NL193396C - Assembly for introducing matter into a being. - Google Patents

Assembly for introducing matter into a being. Download PDF

Info

Publication number
NL193396C
NL193396C NL9500365A NL9500365A NL193396C NL 193396 C NL193396 C NL 193396C NL 9500365 A NL9500365 A NL 9500365A NL 9500365 A NL9500365 A NL 9500365A NL 193396 C NL193396 C NL 193396C
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
housing
storage space
opening
tubular
plunger
Prior art date
Application number
NL9500365A
Other languages
Dutch (nl)
Other versions
NL193396B (en
NL9500365A (en
Inventor
Chinsoo Park
Neil E Campbell
Original Assignee
Bio Medic Data Systems Inc
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority claimed from US06/919,152 external-priority patent/US4787384A/en
Application filed by Bio Medic Data Systems Inc filed Critical Bio Medic Data Systems Inc
Priority to NL9500365A priority Critical patent/NL193396C/en
Publication of NL9500365A publication Critical patent/NL9500365A/en
Publication of NL193396B publication Critical patent/NL193396B/en
Application granted granted Critical
Publication of NL193396C publication Critical patent/NL193396C/en

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61MDEVICES FOR INTRODUCING MEDIA INTO, OR ONTO, THE BODY; DEVICES FOR TRANSDUCING BODY MEDIA OR FOR TAKING MEDIA FROM THE BODY; DEVICES FOR PRODUCING OR ENDING SLEEP OR STUPOR
    • A61M37/00Other apparatus for introducing media into the body; Percutany, i.e. introducing medicines into the body by diffusion through the skin
    • A61M37/0069Devices for implanting pellets, e.g. markers or solid medicaments
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; CARE OF BIRDS, FISHES, INSECTS; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K11/00Marking of animals
    • A01K11/006Automatic identification systems for animals, e.g. electronic devices, transponders for animals

Description

Samenstel voor het inbrengen van materie in een wezen 1 193396Assembly for the introduction of matter into a creature 1 193396

De uitvinding heeft betrekking op een samenstel voor het inbrengen van materie in een wezen, omvattend een aantal holle buisvormige organen voor opslag van de materie met een ingangsopening en een 5 uitgangsopening, een opslagruimte voor opslag van het aantal buisvormige organen met een in hoofdzaak rechthoekige horizontale dwarsdoorsnede, een huis, een plunjerorgaan, dat door het huis ondersteund wordt en aangebracht is voor verschuiving van een eerste eindstand naar een tweede eindstand teneinde één van de buisvormige organen in de ingangsopening daarvan binnen te gaan om de materie uit de uitgangsopening te stoten, en voor terugschuiving van de tweede eindstand naar de eerste eindstand, en organen 10 voor het vóór het plunjerorgaan ondersteunen van een buisvormig orgaan tijdens het uitstoten van de materie, waarbij het huis voorzien is van een afsluitbare opening voor het daardoorheen, naar de omgeving kunnen afgeven van een buisvormig orgaan.The invention relates to an assembly for introducing matter into a creature, comprising a number of hollow tubular members for storage of the matter with an entrance opening and an exit opening, a storage space for storage of the number of tubular members with a substantially rectangular horizontal cross section, a housing, a plunger member supported by the housing and arranged for sliding from a first end position to a second end position to enter one of the tubular members into its entrance opening to expel matter from the exit opening, and for sliding back from the second end position to the first end position, and means 10 for supporting a tubular member ahead of the plunger member during ejection of the material, the housing being provided with a closable opening for discharging therethrough a tubular organ.

Een dergelijke inrichting is bekend uit de figuren 11 tot en met 14 van het Amerikaanse octrooischrift 4.518.384. Dit document toont een samenstel voor het injecteren van een medicament, bestaande uit ten 15 minste twee delen, te weten een huis met daarin een plunjer en een cassette voor een aantal injectie-ampullen. Volgens een uitvoering is de cassette onder de plunjer aan te brengen. De cassette is voorzien van twee openingen, en na plaatsing in het huis kan de plunjer door een van de openingen in de cassette gedwongen worden, zodat een injectie-ampui verschoven wordt en de naald daarvan in het te injecteren wezen (mens of dier) dringt, waarna de plunjer verder bediend wordt om de inhoud van de ampul te 20 injecteren. Daarna wordt de plunjer teruggetrokken, waarbij een om de naald geplaatste veer zorgt voor het terugtrekken van de verbruikte injectie-ampui in de cassette. Door de afgifte-opening van het huis te vergroten kan de verbruikte injectie-ampui met behulp van de plunjer uit de cassette en het huis gestoten worden. Een veer die in de cassette aanwezig is zorgt er daarna voor dat de volgende te gebruiken ampul voor de plunjer komt te liggen.Such a device is known from Figures 11 to 14 of U.S. Patent 4,518,384. This document shows a drug injection assembly consisting of at least two parts, namely a housing containing a plunger and a cartridge for a number of injection ampoules. According to an embodiment, the cassette can be arranged under the plunger. The cassette has two openings, and after placement in the housing, the plunger can be forced through one of the openings in the cassette, so that an injection ampui is moved and its needle penetrates into the creature to be injected (human or animal) after which the plunger is further operated to inject the contents of the ampoule. The plunger is then retracted, with a spring placed around the needle withdrawing the spent ampoule into the cartridge. By widening the housing delivery opening, the spent ampoule can be ejected from the cartridge and housing using the plunger. A spring that is present in the cassette then ensures that the next ampoule to be used is placed in front of the plunger.

25 Een nadeel van het bekende samenstel is dat voorafgaande aan het gebruik een cassette in het huis geplaatst moet worden, waarbij vergissingen mogelijk zijn. Tevens bestaat het risico dat een cassette zoek raakt of een verkeerde cassette gebruikt wordt. Een ander nadeel is dat een veer nodig is om een te gebruiken ampul toe te voeren en tijdens gebruik op zijn plaats te houden; deze veer maakt het uitstoten van een verbruikte ampul moeilijker, en het terugtrekken van de plunjer na het uitstoten van de verbruikte 30 ampul lastig. Een verder nadeel is, dat het samenstel door de veer en de bijbehorende onderdelen tamelijk ingewikkeld is.A drawback of the known assembly is that a cassette has to be placed in the housing before use, whereby mistakes are possible. There is also the risk that a cassette will be lost or the wrong cassette will be used. Another drawback is that a spring is required to supply an ampoule to be used and to hold it in place during use; this spring makes ejection of a spent ampoule more difficult, and retraction of the plunger after ejection of the spent 30 ampoule. A further drawback is that the assembly is rather complicated by the spring and the associated parts.

Het is een doel van de uitvinding een verbeterd samenstel voor het inbrengen van materie in een wezen te verschaffen.It is an object of the invention to provide an improved material introduction assembly into a creature.

Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt met een samenstel van de in de aanhef omschreven soort, 35 waarbij de materie een subcutaan in een dier te implanteren markering is, dat de opslagruimte en het boven de opslagruimte opgestelde huis gevormd zijn door één enkel huis waarin de als een opneemruimte uitgevoerde organen voor het ondersteunen van het ene buisvormige orgaan tijdens gebruik is gevormd, waarbij het plunjerorgaan in het huis en de opslagruimte gescheiden zijn door een tussenwand die voorzien is van een naar de opneemruimte leidende doorgang daarin voor afgifte daardoorheen van een buisvormig 40 orgaan van de opslagruimte naar de opneemruimte, waarbij de doorgang in de tussenwand en de afsluitbare afgifte-opening met elkaar in lijn liggen, waarbij de tegenover elkaar opgestelde lange wanden van de opslagruimte aan de binnenzijde voorzien zijn van in hoofdzaak tegenover elkaar liggende en zich tussen de korte wanden uitstrekkende uitstekende ribben en de buisvormige organen voorzien zijn van diagonaal tegenover elkaar liggende groeven, welke ribben en groeven zodanige afmetingen hebben en 45 zodanig verlopen, dat zij met elkaar samenwerken voor het op zijn plaats in de opslagruimte positioneren van de buisvormige organen, welke ribben aan de afgiftezijde ribgedeelten bezitten voor het één voor één via de doorgang naar de opneemruimte geleiden van de buisvormige organen.This object is achieved according to the invention with an assembly of the type described in the preamble, wherein the material is a marking to be implanted subcutaneously in an animal, that the storage space and the house arranged above the storage space are formed by a single house in which the means designed as a receiving space for supporting the one tubular member during use is formed, the plunger member in the housing and the storage space being separated by a partition wall provided with a passage leading therein to the receiving space for delivery therethrough of a tubular means from the storage space to the receiving space, the passage in the partition wall and the closable dispensing opening being aligned, the opposed long walls of the storage space being provided on the inside with substantially opposite and between the short walls extending protruding ribs and the tubular or Cores are provided with diagonally opposite grooves, which ribs and grooves are sized and 45 such that they cooperate with each other to position the tubular members in place in the storage space, which ribs have rib portions on the delivery side for guiding the tubular members one by one through the passage to the receiving space.

Hiermee is bereikt dat het huis en de opslagruimte als één enkele inrichting gevormd zijn. Het plunjerorgaan is van de opslagruimte gescheiden door een tussenwand met een doorgang voor een buisvormig 50 orgaan, en de afsluitbare opening in het huis ligt daarmee in lijn, zodat een buisvormig orgaan uit de opslagruimte naar de omgeving afgegeven kan worden. Om de buisvormige organen in de opslagruimte op te slaan is deze aan de binnenzijde voorzien van ribben en zijn de buisvormige organen voorzien van groeven, waardoor de buisvormige organen op hun plaats gehouden worden, aangezien de ribben in hoofdzaak tegenover elkaar liggen een ribbe samenwerkt met een naar die ribbe toegekeerde groef en het 55 buisvormige orgaan met de andere zijde tegenover de tegenoverliggende ribbe wordt gedrukt. De ribben bezitten aan de afvoerzijde ribgedeelten, die zodanig geplaatst zijn, dat zij de buisvormige organen één voor één naar de doorgang in de tussenwand en opening in het huis kunnen geleiden, wanneer de gebruiker een 193396 2 nieuw buisvormig orgaan nodig heeft. De ribben kunnen meegevormd worden met de rest van het huis. De inrichting is bedoeld om een markering subcutaan in een dier te implanteren. Hiermee verschaft de uitvinding een handzame, compacte en elegante constructie, die uit een klein aantal onderdelen vervaardigd kan worden en daardoor eenvoudig te vervaardigen is en betrouwbaar kan werken.This achieves that the house and the storage space are formed as a single device. The plunger member is separated from the storage space by an intermediate wall with a passage for a tubular member, and the closable opening in the housing is aligned therewith so that a tubular member can be delivered from the storage space to the environment. To store the tubular members in the storage space, it is ribbed on the inside and the tubular members are provided with grooves, thereby holding the tubular members in place, since the ribs are substantially opposed to one another, a rib cooperates with a groove facing that rib and the tubular member is pressed with the other side opposite the opposite rib. On the discharge side, the ribs have rib portions positioned to guide the tubular members one by one to the passage in the partition wall and opening in the housing when the user needs a new tubular member. The ribs can be molded with the rest of the house. The device is intended to implant a marker subcutaneously into an animal. The invention hereby provides a handy, compact and elegant construction, which can be manufactured from a small number of parts and is therefore easy to manufacture and to operate reliably.

5 Volgens een voorkeursuitvoering is het huis boven het plunjerorgaan voorzien van een deksel dat verschuifbaar is van een eerste eindstand waarin de afgifte-opening open is en het buisvormige orgaan vanuit de opslagruimte door de doorgang in de tussenwand en de afgifte-opening afgegeven kan worden naar een tweede stand waarin de afgifte-opening gesloten is en terug. Met dit deksel is het huis te sluiten wanneer de inrichting niet gebruikt hoeft te worden, waarbij de buisvormige organen niet uit de opening in 10 het huis naar buiten kunnen treden, en te openen om een nieuw buisvormig orgaan te kunnen gebruiken.According to a preferred embodiment, the housing above the plunger member is provided with a cover which is slidable from a first end position in which the dispensing opening is open and the tubular member can be dispensed from the storage space through the passage in the partition wall and the dispensing opening to a second position in which the dispensing opening is closed and back. The housing can be closed with this cover when the device is not to be used, whereby the tubular members cannot exit the opening in the housing and can be opened to use a new tubular member.

Voor een meer volledig begrip van de uitvinding wordt verwezen naar de volgende beschrijving samen met de begeleidende tekening, waarin: figuur 1 een perspectivisch aanzicht is van een diermarkeringimplanteringinstrument in overeenstemming 15 met een voorkeursuitvoering van de onderhavige uitvinding; figuur 2 een gedeeltelijke doorsnede op grotere schaal is langs lijn ll-ll van figuur 1; figuur 3 een gedeeltelijke doorsnede op grotere schaal is langs lijn ll-ll van figuur 1; figuur 4 een gedeeltelijke doorsnede is langs lijn IV-IV van figuur 3; figuur 5 een gedeeltelijke doorsnede is langs lijn V-V van figuur 3; 20 figuur 6 een gedeeltelijke doorsnede op grotere schaal is langs lijn ll-ll van figuur 1, wanneer het naaldsamenstel daarin ingebracht is; figuur 7 een doorsnede is langs lijn VII—VII van figuur 6; figuur 8 een perspectivisch aanzicht is van het in figuur 1 geïllustreerde implanteerinstrument tijdens gebruik; 25 figuur 9 een bovenaanzicht is tijdens gebruik; figuur 10 een doorsnede is langs lijn X-X van figuur 9; figuur 11 een doorsnede op grotere schaal langs de lijn XI-XI is van het in figuur 6 weergegeven implanteerinstrument; figuur 12 een doorsnede is van het implanteerinstrument volgens lijn XII—XII van figuur 11; 30 figuur 13 een perspectivisch aanzicht is van het naaldsamenstel; figuur 14 een doorsnede op grotere schaal is van de in figuur 11 afgebeelde markering; figuur 15 een doorsnede op grotere schaal is langs lijn XV-XV van figuur 13; en figuur 16 een perspectivisch aanzicht is van een cilinder, die te gebruiken is als deel van de onderhavige uitvinding.For a more complete understanding of the invention, reference is made to the following description together with the accompanying drawing, in which: Figure 1 is a perspective view of an animal marking implantation device in accordance with a preferred embodiment of the present invention; Figure 2 is an enlarged partial sectional view taken along line II-II of Figure 1; Figure 3 is an enlarged partial sectional view taken along line II-II of Figure 1; Figure 4 is a partial section along line IV-IV of Figure 3; Figure 5 is a partial section along line V-V of Figure 3; Figure 6 is an enlarged partial sectional view taken along line II-II of Figure 1 when the needle assembly is inserted therein; Figure 7 is a section along line VII-VII of Figure 6; Figure 8 is a perspective view of the implanter illustrated in Figure 1 during use; Figure 9 is a top view during use; Figure 10 is a section along line X-X of Figure 9; Figure 11 is an enlarged sectional view taken along line XI-XI of the implanter shown in Figure 6; Figure 12 is a cross-sectional view of the implanter taken along line XII-XII of Figure 11; Figure 13 is a perspective view of the needle assembly; Figure 14 is an enlarged sectional view of the marking shown in Figure 11; Figure 15 is an enlarged sectional view taken along line XV-XV of Figure 13; and Figure 16 is a perspective view of a cylinder usable as part of the present invention.

3535

In eerste instantie wordt verwezen naar de figuren 1 tot en met 15, waarin een diermarkeringssysteem met een implanteerinstrument, in het algemeen aangeduid met 10 (figuur 2), een naaldsamenstel, in het algemeen aangeduid met 19 (figuur 13) en een diermarkering, in het algemeen aangeduid met 30 (figuren 11, 12 en 14) afgebeeld is. Zoals hieronder meer in detail uiteengezet zal worden maakt de samenwerking 40 van het naaldsamenstel, de markering en het implanteerinstrument de gemakkelijke implantatie van een markering in een proefdier en het vasthouden van de markering in het dier mogelijk tijdens lange perioden van laboratoriumproeven en -waarnemingen.In the first instance, reference is made to Figures 1 to 15, in which an animal marking system with an implanting instrument, generally designated 10 (Figure 2), a needle assembly, generally designated 19 (Figure 13), and an animal marker, in generally indicated by 30 (Figures 11, 12 and 14). As will be explained in more detail below, the cooperation of the needle assembly, the marker and the implanter allows for the easy implantation of a marker in a laboratory animal and the retention of the marker in the animal during long periods of laboratory testing and observations.

In het bijzonder wordt nu verwezen naar de figuren 1 tot en met 5, waarin het instrument 10 in detail weergegeven is, Het instrument 10 bepaalt twee tegenover elkaar liggende halve wanden 27, die in 45 spiegelbeeld gevormd zijn en aan elkaar bevestigd zijn om een samenhangend huis in de vorm van een handgreep 31 te bepalen. Elke tegenoverliggende wand 27 wordt bepaald door een in hoofdzaak parallellogramvormige configuratie met samengaande lengtewanden 27a en samengaande dwarswanden 27b en 27c. Zoals hieronder meer in detail uiteengezet zal worden hellen de samengaande wanden 27a ten opzichte van de samengaande dwarswanden 27b om de handgreep 31 te bepalen en opslag daarin van 50 een aantal naaldsamenstellen 19 te vergemakkelijken. Een kap 34 is op schuifbare wijze aangebracht op het in de tegenoverliggende wanden 27 bepaalde huis. In een voorbeelduitvoering kan ten minste één van de tegenoverliggende wanden 27 doorzichtig of doorschijnend zijn om het de gebruiker mogelijk te maken de in de handgreep geplaatste naaldsamenstellen 19 te zien.In particular, reference is now made to Figures 1 to 5, in which the instrument 10 is shown in detail. The instrument 10 defines two opposing half walls 27, which are mirror-mirrored and secured together to form a coherent housing in the form of a handle 31. Each opposite wall 27 is defined by a generally parallelogram-shaped configuration with longitudinal joining walls 27a and joining transverse walls 27b and 27c. As will be explained in more detail below, the joining walls 27a are inclined relative to the joining cross walls 27b to define the handle 31 and facilitate storage therein of a number of needle assemblies 19. A cap 34 is slidably mounted on the housing defined in the opposite walls 27. In an exemplary embodiment, at least one of the opposing walls 27 may be transparent or translucent to allow the user to see the needle assemblies 19 placed in the handle.

De kap 34 is gewoonlijk geplaatst in een gesloten stand, en kan in de richting A (figuur 2) verplaatst 55 worden vanuit een gesloten stand (getrokken lijnen in figuur 2) naar een open stand (streeppuntlijnen in figuur 2). Zoals geïllustreerd in figuur 7 omvat de kap 34 zijwanden 34a en grijpende wanden 34bm die in de tegenoverliggende wanden 27 gevormde langwerpige groeven 27' geplaatst zijn. De kap 34 omvat op zij 3 193396 ribben 35 om het makkelijk grijpen van de kap mogelijk te maken en kan tussen een open en een gesloten stand verplaatst worden. Een pijl 37 of een andere aanduiding kan op de kap 34 gedrukt worden om de juiste schuifinrichtingen aan te duiden.The cap 34 is usually placed in a closed position, and can be moved 55 in the direction A (Figure 2) from a closed position (solid lines in Figure 2) to an open position (dashed lines in Figure 2). As illustrated in Figure 7, the cap 34 includes side walls 34a and engaging walls 34bm placed in elongated grooves 27 'formed in the opposite walls 27. The hood 34 includes ribs 35 on side 3 to allow easy grip of the hood and can be moved between an open and a closed position. An arrow 37 or other designation can be printed on the cap 34 to indicate the correct sliders.

De tegenoverliggende dwarswanddelen 27b worden bedekt door de kap 34 wanneer deze in een 5 gesloten stand is. De tegenoverliggende dwarswanddelen 27b zijn zodanig gevormd om met behulp van een opening voorziene tegenoverliggende wanddelen 38a een open kamer 38 te bepalen, voor ontvangst van een naaldsamenstel 19 en om het mogelijk te maken dat elk naaldsamenstel 19 afgeleverd kan worden vanaf het inwendige van het huis door de opening wanneer de kap 34 naar een open stand verplaatst is.The opposite transverse wall parts 27b are covered by the hood 34 when it is in a closed position. The opposing transverse wall members 27b are formed to define an open chamber 38 by means of an apertured opposing wall members 38a, for receiving a needle assembly 19 and allowing each needle assembly 19 to be delivered from the interior of the housing by the opening when the cap 34 is moved to an open position.

De tegenoverliggende dwarswanddelen 27b zijn verder gevormd om een kanaal 39 te bepalen dat een 10 plunjer 18 geleidt.The opposing transverse wall members 27b are further shaped to define a channel 39 that guides a plunger 18.

In het bijzonder verwijzend naar de figuren 10 tot en met 15 is het naaldsamenstel 19 gevormd uit een roestvrij stalen holle buis 20 met een uitgangsopening 21 en een ingangsopening 23. De uitgangsopening 21 is gevormd in de gedaante van een hellende kant 22, die een scherpe punt vormt om het mogelijk te maken dat de buis gemakkelijk een dierhuid penetreert. De zijde van de buis 20 met de ingangsopening 23 15 is gevormd in een plug 24. De plug 24 omvat een mantel 25, die daarmee als één geheel gevormd is en uitsteekt om de buis 20 heen om zich over een gedeelte van de lengte van de buis uit te strekken. De plug 24 omvat boogvormige eindwanden 24a voor vergemakkelijking van het plaatsen van de pluggen in de kamer 38 op een wijze die hieronder in detail besproken zal worden. Zoals in het bijzonder geïllustreerd is in figuur 15 is de markering 30 in de buis 20 geplaatst bij de uitgangsopening 21 daarvan. Een drijfpen 16 20 wordt gebruikt om de markering in de buis te plaatsen. De drijfpen 16 omvat een afdichtende schijf 17, die als een geheel daarmee gevormd is. De afdichtingschijf 17 heeft een buitendiameter, die voldoende is om in klempassing te geraken met de binnendiameter van de buis 20 en verplaatsing te voorkomen van de drijfpen tijdens normale opslag en hantering van het naaldsamenstel 19. De drijfpen 16 draagt bij in het positioneren van de markering 30 in de buis 20. Het is echter nodig gebleken het positioneren van de 25 markering 30 in de buis 20 in het bijzonder te vergemakkelijken wanneer de markering een glazen capsule is, teneinde het uitslippen van de markering uit de uitgangsopening 21 van de buis 20 te voorkomen.Referring in particular to Figures 10 through 15, the needle assembly 19 is formed of a stainless steel hollow tube 20 with an exit port 21 and an entry port 23. The exit port 21 is formed in the shape of a sloping side 22, which has a sharp point to allow the tube to easily penetrate animal skin. The side of the tube 20 with the entrance opening 23 15 is formed in a plug 24. The plug 24 comprises a jacket 25 integrally formed therewith and projects around the tube 20 about a portion of the length of the stretching the tube. The plug 24 includes arcuate end walls 24a to facilitate placement of the plugs in the chamber 38 in a manner which will be discussed in detail below. As particularly illustrated in Figure 15, the marker 30 is placed in the tube 20 at its exit orifice 21. A driving pin 16 is used to place the mark in the tube. The drive pin 16 includes a sealing disk 17 formed integrally therewith. The sealing disk 17 has an outer diameter sufficient to snugly fit the inner diameter of the tube 20 and prevent displacement of the driving pin during normal storage and handling of the needle assembly 19. The driving pin 16 assists in positioning the mark 30 in the tube 20. However, it has been found necessary to facilitate the positioning of the marker 30 in the tube 20 especially when the marker is a glass capsule, in order to prevent the marker from slipping out of the exit opening 21 of the tube 20. appearance.

Verwezen wordt nu naar figuren 11 en 12, waarin een met een mantel 25 één geheel vormend uitsteeksels 29 zich door een opening 28 uitstrekt om te voorkomen dat de markering 30 uit de buis slipt of in de buis beweegt vóór de afgifte daarvan in het dier. Dit uitsteeksel 29 kan eenvoudig gevormd worden 30 tijdens het samenstellen van de holle buis binnen de plug 24 door het vormen van de plug om de buis heen en de voor het vormen van de buis gebruikte hars de opening 28 binnen te laten gaan. Het uitsteeksel 29 is bestemd om door middel van wrijving de markering 30 aan te grijpen wanneer de markering in de buis 20 geplaatst is, om te voorkomen dat de markering in de buis schuift. Het uitsteeksel 29 zal de markering op zijn plaats houden totdat een kracht die voldoende is om de markering 30 door de buis 20 te duwen 35 aangebracht wordt op de plunjer 18 en, op zijn beurt, op de markering 30.Reference is now made to Figures 11 and 12, in which a casing 25 integral with a sheath 25 extends through an opening 28 to prevent the marker 30 from slipping or moving into the tube before its delivery into the animal. This protrusion 29 can be easily formed during assembly of the hollow tube within the plug 24 by molding the plug around the tube and allowing the resin used to form the tube to enter the opening 28. The protrusion 29 is designed to grip the mark 30 by friction when the mark is placed in the tube 20, to prevent the mark from sliding into the tube. The protrusion 29 will hold the marker in place until a force sufficient to push the marker 30 through the tube 20 is applied to the plunger 18 and, in turn, to the marker 30.

In een voorbeelduitvoering is de buis 20 van roestvrij staal. De buis 20 kan echter gemaakt zijn van andere stijve FDA-goedgekeurde materialen, zoals Ultem, vervaardigd door General Electric. Ook kunnen, als eerder opgemerkt, de mantel 25 en de plug 24 als één geheel gevormd worden door het spuitgieten van een kunststofhars om de ingangsopening 23 van de buis 20 heen. Ook kunnen de mantel en de plug 40 gevormd zijn van stijve materialen anders dan kunststof.In an exemplary embodiment, the tube 20 is made of stainless steel. However, the tube 20 may be made of other rigid FDA-approved materials, such as Ultem, manufactured by General Electric. Also, as previously noted, the jacket 25 and the plug 24 can be integrally molded by injection molding a plastic resin around the entrance opening 23 of the tube 20. Also, the jacket and plug 40 can be formed of rigid materials other than plastic.

Het naaldsamenstel 19 wordt gemakkelijk in de kamer 38 geplaatst wanneer de kap 34 naar een open stand verplaatst wordt. Voorts wordt het naaldsamenstel 19 stevig in de kamer 38 vastgelegd door het terugbrengen van de kap 34 naar een gesloten stand. Hierdoor wordt een schommeling van het naaldsamenstel 19 tijdens gebruik voorkomen.The needle assembly 19 is easily placed in the chamber 38 when the cap 34 is moved to an open position. Furthermore, the needle assembly 19 is firmly secured in the chamber 38 by returning the cap 34 to a closed position. This prevents oscillation of the needle assembly 19 during use.

45 De plunjer 18 omvat een stang 41 en een als één geheel aan één eind van de stang 41 gevormd blok met een geribd oppervlak 43. De plunjer 18 is schuifbaar aangebracht in een langwerpig kanaal 39, dat gevormd wordt door een gleuf in de bovenkant van de dwarswandendelen 27b. Het geribde oppervlak 43 van het blok steekt uit door een langwerpige opening 44 in de kap 34 en maakt het mogelijk de plunjer te verplaatsen tussen een startstand en een implanteerstand. Het kanaal 39 ligt op coaxiale wijze in lijn met de 50 ingangsopening 23 van de buis 20 van het naaldsamenstel 19 en een centreringskanaal 49 om een doorlopend pad voor de stang 41 te vormen wanneer het naaldsamenstel 19 vastgehouden wordt in de kamer 38. Het geribde oppervlak 43 strekt zich uit door de langwerpige opening 44 (figuur 9) in de kap 34, daarbij verplaatsing van de plunjer 18 door het drukken van het geribde oppervlak 43 vanuit een startstand naar een implanteerstand mogelijk makend. De plunjer 18 omvat tevens daar vanaf uitstekende zittingen 55 18a, die tegen door de tegenoverliggende halve wanden 27 gevormde aanslagen 27e rusten. De aanslagen 27e en de zittingen 18a werken samen om de plunjer 18 gewoonlijk op de in figuur 6 afgebeelde startstand te houden.45 The plunger 18 comprises a rod 41 and a block formed integrally at one end of the rod 41 with a ribbed surface 43. The plunger 18 is slidably mounted in an elongated channel 39, which is formed by a slot in the top of the cross-wall parts 27b. The ribbed surface 43 of the block projects through an elongated opening 44 in the cap 34 and allows the plunger to move between a start position and an implant position. The channel 39 coaxially aligns with the entry port 23 of the tube 20 of the needle assembly 19 and a centering channel 49 to form a continuous path for the rod 41 when the needle assembly 19 is held in the chamber 38. The corrugated surface 43 extends through the elongated opening 44 (Figure 9) in the cap 34, thereby permitting movement of the plunger 18 by pressing the ribbed surface 43 from a start position to an implant position. The plunger 18 also includes protruding seats 55 18a from there, which rest against stops 27e formed by the opposing half walls 27. The stops 27e and the seats 18a cooperate to keep the plunger 18 usually in the starting position shown in Figure 6.

193396 4193 396 4

De afstand van de plaats van de markering 30 in de buis 20 vanaf de uitgangsopening 21 en de lengte van de langwerpige opening 44 in de kap 34 hebben relatieve lengten ten opzichte van elkaar. Wanneer de kap 34 in de richting A naar een open stand verplaatst wordt zal deze het blok met het geribde oppervlak 43 vangen wanneer dit zich nog niet in een startstand bevindt en de plunjer 18 naar een startstand 5 verplaatsen zodat de stang 41 geheel buiten de ingangsopening 23 van het naaldsamenstel 19 verplaatst wordt. Verder bepaalt de afstand van de plaats van de markering 30 vanaf de uitgangsopening 21 de afstand waarover de stang 41 verplaatst zal worden en derhalve de voorkeursafstand van de langwerpige opening 44. Daarenboven veronderstelt deze afstand verder dat de stang 41 geheel uit de ingangsopening 23 van de buis 20 verplaatst is wanneer de plunjer 18 zich in een startstand bevindt. Dit maakt de plaatsing 10 van het naaldsamenstel 19 in de kamer 38 mogelijk.The distance from the location of the mark 30 in the tube 20 from the exit opening 21 and the length of the elongated opening 44 in the cap 34 have relative lengths to each other. When the cap 34 is moved to an open position in direction A, it will catch the block with the ribbed surface 43 when it is not already in a start position and move the plunger 18 to a start position 5 so that the rod 41 is completely outside the entrance opening 23 of the needle assembly 19 is moved. Furthermore, the distance from the location of the mark 30 from the exit opening 21 determines the distance by which the rod 41 will be moved and therefore the preferred distance from the elongated opening 44. In addition, this distance further assumes that the rod 41 is completely out of the entrance opening 23 of the tube 20 has moved when the plunger 18 is in a start position. This allows the placement of the needle assembly 19 in the chamber 38.

Wanneer de kap 34 teruggebracht wordt naar een gesloten stand helpt de aanslag 27e de plunjer 18 in zijn startstand te houden zodat de plunjer niet onbedoeld naar voren geduwd wordt. Indien de schuifbare kap 34 niet geheel in een gesloten stand geduwd wordt, wordt voorkomen dat het geribde oppervlak 43 voldoende naar voren geduwd wordt om de plunjer 18 de markering 30 uit het naaldsamenstel 19 te laten 15 uitstoten. Deze configuratie voorkomt het gebruiken van het instrument tenzij het naaldsamenstel 19 geheel vastgeiegd is binnen de kamer 38 en op zekere wijze gevangen is door de naar de gesloten stand verplaatste kap 43. Aangezien het geribde oppervlak 43 van de plunjer 18 in contact komt met de kap 43 ter plaatse van de eindbegrenzingen van de langwerpige opening 44, wordt de plunjer 18 ook op automatische wijze gepositioneerd door manipulatie van de kap 43.When the cap 34 is returned to a closed position, the stop 27e helps to keep the plunger 18 in its starting position so that the plunger is not accidentally pushed forward. If the slidable cap 34 is not pushed fully into a closed position, the ribbed surface 43 is prevented from being pushed forward enough to allow the plunger 18 to eject the mark 30 from the needle assembly 19. This configuration prevents use of the instrument unless the needle assembly 19 is fully secured within the chamber 38 and is securely captured by the cap 43 moved to the closed position. Since the ribbed surface 43 of the plunger 18 contacts the cap 43 at the end limits of the elongated opening 44, the plunger 18 is also positioned automatically by manipulation of the cap 43.

20 Nu wordt ook verwezen naar figuur 8, waarin de werking van de onderhavige uitvinding afgebeeld is. In een voorbeelduitvoering is de markering 30 opgeslagen in de buis 20 en daarin vastgehouden door een uitsteeksel 29. De kap 34 wordt dan naar een open stand geschoven. Het naaldsamenstel 19 wordt dan draaibaar verplaatst naar de kamer 38. De kap 34 wordt dan naar voren verplaatst naar een gesloten stand, daarbij op zekere wijze het naaldsamenstel 19 binnen de kamer 38 en het kanaal 49 op zijn plaats 25 ondersteunend en verankerend.Reference is now also made to Figure 8, which illustrates the operation of the present invention. In an exemplary embodiment, the marker 30 is stored in the tube 20 and held therein by a projection 29. The cap 34 is then slid to an open position. The needle assembly 19 is then rotatably moved to the chamber 38. The cap 34 is then moved forward to a closed position, securely supporting and anchoring the needle assembly 19 within the chamber 38 and channel 49 in place.

Vervolgens moet een proefdier, zoals een muis 46, gestabiliseerd worden. Zoals geïllustreerd in figuur 8 kan een muis in de ene hand van de gebruiker opgepakt worden en kan het implanteerinstrument in de andere hand van de gebruiker gehouden worden. Zoals geïllustreerd in figuur 16 kan echter in een voorbeelduitvoering een cilinder 80, die aan beide einden open is gebruikt worden om de kop van een muis 30 onbeweeglijk te houden. Door het inbrengen van de kop van de muis in de cilinder 80 kan de muis zijn kop niet draaien en in de hand van de gebruiker bijten of op andere wijze de procedure verhinderen. Wanneer de kop van de muis in de cilinder onbeweeglijk gemaakt is, wordt het verder mogelijk dat de hand van de gebruiker gebruikt wordt om de huid van het dier te rekken en daarbij manipulatie van de muis tijdens de subcutane implantatie te vergemakkelijken. Dienovereenkomstig houden de implanteersystemen volgens de 35 onderhavige uitvinding rekening met het gebruik van buizen met verschillende afmetingen voor aanpassing aan duidelijke grootteverschillen van de proefdieren. Wanneer het dier eenmaal onbeweeglijk gemaakt is, is de gebruiker gereed om de buis 20 in het proefdier in te brengen.An animal, such as a mouse 46, must then be stabilized. As illustrated in Figure 8, a mouse can be picked up in one hand of the user and the implanter can be held in the other hand of the user. However, as illustrated in Figure 16, in an exemplary embodiment, a cylinder 80 open at both ends can be used to keep the head of a mouse 30 immobile. By inserting the mouse head into the cylinder 80, the mouse cannot rotate its head and bite the user's hand or otherwise prevent the procedure. Further, when the mouse head in the cylinder has been immobilized, it is possible that the user's hand is used to stretch the animal's skin thereby facilitating manipulation of the mouse during subcutaneous implantation. Accordingly, the implanting systems of the present invention take into account the use of different sized tubes for adaptation to obvious size differences of the test animals. Once the animal has been immobilized, the user is ready to insert the tube 20 into the test animal.

Het uitgangseind 21 van de buis 20 wordt subcutaan ingébracht in de muis 46 totdat de huid 48 van het dier de kant van de mantel 25 bereikt. Dit plaatst de markering 30 op automatische wijze op de gewenste 40 positie onder de huid. Het geribde oppervlak 43 van de plunjer 18 wordt dan naar voren geduwd, bij voorkeur met de duim 50 van de gebruiker, met voldoende kracht zodat de plunjer 18 de drijfpen 16 aangrijpt. Het geribde oppervlak 43 wordt verplaatst totdat het geribde oppervlak 43 in een implanteerstand geplaatst is zodat het geribde oppervlak 43 in contact komt met het eind van de opening 44 in de kap 34. Op dit punt heeft de plunjerstang 41 van de plunjer 18 de drijfpen 16 aangegrepen en strekt deze zich ver 45 genoeg uit in de buis 20 om de drijfpen 16 te hebben gedwongen de markering 30 uit de buis 20 onder de huid van het dier uit te stoten. Vervolgens wordt de implanteerinrichting verwijderd van de huid 48 van het dier, wordt de kap 34 teruggetrokken en wordt het naaldsamenstel 19 verwijderd en ter zijde gelegd. De handeling kan dan herhaald worden voor een ander dier.The exit end 21 of the tube 20 is inserted subcutaneously into the mouse 46 until the animal's skin 48 reaches the side of the mantle 25. This automatically places the marker 30 at the desired 40 position under the skin. The ribbed surface 43 of the plunger 18 is then pushed forward, preferably with the user's thumb 50, with sufficient force so that the plunger 18 engages the driving pin 16. The ribbed surface 43 is moved until the ribbed surface 43 is placed in an implant position so that the ribbed surface 43 contacts the end of the opening 44 in the cap 34. At this point, the plunger rod 41 of the plunger 18 has the driving pin 16 it engages and extends far enough into the tube 20 to have forced the driving pin 16 to eject the mark 30 from the tube 20 under the animal's skin. Then, the implanter is removed from the animal's skin 48, the cap 34 is retracted, and the needle assembly 19 is removed and set aside. The operation can then be repeated for another animal.

In een voorbeelduitvoering is de markering 30 een glazen capsule met daarin een elektronische 50 transponder, die identificatie-informatie over het dier bevat. Dit wordt uitsluitend bij wijze van voorbeeld gebruikt. Deze handeling is aanpasbaar aan de implantatie van elk type markering. De markering 30 wordt gevormd door het inbedden van een elektronische transponder (niet weergegeven) in glazen capsule. Door gebruik van een elektronische transponder wordt de hoeveelheid informatie, die opgeslagen kan worden sterk vergroot, in het bijzonder wanneer transponderinformatie op directe wijze verbonden kan worden met 55 computersystemen, die verdere informatie en verwerkings-software bevatten. Omdat de capsule van glas is neigt deze gemakkeilijk tot schuiven in de roestvrije buis 20. Het is om deze reden dat het uitsteeksel 29 gebruikt wordt om in klempassing te geraken met de capsule in de buis en te voorkomen dat deze in de 5 193396 buis beweegt tijdens opslag en hantering van het naaldsamenstel.In an exemplary embodiment, the marker 30 is a glass capsule containing an electronic transponder containing identification information about the animal. This is used by way of example only. This operation is adaptable to the implantation of any type of marking. The mark 30 is formed by embedding an electronic transponder (not shown) in a glass capsule. By using an electronic transponder, the amount of information that can be stored is greatly increased, especially when transponder information can be directly connected to 55 computer systems containing further information and processing software. Because the capsule is made of glass, it tends to slide easily into the stainless tube 20. It is for this reason that the projection 29 is used to snugly fit the capsule in the tube and prevent it from moving in the 193396 tube during storage and handling of the needle assembly.

Elk naaldsamenstel 19 is vergezeld in een hygiënische mantel 33, die op eenvoudige wijze verwijderd kan worden wanneer het naaldsamenstel in de kamer 38 geplaatst wordt voor gebruik op de bovenbeschreven wijze. Bovendien kan, nadat de hygiënische mantel 33 gebruikt is om de uitgangsopening van 5 de buis te bedekken, een steriliserend gas ingespoten worden in een kamer, die bepaald wordt door de buis 20, de drijfpen 16 en de afdichtende schijf 17 en de mantel 33. Door het inbrengen van een steriliserend gas kan de markering 30 gesteriliseerd worden en gesteriliseerd blijven totdat het naaldsamenstel 19 gereed voor gebruik is. Zoals geïllustreerd, in het bijzonder in figuren 2 tot en met 5 en 13 zijn verder de tegenoverliggende zijwanden 27 van het huis en de plug 24 van elk naaldsamenstel 19 op een wijze als 10 hieronder beschreven gevormd, om het mogelijk te maken dat elk naaldsamenstel 19 opgeslagen kan worden voor gebruik.Each needle assembly 19 is accompanied in a hygienic jacket 33, which can be easily removed when the needle assembly is placed in the chamber 38 for use in the manner described above. In addition, after the hygienic jacket 33 has been used to cover the exit orifice of the tube, a sterilizing gas can be injected into a chamber defined by the tube 20, the driving pin 16 and the sealing disk 17 and the jacket 33. By introducing a sterilizing gas, the marker 30 can be sterilized and remain sterilized until the needle assembly 19 is ready for use. Further, as illustrated, in particular in Figures 2 to 5 and 13, the opposite side walls 27 of the housing and the plug 24 of each needle assembly 19 are formed in a manner as described below to enable each needle assembly 19 can be stored before use.

Op specifieke wijze zijn een paar tegenoverliggende geleidingen 45 gevormd op elke wand 27. De geleidingen 45 zijn gevormd in spiegelbeeld op elke wand 27, zodat ze in register met elkaar geplaatst zijn wanneer de wanden 27 samengebracht zijn om het huis te vormen dat de handgreep 31 bepaalt. Verder is 15 elke geleiding 45 evenwijdig geplaatst met de dwarswand 27b en onder een hoek ten opzichte van de lengterichting van de handgreep 31. De geleidingen 45 zijn op een afstand van elkaar geplaatst, die voldoende is om het mogelijk te maken twee rijen naaldsamenstellingen 19 op te slaan in de handgreep 31.Specifically, a pair of opposite guides 45 are formed on each wall 27. The guides 45 are mirror-formed on each wall 27 so that they are in register with each other when the walls 27 are brought together to form the housing that handles 31 determines. Furthermore, each guide 45 is placed parallel to the transverse wall 27b and at an angle to the longitudinal direction of the handle 31. The guides 45 are spaced apart to allow two rows of needle assemblies 19 to to be beaten in the handle 31.

De plug 24 van elk naaldsamenstel 19 omvat positioneergroeven 26 in tegenovergestelde oppervlakken, waarbij de groeven 26 geplaatst zijn onder een hoek ten opzichte van de langsrichting van de plug 24 en 20 diagonaal tegenover elkaar gelegen zijn, om de plaatsing van elk naaldsamenstel 19 in het huis tijdens de assemblage van het product te vergemakkelijken. Zoals met enige nauwgezetheid geïllustreerd is in de figuren 3 tot en met 5 kan elk naaldsamenstel binnen de handgreep 31 geplaatst worden door het reksgewijs leggen van de plug 24 op een eerste geleiding 45, zodat de geleiding 45 binnen de positione-ringsgroef 26 geplaatst is. De groef 26 en de geleiding 45 voorkomen hoofdzakelijke verplaatsing in de 25 lengterichting van elk naaldS&menstel 19. De tegenoverliggende geleiding 45 werkt mee in het positioneren van de plug 24 door tegen de plug 24 te drukken. Elke geleiding 45 omvat een positioneringsgeleiding 45a, die evenwijdig is met de langszijwanden 27a van de handgreep 31. De positioneringsgeleiding 45a steekt niet zo ver uit als de geleiding 45 en is aangebracht om mee te werken in het voorkomen dat de plug 24 in dwarsrichting schuift en verder om mee te werken in het geleiden van het naaldsamenstel 19 door de 30 opening in de kamer 38 wanneer een naaldsamenstel 19 uit de handgreep 31 verwijderd moet worden.The plug 24 of each needle assembly 19 includes positioning grooves 26 in opposing surfaces, the grooves 26 positioned at an angle to the longitudinal direction of the plug 24 and 20 diagonally opposite each other for placement of each needle assembly 19 in the housing during the assembly of the product. As illustrated with some precision in Figures 3 to 5, each needle assembly can be placed within the handle 31 by elongating the plug 24 on a first guide 45 so that the guide 45 is positioned within the positioning groove 26. The groove 26 and the guide 45 substantially prevent longitudinal displacement of each needle 19 assembly. The opposite guide 45 assists in positioning the plug 24 by pressing against the plug 24. Each guide 45 includes a positioning guide 45a which is parallel to the longitudinal side walls 27a of the handle 31. The positioning guide 45a does not protrude as far as the guide 45 and is arranged to cooperate in preventing the plug 24 from sliding transversely and further to cooperate in guiding the needle assembly 19 through the opening in the chamber 38 when a needle assembly 19 is to be removed from the handle 31.

In een voorbeelduitvoering zijn vijf naaldsamenstellen 19 opgeslagen op elke geleiding 45. Als boven opgemerkt vergemakkelijken de wand 27a en de helling 45a de levering van elk naaldsamenstel 19 aan de gebruiker.In an exemplary embodiment, five needle assemblies 19 are stored on each guide 45. As noted above, wall 27a and ramp 45a facilitate delivery of each needle assembly 19 to the user.

Zoals geïllustreerd in figuur 2 is de opening in de kamer 38 voldoende groot om verwijdering van het 35 naaldsamenstel 19 daardoorheen mogelijk te maken. Dienovereenkomstig wordt, wanneer het naaldsamenstel 19 benodigd is, de kap 34 verplaatst van een gesloten stand naar een open stand. Door het manipuleren van de oriëntatie van het huis 31 zal een naaldsamenstel 19, dat het dichtst gelegen is bij de kamer 38 dan uit het huis schuiven door de opening in de kamer 38. Zoals hiervoor opgemerkt kan zo’n manipulatie vergemakkelijkt worden door één van de tegenoverliggende wanden 27, die de handgreep 31 40 vormen, uit een doorzichtig of doorschijnend materiaal te vormen. Het is verder een eenvoudige zaak om de plug 24 van het naaldsamenstel 19 in de kamer 38 te plaatsen, de kap 34 naar een gesloten stand te schuiven en de hygiënische mantel 33 te verwijderen, zodat de gebruiker gereed is om implantatie van de markering op de bovenbesproken wijze te beginnen.As illustrated in Figure 2, the opening in the chamber 38 is large enough to allow removal of the needle assembly 19 therethrough. Accordingly, when the needle assembly 19 is required, the cap 34 is moved from a closed position to an open position. By manipulating the orientation of the housing 31, a needle assembly 19 closest to the chamber 38 will then slide out of the housing through the opening in the chamber 38. As noted above, such manipulation can be facilitated by one of to form the opposite walls 27, which form the handle 31 40, of a transparent or translucent material. Furthermore, it is a simple matter to place the plug 24 of the needle assembly 19 in the chamber 38, slide the cap 34 to a closed position and remove the hygienic sheath 33 so that the user is ready to implant the mark on the start as discussed above.

Nu wordt verwezen naar figuur 14, waarin een markering 30 gevormd is van een glad materiaal 81, zoals 45 glas. Als eerder opgemerkt kan het gebruik van een glazen markering problematisch zijn. Ten eerste, wanneer het naaldsamenstel geen uitsteeksel 29 omvat, is de markering 30 niet vastgelegd in de buis 20 en kan de markering derhalve uit de buis van het naaldsamenstel 19 schuiven. In de tweede plaats is gebleken dat, wanneer een in glas ingekapselde transponder in een proefdier ingeplant wordt, migratie van de transponder uit de wond van het dier op kan treden. Dienovereenkomstig is in een voorkeursuitvoering één 50 helft van de markering 30 bedekt met een laag 83 met een hoge wrijvingscoêfficiënt. Silastic, vervaardigd door Dow Corning, is bijvoorbeeld op succesvolle wijze gebruikt. Ook polypropyleen is gebruikt als een bedekking. Door gebruik te maken van een markering 30 met een bedekkingslaag 83 kan het uitsteeksel 29 weggelaten worden, waardoor een dunnere buis 20 met een grotere binnendiameter dan de uitvoeringen met een uitsteeksel 29 mogelijk wordt.Reference is now made to Figure 14, in which a mark 30 is formed of a smooth material 81, such as 45 glass. As noted earlier, using a glass marker can be problematic. First, when the needle assembly does not include a protrusion 29, the mark 30 is not fixed in the tube 20, and therefore the mark may slip out of the tube of the needle assembly 19. Secondly, it has been found that when a glass encapsulated transponder is implanted in a test animal, migration of the transponder from the wound of the animal can occur. Accordingly, in a preferred embodiment, one half of the mark 30 is covered with a layer 83 having a high coefficient of friction. For example, Silastic, manufactured by Dow Corning, has been used successfully. Polypropylene has also been used as a cover. By using a marker 30 with a covering layer 83, the projection 29 can be omitted, allowing a thinner tube 20 with a larger inner diameter than the embodiments with a projection 29.

55 In een verdere uitvoering kan het buitenoppervlak van glas van een markering 30 geëtst worden. Hoewel het etsen van de glazen buitenbekleding migratie in het dier voorkomt, is het uitsteeksel 29 nog steeds benodigd om de markering 30 op zijn plaats in de buis 20 te houden. Het etsen is echter gebleken de55 In a further embodiment, the outer surface of glass can be etched from a marker 30. Although etching the glass outer sheath prevents migration in the animal, the protrusion 29 is still required to hold the mark 30 in place in the tube 20. Etching, however, has been shown to

Claims (2)

193396 6 markering te verzwakken en, hoewel experimenteel levensvatbaar, lijkt het niet dezelfde efficiency te bieden als het gebruik van een bedekking 83 op de glazen capsule. 5 Conclusies193396 6 marking and, while experimentally viable, does not appear to offer the same efficiency as using a coating 83 on the glass capsule. 5 Conclusions 1. Samenstel voor het inbrengen van materie in een wezen, omvattend een aantal holle buisvormige organen voor opslag van de materie met een ingangsopening en een uitgangsopening, een opslagruimte voor opslag van het aantal buisvormige organen met een in hoofdzaak rechthoekige horizontale dwarsdoor-10 snede, een huis, een plunjerorgaan, dat door het huis ondersteund wordt en aangebracht is voor verschuiving van een eerste eindstand naar een tweede eindstand teneinde één van de buisvormige organen in de ingangsopening daarvan binnen te gaan om de materie uit de uitgangsopening te stoten, en voor terug-schuiving van de tweede eindstand naar de eerste eindstand, en organen voor het vóór het plunjerorgaan ondersteunen van een buisvormig orgaan tijdens het uitstoten van de materie, waarbij het huis voorzien is 15 van een afsluitbare opening voor het daardoorheen, naar de omgeving kunnen afgeven van een buisvormig orgaan, met het kenmerk, dat de materie een subcutaan in een dier te implanteren markering (30) is, dat de opslagruimte (31) en het boven de opslagruimte opgestelde huis gevormd zijn door één enkel huis (10) waarin de als een opneemruimte (38) uitgevoerde organen voor het ondersteunen van het ene buisvormige orgaan (20) tijdens gebruik is gevormd, waarbij het plunjerorgaan (18) in het huis en de opslagruimte 20 gescheiden zijn door een tussenwand (27b) die voorzien is van een naar de opneemruimte leidende doorgang daarin voor afgifte daardoorheen van een buisvormig orgaan van de opslagruimte naar de opneemruimte, waarbij de doorgang in de tussenwand en de afsluitbare afgifte-opening met elkaar in lijn liggen, waarbij de tegenover elkaar opgestelde lange wanden van de opslagruimte aan de binnenzijde voorzien zijn van in hoofdzaak tegenover elkaar liggende en zich tussen de korte wanden uitstrekkende 25 uitstekende ribben (45) en de buisvormige organen voorzien zijn van diagonaal tegenover elkaar liggende groeven (26), welke ribben en groeven zodanige afmetingen hebben en zodanig verlopen, dat zij met elkaar samenwerken voor het op zijn plaats in de opslagruimte positioneren van de buisvormige organen, welke ribben aan de afgiftezijde ribgedeeiten (45a) bezitten voor het één voor één via de doorgang naar de opneemruimte geleiden van de buisvormige organen.An assembly for the introduction of matter into a creature, comprising a plurality of hollow tubular members for storage of the matter with an entrance opening and an exit opening, a storage space for storing the number of tubular members with a substantially rectangular horizontal cross-section, a housing, a plunger member, supported by the housing and arranged for shifting from a first end position to a second end position to enter one of the tubular members into its entrance opening to expel matter from the exit opening sliding from the second end position to the first end position, and means for supporting a tubular member in front of the plunger member during ejection of the material, the housing being provided with a closable opening for discharging through it to the environment a tubular member, characterized in that the matter is implanted subcutaneously in an animal The marking (30) is that the storage space (31) and the housing arranged above the storage space are formed by a single housing (10) in which the members designed as a receiving space (38) for supporting the one tubular member (20) is formed during use, the plunger member (18) in the housing and the storage space 20 being separated by an intermediate wall (27b) which includes a passage leading to the receiving space therein for delivery therethrough of a tubular member from the storage space to the receiving space the passage in the partition wall and the closable dispensing opening being in alignment with each other, the opposed long walls of the storage space being provided on the inside with substantially opposite projecting ribs extending between the short walls (45) and the tubular members are provided with diagonally opposite grooves (26), which ribs and grooves have such dimensions and extend to cooperate with each other to position the tubular members in place in the storage space, the ribs having discharge members (45a) on the delivery side for guiding the tubular one by one through the passage to the receiving space organs. 2. Samenstel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het huis boven het plunjerorgaan voorzien is van een deksel (34), dat verschuifbaar is van een eerste stand waarin de afgifte-opening open is en het buisvormige orgaan vanuit de opslagruimte door de doorgang in de tussenwand (27b) en de afgifte-opening afgegeven kan worden, naar een tweede stand waarin de afgifte-opening gesloten is en terug. Hierbij 5 bladen tekeningAssembly according to claim 1, characterized in that the housing above the plunger member is provided with a cover (34) slidable from a first position in which the dispensing opening is open and the tubular member from the storage space through the passage in the partition wall (27b) and the dispensing opening can be dispensed, to a second position in which the dispensing opening is closed and back. Hereby 5 sheets drawing
NL9500365A 1986-10-06 1995-02-24 Assembly for introducing matter into a being. NL193396C (en)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9500365A NL193396C (en) 1986-10-06 1995-02-24 Assembly for introducing matter into a being.

Applications Claiming Priority (6)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US91915286 1986-10-06
US06/919,152 US4787384A (en) 1986-10-06 1986-10-06 Animal marker implanting system
NL8702369A NL191480C (en) 1986-10-06 1987-10-05 Device for implanting a marker in an animal.
NL8702369 1987-10-05
NL9500365 1995-02-24
NL9500365A NL193396C (en) 1986-10-06 1995-02-24 Assembly for introducing matter into a being.

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL9500365A NL9500365A (en) 1995-08-01
NL193396B NL193396B (en) 1999-05-03
NL193396C true NL193396C (en) 1999-09-06

Family

ID=26646298

Family Applications (3)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9500365A NL193396C (en) 1986-10-06 1995-02-24 Assembly for introducing matter into a being.
NL9500367A NL194223C (en) 1986-10-06 1995-02-24 Method for forming a marker, to be entered into an animal.
NL9500366A NL194257C (en) 1986-10-06 1995-02-24 Needle assembly for implanting markings into animals.

Family Applications After (2)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9500367A NL194223C (en) 1986-10-06 1995-02-24 Method for forming a marker, to be entered into an animal.
NL9500366A NL194257C (en) 1986-10-06 1995-02-24 Needle assembly for implanting markings into animals.

Country Status (1)

Country Link
NL (3) NL193396C (en)

Also Published As

Publication number Publication date
NL194257B (en) 2001-07-02
NL9500367A (en) 1995-08-01
NL194257C (en) 2001-11-05
NL194223C (en) 2001-10-02
NL193396B (en) 1999-05-03
NL9500366A (en) 1995-08-01
NL194223B (en) 2001-06-01
NL9500365A (en) 1995-08-01

Similar Documents

Publication Publication Date Title
CA1334366C (en) Animal marker implanting system
US5002548A (en) Animal marker implanting system
US5074318A (en) Animal marker
US5024727A (en) Method of forming an animal marker implanting system
US4451254A (en) Implant system
US20210268249A1 (en) Kit for and method of assembling an applicator for inserting an implant
NL193854C (en) Medical lancet organ.
US9757552B2 (en) Applicator for inserting an implant
US7118550B2 (en) Side-delivery suppository dispenser
EP0343803A2 (en) Safety introduction means for catheter
KR20000048664A (en) Medical device for the placement of solid materials
NL193396C (en) Assembly for introducing matter into a being.
JPH0921792A (en) Device that supplies continuous zone of disposable strip
IT9047753A1 (en) PERFECTED SYSTEM FOR IMPLANTING A MARK ON AN ANIMAL.
AU2007206957B2 (en) Kit for and method of assembling an applicator for inserting an implant
US20020082561A1 (en) Needleless fluid transfer apparatus and related methods

Legal Events

Date Code Title Description
A1A A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V4 Lapsed because of reaching the maximum lifetime of a patent

Effective date: 20071005