NL1036276C2 - Inrichting voor het bevatten van plantmateriaal en systeem voor verwerking daarvan. - Google Patents

Inrichting voor het bevatten van plantmateriaal en systeem voor verwerking daarvan. Download PDF

Info

Publication number
NL1036276C2
NL1036276C2 NL1036276A NL1036276A NL1036276C2 NL 1036276 C2 NL1036276 C2 NL 1036276C2 NL 1036276 A NL1036276 A NL 1036276A NL 1036276 A NL1036276 A NL 1036276A NL 1036276 C2 NL1036276 C2 NL 1036276C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
plant material
holder
holders
container
access
Prior art date
Application number
NL1036276A
Other languages
English (en)
Inventor
John Bijl
Original Assignee
Visser S Gravendeel Holding
Vitro Plus C V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Visser S Gravendeel Holding, Vitro Plus C V filed Critical Visser S Gravendeel Holding
Priority to NL1036276A priority Critical patent/NL1036276C2/nl
Priority to US13/132,299 priority patent/US8683739B2/en
Priority to PCT/NL2009/050676 priority patent/WO2010064900A1/en
Priority to EP09751995.3A priority patent/EP2355647B1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1036276C2 publication Critical patent/NL1036276C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/08Devices for filling-up flower-pots or pots for seedlings; Devices for setting plants or seeds in pots
    • A01G9/083Devices for setting plants in pots
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/02Receptacles, e.g. flower-pots or boxes; Glasses for cultivating flowers
    • A01G9/027Pots connected in horizontal rows
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/02Receptacles, e.g. flower-pots or boxes; Glasses for cultivating flowers
    • A01G9/029Receptacles for seedlings
    • A01G9/0295Units comprising two or more connected receptacles
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/02Receptacles, e.g. flower-pots or boxes; Glasses for cultivating flowers
    • A01G9/029Receptacles for seedlings
    • A01G9/0299Handling or transporting of soil blocks or seedlings

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Soil Sciences (AREA)
  • Cultivation Receptacles Or Flower-Pots, Or Pots For Seedlings (AREA)

Description

INRICHTING VOOR HET BEVATTEN VAN PLANTMATERIAAL EN SYSTEEM VOOR VERWERKING DAARVAN
De onderhavige uitvinding betreft een inrichting voor 5 het bevatten van plantmateriaal, en een systeem voor het verwerken van ten minste één dusdanige inrichting.
Gewoonlijk worden in bekende inrichtingen houders toegepast, waarin alleen een toegang beschikbaar is voor het in de houder plaatsen van plantmateriaal of het daaruit 10 nemen van dat plantmateriaal. Het deponeren van plantmateriaal in de houders is op zich nog geen enkel probleem, in het bijzonder omdat het plantmateriaal dan nog veelal zeer jong is. Echter, het uitnemen van het plantmateriaal stuit vaker op problemen. Er zijn allerlei 15 voorstellen gedaan in de bekende techniek. Daarbij kunnen bijvoorbeeld grijpers worden gebruikt of zijn houders vervormbaar om het plantmateriaal en eventueel substraatmateriaal uit de houders te drukken, die hiertoe dan bijvoorbeeld vervormbaar kunnen zijn. Al deze bekende 20 technieken hebben echter als nadeel, dat op geen enkele wijze te voorkomen valt, dat een zekere hoeveelheid uitval optreedt als gevolg van beschadiging van het plantmateriaal gedurende het verwijderen uit de houders daarvan.
Met de onderhavige uitvinding is beoogd de 25 bovengenoemde nadelen van de bekende techniek te verhelpen of althans te verminderen. Hiertoe onderscheidt de inrichting en het systeem volgens de onderhavige uitvinding zich door de maatregelen althans de combinatie daarvan, zoals gedefinieerd in de onafhankelijke conclusies.
30 Met een inrichting en een systeem volgens de onderhavige uitvinding is het mogelijk om het plantmateriaal in de houder in te brengen via een toegang, bijvoorbeeld aan de bovenzijde, die hiertoe, net als in de bekende techniek, 1O36 276 2 open is. Eventueel kan de toegang na het inbrengen van het plantmateriaal ook afgesloten worden, bijvoorbeeld wanneer het onder steriele omstandigheden kweken van plantmateriaal gewenst is. Dit kan tevens dienen om uitdroging tijdens 5 transport tegen te gaan of zelfs te voorkomen, waarbij het al dan niet gewenst is dat het binnenste van de bijvoorbeeld buisvormige houder steriel is. Daarbij komt, volgens de onderhavige uitvinding, de maatregel dat de houder aan de onderzijde, bij de bodem in een gebruikstoestand, of althans 10 tegenover de toegang, open en afsluitbaar is. De bodem is gesloten gedurende het kweken van het plantmateriaal. Dat betekent, dat de bodem van de houder op een gewenst moment geopend kan worden. Gewoonlijk zal dit pas gebeuren na enige tijd, waarin het plantmateriaal is gekweekt in de houder.
15 Daarbij is het mogelijk om het substraatmateriaal en het plantmateriaal, of alleen het plantmateriaal bij de bodem of althans aan de tegenover de toegang gelegen zijde te drukken uit de houder. De druk hiertoe kan bijvoorbeeld worden gegenereerd met een gewenste hoeveelheid water of lucht.
20 Deze hoeveelheid water of lucht kan worden verschaft middels een mondstuk. Aldus is nauwelijks contact met harde of stijve onderdelen en/of componenten nodig voor het uit de houder nemen van het plantmateriaal (en eventueel ook het substraatmateriaal).
25 Volgens de onderhavige uitvinding zijn er verder diverse uitvoeringsvormen mogelijk, welke zijn opgesomd in de afhankelijke conclusies op niet-limitatieve wijze, en ook andere uitvoeringsvormen zijn mogelijk.
Zo kan een sluitstuk worden toegepast, dat over de 30 bodem aan te brengen is. Het kan hier een schuif betreffen, waarmee de bodem af te sluiten is, om in de houder plantmateriaal te kweken, eventueel in substraatmateriaal. Een dergelijk sluitstuk kan ook een scharnierende klep zijn.
3
In een mogelijke aanvullende of alternatieve uitvoeringsvorm is kleefband verschaft, om een klep, schuif of ander sluitstuk te sluiten, of om zelf een afdichting van de normaal gesproken open bodem te vormen, wanneer het 5 kleefband over de bodem is aangebracht.
Als kleefband wordt toegepast, kan het aan de buitenzijde van de houder, bijvoorbeeld tegen de buitenwand daarvan, worden aangebracht. Aldus wordt een betere hechting verkregen dan wanneer het hechtband alleen wordt aangebracht 10 tegen de randen om de open bodem.
Als aanvulling of als alternatief is het binnen het kader van de uitvinding mogelijk om een zegelfolie toe te passen. Deze kan bijv. met een warmteverzegeling aan ten minste de rand om de opening bij de bodem van de houder zijn 15 aangebracht om een dichte afsluiting van de opening te bewerkstelligen.
De tegenover de bodem gelegen toegang is in hoofdzaak open en afsluitbaar, bij voorkeur met een toegangs-sluitelement. Een mogelijke reden om de toegang ook 20 af te willen sluiten, net als de bodem, kan zijn om onder steriele omstandigheden plantmateriaal te kunnen kweken. Dit is in het bijzonder vaak het geval bij zaden en/of weefselkweek. Ook dan kan gebruik worden gemaakt van een sluitstuk, een kleefband of een zegelfolie.
25 Bij voorkeur vertoont de houder een vorm en afmeting, die althans in de nabijheid van de bodem constant zijn of in de richting van de bodem divergent zijn. Zolang de vorm en afmeting van de houder in de richting van de bodem niet convergeert, zal verstopt raken van de houder 30 effectief kunnen worden voorkomen. Een divergente vorm kan voordelen met zich mee brengen als het gaat om het uit de houder blazen van het plantmateriaal. Echter, dan kan minder goed worden verzekerd, dat gedurende de kweek van het 4 plantmateriaal een prop substraat echt op de plaats blijft zitten, waar die bedoeld is. Aldus zal naar verwachting een geprefereerde uitvoeringsvorm de eigenschap vertonen, dat de wanden van de houder parallel zijn en althans in de 5 nabijheid van de bodem een constante vorm en afmeting zullen hebben. Als aanvulling en/of als alternatief kan de houder in het binnenste van de houder een vernauwing of andere steun voor het plantmateriaal zijn verschaft om te voorkomen dat het plantmateriaal omlaag zakt in de houder.
10 Bij voorkeur is de houder vervaardigd uit een doorzichtig materiaal. Dit is in het bijzonder gunstig, wanneer gebruik wordt gemaakt van een vision systeem, bijvoorbeeld met een camera of ander CCD-liggend element.
Een willekeurige vorm van een camera of vision-middelen kan 15 hier worden toegepast. Doordat het materiaal van de houder doorzichtig of doorschijnend is, kunnen met zo'n vision systeem constateringen volgen over het bereikte wasdom van het plantmateriaal, de kleur van de afzonderlijke plantmaterialen in afzonderlijke houders, de gesteldheid en 20 de gezondheid van het plantmateriaal, etc. Op basis van constateringen, die volgen uit waarnemingen met de vision-middelen, kunnen beslissingen worden genomen over het moment en de plaats, waar het plantmateriaal uit de houder wordt genomen, bij voorkeur met behulp van de luchtstroom of 25 waterstroom, zoals hierboven is beschreven, die kan worden verschaft met een mondstuk.
Verder kan een inrichting volgens de uitvinding meer dan één houder omvatten. De houders kunnen vast aan elkaar bevestigd zijn. De houders kunnen ook losmaakbaar 30 koppelbaar zijn. Daartoe kunnen verbindingsplaten tuusen de houders worden toegepast, en deze kunnen de koppelmiddelen omvatten, als de houders loskoppelbaar met elkaar verbindbaar zijn.
5
In een bijzonder gunstige uitvoeringsvorm zijn verbindingsmiddelen gwevormd als een plooibaar orgaan. Daarmee is het mogelijk om de houders in een uitgestrekte toestand van het orgaan met vooraf bepaalde onderlinge 5 tussenafstanden in licht uit te zetten. Daarnaast kan een dergelijk plooibaar orgaan toestaan dat de houders in een gecomprimeerde toestand van het orgaan ruimtebesparend worden getransporteerd.
In een uitermate gunstige uitvoeringsvorm vormt 10 het plooibare orgaan tevens een zegelfolie, welke bijvoorbeeld met een watrmteverzegeling over de opening bij de bodem aan te brengen is, en in zekere geprefereerde uitvoeringsvormen ook bij de tegenover de bodem gelegen toegang. Zo vervult de zegelfolie of het plooibare orgaan op 15 zeer gunstigfe wijze een duale functie voor het sluiten van de houders en het verschaffen van samenhang daaraan ten behoeve van transport en/of verwerking door het systeem.
Aldus zijn ook de hoofdzakelijke elementen van een systeem hiervboven reeds aangestipt. Daarover kan verder nog 20 worden vermeld dat een systeem verder bewegingsmiddelen dient te omvatten voor het in een relatieve beweging verplaatsen van de houder en het mondstuk ten opzichte van elkaar. Aldus kan de houder in de nabijheid van het mondstuk worden gebracht om het plantmateriaal uit de houder te 25 blazen. Vervolgens kan de houder worden verwijderd van het mondstuk en kan een nieuwe houder worden toegevoerd naar het mondstuk. Zo blijkt, dat een volledig geautomatiseerde verwerking van de houders mogelijk is, en dat ook in hoge mate kwetsuur of beschadiging van het plantmateriaal kan 30 worden voorkomen met een systeem en een inrichting volgens de onderhavige uitvinding. De automatisering kan verder worden bevorderd, wanneer verscheidene houders een eenheid vormen met in elke van de afzonderlijke houders een stuk 6 plantmateriaal. Bij voorbeeld kunnen de houders dan in een reeks zijn opgesteld. Deze reeks kan dan houder-na-houder voorbij het mondstuk worden gevoerd. Onder de houder zullen dan telkens opname- of opvangmiddelen moeten zijn 5 gepositioneerd, waartoe transportmiddelen kunnen zijn verschaft in het systeem volgens de uitvinding. Zo kunnen afzonderlijke exemplaren van het plantmateriaal uit afzonderlijke houders worden geblazen in kuilen of afzonderlijke opvangmiddelen in een tray, bak of andere 10 container, die op zich dan telkens weer, bij voorkeur ten opzichte van het mondstuk, moet worden verplaatst om een nieuwe opname- of opvang (kuiltje) beschikbaar te stellen om daarin het plantmateriaal te blazen, vanuit de houder. Bij voorkeur worden de bewegingen van de houder ten opzichte van 15 het mondstuk en van de container met opvangmiddelen ten opzichte van het mondstuk gecoördineerd middels een besturing, die rekening kan houden met waarnemingen van de vision-middelen, en bovendien kan zorgen dat niet op enig moment op dezelfde positie twee exemplaren van het 20 plantmateriaal terecht kunnen komen.
Hieronder zal een uitvoeringsvorm worden beschreven, onder verwijzing naar de bijgevoegde tekeningen, waarin gelijke en gelijksoortige onderdelen, componenten en overwegingen zijn aangeduid met dezelfde referentienummers, 25 en waarin slechts bij wijze van voorbeeld niet-limitatieve uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding zijn getoond, en waarin:
Fig. 1 een eerste uitvoeringsvorm toont van een inrichting volgens de onderhavige uitvinding; 30 Fig. 2 een tweede uitvoeringsvorm toont van een inrichting volgens de onderhavige uitvinding; 7
Fig. 3 de samenhang van de inrichting uit fig. 1 met de werking van een systeem volgens de onderhavige uitvinding weergeeft;
Fig. 4 op zeer schematische wijze een mogelijke 5 uitvoeringsvorm toont van een systeem volgens de onderhavige uitvinding;
Fig. 5 een uitvoeringsvorm toont van een houder met een als steun dienende vernauwing;
Fig. 6 een uitvoeringsvorm toont van een 10 inrichting met twee of meer star samenhangende houders in een reeks;
Fig. 7 een uitvoeringsvorm toont waarbij reeksen houders onderling gekoppeld kunnen worden;
Fig. 8 een uitvoeringsvorm toont met een plooibaar 15 orgaan dat tevens een als zegelfolie dienend sluitelement vormt in een uitgezette toestand voor biojvoorbeeld het opkweken van plantmateriaal; en
Fig. 9 de uitvoeringsvorm van figuur 8 toont in een gecomprimeerde toestand van bijvoorbeeld transport.
20 In fig. 1 is een inrichting 1 getoond volgens de onderhavige uitvinding. De inrichting 1 omvat een aantal buisvormige houders 2, die van elkaar gescheiden zijn door tussengelegen schotten 3. Aldus is de inrichting 1 volgens de onderhavige uitvinding in de hier getoonde 25 uitvoeringsvorm vergelijkbaar met een strook hol plaatmateriaal met een binnenstructuur om de afzonderlijke houders te definiëren. De houders 2 zijn aan de bovenzijde open. Aan die bovenzijde is de toegang tot elke van de houders 2 mogelijk, bijvoorbeeld voor het inbrengen van 30 plantmateriaal 4. Het plantmateriaal wordt dan gedeponeerd of geplaatst in substraatmateriaal 5. Het substraatmateriaal 5 kan gelijktijdig met of voorafgaand aan het plantmateriaal 4 zijn ingebracht in de houders 2. Eventueel kan het 8 substraatmateriaal 5 zelfs zijn ingebracht vanaf de onderzijde in fig. 1, voorafgaand aan het aanbrengen van een kleefband 6. Gelijktijdig met het substraatmateriaal kan echter ook het plantmateriaal 4 worden ingebracht vanaf wat 5 hier zal worden aangeduid als de bodem van de houders 2, voordat de kleefband 6 wordt aangebracht.
Opgemerkt wordt, dat het in de houders 2 ook alleen plantmateriaal kan zijn of worden verschaft, dat wil zeggen: zonder substraatmateriaal 5. Zoals in samenhang met 10 figuur 5 hieronder zal worden beschreven, kunnen dan aanvullende maatregelen worden of zijn getroffen om het plantmateriaal 4 op een gewenste plaats in de houders 2 te houden, zoals bijvoorbeeld een vernauwing of constrictie in de buisvormige houders 2. Het is evenzeer mogelijk dat het 15 plantmateriaal 4 dan zonder dergelijke maatregelen, maar op basis van kleefkracht en buitenwaarts georiënteerde druk van het plantmateriaal 4 tegen de binnenwand van de houders 2 op een gewenste plaats in de houders blijft zitten.
In de plaats van kleefband kan ook een klep worden 20 gebruikt (hier niet getoond) of een schuif waarmee het mogelijk is om één voor één de houders 2 aan de onderzijde (de bodem) af te sluiten of vrij te geven.
In de in fig. 1 getoonde toestand wordt juist het kleefband 6 verwijderd van de bodem van de houders 2.
25 Daarbij komt één voor één de bodem van een opeenvolging van houders 2 vrij. Door een mondstuk te plaatsen op de bovenzijde (de toegang) van telkens één van de houders 2 waarvan de onderzijde (de bodem) is vrijgegeven door het verwijderen van het kleefband 6, kan het plantmateriaal 4 30 eventueel met het substraatmateriaal 5 uit een opeenvolging van houders 2 worden gespoeld of geblazen. Dit zal hieronder nader worden beschreven in samenhang met fig. 3 en 4. Van belang is het dan om op te merken, dat het plantmateriaal 9 geheel in de buisvormige houders 3 is opgenomen, ook na enige tijd van opkweek daarvan. Aldus is te voorkomen dat blad of ander plantmateriaal over de bovenrand uitsteekt en een belemmering kan vormen bij het uitspoelen of uitblazen 5 van het plantmateriaal als dat tussen de rand en een spoel-of blaasmond terecht komt.
In fig. 2 is een aanvullende en/of andere uitvoeringsvorm getoond van een inrichting 7 volgens de onderhavige uitvinding. Deze omvat twee rijen houders 2 10 naast elkaar met een middenschot 8 daartussen, waarbij ook de dwarsschotten 3 nog in de inrichting 7 aanwezig zijn.
Ook is het kleefband 6 weer over de open bodems van de afzonderlijke houders 2 aangebracht om de houders 2 aan de onderzijde daarvan af te kunnen sluiten.
15 In fig. 2 is verder een rol kleefband 9 weergegeven, waarmee de bovenzijden van de houders 2 kunnen worden afgesloten. In de weergave van fig. 2 wordt de rol plakband 9 bewogen in de richting van pijl A om plakband af te trekken van de rol 9 en te plakken over de toegangen aan 20 de bovenzijde van de afzonderlijke houders 2. Dit is vergelijkbaar met de wijze, waarop de kleefband 6 aan de onderzijde van de houders 2 kan worden aangebracht.
In fig. 3 is een weergave getoond van de meest elementaire werking van een systeem volgens de onderhavige 25 uitvinding. Daarbij is slechts een enkele houder 2 weergegeven met daarin substraatmateriaal 5 en plantmateriaal 4. De onderzijde van de houder 2 is open maar afgesloten met het kleefband 6, en is te openen door het kleefband 6 weg te nemen in de richting van pijl E. Het 30 substraatmateriaal 5 en het plantmateriaal 4 blijven op kleefkracht of druk "hangen" in de houder 2. Zoals onder is beschreven in samenhang met figuur 5, kan hiertoe tevens een vernauwing of andere steun worden benut.
10
Op een gewenst moment wordt een mondstuk 10 in werking gesteld. Het mondstuk 10 wordt daartoe in of bij de open bovenzijde van de houder 2 gepositioneerd om een luchtof waterstraal 11 in de houder 2 te laten vloeien. De 5 daarmee gegenereerde druk kan laag zijn, voor zover deze dan voldoet of volstaat om het plantmateriaal 4 met eventueel ook het substraatmateriaal 5 uit te nemen uit de houder 2. Dat uitnemen geschiedt dan langs de open onderzijde of bodem van de houder 2.
10 Het mondstuk kan, als aanvulling of als alternatief, in werking worden gesteld op basis van waarnemingen met een camera 12. De camera 12 kan zijn georiënteerd op het plantmateriaal 4, en kan een videocamera, een digitale camera, een CCD of enig andere 15 uitvoeringsvorm van vision-middelen omvatten. Met een dergelijk vision-systeem, waarvan de camera 12 deel uitmaakt, is het mogelijk om ook de gezondheid van het plantmateriaal vast te stellen. Zo is het mogelijk om al in een heel vroeg stadium beslissingen te nemen over gezond of 20 ongezond plantmateriaal 4. Hiertoe is de wand 13 van de houder 2 doorschijnend of doorzichtig en is het mogelijk om met van de camera 12 verkregen beelden van het plantmateriaal 4 te werken om hierover beslissingen of besluiten te nemen.
25 In fig. 4 is ook weer een camera 12 getoond in een systeem 14 volgens de onderhavige uitvinding, dat is ingericht om te functioneren met een inrichting 7, eveneens volgens de onderhavige uitvinding, zoals die is getoond in fig. 2, dat wil zeggen met twee rijen houders 2. De 30 inrichting 7 is geplaatst in een ophanging 15, waarmee de inrichting 7 in de richting van dubbele pijl B beweegbaar is met behulp van een door motor 16 gevormde aandrijving.
11
Onder de inrichting 7 is een container 17 geplaatst, bij voorkeur op een translatietafel, waarvan de werking schematisch is weergegeven met de dubbele pijlen C. De container 17 omvat in het bovenoppervlak daarvan een 5 aantal kuilen 18, waarin het plantmateriaal uit de houders 2 terecht moet komen. Voor een gewenste uitlijning van telkens één van de houders 2 ten opzichte van één van de kuilen 18 kan de translatietafel in de richting van dubbele pijlen C worden bewogen in samenhang met een beweging in de richting 10 van dubbele pijlen B van de inrichting 7. Als een gewenste van de houders 2 is uitgelijnd met een beoogde van de kuilen of gaten 18 in de container 17 met daarin bijvoorbeeld substraat of tuinaarde, vezelmateriaal, etc. kan het mondstuk 10 worden gezet op de open bovenkant van de 15 betreffende van de houders 2 na een beweging in de richting van dubbele pijl D. Vervolgens kan een pomp 19 in werking worden gesteld om fluïdum uit een reservoir 20 in de betreffende van de houders 2 te pompen. Het fluïdum kan lucht, gas, water, etc. omvatten. Bij het in werking treden 20 van de pomp 19 met het mondstuk 10 op de open bovenkant van de betreffende van de houders 2, wordt het plantmateriaal 4 uit de houder gedrukt en komt terecht in een gewenste of beoogde van de kuilen 18. De camera 12 kan hierin een geprefereerde, doch niet vereiste rol spelen.
25 Als plantmateriaal 4 in een betreffende houder 2 niet gezond is, hetgeen kan worden geconstateerd uit de kleur van het plantmateriaal 4, dan kan de container 17 onder de inrichting 7 worden weggetrokken om de pomp 19 alsnog in werking te stellen en het plantmateriaal weg te 30 laten vallen langs de container 17. Bij het verkrijgen van een beeld met de camera 12, dat aangeeft dat er sprake is van plantmateriaal met een bepaalde kleur, kunnen de exemplaren van het plantmateriaal met dezelfde kleur uit 12 afzonderlijke houders 2 worden gegroepeerd in de container 17, hetgeen is aangeduid met scheidingsgrenzen 21, 22, die evenzeer betrekking zouden kunnen hebben op afzonderlijke containers voor het groeperen van het plantmateriaal met 5 telkens een gezamenlijke eigenschap. Niet alleen kan aldus worden geselecteerd op kleur of gezondheid, maar ook op ontwikkeling. Plantmateriaal in één van de houders 2, dat verder is ontwikkeld dan het plantmateriaal in direct naburige houders 2, kan dan op een andere plaats in de 10 container 17 (of in een andere container) worden gedeponeerd dan het plantmateriaal uit de direct naburige houders 2. Aldus kunnen diverse selectiecriteria worden aangelegd.
Opgemerkt wordt verder nog, dat een kraag 23 aan het mondstuk 10 is aangebracht in de weergave van fig. 3.
15 Deze dient voor een goede afsluiting van de bovenzijde van de houder 2, in het bijzonder in het geval, dat een luchtstroom 11 afkomstig is van het mondstuk 10. Daartoe kan het van belang zijn, dat zeker is gesteld dat geen blad of ander deel van het plantmateriaal in wordt geklemd tussen de 20 bovenrand van de houder en de kraag 23. Met de kraag 23 kan de druk tot een gewenste hoogte worden opgevoerd in het binnenste van de houder 2. Verder wordt opgemerkt, dat in fig. 4 slechts een enkele camera 12 is getoond, terwijl twee rijen houders 2 naast elkaar zijn opgesteld in de enkele 25 inrichting 7 volgens de onderhavige uitvinding. Aldus is het zeer wel mogelijk, dat tegenover de camera 12 ten opzichte van de inrichting 7 nog een aanvullende camera kan zijn opgesteld. Verder is het in een dusdanige uitvoeringsvorm mogelijk, dat het middenschot 8 in fig. 2 reflecterend of in 30 elk geval niet doorzichtig zou kunnen zijn. Dit zou ook met andere middelen kunnen worden bewerkstelligd. Het doel hiervan is, dat geen beeld hoeft te worden verkregen van 13 plantmateriaal in een naastgelegen houder ten opzichte van een te inspecteren houder.
In fig. 5 is een uitvoeringsvorm getoond van een houder 24, waarvan de onderzijde af is gesloten met 5 kleefband 6 en de bovenzijde af is gesloten met kleefband 9. De CCD-camera 12 is georiënteerd op een locatie, waar met enige zekerheid een wortelgestel en/of blad van plantmateriaal 4 zich bevindt. In het bijzonder is het bijzonder, dat de camera 12 kan worden georiënteerd op een 10 wortelgestel van het plantmateriaal 4, hetgeen niet eerder is vertoond in de bekende techniek. De uitvoeringsvorm van de houder 24 in fig. 5 onderscheidt zich verder van andere hier weergegeven en beschreven uitvoeringsvormen door een vernauwing 25, welke een steun vormt voor het wortelgestel 15 van het plantmateriaal 4. Aldus is met enige zekerheid te voorspellen, waar het wortelgestel zich zal bevinden, en dat is in de nabijheid van de vernauwing 25. De vernauwing 25 vormt aldus een steun voor het wortelgestel van het plantmateriaal 4, zelfs als dat wortelgestel zich in 20 substraatmateriaal bevindt, dat hier in fig. 5 niet is weergegeven.
In fig. 6 is een andere uitvoeringsvorm getoond van een inrichting 26 met een reeks van vier houders 27-30. De houders 27-30 zijn onderling verbonden door middel van 25 verbindingsplaten. De buitenste verbindingsplaten 31, 32 bevatten koppelmiddelen. Zo kan een langere reeks dan de vier getoonde houders 27-30 worden gevormd met op voorhand goed gedefinieerde tussenafstanden. De buitenste verbindingsplaten 31, 32 overlappen elkaar in een gekoppelde 30 toestand, zoals in fig. 7 is getoond, ten minste gedeeltelijk, wanneer een pen-gat-verbinding 33, 34 wordt bekrachtigd in de richting van pijl G. Aldus zal de tussenafstand tussen houders in naburige reeksen 26 14 hetzelfde zijn als de tussenafstand tussen afzonderlijke houders 27, 30 in een enkele inrichting 26, zoals die in fig. 6 is getoond. Dit maakt een machinale geautomatiseerde verwerking middels een installatie of systeem volgens de 5 onderhavige uitvinding beter en makkelijker te verwezenlij ken.
In fig. 8 en fig. 9 is een andere uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding getoond in respectievelijk perspectivisch aanzicht en bovenaanzicht. In de 10 uitvoeringsvorm van figuren 8 en 9 worden reeksen houders in een inrichting 26 toegepast als die, welke in fig. 6 is getoond, doch andere uitvoeringsvormen zijn evenzeer mogelijk. Van belang is het om hier op te merken, dat de afzonderlijke houders 27-30 zowel aan de boven- als aan de 15 onderzijde open zijn, en aan de boven- en aan de onderzijde van de afzonderlijke houders 27-30 zijn folies 35 en 36 aangebracht. De folies 35 en 36 kunnen tevens banen zijn, die over een enkele reeks 26 houders 27-30 zijn aangebracht. Echter, de in fig. 8 getoonde uitvoeringsvorm vertoont het 20 voordeel van fig. 9, en dat is dat in fig. 8 de inrichtingen 26 op afstand van elkaar zij geplaatst, zodat de maximale lichtinval in het binnenste van elk van de houders 27-30 mogelijk is. Voor transport wordt de toestand van fig. 9 ingenomen, hetgeen mogelijk is, omdat de folies 35, 36 25 plooibaar zijn. Daarbij worden de afzonderlijke inrichtingen 26 dichter bij elkaar geplaatst en de folies 35, 36 conformeren zich hieraan. Aldus wordt aanzienlijke ruimte bespaard ten behoeve van bijvoorbeeld transport. Aldus kunnen de inrichtingen 26 met in de inrichtingen 27-30 het 30 gekweekte plantmateriaal tegen verminderde kosten over de gehele wereld worden getransporteerd. In de uitvoeringsvorm van figuren 8 en 9 kunnen ook afzonderlijke houders 2 met elkaar worden gekoppeld, bijvoorbeeld op een met fig. 7 15 vergelijkbare wijze, of kunnen meerdere inrichtingen 26 als in fig. 6 met elkaar worden verbonden tot langere reeksen, die als reeks machinaal en geautomatiseerd beter verwerkbaar zijn. Het voordeel van de opstelling van de afzonderlijke 5 houders 27-30 ten opzichte van elkaar in figuren 8 en 9 ten behoeve van het opkweken en transport, respectievelijk, vloeit voort uit het gebruik van de folies 35, 36 of enig ander plooibaar materiaal. Opgemerkt wordt, dat een hybride uitvoeringsvorm evenzeer mogelijk is, waarbij een plooibaar 10 element wordt toegepast met daarin doorgangen, waarin de afzonderlijke houders zijn gestoken, terwijl de open bovenen onderzijde daarvan op andere manieren af te sluiten zijn, bijvoorbeeld met een sluitstuk, kleefband, etc. Als dan kan hetzelfde voordeel als de gunstige uitvoeringsvorm van 15 figuren 8 en 9 worden bereikt in die zin, dat het uitzetten van de houders een afdoende lichtinval oplevert, terwijl voor transport de afzonderlijke houders zeer dichtbij elkaar te brengen zijn om ruimte te besparen.
Het zal, na kennisneming van het voorgaande, 20 duidelijk zijn dat zich diverse aanvullende en alternatieve uitvoeringsvormen aan de vakman zullen opdringen, welke alle dienen te worden beschouwd als uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding, tenzij betreffende inrichtingen en systemen naar letter of naar geest afwijken van de 25 bepalingen en de definities in de bijbehorende conclusies, in het bijzonder de onafhankelijke conclusies. Zo is het mogelijk, dat houders afzonderlijk worden verwerkt, hetgeen in de figuren niet is weergegeven. In het bijzonder wanneer een inrichting volgens de onderhavige uitvinding een rij 30 houders, of telkens een afzonderlijke houder omvat, kan het mogelijk zijn dat de houder of houders in neerwaartse richting een divergerende vorm hebben om het uitblazen of uitstromen van het plantmateriaal 4 te vergemakkelijken.
16
Afgezien van het getoonde en beschreven plakband 9 of kleefband 6 kan ook gebruik worden gemaakt van een klep- of schuifconstructie voor het afsluiten van de onder- en/of bovenzijde van de houders 2. De in fig. 4 getoonde container 5 omvat uitsparingen of kuilen 18. Deze zijn op regelmatige tussenafstanden gerangschikt. Het is echter evenzeer mogelijk, dat het systeem volgens de onderhavige uitvinding in staat is om een dergelijke kuil of uitsparing te maken op het moment, vlak voorafgaande aan de timing voor het 10 uitblazen of uitnemen van het plantmateriaal uit een betreffende houder 2.
1036276

Claims (18)

1. Inrichting voor het bevatten van plantmateriaal, zoals in het bijzonder zaad, maar ook een stek, een zaailing 5 of ander plantmateriaal, omvattende: ten minste één houder, waarin ten minste het plantmateriaal en mogelijk daarbij een substraatmateriaal plaatsbaar is, en waarvan de bodem in hoofdzaak open en met een sluitelement afsluitbaar is, waarbij de houder een vorm en afmeting heeft, die althans in 10 de nabijheid van de bodem constant zijn of in de richting van de bodem divergent zijn, en waarbij in het binnenste van de houder een vernauwing is aangebracht ter ondersteuning van ten minste het plantmateriaal en eventueel ook substraatmateriaal.
2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij het sluitelement een sluitstuk omvat, welke over de bodem aan te brengen is.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij het sluitelement een kleefband omvat, welke over de bodem aan te 20 brengen is.
4. Inrichting vlgens conclusie 3, waarbij het kleefband tegen ten minste één buitenwaarts gelegen zijwand van de houder is aangebracht.
5. Inrichting volgens ten minste één van de voorgaande 25 conclusies, waarbij het sluitelement een zegelfolie omvat, welke over de bodem aan te brengen is.
6. Inrichting volgens conclusie 5, waarbij de zegelfolie met een warmteverzegeling aan ten minste de rand van de bodem is aangebracht.
7. Inrichting volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, waarbij een toegang tot de houder is gelegen tegenover de bodem, welke toegang in hoofdzaak open en met een toegangs-sluitelement afsluitbaar is.
8. Inrichting volgens conclusie 7, waarbij het toegangs-sluitelement er één is uit de groep welke omvat: een sluitstuk, een kleefband, en een zegelfolie.
9. Inrichting volgens ten minste één van de voorgaande 5 conclusies, waarbij de houder is vervaardigd uit een doorzichtig materiaal.
10. Inrichting volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, omvattende ten minste twee houders, welke koppelmiddelen omvatten en onderling koppelbaar zijn.
11. Inrichting volgens conclusie 10, waarbij de koppelmiddelen verbindingsplaten omvatten.
12. Inrichting volgens conclusie 10 of 11, waarbij de verbindingsmiddelen een plooibaar orgaan omvatten voor het in een uitgestrekte toestand van het orgaan met vooraf 15 bepaalde onderlinge tussenafstanden in licht uitzetten van de houders en het in een gecomprimeerde toestand van het orgaan transporteren van de houders.
13. Systeem voor verwerking van ten minste één inrichting voor het bevatten van plantmateriaal volgens ten 20 minste één van de voorgaande conclusies, waarbij het systeem een inrichting volgens een van de voorgaande conclusies omvat, en een op een open toegang van de houder te oriënteren mondstuk, met daarbij bewegingsmiddelen voor het in een relatieve beweging 25 verplaatsen van de houder en het mondstuk ten opzichte van elkaar.
14. Systeem volgens conclusie 13, verder omvattende vision-middelen, zoals een video-camera of een CCD, welke orienteerbaar zijn op de inhoud van de houder.
15. Systeem volgens conclusie 13 en 14, verder omvattende een besturing, welke ten minste met het mondstuk en de vision-middelen is verbonden, en het mondstuk in werking stelt in afhankelijkheid van een constatering over het plantmateriaal op basis van waarnemingen van de vision-middelen.
16. Systeem volgens conclusie 13, 14, of 15, verder omvattende transportmiddelen voor het langs de inrichting 5 voeren van ten minste één container met opvangmiddelen voor opvang daarin van althans het plantmateriaal.
17. Systeem volgens conclusie 16, verder omvattende een ten minste met de transportmiddelen en de bewegingsmiddelen verbonden besturing voor gecoördineerde bewegingen van de 10 inrichting, het mondstuk en de container ten opzichte van elkaar.
18. Systeem volgens conclusies 15 en 17, waarbij de besturing de gecoördineerde bewegingen bewerkstelligt in afhankelijkheid van een constatering over het plantmateriaal 15 op basis van waarnemingen van de vision-middelen.
NL1036276A 2008-12-03 2008-12-03 Inrichting voor het bevatten van plantmateriaal en systeem voor verwerking daarvan. NL1036276C2 (nl)

Priority Applications (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1036276A NL1036276C2 (nl) 2008-12-03 2008-12-03 Inrichting voor het bevatten van plantmateriaal en systeem voor verwerking daarvan.
US13/132,299 US8683739B2 (en) 2008-12-03 2009-11-09 Device for accommodating plant material and system for processing thereof
PCT/NL2009/050676 WO2010064900A1 (en) 2008-12-03 2009-11-09 Device for accommodating plant material and system for processing thereof
EP09751995.3A EP2355647B1 (en) 2008-12-03 2009-11-09 Device for accommodating plant material

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1036276A NL1036276C2 (nl) 2008-12-03 2008-12-03 Inrichting voor het bevatten van plantmateriaal en systeem voor verwerking daarvan.
NL1036276 2008-12-03

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1036276C2 true NL1036276C2 (nl) 2010-06-07

Family

ID=40810695

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1036276A NL1036276C2 (nl) 2008-12-03 2008-12-03 Inrichting voor het bevatten van plantmateriaal en systeem voor verwerking daarvan.

Country Status (4)

Country Link
US (1) US8683739B2 (nl)
EP (1) EP2355647B1 (nl)
NL (1) NL1036276C2 (nl)
WO (1) WO2010064900A1 (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2012138217A1 (en) 2011-04-04 2012-10-11 Vivi B.V. System and method for processing of plant material

Families Citing this family (11)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US8365462B2 (en) * 2011-05-31 2013-02-05 Heliae Development, Llc V-Trough photobioreactor systems
USD679965S1 (en) 2011-06-10 2013-04-16 Heliae Development, Llc Aquaculture vessel
USD682637S1 (en) 2011-06-10 2013-05-21 Heliae Development, Llc Aquaculture vessel
WO2013075116A2 (en) 2011-11-17 2013-05-23 Heliae Development, Llc Omega 7 rich compositions and methods of isolating omega 7 fatty acids
GB201218089D0 (en) * 2012-10-09 2012-11-21 Univ Lancaster Screening method and apparatus
NL2014155B3 (en) * 2015-01-19 2024-04-11 Ig Specials B V Apparatus and method for planting plant cuttings.
US11089742B2 (en) * 2017-06-14 2021-08-17 Grow Solutions Tech Llc Peristaltic pumps in an assembly line grow pod and methods of providing fluids via peristaltic pumps
EP3790376B1 (de) * 2019-05-29 2022-01-19 Selecta Klemm Gmbh & Co. Kg Verfahren zur substratlosen gemeinsamen bewurzelung einer vielzahl unbewurzelter stecklinge
EP3964049A1 (de) * 2020-09-02 2022-03-09 Capsero AG Lagerbehältnis, wachstums- und/oder vermehrungsstation, kultivierungssystem und verfahren zur kultivierung von entwicklungsgut
CN112535087A (zh) * 2020-12-22 2021-03-23 安徽万秀园生态农业集团有限公司 一种用于茶叶、油茶栽培的柱状育苗基质
DE102022106017A1 (de) * 2022-03-15 2023-09-21 Pöppelmann Holding GmbH & Co. KG Behälter und Verfahren zur In-Vitro-Pflanzenkultivierung

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB191013471A (en) * 1910-06-03 1910-12-31 Thomas Percy Cooke Improvements relating to Seed-pans, Flower-boxes and the like.
US4006558A (en) * 1975-09-11 1977-02-08 Native Plants, Inc. Seedling plant propagation container
EP0120642A1 (en) * 1983-03-17 1984-10-03 Frank Wiesinger Method and apparatus for cultivating seedlings
EP0906722A1 (en) * 1997-10-02 1999-04-07 Angelo Lomonaco Method for sowing small seeds such as tomato seeds
US20070190521A1 (en) * 2006-02-13 2007-08-16 Macisaac Susan High Throughput System And Methods For Analyzing Liquid Formulations

Family Cites Families (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL8800040A (nl) * 1988-01-08 1989-08-01 Visser S Gravendeel Holding Inrichting voor het aangrijpen van van een plant voorziene kluiten.
FR2661069B2 (fr) * 1989-04-24 1992-07-10 Ferrand Claude Dispositif pour la mise en place et le positionnement automatique de plants.
WO1996012401A1 (en) * 1994-10-25 1996-05-02 Rees Equipment Pty. Ltd. Controller for agricultural sprayers
JP4071284B2 (ja) * 1996-03-05 2008-04-02 シンジェンタ パーティシペーションズ アクチェンゲゼルシャフト 化学物質または化学物質混合物の検査システム
US6212821B1 (en) * 1999-05-10 2001-04-10 Kieran L. Adam Automatic plant selector
US6705827B2 (en) * 2000-08-25 2004-03-16 Aagrinomics, Llc Robotic seed-handling apparatus and methods
NL1021463C2 (nl) * 2002-09-16 2004-03-18 Tno Werkwijze voor het scheiden van rozetplanten.
US20100077662A9 (en) * 2005-06-29 2010-04-01 Ifa Nurseries, Inc. Device for protecting container-grown seedling root systems and method for its manufacture
GT200700072A (es) * 2006-08-30 2008-04-25 Administrar substancias a plantas por inyeccion
NL1036440C2 (nl) * 2009-01-21 2010-07-22 Visser S Gravendeel Holding Tray voor planten.

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB191013471A (en) * 1910-06-03 1910-12-31 Thomas Percy Cooke Improvements relating to Seed-pans, Flower-boxes and the like.
US4006558A (en) * 1975-09-11 1977-02-08 Native Plants, Inc. Seedling plant propagation container
EP0120642A1 (en) * 1983-03-17 1984-10-03 Frank Wiesinger Method and apparatus for cultivating seedlings
EP0906722A1 (en) * 1997-10-02 1999-04-07 Angelo Lomonaco Method for sowing small seeds such as tomato seeds
US20070190521A1 (en) * 2006-02-13 2007-08-16 Macisaac Susan High Throughput System And Methods For Analyzing Liquid Formulations

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2012138217A1 (en) 2011-04-04 2012-10-11 Vivi B.V. System and method for processing of plant material

Also Published As

Publication number Publication date
WO2010064900A1 (en) 2010-06-10
US20110258926A1 (en) 2011-10-27
EP2355647B1 (en) 2020-03-18
US8683739B2 (en) 2014-04-01
EP2355647A1 (en) 2011-08-17

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1036276C2 (nl) Inrichting voor het bevatten van plantmateriaal en systeem voor verwerking daarvan.
US10863726B2 (en) Frame for beehive
RU2622669C2 (ru) Обрабатывающая система для переноса яиц и соответствующий способ
EP2904369B1 (fr) Outil de prelevement de materiel vegetal, automate le comportant, cellule de prelevement equipee d'un tel automate et procede de prelevement
CN107205369A (zh) 用于存储运输和释放脆弱昆虫和其他脆弱物品的设备和方法
JP2015188392A (ja) 細胞培養方法、及び細胞培養システム
TWI363595B (en) An automatic recording and marking system of eggs for breeding
CN108138106A (zh) 用于培养、转移和分析的培养物插入组件和系统
US20150241325A1 (en) Histology cassette stack
JP2019534035A (ja) 卵内注射機械と共に使用する検卵及び卵再配置装置
US20230415938A1 (en) Automated inspection of crops
CN103650718A (zh) 自动取投苗方法与装置
JPH0479877A (ja) 植物裁断移植装置
US9986978B2 (en) Simple sample stool collection, containment, and specimen disbursement system
JP3236888B2 (ja) キノコの自動収穫装置
NL1022206C2 (nl) Inrichting voor het aanbrengen van een hoes van folie-materiaal om een bundel langstelige gewassen.
ES2213333T3 (es) Instalacion para transplantar plantas con cepellones.
JPH1118584A (ja) 苗補填装置における苗欠落セルの培土除去装置
DE60132083D1 (de) Vorrichtung zum verpacken von gegenständen wie topfpflanzen in einem schlauch
JP2000032850A (ja) 仮植装置の苗植付機構
JP7148993B2 (ja) 細胞構造体製造システム
JPH10215614A (ja) 苗補填装置
JPS62267642A (ja) シャーレハンドリング装置
NL1026297C2 (nl) Inrichting en werkwijze voor het aanbrengen van een hoes om een potplant.
JP2000139121A (ja) 苗取出し装置

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20210101