NL1010821C1 - Inrichting voor een wegvoertuig of gedeelte daarvan. - Google Patents

Description

-1-

Inrichting voor een wegvoertuig of gedeelte daarvan.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor een wegvoertuig of gedeelte daarvan, in het bijzonder voor een vrachtwagen, tankwagen, 5 oplegger, aanhanger, of bus, welke zich al dan niet over het wegdek voortbeweegt.

Het is bekend dat wegvoertuigen door diverse oorzaken, bijvoorbeeld door te hoge snelheden in bochten, door (bijna) aanrijdingen of door het in een slip geraken, kunnen kantelen. Daarenboven heeft vooral bij vrachtwagens 10 en tankwagens de lading een belangrijke invloed op het kantelen.

Deze invloed is voor een belangrijk deel afhankelijk van de soort lading welke zich bijvoorbeeld in de opslagtank van de vrachtwagen of tankwagen bevindt en bijvoorbeeld veelal uit vloeistof bestaat die vrij kan en zal bewegen bij plotselinge manoeuvres van de tankwagen. De vloeistof levert 15 namelijk een extra impuls waardoor het kantelen van een tank- of vrachtwagen wordt versneld. Deze z.g. bulk-vrachtwagens blijken in de praktijk relatief een hogere kans op kantelen te hebben.

Veelal zijn bulkvrachtwagens gevuld met chemische of petro-chemische produkten. Wanneer nu tijdens of direct na het kantelen van de 20 vrachtwagen - op het wegdek - de tank, niettegenstaande soms aan de zijkanten aangebrachte stootbuizen, scheurt komt de tankinhoud in de omgeving terecht, waardoor niet alleen materiële schade maar tevens ook schade aan het milieu worden veroorzaakt. Bovendien kunnen andere ongewenste effekten optreden zoals brandgevaar, gevaar voor lichamelijk 25 letsel of voor de volksgezondheid of explosie-gevaar (bijv. door LPG) of vergiftigings-gevaar (bijv. door chloorgas) voor de omgeving.

De uitvinding ondervangt de hiervoor genoemde bezwaren en is daartoe gekenmerkt dat aan de buitenzijde van het voertuig middelen zijn aangebracht die tijdens een door omstandigheden inleidende kanteling van 30 het voertuig in omvang of volume kunnen toenemen waarbij de aldus vergrote middelen schokabsorberende elementen tussen wegdek en gekantelde voertuig vormen, een en ander zodanig dat beschadigingen aan voertuig en/of wegdek worden beperkt dan wel voorkomen en het risiko van zodanige tankbeschadiging dat de bevatte vloeistof, vaste stof of gas 35 kan ontsnappen, aanmerkelijk verkleind wordt.

In een voorkeursuitvoeringsvorm is de uitvinding daardoor gekenmerkt, dat de middelen in hoofdzaak gevormd worden door aan de zijkanten van het 1010821 -2- voertuig aangebrachte opblaasbare, flexibele containers die deel uitmaken van een op kantelen van het voertuig gericht meet- en regelsysteem alsmede van een daaraan gekoppeld opblaas-systeem voor de containers. Mogelijk is hierbij een uitvoeringsvorm volgens de uitvinding die daardoor 5 is gekenmerkt, dat het meet- en regelsysteem sensoren omvat die voortdurend de wieldruk van de wielen van het voertuig op het wegdek meet. Op effectieve wijze wordt hierdoor in geval van het ontbreken van een bepaalde wieldruk, veroorzaakt doordat een van de wielen of van een wielgroep het contact met het wegdek heeft verloren, door het systeem het 10 begin van een kanteling geregistreerd waardoor direct het opblaassysteem voor de containers aan die zijde van het voertuig waar de kanteling in optreedt in werking wordt gesteld. Zoals reeds is aangegeven wordt dan door de inmiddels opgeblazen containers de botsings resp. schokenergie tussen wegdek en gekantelde voertuig geabsorbeerd, waardoor schade 15 aan voertuig en mogelijk naast het voertuig rijdende andere weggebruikers, wegdek en milieu kan worden voorkomen dan wel beperkt.

Voordeel biedt de uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding die daardoor is gekenmerkt dat de mate van wieldruk op het wegdek en een eventuele signaalvertraging, en/of de stand van een wielas van het 20 voertuig ten opzichte van het wegdek bepalend zijn voor het activeren van het opblaassysteem naar de betreffende container(s). Door deze maatregel wordt voorkomen dat het opblaassysteem nodeloos in werking wordt gesteld bijv. in geval van een korte onderbreking van het wegcontact van een wiel, waarbij echter geen kanteling of aanzet daartoe van het voertuig 25 zou hebben plaatsgevonden.

De vulling van een in volume vergrote container kan bijvoorbeeld een gasvormig medium zijn dat onder normale omstandigheden in vaste, vloeibare of als hogedruk gas in het nog niet geaktiveerde containersysteem wordt meegevoerd. Dit gas kan een extra positieve bijdrage leveren in of 30 direkt na het kantelen van de vrachtwagen (oplegger c.q. aanhager) doordat het brand- en explosie remmend is of doordat het bij lekkage van het getransporteerde produkt uit de vrachtwagen, de chemische werking ervan afzwakt.

Voorkeur verdient de uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de 35 uitvinding die daardoor is gekenmerkt dat containers gedurende de in actieve stand als platte langwerpe elementen tegen de zijkanten en in de langsrichting van het voertuig zijn aangebracht dan wel de vorm van de 1010821 -3- zijkanten volgen, een en ander zodanig dat de rijweerstand van het voertuig zo gering mogelijk wordt beïnvloed, of zodanig dat andere voordelen zoals bijvoorbeeld extra isolatie verkregen worden en anderzijds het schokabsorberende vermogen van de opgeblazen containers bij kanteling 5 van het voertuig optimaal blijft. Gunstig is hierbij de uitvoeringsvorm van een container die in opgeblazen toestand in hoofdzaak de vorm van een cilinder bezit.

Volgens een andere effectieve uitvoeringsvorm is het buitenoppervlak van een uit hoogwaardig slijtvast materiaal vervaardigde container voorzien van 10 weerstandvergrotende voorzieningen, zoals bijvoorbeeld ribbels, welke bij kanteling van het voertuig de glij-weerstand tussen de opgeblazen containers en wegdek vergroten.

De uitvinding zal hierna aan de hand van de tekeningen nader worden toegelicht, waarbij kenmerken en andere voordelen naar voren zullen 15 treden.

Fig. 1 toont de achterzijde van een tankwagen op het wegdek;

Fig. 2 toont de tankwagen volgens Fig. 1 welke naar de linkerzijde aan het kantelen is;

Fig. 3 toont de gekantelde tankwagen uit Fig.1.

20

De in Fig. 1 schematisch getoonde tankwagen 1 is een op zichzelf bekend voertuig dat samengesteld is uit een chassis 2 met laadplateau 3 dat op gebruikelijke wijze voorzien is van wielophangingen 4 met de achterwielen 5 en 6, alsmede het reservewiel 7. Op het plateau 3 is een cilindervormige 25 tank 8 aangebracht welke op bekende wijze aan de bovenzijde voorzien is van een vulopening 9 die via de trap 10 kan worden bereikt.

Volgens de uitvinding is de tank 8 aan de zijkanten 11 en 12 voorzien van twee rijen platte opblaasbare containers 13,14 resp. 15,16 welke containers zoveel mogelijk de buitenvorm van de tank 8 volgen zodat 30 hierdoor de rijweerstand van de tankwagen 1 zo gering mogelijk wordt beïnvloed. Verder zijn op geschikte plaatsen in de wielophangingen 4 wieldrukmeters, z.g.loadcells 17,18 aangebracht, die verbonden zijn met een op zichzelf bekend meet- en regelsysteem (verder niet getekend) waarvan de specifieke gegevens in de cabine van de tankwagen zichtbaar 35 kunnen worden gemaakt. De belangrijkste 5 onderdelen van het meet- en regelsysteem zijn echter: een drukmeter z.g. loadcell, deze meet steeds de werkelijke druk tussen wiel en wegdek; een druk-instelmiddel waarin de 1010821 -4- grens wordt aangegeven waarbij een container moet worden geactiveerd; een drukvergelijkings-middel dat de werkelijk gemeten druk vergelijkt met de ingestelde grenswaarde; een z.g. container-initiator die het resultaat van de druk-vergelijking omzet in de activering van het opblaas-systeem 5 resp. gas-vormend of gas leverend medium voor een container. Verder is een beveiligingssensor aangebracht die voorkomt dat bij een aanrijding niet zomaar de gas-cilinders voor de containers zullen worden geactiveerd. Het systeem werkt continu. Meetgegevens zullen bij voorkeur voortdurend, zowel tijdens rijden als bij stilstand van de tankwagen, worden 10 opgenomen en verwerkt. In het bijzonder betreffen de gegevens de drukwaarden tussen de wielen 5,6 en het wegdek 19 alsmede indien nodig, de hoekstand van de wielas ten opzichte van het wegdek. Deze hoekmeting kan van belang zijn ingeval bijvoorbeeld over geaccidenteerd terrein moet worden gereden, waarbij soms de wieldruk (kort) kan 15 wegvallen, echter geen sprake is van een aanvangend kantelen, aangezien de wielas 20 een bepaalde, kritieke, hoekstand ten opzichte van het wegdek niet bereikt heeft.

Fig. 2 toont de inleiding van het kantelen van de tankwagen 1 welke kanteling aldus door het wegvallen van de druk tussen wiel 6 en wegdek 20 19 via het meet-en regelsysteem van de tankwagen is waargenomen, evenals de hoekstand B van de wielas 20, waardoor volgens de uitvinding de containers 13 en 14 door het opblaassysteem worden opgeblazen in de vergrote vorm zoals getekend. Opgemerkt wordt dat het voordelig kan zijn ingeval een gas- of schuim-cilinder 21,22 welke de container 13,14 moet 25 kunnen opblazen, bijvoorkeur aan de binnenzijde van een container 13,14 is aangebracht. Bij deze uitvoering kunnen speciale leidingen voor het hogedrukgas of schuim worden vermeden.

Zoals hiervoor reeds is vermeld zijn de opgeblazen containers 13 en 14 in de langsrichting van de tank aangebracht en in hoofdzaak cilindrisch van 30 vorm. Echter, containers kunnen in doorsnede ook ovaal zijn. Voor een tankwagen van normale afmetingen kan een opgeblazen container bijvoorbeeld een diameter van minimaal 30 cm bij een lengte van minimaal 2 m bezitten. In de inactieve stand zal de dikte 5-15 cm bedragen. Indien noodzakelijk kan de lengte van een container gelijk zijn aan die van de 35 tank 8.

Fig. 3 toont de situatie na kanteling van de tankwagen 1 waarbij de twee opgeblazen containers 13 en 14 zich aldus tussen het wegdek 19 en de 1010821 -5- tank 8 bevinden en daarbij de schok(ken) resp. botsing dan wel de botsings-energie tussen tankwagen en wegdek hebben kunnen opvangen en absorberen, waardoor beschadigingen van tank en wegdek worden voorkomen dan wel beperkt. Een ander gunstig effect is dat de tankinhoud 5 of gedeelte ervan door het uitblijven van ernstige beschadigingen, zoals scheuren in de tankwand, niet in de omgeving resp. milieu terecht zal komen.

Opgemerkt wordt dat de uit bijvoorbeeld slijtvast kunststof materiaal vervaardigde container chemisch resistent is en voldoet aan 10 brandveiligheidseisen. Bovendien kunnen, ingeval gereden moet worden bij waterrijke omgevingen, containers worden aangebracht die in opgeblazen toestand een zodanige omvang kunnen aan nemen dat het drijfvermogen van een in het water gekantelde tankwagen daardoor wordt vergroot.

De uitvinding beperkt zich niet tot de hiervoor besproken voorbeelden 15 aangezien andere uitvoeringen van flexibele, opblaasbare containers van geschikte vorm welke door specifieke meet-en regel apparatuur kunnen worden geactiveerd, eveneens toepasbaar zijn bij andere soorten voertuigen.

Wanneer in het voorgaande en in de conclusies sprake is van "opblazen” of 20 "opblaassysteem” dient daarvoor in principe steeds ook aan elk volume- vergrotend systeem gedacht te worden dat eenzelfde uitwerking heeft op de oplossing van het kantelprobleem volgens de uitvinding.

1010821

Claims (12)

1. Inrichting voor een wegvoertuig of gedeelte daarvan, in het bijzonder 5 voor een vrachtwagen, tankwagen, oplegger, aanhanger of bus, welke zich al dan niet over het wegdek voortbeweegt, met het kenmerk, dat aan de buitenzijde van het voertuig middelen zijn aangebracht welke tijdens een door omstandigheden inleidende kanteling van het voertuig in omvang of volume kunnen toenemen, waarbij de aldus vergrote middelen 10 schokabsorberende elementen tussen wegdek en gekanteld voertuig vormen, een en ander zodanig dat beschadigingen aan het voertuig en/of wegdek worden beperkt dan wel voorkomen.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de middelen in 15 hoofdzaak gevormd worden door aan de zijkanten van het voertuig aangebrachte opblaasbare, flexibele containers die deel uitmaken van een op kantelen van het voertuig gericht meet- en regelsysteem alsmede van een daaraan gekoppeld opblaassysteem voor de containers.

3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het meet-en regelsysteem sensoren omvat die voortdurend de wieldruk van de wielen van het voertuig op het wegdek aangeven.

4. Inrichting volgens volgens conclusie 1-3, met het kenmerk, dat de mate 25 van wieldruk op het wegdek en/of de stand van een wielas van het voertuig ten opzichte van het wegdek bepalend zijn voor het activeren van het opblaassysteem naar de betreffende container(s).

5. Inrichting volgens een of meer der voorgaande conclusies, met het 30 kenmerk, dat het opblaassysteem voor de containers verbonden is met gescheiden meet- en regelsystemen voor de verschillende wielgroepen van het voertuig.

6. Inrichting volgens een of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het opblaassysteem voor de containers cilinders omvat welke met gas onder hogedruk of een schuimvormend medium gevuld zijn. 1010821 -7-

7. Inrichting volgens een of meer der voorgaande conclusies en conclusie 6, met het kenmerk, dat een cilinder voor gas onder hoge druk in een container is aangebracht.

8. Inrichting volgens een of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat containers gedurende de inactieve stand als nagenoeg platte langwerpige elementen tegen de zijkanten en veelal in de langsrichting van het voertuig zijn bevestigd dan wel de vorm van de zijkanten volgen, een en ander zodanig dat de rijweerstand van het voertuig zo gering mogelijk 10 wordt beïnvloed, anderzijds het schokabsorberende vermogen van de opgeblazen containers bij kanteling van het voertuig optimaal blijft.

9. Inrichting volgens een of meer der voorgaande conclusies en conclusie 8, met het kenmerk, dat een container in opgeblazen toestand in hoofdzaak 1. cilindervormig is.

10. Inrichting volgens een of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het buitenoppervlak van een uit hoogwaardig slijtvast materiaal, in het bijzonder van kunststofmateriaal vervaardigde container 20 eveneens voorzien is van weerstandvergrotende organen, bijv. ribbelvormige uitsteeksels, welke bij kanteling van het voertuig de glijweerstand tussen de opgeblazen container(s) en het wegdek kunnen vergroten.

11. Inrichting volgens conclusie 1 en een of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat opgeblazen containers een zodanige omvang kunnen aannemen dat het drijfvermogen van een in water gekanteld voertuig wordt vergroot.

12. Voertuig voorzien van een inrichting zoals is omschreven en in de figuren is weergegeven. 1010821