.
2] Koffiebuil (1) volgens conclusie 1, waarbij het functioneel ingrediënt aan de buitenzijde van de omhulling is voorzien. 15
3] Koffiebuil (1) volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het functioneel ingrediënt in hoofdzaak aan het tweede vel (3) van de omhulling is voorzien.
4] Koffiebuil (1) volgens conclusie 3, waarbij het tweede vel (3) een centrale zone (5) en een daaromheen gelegen omliggende zone (21) omvat, waarbij het functioneel 20 ingrediënt in hoofdzaak in de centrale zone (5) is voorzien, en waarbij, beschouwd in de uitstrekkingsrichting van het eerste en tweede vel (2, 3), het bed (4) een beddiameter (Dbed) heeft die groter is dan de diameter (d) van de centrale zone (5).
5] Koffiebuil (1) volgens conclusie 4, waarbij de diameter (d) van de centrale zone 25 (5) tenminste circa 20% van de grootte van de beddiameter (DBed) is.
6] Koffiebuil (1) volgens conclusie 5, waarbij de diameter (d) van de centrale zone (5) tenminste circa 35%, zoals tenminste circa 40%, van de grootte van de beddiameter (Dbed) is. 30
7] Koffiebuil (1) volgens een der conclusies 4-6, waarbij de diameter (d) van de centrale zone (5) ten hoogste circa 80%, zoals ten hoogste circa 70%, van de grootte van de beddiameter (DBed) is. 2000098-
8] Kofïïebuil (1) volgens conclusie 7, waarbij de diameter (d) van de centrale zone (5) ten hoogste circa 60%, zoals ten hoogste circa 50%, van de grootte van de beddiameter (Dbed) is. 5
9] Kofïïebuil volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de omhulling, in het bijzonder het tweede vel daarvan, is voorzien van een reliëf en waarbij zich in de verdiepingen (201) van het reliëf op de omhulling van dat genoemde functioneel ingrediënt (105) bevindt.
10 10] Koffïebuil volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het functioneel ingrediënt een functioneel ingrediënt is dat snel door heet water wordt opgenomen.
11] Koffïebuil (1) volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het eerste vel (2) 15 en het tweede vel (3) een eerste (2) respectievelijk tweede (3) zijde van de kofïïebuil (1) bepalen en waarbij die eerste (2) en tweede (3) zijde visueel onderscheidbaar zijn uitgevoerd.
12] Kofïïebuil (1) volgens conclusie 11, waarbij de eerste zijde (2), in gebruik, de 20 instroomzijde van de buil (1) is en waarbij de tweede zijde (3), in gebruik, de uitstroomzijde van de buil (1) is.
13] Kofïïebuil (1) volgens een der conclusies 4-12, waarbij de eerste zijde (2) in hoofdzaak plat is en waarbij, vanaf het uitwendige van de buil (1) beschouwd, de 25 tweede zijde (3) een gebold voorkomen heeft.
14] Kofïïebuil (1) volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het gewicht van het kofïïebed (4) is gelegen tussen 5 en 20 gram, meer in het bijzonder 6 a 8 gram of 12 a 16 gram bedraagt. 30 15] Kofïïebuil (1) volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het functioneel ingrediënt als een coating, in het bijzonder een externe coating, op de omhulling is voorzien. 16] Koffiebuil (1) volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het eerste en/of het tweede vel (2, 3) van filterpapier vervaardigd zijn. 5 17] Koffiebuil (1) volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het functioneel ingrediënt in water slecht oplosbaar is. 18] Koffiebuil (1) volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het functioneel ingrediënt een ingrediënt is waarvoor, na opname van dat functioneel ingrediënt in 10 water, de omhulling in geringe mate permeabel is. 19] Koffiebuil (1) volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het functioneel ingrediënt melkbestanddelen omvat.
15 20] Koffiebuil (1) volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het functioneel ingrediënt een schuimmiddel omvat. 21] Koffiebuil (1) volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het functioneel ingrediënt eiwit omvat. 20 22] Koffiebuil (1) volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het functioneel ingrediënt vet en/of emulgator omvat. 23] Koffiebuil (1) volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het functioneel 25 ingrediënt een bruismiddel omvat. 24] Houder-buil-samenstel (1,7) voor gebruik in een koffiezetmachine (30) voor het bereiden van koffie, omvattende een builhouder (7) en een koffiebuil (1) volgens een der voorgaande conclusies; waarbij de builhouder (7) een bodem (8, 9, 10) omvat; 30 waarbij de koffiebuil (1) met het tweede vel (3) op die bodem (8, 9, 10) ligt; waarbij die bodem een centrale drainagezone (10) heeft met tenminste een uitsparing (13) waar het tweede vel (3) vrij ligt van de bodem (10) om koffïe-extract uit de koffiebuil (1) te laten stromen; waarbij die bodem een ringzone (9) heeft die zich uitstrekt rondom de 0 drainage zone (10) en die zodanig is uitgevoerd dat het tweede vel (3), wanneer het tweede vel (3) in gebruik vochtig is, de bodem langs de ringzone (9) contacteert; en waarbij het tweede vel (3), in het bijzonder het met de drainage zone (10) overlappende gedeelte van het tweede vel (3), is voorzien van genoemd functioneel ingrediënt. 5 25] Samenstel (1,7) volgens conclusie 24, waarbij het functioneel ingrediënt in hoofdzaak is voorzien in het met de drainage zone (10) overlappende gedeelte van het tweede vel (2). 10 26] Samenstel (1,7) volgens conclusie 24 of 25, waarbij, in gebruik, met behulp van de koffiezetmachine (30) heet water onder druk aan de zijde van het eerste vel (2) in de builhouder (7) wordt toegevoerd waardoor het vanaf het eerste vel (2) door de buil (1) wordt geperst voor het extraheren van in de buil (1) opgenomen gemalen koffie en de gevormde koffie bij het tweede vel (3) uit de koffiebuil (1) stroomt en waarbij het 15 functioneel ingrediënt in de uittredende stroom wordt opgenomen. 27] Samenstel (1, 7) volgens conclusie 26, waarbij genoemde druk aan de zijde van het eerste vel (2) hoger is dan 0,5 bar, zoals 1 a 3 bar. 20 28] Samenstel (1,7) volgens conclusie 27, waarbij die genoemde druk aan de zijde van het eerste vel (2) 7 a 15 bar is. 29] Koffiezetsamenstel omvattende: • een koffiezetmachine (30); en 25. een koffiebuil (1) volgens een der voorgaande conclusies 1-22, waarbij de koffiezetmachine (30) een houder (7, 14) omvat met een eerste zijde (14) en tegenoverliggende tweede zijde (7) waartussen de buil (1) opneembaar is; waarbij de eerste zijde (14) van de houder is voorzien van een uitlaat (15) van een toevoer (16) voor heet water en waarbij de tweede zijde (7) van de houder is voorzien 30 van een afvoer (12) voor het afvoeren van in de houder gevormde koffie; waarbij de koffiezetmachine (30) is ingericht om, in gebruik, aan de eerste zijde (14) van de houder heet water onder druk toe te voeren waardoor dit toegevoerde hete water fa» * door de buil (1) heen wordt geperst voor het extraheren van in de buil opgenomen gemalen koffie en de daarbij gevormde koffie via de afvoer (12) uit de houder stroomt. 30] Samenstel volgens conclusie 29, waarbij de koffiezetmachine (30) is ingericht om 5 het hete water onder zodanige druk toe te voeren dat de druk in de uitlaat (15) van de toevoer (16) hoger is dan 0,5 bar, in het bijzonder 1 bar of hoger. 31] Samenstel volgens conclusie 30, waarbij de druk in de uitlaat (15) kleiner is dan 3 bar. 10 32] Samenstel volgens conclusie 30, waarbij de druk in de uitlaat (15) groter is dan 5 bar. 33] Samenstel volgens een der conclusies 29-32, waarbij de eerste zijde (14) van de 15 houder de bovenzijde van de houder is en de tweede zijde (7) van de houder de onderzijde van de houder is. 34] Werkwijze voor het vervaardigen van een koffïebuidel (1) volgens een der conclusies 1-23, waarbij men een vloeistof met daarin het functioneel ingrediënt 20 aanbrengt op het tweede vel, of althans aanbrengt op een velachtig materiaal waaruit het tweede vel gevormd wordt, en vervolgens laat indrogen. 35] Werkwijze volgens conclusie 34, waarbij de vloeistof een waterige suspensie is. 2000098-
NL2000098A 2006-06-12 2006-06-12 Koffiebuil. NL2000098C2 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2000098A NL2000098C2 (nl) 2006-06-12 2006-06-12 Koffiebuil.
EP07110061A EP1867584A3 (en) 2006-06-12 2007-06-12 Coffee bag

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2000098A NL2000098C2 (nl) 2006-06-12 2006-06-12 Koffiebuil.
NL2000098 2006-06-12

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2000098C2 true NL2000098C2 (nl) 2007-12-13

Family

ID=37734456

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2000098A NL2000098C2 (nl) 2006-06-12 2006-06-12 Koffiebuil.

Country Status (2)

Country Link
EP (1) EP1867584A3 (nl)
NL (1) NL2000098C2 (nl)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
ES2477885T5 (es) * 2009-06-17 2017-07-11 Koninklijke Douwe Egberts B.V. Membrana Rhea no tejida
GB201311912D0 (en) * 2013-07-03 2013-08-14 Mars Inc Beverage preparation capsules for delivery of functional ingredients

Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US20020022070A1 (en) * 1997-09-30 2002-02-21 Dijs Daniel Albertus Jozef Assembly for use in a coffee machine for preparing coffee, container and pouch of said assembly
US20040005384A1 (en) * 2002-07-06 2004-01-08 Cai Edward Z. Pod and method for making fluid comestible
US20050003060A1 (en) * 2002-08-23 2005-01-06 Steenhof Vincent Jan Form-retaining pad for preparing a beverage suitable for consumption
WO2005105609A2 (en) * 2004-04-28 2005-11-10 Sara Lee/De N.V. Pad and assembly of a holder and such a pad
WO2006006112A1 (en) * 2004-07-07 2006-01-19 Koninklijke Philips Electronics N.V. Coffee maker comprising means for creating turbulence in a coffee flow
WO2006016813A2 (en) * 2004-08-12 2006-02-16 Sara Lee/De N.V. Preparing tea with the aid of a tea pad and a coffee maker
WO2006043096A1 (en) * 2004-10-22 2006-04-27 Kraft Foods R & D, Inc. Pod and pad for preparing a beverage

Patent Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US20020022070A1 (en) * 1997-09-30 2002-02-21 Dijs Daniel Albertus Jozef Assembly for use in a coffee machine for preparing coffee, container and pouch of said assembly
US20040005384A1 (en) * 2002-07-06 2004-01-08 Cai Edward Z. Pod and method for making fluid comestible
US20050003060A1 (en) * 2002-08-23 2005-01-06 Steenhof Vincent Jan Form-retaining pad for preparing a beverage suitable for consumption
WO2005105609A2 (en) * 2004-04-28 2005-11-10 Sara Lee/De N.V. Pad and assembly of a holder and such a pad
WO2006006112A1 (en) * 2004-07-07 2006-01-19 Koninklijke Philips Electronics N.V. Coffee maker comprising means for creating turbulence in a coffee flow
WO2006016813A2 (en) * 2004-08-12 2006-02-16 Sara Lee/De N.V. Preparing tea with the aid of a tea pad and a coffee maker
WO2006043096A1 (en) * 2004-10-22 2006-04-27 Kraft Foods R & D, Inc. Pod and pad for preparing a beverage

Also Published As

Publication number Publication date
EP1867584A3 (en) 2008-01-02
EP1867584A2 (en) 2007-12-19

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US11628142B2 (en) Single serve beverage pod containing cannabis
EP1824757B1 (en) Pod for preparing a beverage
US7856922B2 (en) Instant extraction cup
US5518743A (en) Method of impregnating a paper filter with a flavoring agent
US20090311384A1 (en) Pod for preparing a beverage
DK2877412T3 (en) CAPS FOR USE IN A FOOD COOKING MACHINE
US20080260928A1 (en) Flexible Pad for Preparing a Beverage
CA2695284A1 (en) Systems and methods of brewing low-cholesterol espresso
RU2718333C2 (ru) Контейнер для хранения основы напитка, система приготовления напитка, включающая в себя автоматическое устройство для приготовления напитка и такой контейнер, автоматическое устройство для приготовления напитка для применения в такой системе приготовления напитка и способ приготовления напитка с помощью такой системы приготовления напитка
CA2814314A1 (en) A capsule for preparation of a beverage
NL2000098C2 (nl) Koffiebuil.
US20100178391A1 (en) Flexible pad for preparing a beverage
RU2477973C2 (ru) Система с варочной машиной и держателем порционной упаковки
US20080171108A1 (en) Kit For and Method of Preparing a Coffee Beverage
CA3000937C (en) Cartridge for the preparation of a liquid product, and corresponding assortment
KR102585327B1 (ko) 커피 드립 백
KR102133617B1 (ko) 1회분 캡슐
AU2016366714A1 (en) Cartridge for the preparation of a liquid product, and corresponding assortment
KR100753218B1 (ko) 차 원료가 내장된 이중컵
KR20230124437A (ko) 종이 커피 캡슐 및 이를 추출하는 머신

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20120101