NL1009292C1 - Drukcontrole-inrichting voor het behouden van een constante vooraf bepaalde druk in een container. - Google Patents
Drukcontrole-inrichting voor het behouden van een constante vooraf bepaalde druk in een container. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1009292C1 NL1009292C1 NL1009292A NL1009292A NL1009292C1 NL 1009292 C1 NL1009292 C1 NL 1009292C1 NL 1009292 A NL1009292 A NL 1009292A NL 1009292 A NL1009292 A NL 1009292A NL 1009292 C1 NL1009292 C1 NL 1009292C1
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- chamber
- container
- pressure
- closing member
- fluid connection
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65D—CONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
- B65D83/00—Containers or packages with special means for dispensing contents
- B65D83/14—Containers or packages with special means for dispensing contents for delivery of liquid or semi-liquid contents by internal gaseous pressure, i.e. aerosol containers comprising propellant for a product delivered by a propellant
- B65D83/60—Contents and propellant separated
- B65D83/66—Contents and propellant separated first separated, but finally mixed, e.g. in a dispensing head
- B65D83/663—Contents and propellant separated first separated, but finally mixed, e.g. in a dispensing head at least a portion of the propellant being separated from the product and incrementally released by means of a pressure regulator
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65D—CONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
- B65D83/00—Containers or packages with special means for dispensing contents
- B65D83/14—Containers or packages with special means for dispensing contents for delivery of liquid or semi-liquid contents by internal gaseous pressure, i.e. aerosol containers comprising propellant for a product delivered by a propellant
- B65D83/60—Contents and propellant separated
- B65D83/64—Contents and propellant separated by piston
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F16—ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
- F16K—VALVES; TAPS; COCKS; ACTUATING-FLOATS; DEVICES FOR VENTING OR AERATING
- F16K15/00—Check valves
- F16K15/02—Check valves with guided rigid valve members
- F16K15/06—Check valves with guided rigid valve members with guided stems
- F16K15/063—Check valves with guided rigid valve members with guided stems the valve being loaded by a spring
-
- Y—GENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
- Y10—TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
- Y10T—TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
- Y10T137/00—Fluid handling
- Y10T137/7722—Line condition change responsive valves
- Y10T137/7837—Direct response valves [i.e., check valve type]
- Y10T137/7904—Reciprocating valves
- Y10T137/7905—Plural biasing means
-
- Y—GENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
- Y10—TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
- Y10T—TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
- Y10T137/00—Fluid handling
- Y10T137/7722—Line condition change responsive valves
- Y10T137/7837—Direct response valves [i.e., check valve type]
- Y10T137/7904—Reciprocating valves
- Y10T137/7922—Spring biased
- Y10T137/7929—Spring coaxial with valve
Description
Titel: Drukcontrole-inrichting voor het behouden van een constante vooraf bepaalde druk in een container
De uitvinding heeft betrekking op een drukcontrole-inrichting voor het behouden van een constante vooraf bepaalde druk in een container die is ingericht voor het vanuit de container bij de genoemde druk afgeven van een 5 fluïdum waarmee de container is gevuld, waarbij de drukcontrole-inrichting is voorzien van een eerste kamer en tweede kamer alsmede tenminste een ten opzichte van de tweede kamer beweegbaar afsluitorgaan voor het, afhankelijk van de positie van het afsluitorgaan ten opzichte van de 10 tweede kamer vrijgeven en afsluiten van een fluïdumverbinding tussen de eerste kamer en de container waarbij de eerste kamer is gevuld met een gas dat, in gebruik, een hogere druk heeft dan de druk in de container en waarbij de positie van het afsluitorgaan ten opzichte 15 van de eerste kamer ten minste afhankelijk is van de heersende druk in de container en de heersende druk in de tweede kamer waarbij, in gebruik, de fluïdumverbinding wordt vrijgegeven wanneer de druk in de container daalt beneden de vooraf bepaalde druk zodat gas vanuit de eerste 20 kamer naar de container stroomt en de druk in de container weer stijgt totdat de fluïdumverbinding ten gevolge van de gestegen druk in de container weer wordt afgesloten door het afsluitorgaan.
Een dergelijke inrichting is onder meer bekend uit 25 het Europese octrooi EP 0 478 858 BI. De inrichting volgens het Europees octrooi is voorzien van een vat waarin een cilindervormig orgaan is opgenomen. Het cilindervormig orgaan is aan een eerste uiteinde afgesloten en omvat een tweede uiteinde dat aansluit op een opening in het vat. In 30 het cilindervormig orgaan is een eveneens cilindervormige plunjer opgenomen. Deze plunjer vormt tezamen met het cilindervormige orgaan de tweede kamer. De eerste kamer wordt gevormd door het vat en het cilindervormig orgaan. In feite betekent dit dat de tweede kamer zich binnen in de 100929? 2 eerste kamer bevindt, dat wil zeggen zich binnen in het vat bevindt. Afhankelijk van de positie van de plunjer in het cilindervormig orgaan kan een opening die zich in een zijwand van het cilindervormige orgaan bevindt in 5 fluïdumverbinding worden gebracht met de eerdergenoemde opening van het vat. Een en ander brengt met zich dat afhankelijk van de positie van de plunjer ten opzichte van de eerste kamer, de eerste kamer in fluïdumverbinding kan worden gebracht met een ruimte die buiten het vat ligt. In 10 gebruik betekent dit dat een fluïdumverbinding tussen de eerste kamer en de container kan worden vrijgegeven en afgesloten afhankelijk van de positie van de plunjer in het cilindervormig orgaan.
Een nadeel van de bekende inrichting is dat na 15 verloop van tijd diffusie van gas zal gaan optreden van de eerste kamer naar de tweede kamer. Aangezien de druk in de tweede kamer de vooraf bepaalde druk van de container bepaalt, betekent dit dat de vooraf bepaalde druk in de loop van de tijd instabiel is. Daarnaast blijkt dat de 20 plunjer na verloop van tijd niet goed meer zal reageren op een dalende en stijgende druk in de container. In dat geval zal derhalve geen nauwkeurige drukcontrole in de container plaatsvinden.
Voorts is een aanzienlijk drukverschil aanwezig 25 tussen de eerste en de tweede kamer. Dit brengt met zich dat een wand van het genoemde cilindervormig orgaan rechtstreeks aan dit drukverschil wordt blootgesteld en hierdoor kan gaan vervormen. Dit heeft weer een negatieve weerslag op de beweeglijkheid van de plunjer in het 30 cilindervormig orgaan.
Omdat de plunjer een afdichting moet vormen met het cilindervormig orgaan is de plunjer aan de buitenzijde voorzien van O-ringen. Deze O-ringen dienen het drukverschil op te vangen tussen de eerste kamer enerzijds 35 en de container of de tweede kamer anderzijds. Omdat dit drukverschil in de praktijk aanzienlijk kan zijn, zullen de 100929? 3 O-ringen elk aan weerszijden asymmetrisch gaan vervormen. Hierdoor ontstaat na verloop van tijd een slechte afdichting, terwijl bovendien wederom het risico aanwezig is dat de plunjer zich verklemt in het cilindervormig 5 orgaan. Bovendien is het zo dat één van de O-ringen ten behoeve van het vrijgeven van de fluidumverbinding zich in een verdieping van een binnenwand van het cilindervormig orgaan zal bewegen. Wanneer de O-ring vervolgens weer door de beweging van de plunjer uit deze verdieping wordt 10 bewogen, kan een aanzienlijke slijtage aan de betreffende 0-ring optreden. Hierdoor kan de kwaliteit van de door de betreffende O-ring gevormde afdichting teruglopen en kan bovendien de beweeglijkheid van de plunjer verslechteren.
De uitvinding beoogt een oplossing te bieden voor de 15 hiervoor geschetste nadelen. Dienovereenkomstig wordt de drukcontrole-inrichting volgens de uitvinding gekenmerkt in dat de tweede kamer buiten de eerste kamer is gelokaliseerd.
Doordat volgens de uitvinding de tweede kamer buiten 20 de eerste kamer is gelokaliseerd kan het gas van de eerste kamer niet naar de tweede kamer diffunderen. Omdat de vooraf bepaalde druk mede wordt bepaald door de druk in de tweede kamer zal deze in de loop van de tijd ten gevolge van vanuit de eerste kamer diffunderend gas niet gaan 25 verlopen.
Omdat voorts geldt dat het drukverschil tussen de tweede kamer en de container gering zal zijn en in het algemeen zelfs aan elkaar gelijk zal zijn, zullen afdichtingen in de vorm van O-ringen die eventueel worden 30 toegepast tussen de tweede kamer en het afsluitorgaan eveneens niet aan grote drukverschillen worden blootgesteld. De genoemde vervorming en slijtage zullen zich derhalve niet voordoen.
Bij voorkeur geldt dat de eerste kamer nabij de 35 tweede kamer is gepositioneerd. Hierdoor kan de inrichting compact worden uitgevoerd. In het bijzonder geldt dat het 100929? 4 afsluitorgaan beweegbaar tussen een eerste en tweede uiterste positie met de tweede kamer is verbonden.
Volgens een bijzondere uitvoeringsvorm geldt dat het volume van de tweede kamer afhankelijk is van de positie 5 van het afsluitorgaan ten opzichte van de tweede kamer. In dat geval kan uitsluitend de heersende druk van de tweede kamer worden gebruikt voor het bepalen van de vooraf bepaalde druk. Het is echter eveneens mogelijk dat in de tweede kamer andere middelen zijn opgenomen voor het 10 uitoefenen van een druk op het afsluitorgaan. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan een veer.
Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm geldt dat een zijwand van de eerste kamer is voorzien van een eerste opening waardoor de genoemde fluïdumverbinding zich 15 uitstrekt en een zijwand van de tweede kamer is voorzien van een tweede opening waarbij het afsluitorgaan zich uitstrekt vanuit de eerste kamer, via de eerste en tweede opening naar de tweede kamer waarbij een eerste deeloppervlak van het afsluitorgaan zich in de eerste kamer 20 bevindt en een tweede deeloppervlak van het afsluitorgaan zich in de tweede kamer bevindt, de vorm van het eerste en tweede deeloppervlak dusdanig is dat een bepaalde gasdruk die wordt uitgeoefend op het eerste deeloppervlak resulteert in een kracht in een bewegingsrichting van het 25 afsluitorgaan die kleiner is dan de kracht in de bewegingsrichting van het afsluitorgaan die resulteert wanneer deze gasdruk wordt uitgeoefend op het tweede deeloppervlak en waarbij de eerste opening afhankelijk van de positie van het afsluitorgaan ten opzichte van de tweede 30 kamer door het afsluitorgaan kan worden vrijgegeven of afgesloten.
Volgens een alternatieve voorkeursuitvoeringsvorm geldt dat het ventiel is voorzien van een eerste en tweede afsluitorgaan waarbij het eerste afsluitorgaan kogelvormig 35 is uitgevoerd en afhankelijk van de positie van het eerste afsluitorgaan ten opzichte van de eerste kamer een eerste 1 0 Π Q9 Q 9 5 opening in een zij.wand van de eerste kamer kan afsluiten of vrijgeven, de tweede kamer is uitgevoerd als een cilinder die aan een eerste uiteinde is afgesloten, het tweede afsluitorgaan is uitgevoerd als een plunjer die in axiale 5 richting van de tweede kamer beweegbaar in de tweede kamer is opgenomen en die zich buiten de tweede kamer uitstrekt tot aan het eerste afsluitorgaan waarbij het volume van de tweede kamer afhankelijk is van de positie van het tweede afsluitorgaan ten opzichte van de tweede kamer welke 10 positie afhankelijk is van de heersende druk in de container en de heersende druk in de tweede kamer zodat, in gebruik, bij een daling van de druk in de container het eerste afsluitorgaan zich onder invloed van de druk in de tweede kamer zich in de richting van het eerste 15 afsluitorgaan zal bewegen en het eerste afsluitorgaan dusdanig zal verplaatsen dat de fluïdumverbinding tussen de eerste kamer en de container wordt vrijgegeven zodat gas vanuit de eerste kamer naar de container zal stromen en de druk in de container weer zal stijgen totdat onder invloed 20 van de druk in de container het tweede afsluitorgaan weer van het eerste afsluitorgaan zal af bewegen zodat het eerste afsluitorgaan de fluïdumverbinding weer afsluit wanneer de druk in de container weer gelijk is aan de vooraf bepaalde druk.
25 Het voordeel van deze uitvoeringsvorm is dat de heersende gasdruk in de eerste kamer in het geheel geen invloed heeft op het moment waarop het tweede afsluitorgaan zal bewegen onder invloed van de heersende druk in de container en de heersende druk in de tweede kamer.
30 Volgens een zeer geavanceerde uitvoeringsvorm geldt voorts dat de inrichting is ingericht om in een cilindervormige container te worden opgenomen waarbij de eerste kamer is uitgevoerd als een plunjer die is ingericht om, in gebruik, in axiale richting van de container 35 beweegbaar in de container te worden opgenomen waarbij de eerste kamer de container in een bovenste en een onderste 1009292 6 deel verdeeld en waarbij de fluïdumverbinding uitmondt in het onderste deel van de container terwijl het bovenste deel van de container is gevuld met het af te geven fluïdum waarbij, in gebruik, wanneer de druk in het bovenste 5 gedeelte van de container daalt beneden de vooraf bepaalde druk, de druk in het onderste gedeelte van de container eveneens zal dalen omdat de als een plunjer uitgevoerde eerste kamer dusdanig zal bewegen dat het volume van het bovenste deel van de container zal afnemen terwijl het 10 volume van het onderste deel van de container zal toenemen waarbij tevens de fluïdumverbinding tussen de eerste kamer en het onderste gedeelte van de container wordt vrijgegeven, zodat gas vanuit de eerste kamer naar het onderste gedeelte van de container stroomt en de druk in 15 het onderste gedeelte van de container alsmede de druk in terwijl de als een plunjer uitgevoerde kamer zich verder naar boven beweegt totdat de fluïdumverbinding ten gevolge van de gestegen druk in het onderste gedeelte van de container weer wordt afgesloten door het afsluitorgaan.
20 De uitvinding heeft eveneens betrekking op een container die is voorzien van een drukcontrole-inrichting zoals hiervoor omschreven.
De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van de tekening. Hierin toont: 25 Figuur 1 een eerste uitvoeringsvorm van een drukcontrole-inrichting volgens de uitvinding; figuur 2 een eerste mogelijke toepassing van de drukcontrole-inrichting volgens figuur 1 in een container; figuur 3 het tweede mogelijke toepassing van de 30 drukcontrole-inrichting volgens figuur 1 in een container,-figuur 4 een derde mogelijke toepassing van de drukcontrole-inrichting volgens figuur 1 in een container; figuur 5 een vierde mogelijke toepassing van de drukcontrole-inrichting volgens figuur 1 in een container; 35 figuur 6a een tweede uitvoeringsvorm van een drukcontrole-inrichting volgens de uitvinding; 1 00 9292 7 figuur 6b een mogelijke toepassing van de drukcontrole-inrichting volgens figuur 6a in een container; figuur 7 een derde uitvoeringsvorm van een drukcontrole-inrichting volgens de uitvinding die is 5 toegepast in een container; en figuur 8 een vierde uitvoeringsvorm van een drukcontrole-inrichting volgens de uitvinding die is toegepast in een container.
In figuur 1 is met referentienummer 1 een eerste 10 uitvoeringsvorm van een drukcontrole-inrichting volgens de uitvinding getoond. De drukcontrole-inrichting 1 is ingericht voor het behouden van een constante vooraf bepaalde druk in een container. De container kan bijvoorbeeld bestaan uit een spuitbus die is ingericht om 15 vanuit de container bij de genoemde druk een fluïdum, waarmee de container is gevuld, af te geven. Een binnenruimte 2 van de container waarin zich het product bevindt en welke binnenruimte onder druk staat is met referentienummer 2 aangeduid.
20 De drukcontrole-inrichting is voorzien van een eerste kamer 4 en een tweede kamer 6. De tweede kamer 6 is buiten de eerste kamer gelokaliseerd. Met andere woorden de tweede kamer 6 bevindt zich buiten een door de eerste kamer omsloten ruimte. De inrichting is voorts voorzien van een 25 ten opzichte van de tweede kamer 6 beweegbaar afsluitorgaan 8 dat een onderdeel vormt van een nog nader te bespreken ventiel. De tweede kamer 6 bestaat uit een cilinder 10 die aan een eerste einde 12 is afgesloten. De cilinder 10 strekt zich althans in hoofdzaak uit in de binnenruimte 2 30 van de container. De tweede kamer bestaat in dit voorbeeld uit een vat 14 dat is voorzien van een eerste opening 16. Het afsluitorgaan 8 bestaat in dit voorbeeld uit een in axiale richting van de cilinder 10 beweegbare plunjer 8. De plunjer 8 strekt zich uit tot in de eerste opening 12.
35 Voorts strekt de plunjer zich uit tot een tweede opening 18 van de tweede kamer 6. In feite wordt de tweede opening 18 1 00 9292 8 gevormd door het open einde van de cilinder 10. De eerste opening 16 is voorzien van een afdichtingsring 20. De afdichtingsring 20 strekt zich uit tot/in een rondlopende verdieping 22 van een steel 24 van de plunjer 8. Voorts is 5 de plunjer 8 aan zijn buitenzijde voorzien van een afdichtingsring 26 die tussen een buitenzijde van de plunjer 8 enerzijds en een binnenzijde van de cilinder 10 anderzijds een gasafdichting vormt. De plunjer 8 kan ten opzichte van de tweede kamer 6 in axiale richting heen en 10 weer worden bewogen tussen uiterste posities die worden bepaald door de breedte van de verdieping 22. Wanneer in de tekening de plunjer naar zijn uiterste linker positie is geschoven zal de plunjer 8 de eerste opening 16 afsluiten. In een zijwand van de cilinder 10 is voorts nog een opening 15 28 aangebracht op een buiten de tweede kamer 6 gelegen positie.
In gebruik zal de eerste kamer 4 zijn gevuld met een gas onder relatief hoge druk. De binnenruimte 2 van de container alsmede de tweede kamer zijn elk eveneens gevuld 20 met een gas. De druk in de container en de druk in de tweede kamer 6 is echter lager dan de druk in de eerste kamer 4.
De werking van de inrichting is als volgt. Uitgangspunt is dat de druk van de tweede kamer ongeveer 25 gelijk is aan de druk in een door cilinder 10 omsloten ruimte 30 die echter buiten de tweede kamer ligt. De plunjer 8 bevindt zich in zijn uiterste linker positie zodat de opening 16 is afgesloten. De som van de krachten die op de plunjer wordt uitgeoefend, wordt in dit voorbeeld 30 in hoofdzaak bepaald door de druk in de tweede kamer en de druk in de ruimte 30. De druk in de eerste kamer 4 levert slechts een geringe bijdrage, doordat het gedeelte van de plunjer dat zich in de eerste kamer 4 bevindt een relatief klein oppervlak heeft.
35 Wanneer de druk in de container begint te dalen doordat een gebruiker uit de container een fluïdum afneemt, 100929? 9 heeft dit tot gevolg dat de druk in de binnenruimte 2 van de container zal gaan dalen. Via de opening 28 zal dan eveneens de druk in de ruimte 30 gaan dalen. De druk in de tweede kamer 6 zal dan hoger zijn dan de druk in de ruimte 5 30. Het gevolg is dat de plunjer onder invloed van de heersende druk in de tweede kamer 6 en de heersende druk in de binnenruimte 2 van de container in figuur 1 naar rechts zal gaan bewegen. Dit heeft tot gevolg dat de opening 16 wordt vrijgegeven. Wanneer de opening 16 wordt vrijgegeven 10 brengt dit met zich dat een fluidumverbinding tussen de eerste kamer 4 en de binnenruimte 2 van de container wordt vrijgegeven. Deze fluidumverbinding strekt zich uit door de opening 16 en door de opening 28. Omdat de druk in de eerste kamer 4 hoger is dan de druk in de binnenruimte 2 15 van de container zal gas van de eerste kamer 4 naar de binnenruimte 2 van de container gaan stromen. Hierdoor zal de druk in de binnenruimte 2 van de container weer gaan stijgen. Op een bepaald moment is de druk in de binnenruimte 2 en daarmee eveneens de druk in de ruimte 30 20 dermate gestegen dat de plunjer 8 weer naar links zal worden bewogen en uiteindelijk de opening 16 weer zal afsluiten. Op deze wijze wordt opnieuw een evenwichtssituatie gebruikt waarbij de druk in de binnenruimte 2 van de container weer terug is op het 25 oorspronkelijke niveau. In dit voorbeeld is het volume van de eerste kamer veel groter dan het volume van de tweede kamer. Hierdoor kan enerzijds voldoende gas in de eerste kamer 4 worden opgenomen om een groot aantal malen de druk in de container te herstellen. Anderzijds heeft de kleine 30 tweede kamer 6 als voordeel dat de inrichting compact kan worden uitgevoerd. In dit voorbeeld is het volume van de tweede kamer 6 afhankelijk van de positie van het afsluitorgaan ten opzichte van de tweede kamer. Tevens geldt in dit voorbeeld dat een zijwand 32 van de eerste 35 kamer is voorzien van de genoemde opening 16 waardoor de genoemde fluidumverbinding zich uitstrekt. Voorts is een 11Ό09292 10 zijwand van de tweede kamer voorzien van de genoemde opening 18. In feite wordt de genoemde opening 18 gevormd door het open einde van de cilinder 10. Voorts is het zo dat het afsluitorgaan zich uitstrekt vanuit de eerste kamer 5 4 via de openingen 16 en 18 naar de tweede kamer 6. Hierbij geldt dat een eerste deeloppervlak 34 van het afsluitorgaan zich in de eerste kamer bevindt terwijl een tweede deeloppervlak 36 van het afsluitorgaan zich in de tweede kamer 6 bevindt. Omdat het oppervlak van het eerste 10 deeloppervlak 34 veel kleiner is dan het oppervlak van het tweede deeloppervlak 36 zal de kracht, die ten gevolge van de druk van het gas op het afsluitorgaan wordt uitgeoefend, in relatief geringe mate zijn bepaald door de druk in de eerste kamer 4. De heersende druk in de tweede kamer 6 15 alsmede in de binnenruimte 30 levert relatief veel grotere krachten die op het afsluitorgaan 8 wordt uitgeoefend. Er geldt dus dat de vorm van het eerste en tweede deeloppervlak dusdanig is dat een bepaalde gasdruk die wordt uitgeoefend op het eerste deeloppervlak resulteert in 20 een kracht in een bewegingsrichting van het afsluitorgaan die kleiner is dan de kracht in de bewegingsrichting van het afsluitorgaan die resulteert wanneer deze gasdruk wordt uitgeoefend op het tweede deeloppervlak. De evenwichtsstoestand waarbij de fluïdumverbinding, dat wil 25 zeggen de opening 16 wordt afgesloten wordt derhalve in hoofdzaak bepaald door de in de tweede kamer 6 heersende druk en is althans nagenoeg onafhankelijk van de in de eerste kamer 4 heersende druk.
In figuur 2 wordt een mogelijke toepassing van de 30 inrichting volgens figuur 1 in een als spuitbus uitgevoerde container 38 getoond. Hierbij zijn met figuur 1 overeenkomende onderdelen van eenzelfde referentienummer voorzien. De container bestaat uit een vat 40 met een bodem 42. Het vat 40 is aan zijn bovenzijde voorzien van een op 35 zich bekende klep 41 die is voorzien van een drukknop 43.
De bekrachtiging van de drukknop 43 spuit het fluïdum, dat 1009292 11 zich in de binnenruimte 2 van de container bevindt, naar buiten. De tweede kamer bestaat uit een komvormige houder 44 die op zijn kop in de container 40 wordt geplaatst. De komvormige houder 44 wordt met zijn langsrand 48, tezamen 5 met de bodem 42 en de opstaande zijwand van het vat 40 verbonden. In een opening van de wand 32 van de eerste kamer 44 wordt de rest van de drukcontrole-inrichting 1 aangebracht. De werking van het geheel komt geheel overeen zoals in relatie met figuur 1 is besproken.
10 Figuur 3 toont een container die is voorzien van een drukregel van de drukcontrole-inrichting volgens figuur 1. Hierbij is de diameter van de eerste kamer 4 echter kleiner dan in relatie met figuur 2 is besproken. De werking is echter geheel identiek.
15 Ook in figuur 4 wordt een container getoond die is voorzien van een inrichting volgens figuur 1. Ook hierbij geldt dat de diameter van de eerste kamer 4 kleiner is dan de diameter van het vat 40. In dit geval is de eerste kamer 4 echter niet co-excentrisch in het vat 40 opgenomen. De 20 werking is echter wederom geheel analoog zoals in relatie met figuur 1 is besproken.
Het vat 40 van de container volgens figuur 5 is op iets minder dan halve hoogte van het vat voorzien van een schijf 50. De schijf 50 is via een afdichtingsring 52 25 gasdicht met de binnenzijde van het vat 40 verbonden. De schijf 50 verdeelt het vat 40 hiermee in tweeën. Het bovenste gedeelte vormt de binnenruimte 2 van de container waarin het af te geven fluïdum wordt opgeslagen, terwijl het onderste gedeelte van het vat 40 in feite de eerste 30 kamer 4 vormt. De schijf 50 vormt derhalve een scheidingswand tussen de binnenruimte 2 van de container en de eerste kamer 4 en komt derhalve overeen met de in figuur 1 met referentienummer 32 aangegeven wand. De rest van de drukcontrole-inrichting 1 komt geheel overeen met de 35 drukcontrole-inrichting 1 zoals deze in relatie met figuur 1 is besproken.
i ηn pppo 12
In figuur 6a wordt een tweede uitvoeringsvorm van een drukcontrole-inrichting overeenkomstig de uitvinding getoond. Hierbij zijn met figuur 1 overeenkomende onderdelen van dezelfde referentienummers voorzien. De 5 inrichting omvat in dit voorbeeld echter een eerste afsluitorgaan 81 en een tweede afsluitorgaan 8''. Het eerste afsluitorgaan 8' is kogelvormig uitgevoerd. Afhankelijk van de positie van het eerste afsluitorgaan 8' ten opzichte van de eerste kamer 4 wordt de eerste opening 10 16 afgesloten of vrijgegeven. Het tweede afsluitorgaan 8'' is uitgevoerd als een plunjer die in axiale richting van de tweede kamer 6 in de tweede kamer is opgenomen. De steel 24 van de plunjer strekt zich buiten de tweede kamer 6 uit tot aan of nabij het eerste afsluitorgaan 8'. Het volume van de 15 tweede kamer is wederom afhankelijk van de positie van het als een plunjer uitgevoerde tweede afsluitorgaan 8'1 ten opzichte van de tweede kamer 6. Deze positie is wederom afhankelijk van de heersende druk in de tweede kamer 6 alsmede van de heersende druk in de binnenruimte 2 van de 20 container. Zoals eerder besproken is de heersende druk in de container 2 gelijk aan de heersende druk in de ruimte 30. Onder invloed van de hoge druk in de eerste kamer 4 wordt het eerste afsluitorgaan 8' in dit voorbeeld naar boven toe bewogen en sluit hiermee de opening 16 af. Dit 25 brengt met zich dat op de plunjer 8'in deze situatie, in het geheel geen krachten worden uitgeoefend die afhankelijk zijn van de gasdruk in de eerste kamer 4. Wanneer de druk ten gevolge van afname van producten uit de container in de binnenruimte 2 begint te dalen, zal eveneens de druk in de 30 ruimte 30 gaan dalen. Onder invloed van de heersende druk in de ruimte 30 en in de tweede kamer 6 zal in figuur 6a de plunjer 8'' naar beneden toe gaan bewegen. De steel 24 zal dan de kogel 8' raken en naar beneden toe bewegen. Hierdoor wordt de opening 16 vrijgegeven en zal zich in 35 fluïdumverbinding via de opening 16 en de opening 28 uitstrekken van de eerste kamer 4 naar de binnenruimte 2 1009292 13 van de container. Hierdoor zal gas vanuit de eerste kamer 4 naar de binnenruimte van de container stromen en zal hiermee de druk in deze binnenruimte weer toenemen.
Hierdoor zal de druk in de ruimte 30 eveneens weer gaan 5 stijgen. Wanneer de druk in de binnenruimte 2 van de container verder stijgt zal uiteindelijk de plunjer 81' weer naar boven toe worden bewogen met als gevolg dat de kogel 8' de opening 16 weer zal afsluiten. Er is dan weer een nieuwe evenwichtssituatie bereikt, waarbij de druk in 10 de container weer gelijk is aan oorspronkelijke druk voordat de evenwichtssituatie werd verlaten. Opgemerkt wordt dat ook in dit voorbeeld geldt dat de cilinder 10 zich in hoofdzaak in de binnenruimte in 2 van de container uitstrekt en dat de tweede kamer 6 buiten de eerste kamer 4 15 is gepositioneerd.
In figuur 6b is getoond hoe de inrichting van figuur 6a kan worden toegepast in een container. Hierbij is gebruik gemaakt van dezelfde constructies, zoals in relatie met figuur 5 is besproken. Het is echter eveneens mogelijk 20 om voor de inrichting volgens figuur 6a de constructies volgens de figuren 2, 3 of 4 toe te passen.
In figuur 7 wordt tenslotte een derde mogelijke uitvoeringsvorm van een drukcontrole-inrichting volgens de uitvinding getoond die is toegepast in een container.
25 Hierbij zijn wederom met de voorgaande figuren overeenkomende onderdelen van eenzelfde referentienummer voorzien.
De in figuur 7 getoonde drukcontrole-inrichting komt in hoofdzaak overeen met de inrichting volgens figuur 1.
30 Met nadruk wordt erop gewezen dat echter eveneens gebruik zou kunnen worden gemaakt van de inrichting volgens figuur 6a. De inrichting 1 is ingericht om in een cilindervormige container 38 te worden opgenomen. Hierbij is de eerste kamer aan zijn buitenzijde uitgevoerd als een plunjer die 35 is ingericht om, in gebruik, in axiale richting van de container beweegbaar in de container te worden opgenomen.
1 n o Q 9 0 O
14
De door de eerste kamer 4 gevormde plunjer 53 is aan zijn buitenzijde voorzien van een afdichtingsring 54. De eerste kamer 4 verdeelt de binnenruimte 2 van de container in een bovenste gedeelte 55 en een onderste gedeelte 56. De 5 eerdergenoemde fluidumverbinding mondt uit in het onderste gedeelte 56. Het bovenste gedeelte 55 van de container 38 is in dit voorbeeld gevuld met het af te geven fluïdum.
In een evenwichtsstoestand zal de druk in het bovenste gedeelte 55 ongeveer gelijk zijn aan de druk in 10 het onderste gedeelte 56. Wanneer daarentegen de druk in het bovenste gedeelte 55 begint te dalen, omdat fluïdum wordt afgenomen uit de container, zal de plunjer 53 en daarmee de gehele inrichting 1 onder invloed van de hogere druk in het onderste gedeelte 56 naar boven toe bewegen. De 15 druk in het onderste gedeelte 56 zal hierdoor dalen terwijl de druk in het bovenste gedeelte 55 zal stijgen. Uiteindelijk zal de druk in het bovenste gedeelte 55 weer gelijk zijn aan de druk in het onderste gedeelte 56.
Doordat echter de druk in het onderste gedeelte 56 is 20 gedaald, zal het afsluitorgaan 8 van de inrichting 1 de fluidumverbinding tussen de eerste kamer 4 en het onderste gedeelte 56 openen. Het gevolg is dat gas vanuit de eerste kamer 4 naar het onderste gedeelte 56 van de container stroomt. Hierdoor zal de druk in het onderste gedeelte 56 25 weer gaan stijgen totdat uiteindelijk de druk in het onderste gedeelte 56 weer gelijk is aan de vooraf bepaalde druk. Tegelijkertijd zal de gehele inrichting 1 onder invloed van de stijgende druk in het onderste gedeelte 56 verder omhoog bewegen. In een nieuw ontstane 30 evenwichtssituatie is derhalve de gehele inrichting 1 verder omhoog bewogen, waarbij de druk in het bovenste gedeelte 55 gelijk is aan de druk in het onderste gedeelte 56, waarbij de druk in het onderste gedeelte 56 gelijk is aan de vooraf bepaalde druk, zodat uiteindelijk in de 35 gehele binnenruimte van de container geldt dat de druk gelijk is aan de vooraf bepaalde druk.
1009292 15
Een groot voordeel van deze uitvoeringsvorm is dat het volume van het bovenste gedeelte 55 afneemt naarmate er meer fluïdum uit de container wordt onttrokken. Het resterende fluïdum wordt derhalve geconcentreerd in een 5 kleiner volume. Hiermee wordt bewerkstelligd dat een optimale hoeveelheid fluïdum kan worden afgegeven waarbij uiteindelijk slechts een kleine hoeveelheid fluïdum in de container achterblijft wanneer deze bijna leeg is.
In figuur 8 wordt een andere mogelijke toepassing 10 van de inrichting volgens figuur 1 in een als een spuitbus uitgevoerde container 38 getoond. Hierbij zijn met figuur 1 overeenkomende onderdelen van eenzelfde referentienummer voorzien.
Bij de inrichting volgens figuur 8 is de eerste 15 kamer 4 cilindervormig uitgevoerd. Dit geldt eveneens voor de container 38. Een buitendiameter van de eerste kamer 4 komt althans in hoofdzaak overeen met een binnendiameter van de container 38. In dit voorbeeld is de eerste kamer nabij of in dit geval zelfs op een bodem van de container 20 geplaatst. Hierbij bevindt de tweede kamer 6 zich boven de eerste kamer 4. Voor de tweede kamer 6 geldt dus dat deze zich in de binnenruimte 2 van de container bevindt die in gebruik is gevuld met het af te geven product. Voorts geldt dat deze binnenruimte 2 zich boven de eerste kamer 4 25 bevindt. In dit voorbeeld is de eerste kamer 4 knellend in de container 38 geschoven en blijft derhalve ook op zijn plaats wanneer de container op zijn kop wordt gezet.
Een voordeel van de inrichting volgens figuur 8 is dat in tegenstelling tot bij de inrichting volgens figuur 30 6b geen afdichting 52 aanwezig behoeft te zijn. De eerste kamer 4 is van zichzelf immers al geheel gasdicht.
Opgemerkt wordt dat de uitvinding zich geenszins beperkt tot de hiervoor geschetste uitvoeringsvormen. Zo kan de inrichting volgens figuur 6 eveneens worden 35 toegepast zoals in relatie met figuur 7 is besproken. In dat geval zal de eerste kamer 4 van de inrichting volgens 1 00 929? 16 figuur 6 eveneens gaan fungeren als een plunjer die in axiale richting beweegbaar in de cilindervormige container is opgenomen. Evenzo kan de inrichting volgens figuur 6 worden toegepast zoals in relatie met figuur 8 is 5 besproken. In dat geval zal de eerste kamer eveneens cilindervormig worden uitgevoerd, zoals dit in figuur 8 is getoond.
Dergelijke varianten worden elk geacht binnen het kader van de uitvinding te vallen.
10 1 00 9292
Claims (17)
1. Drukcontrole-inrichting voor het behouden van een constante vooraf bepaalde druk in een container die is ingericht voor het vanuit de container bij de genoemde druk afgeven van een fluïdum waarmee de container is 5 gevuld, waarbij de drukcontrole-inrichting is voorzien van een eerste kamer en tweede kamer alsmede tenminste een ten opzichte van de tweede kamer beweegbaar afsluitorgaan voor het, afhankelijk van de positie van het afsluitorgaan ten opzichte van de tweede kamer 10 vrijgeven en afsluiten van een fluïdumverbinding tussen de eerste kamer en de container waarbij de eerste kamer is gevuld met een gas dat, in gebruik, een hogere druk heeft dan de druk in de container en waarbij de positie van het afsluitorgaan ten opzichte van de eerste kamer 15 tenminste afhankelijk is van de heersende druk in de container en de heersende druk in de tweede kamer waarbij, in gebruik, de fluïdumverbinding wordt vrijgegeven wanneer de druk in de container daalt beneden de vooraf bepaalde druk zodat gas vanuit de eerste kamer 20 naar de container stroomt en de druk in de container weer stijgt totdat de fluïdumverbinding ten gevolge van de gestegen druk in de container weer wordt afgesloten door het afsluitorgaan, met het kenmerk, dat de tweede kamer buiten de eerste kamer is gelokaliseerd.
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het afsluitorgaan althans in hoofdzaak buiten de eerste kamer is gelokaliseerd.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het afsluitorgaan beweegbaar tussen een eerste en 30 tweede uiterste positie met de tweede kamer is verbonden.
4. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het volume van de eerste kamer groter is dan het volume van de tweede kamer. 1 0^ 929 2
5. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het volume van de tweede kamer afhankelijk is van de positie van het afsluitorgaan ten opzichte van de tweede kamer.
6. Inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat een zijwand van de eerste kamer is voorzien van een eerste opening waardoor de genoemde fluïdumverbinding zich uitstrekt en een zijwand van de tweede kamer is voorzien van een tweede opening waarbij het afsluitorgaan zich 10 uitstrekt vanuit de eerste kamer, via de eerste en tweede opening naar de tweede kamer waarbij een eerste deeloppervlak van het afsluitorgaan zich in de eerste kamer bevindt en een tweede deeloppervlak van het afsluitorgaan zich in de tweede kamer bevindt, de vorm 15 van het eerste en tweede deeloppervlak dusdanig is dat een bepaalde gasdruk die wordt uitgeoefend op het eerste deeloppervlak resulteert in een kracht in een bewegingsrichting van het afsluitorgaan die kleiner is dan de kracht in de bewegingsrichting van het 20 afsluitorgaan die resulteert wanneer deze gasdruk wordt uitgeoefend op het tweede deeloppervlak en waarbij de eerste opening afhankelijk van de positie van het afsluitorgaan ten opzichte van de tweede kamer door het afsluitorgaan kan worden vrijgegeven of afgesloten.
7. Inrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de tweede opening een gasafdichting met het afsluitorgaan vormt.
8. Inrichting volgens conclusie 6, 7 of 8, met het kenmerk, dat de tweede kamer bestaat uit een cilinder die aan een 30 eerste uiteinde is afgesloten en waarvan een tweede uiteinde de genoemde tweede opening vormt waarbij het afsluitorgaan bestaat uit een in axiale richting van de cilinder beweegbare plunjer die de eerste opening afhankelijk van de positie van plunjer ten opzichte van 35 de tweede kamer kan afsluiten of vrijgeven. 100929?
9. Inrichting volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat een zijwand van de cilinder op een buiten de tweede kamer gelegen positie is voorzien van een opening waardoor de genoemde fluïdumverbinding zich uitstrekt.
10. Inrichting volgens conclusie 8 of 9, met het kenmerk, dat in gebruik, de cilinder zich althans in hoofdzaak uitstrekt in een binnenruimte van de container.
11. Inrichting volgens een der conclusies 1-5, met het kenmerk, dat de inrichting is voorzien van een eerste en 10 tweede afsluitorgaan, waarbij het eerste afsluitorgaan kogelvormig is uitgevoerd en afhankelijk van de positie van het eerste afsluitorgaan ten opzichte van de eerste kamer een eerste opening in een zijwand van de eerste kamer kan afsluiten of vrijgeven, de tweede kamer is 15 uitgevoerd als een cilinder die aan een eerste uiteinde is afgesloten, het tweede afsluitorgaan is uitgevoerd als een plunjer die in axiale richting van de tweede kamer beweegbaar in de tweede kamer is opgenomen en die zich buiten de tweede kamer uitstrekt tot aan het eerste 20 afsluitorgaan waarbij het volume van de tweede kamer afhankelijk is van de positie van het tweede afsluitorgaan ten opzichte van de tweede kamer welke positie afhankelijk is van de heersende druk in de container en de heersende druk in de tweede kamer zodat, 25 in gebruik, bij een daling van de druk in de container het eerste afsluitorgaan zich onder invloed van de druk in de tweede kamer zich in de richting van het eerste afsluitorgaan zal bewegen en het eerste afsluitorgaan dusdanig zal verplaatsen dat de fluïdumverbinding tussen 30 de eerste kamer en de container wordt vrijgegeven zodat gas vanuit de eerste kamer naar de container zal stromen en de druk in de container weer zal stijgen totdat onder invloed van de druk in de container het tweede afsluitorgaan weer van het eerste afsluitorgaan zal af 35 bewegen zodat het eerste afsluitorgaan de 1 009?9'5 fluïdumverbinding weer afsluit wanneer de druk in de container weer gelijk is aan de vooraf bepaalde druk.
12. Inrichting volgens conclusie 11 met het kenmerk, dat een zijwand van de cilinder op een buiten de tweede kamer 5 gelegen positie is voorzien van een opening waardoor de genoemde fluïdumverbinding zich uitstrekt.
13. Inrichting volgens conclusie 11 of 12, met het kenmerk, dat in gebruik, de cilinder zich althans in hoofdzaak uitstrekt in een binnenruimte van de container.
14. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de inrichting is ingericht om in een cilindervormige container te worden opgenomen, waarbij de eerste kamer is uitgevoerd als een plunjer die is ingericht om, in gebruik, in axiale richting van de 15 container beweegbaar in de container te worden opgenomen waarbij de eerste kamer de container in een bovenste en een onderste deel verdeeld en waarbij de fluïdumverbinding uitmondt in het onderste deel van de container terwijl het bovenste deel van de container is 20 gevuld met het af te geven fluïdum waarbij, in gebruik, wanneer de druk in het bovenste gedeelte van de container daalt beneden de vooraf bepaalde druk, de druk in het onderste gedeelte van de container eveneens zal dalen omdat de als een plunjer uitgevoerde eerste kamer 25 dusdanig zal bewegen dat het volume van het bovenste deel van de container zal afnemen terwijl het volume van het onderste deel van de container zal toenemen waarbij tevens de fluïdumverbinding tussen de eerste kamer en het onderste gedeelte van de container wordt vrijgegeven, 30 zodat gas vanuit de eerste kamer naar het onderste gedeelte van de container stroomt en de druk in het onderste gedeelte van de container alsmede de druk in het bovenste gedeelte van de container weer zal stijgen, terwijl de als een plunjer uitgevoerde kamer zich verder 35 naar boven beweegt totdat de fluïdumverbinding ten gevolge van de gestegen druk in het onderste gedeelte van 1 0^ 929 2 de container weer wordt afgesloten door het afsluitorgaan.
15. Inrichting volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat de tweede kamer zich in hoofdzaak in het onderste 5 gedeelte van de container uitstrekt.
16. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies 1-13, met het kenmerk, dat de inrichting is ingericht om in een cilindervormige container te worden opgenomen, waarbij de eerste kamer cilindervormig is uitgevoerd met een 10 buitendiameter die overeenkomt met de binnendiameter van de container, zodat de eerste kamer nabij de bodem van de container kan worden gepositioneerd waarbij de tweede kamer zich boven de eerste kamer en in een boven de eerste kamer gelegen binnenruimte van de container 15 bevindt, welke binnenruimte, in gebruik, is gevuld met het af te geven product.
17. Container voorzien van een inrichting volgens een der voorgaande conclusies. 1 00 9292
Priority Applications (19)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1009292A NL1009292C1 (nl) | 1998-05-29 | 1998-05-29 | Drukcontrole-inrichting voor het behouden van een constante vooraf bepaalde druk in een container. |
EP98201819A EP0960827A1 (en) | 1998-05-29 | 1998-06-02 | Device for maintaining a constant predetermined pressure in a container |
ES04076408T ES2380545T3 (es) | 1998-05-29 | 1999-05-31 | Dispositivo para mantenimiento de una presión predeterminada constante en un contenedor |
AT99925470T ATE303323T1 (de) | 1998-05-29 | 1999-05-31 | Druckregelventil zur aufrechterhaltung eines konstanten druckes in einem behälter |
ES99925470T ES2249007T3 (es) | 1998-05-29 | 1999-05-31 | Dispositivo de control de presion para mantener una presion predeterminada constante en un deposito. |
DE69927028T DE69927028T2 (de) | 1998-05-29 | 1999-05-31 | Druckregelventil zur aufrechterhaltung eines konstanten druckes in einem behälter |
EP99925470A EP1091891B1 (en) | 1998-05-29 | 1999-05-31 | Pressure control device for maintaining a constant predetermined pressure in a container |
DK99925470T DK1091891T3 (da) | 1998-05-29 | 1999-05-31 | Trykstyringsindretning til fastholdelse af et konstant forudbestemt tryk i en beholder |
EP04076408A EP1475316B1 (en) | 1998-05-29 | 1999-05-31 | Device for maintaining a constant predetermined pressure in a container |
PCT/NL1999/000337 WO1999062791A1 (en) | 1998-05-29 | 1999-05-31 | Pressure control device for maintaining a constant predetermined pressure in a container |
PT04076408T PT1475316E (pt) | 1998-05-29 | 1999-05-31 | Dispositivo para manter uma pressão constante predeterminada num recipiente |
AU41736/99A AU4173699A (en) | 1998-05-29 | 1999-05-31 | Pressure control device for maintaining a constant predetermined pressure in a container |
AT04076408T ATE535469T1 (de) | 1998-05-29 | 1999-05-31 | Vorrichtung zum einhalten eines vorgebbaren druckwertes in einem behälter |
DK04076408.6T DK1475316T3 (da) | 1998-05-29 | 1999-05-31 | Indretning til at holde et konstant forudbestemt tryk i en beholder |
JP2000552017A JP4125488B2 (ja) | 1998-05-29 | 1999-05-31 | 容器内を所定の一定の圧力に維持する圧力制御装置 |
US09/725,130 US6499632B2 (en) | 1998-05-29 | 2000-11-29 | Pressure control device for maintaining a constant predetermined pressure in a container |
US10/307,419 US6616017B2 (en) | 1998-05-29 | 2002-12-02 | Pressure control device for maintaining a constant predetermined pressure in a container |
US10/657,250 US7467733B2 (en) | 1998-05-29 | 2003-09-09 | Pressure control device for maintaining a constant predetermined pressure in a container |
US12/190,844 US7748578B2 (en) | 1998-05-29 | 2008-08-13 | Pressure control device for maintaining a constant predetermined pressure in a container |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1009292 | 1998-05-29 | ||
NL1009292A NL1009292C1 (nl) | 1998-05-29 | 1998-05-29 | Drukcontrole-inrichting voor het behouden van een constante vooraf bepaalde druk in een container. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1009292C1 true NL1009292C1 (nl) | 1999-11-30 |
Family
ID=19767232
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1009292A NL1009292C1 (nl) | 1998-05-29 | 1998-05-29 | Drukcontrole-inrichting voor het behouden van een constante vooraf bepaalde druk in een container. |
Country Status (11)
Country | Link |
---|---|
US (4) | US6499632B2 (nl) |
EP (3) | EP0960827A1 (nl) |
JP (1) | JP4125488B2 (nl) |
AT (2) | ATE535469T1 (nl) |
AU (1) | AU4173699A (nl) |
DE (1) | DE69927028T2 (nl) |
DK (2) | DK1091891T3 (nl) |
ES (2) | ES2380545T3 (nl) |
NL (1) | NL1009292C1 (nl) |
PT (1) | PT1475316E (nl) |
WO (1) | WO1999062791A1 (nl) |
Families Citing this family (30)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL1009292C1 (nl) | 1998-05-29 | 1999-11-30 | Packaging Tech Holding Sa | Drukcontrole-inrichting voor het behouden van een constante vooraf bepaalde druk in een container. |
NL1012754C2 (nl) | 1999-07-30 | 2001-02-01 | Presstech N V | Drukcontrole-inrichting. |
NL1022455C2 (nl) * | 2003-01-21 | 2004-07-22 | Packaging Tech Holding Sa | Systeem voor het met behulp van een drijfgas aanbrengen van een werkdruk op een inhoud van een drukverpakking. |
NL1022456C2 (nl) | 2003-01-21 | 2004-07-22 | Packaging Tech Holding Sa | Drukverpakkingssysteem voor het op een in een drukverpakking opgenomen fluïdum aanbrengen van een werkdruk. |
RU2329188C2 (ru) * | 2004-01-30 | 2008-07-20 | Интеллиджент Пэкэджинг Системз Груп С.А. | Устройство для регулирования давления |
ES2612209T3 (es) | 2004-08-30 | 2017-05-12 | Airopack Technology Group B.V. | Dispositivo de control de presión |
NL1027998C2 (nl) * | 2005-01-11 | 2006-07-12 | Heineken Tech Services | Drukregelinrichting voor een container en container voorzien van een dergelijke drukregelinrichting. |
US20060249147A1 (en) * | 2005-04-08 | 2006-11-09 | Multi-Vet Ltd. | Aerosol dispenser |
US9198444B2 (en) * | 2005-07-08 | 2015-12-01 | Chiquita Brands, Inc. | Device for controlling the gas medium inside a container |
ES2343017T3 (es) * | 2005-08-01 | 2010-07-21 | Ips Patent Ag | Dispositivo de control de presion para un recipiente dispensador de fluido y metodo de fabricacion del mismo. |
JP2009518240A (ja) * | 2005-12-07 | 2009-05-07 | チョウ,カン−リム | 圧縮空気用ストロー組立体 |
US20070151988A1 (en) * | 2005-12-14 | 2007-07-05 | Saucedo Victor M | Constant pressure delivery vessel and system |
GB2438395B (en) * | 2006-05-26 | 2010-02-24 | John Merlin Copplestone-Bruce | Liquid dispenser |
FR2976277A1 (fr) | 2011-06-07 | 2012-12-14 | Marc Fortunato | Systeme d'expulsion d'un liquide contenu dans un recipient au moyen d'un gaz propulseur |
WO2013009924A1 (en) * | 2011-07-11 | 2013-01-17 | Ysn Imports, Inc. | Gas biased pressure regulator |
EP2909109A4 (en) * | 2012-10-19 | 2016-06-22 | Rust Oleum Corp | DRIVE-FREE AEROSOL SYSTEM |
EP2925635B1 (en) | 2012-11-28 | 2018-06-06 | Airopack Technology Group B.V. | System and method for manufacturing pressure units |
CN105377718B (zh) * | 2013-07-17 | 2018-08-24 | 爱柔包装技术集团有限公司 | 泡沫分配器 |
EP3043871A1 (en) | 2013-09-11 | 2016-07-20 | Dreumex B.V. | Aerosol container comprising a dermatological composition and a foaming agent |
ITPR20130102A1 (it) * | 2013-12-18 | 2015-06-19 | Raytec Vision S P A | Metodo e sistema di espulsione in apparati di controllo e selezione di prodotti alimentari |
CA2974454C (en) * | 2015-01-28 | 2020-04-14 | Airopack Technology Group B.V. | Pressure control system |
GB2544113B (en) | 2015-11-09 | 2018-05-23 | Aer Beatha Ltd | Canister |
US10472162B2 (en) | 2016-09-09 | 2019-11-12 | The Clorox Company | Continuous spray dispenser for highly corrosive and other low compatibility products |
GB2554365B (en) | 2016-09-22 | 2022-05-04 | Aer Beatha Ltd | Canister and valve |
CA3054479A1 (en) | 2017-03-10 | 2018-09-13 | Joseph Company International, Inc. | Pressure regulator valve |
US11851264B2 (en) * | 2017-04-03 | 2023-12-26 | Gojara Bvba | Disc-shaped pressure control device for pressure packaging |
BE1024253B1 (nl) | 2017-04-03 | 2018-01-05 | Gojara Bvba | Schijfvormige drukregelinrichting voor drukverpakkingen |
BE1030478B1 (nl) | 2022-04-21 | 2023-11-27 | Gojara Bv | Drukregelsysteem voor het behoud van een vooraf bepaalde constante werkdruk in een spuitbus |
EP4265540A1 (en) | 2022-04-21 | 2023-10-25 | Gojara BV | Pressure control system for maintaining a pre-determined constant working pressure in an spray can |
FR3135973A1 (fr) * | 2022-05-25 | 2023-12-01 | Schrader | Ensemble sécurisé pour la distribution d’un produit au moyen d’un gaz haute pression stocké dans une cartouche |
Family Cites Families (35)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US35402A (en) * | 1862-05-27 | Improvement in self-regulating gas-burners | ||
US2822002A (en) * | 1954-05-25 | 1958-02-04 | Frank E Wolcott | Dispenser for flowable materials |
US3258163A (en) * | 1964-08-04 | 1966-06-28 | Edward E Brush | Low pressure dispensing container |
US3347417A (en) * | 1965-08-23 | 1967-10-17 | Reynolds Metals Co | Charged liquid dispenser with pocketed gas container |
US3561649A (en) * | 1968-06-10 | 1971-02-09 | Reynolds Metals Co | Dispensing container |
GB1390937A (en) * | 1971-04-23 | 1975-04-16 | Unilever Ltd | Pressurised aerosol dispensing device |
US4181139A (en) * | 1977-11-21 | 1980-01-01 | The United States Of America As Represented By The Secretary Of The Navy | Multiple function CO2 valve |
US4310108A (en) * | 1978-06-08 | 1982-01-12 | Freund Industrial Co., Ltd. | Aerosol sprayer with pressure reservoir |
US4257560A (en) * | 1978-11-13 | 1981-03-24 | Diamond George B | Plural spray pattern aerosol spray head |
US4310197A (en) * | 1980-05-01 | 1982-01-12 | Lee-Norse Company | Mining and bolting method and apparatus |
CH652468A5 (de) * | 1980-08-06 | 1985-11-15 | Werding Winfried J | Schubregler zur verwendung im innern eines unter gasdruck stehenden behaelters. |
JPS5768163A (en) * | 1980-10-14 | 1982-04-26 | Alps Electric Co Ltd | Apparatus for aerosol spray |
CH650469A5 (fr) * | 1982-11-10 | 1985-07-31 | Werding Winfried J | Dispositif pour la regulation de poussee d'un fluide a l'aide de turbulences. |
US4561465A (en) * | 1983-09-06 | 1985-12-31 | Aeroquip Corporation | Axial flow pressure regulator |
US5033505A (en) * | 1984-11-28 | 1991-07-23 | Nupro Company | Pressure regulator and method of assembling same |
GB2185537A (en) * | 1985-09-24 | 1987-07-22 | Metal Box Plc | Aerated liquid storage/dispensing apparatus |
IN174351B (nl) * | 1988-03-08 | 1994-11-12 | British Tech Group | |
EP0349053B1 (en) * | 1988-06-29 | 1992-06-17 | Jaico C.V. Cooperatieve Vennootschap | Pressure capsule for spray can, and spray can which utilizes such a capsule |
CA2013636A1 (en) * | 1989-04-06 | 1990-10-06 | Sang I. Han | Disposable pressure wound irrigation device |
BE1003981A3 (nl) * | 1989-05-31 | 1992-07-28 | S Mcd Murphy & Partners Ltd | Drukregelaar voor spuitbussen en membraan hierbij aangewend. |
BE1003682A3 (nl) * | 1990-02-09 | 1992-05-19 | Jaico Cv | Drukkapsule voor spuitbus en spuitbus die zulke drukkapsule toepast. |
US5011047A (en) * | 1990-09-05 | 1991-04-30 | I.P.R.S. | Dispensing apparatus |
US5110014A (en) * | 1990-11-07 | 1992-05-05 | Doundoulakis George J | Bi-stable pressure maintaining gas containers |
FR2690142B1 (fr) * | 1992-04-17 | 1995-11-17 | Oreal | Recipient pressurise, en particulier boitier aerosol, pour la distribution sous pression d'un composant liquide ou pateux. |
EP0639149B1 (en) | 1992-04-30 | 2000-03-29 | I.P.R.S., U.S.A. | Dispensing apparatus utilizing a pressure generator |
EP0945369A1 (en) * | 1992-04-30 | 1999-09-29 | I.P.R.S., U.S.A. | Dispensing apparatus including a pressure generator |
BE1006130A3 (nl) * | 1992-08-19 | 1994-05-17 | Belgium Spray Accessory Factor | Spuitbus. |
US5303734A (en) * | 1993-02-01 | 1994-04-19 | Eidsmore Paul G | Pressure regulator |
FR2709738B1 (fr) * | 1993-09-10 | 1995-11-10 | Oreal | Procédé et dispositif de distribution et de conditionnement d'un produit fluide contenu dans un récipient pressurisé à l'aide d'un gaz propulseur. |
US6026850A (en) * | 1996-02-27 | 2000-02-22 | Global Agricultural Technology And Engineering, Llc | Pressure regulating valve |
DE69620396T2 (de) | 1996-08-28 | 2002-11-07 | Kyowa Ind Co | Sprühmechanismus für Aerosolprodukte |
FR2773543B1 (fr) * | 1998-01-14 | 2000-02-18 | Oreal | Ensemble de conditionnement et de distribution sous pression, a mise sous pression extemporanee |
FR2774077B1 (fr) * | 1998-01-23 | 2000-04-07 | Oreal | Valve a regulation de debit de sortie, et recipient equipe d'une telle valve |
NL1009292C1 (nl) | 1998-05-29 | 1999-11-30 | Packaging Tech Holding Sa | Drukcontrole-inrichting voor het behouden van een constante vooraf bepaalde druk in een container. |
NL1012754C2 (nl) * | 1999-07-30 | 2001-02-01 | Presstech N V | Drukcontrole-inrichting. |
-
1998
- 1998-05-29 NL NL1009292A patent/NL1009292C1/nl not_active IP Right Cessation
- 1998-06-02 EP EP98201819A patent/EP0960827A1/en not_active Withdrawn
-
1999
- 1999-05-31 AU AU41736/99A patent/AU4173699A/en not_active Abandoned
- 1999-05-31 PT PT04076408T patent/PT1475316E/pt unknown
- 1999-05-31 EP EP99925470A patent/EP1091891B1/en not_active Expired - Lifetime
- 1999-05-31 JP JP2000552017A patent/JP4125488B2/ja not_active Expired - Fee Related
- 1999-05-31 DK DK99925470T patent/DK1091891T3/da active
- 1999-05-31 WO PCT/NL1999/000337 patent/WO1999062791A1/en active IP Right Grant
- 1999-05-31 DK DK04076408.6T patent/DK1475316T3/da active
- 1999-05-31 ES ES04076408T patent/ES2380545T3/es not_active Expired - Lifetime
- 1999-05-31 ES ES99925470T patent/ES2249007T3/es not_active Expired - Lifetime
- 1999-05-31 AT AT04076408T patent/ATE535469T1/de active
- 1999-05-31 DE DE69927028T patent/DE69927028T2/de not_active Expired - Lifetime
- 1999-05-31 EP EP04076408A patent/EP1475316B1/en not_active Expired - Lifetime
- 1999-05-31 AT AT99925470T patent/ATE303323T1/de not_active IP Right Cessation
-
2000
- 2000-11-29 US US09/725,130 patent/US6499632B2/en not_active Expired - Lifetime
-
2002
- 2002-12-02 US US10/307,419 patent/US6616017B2/en not_active Expired - Lifetime
-
2003
- 2003-09-09 US US10/657,250 patent/US7467733B2/en not_active Expired - Fee Related
-
2008
- 2008-08-13 US US12/190,844 patent/US7748578B2/en not_active Expired - Fee Related
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
PT1475316E (pt) | 2012-03-16 |
EP0960827A1 (en) | 1999-12-01 |
US6499632B2 (en) | 2002-12-31 |
US7467733B2 (en) | 2008-12-23 |
US20030075568A1 (en) | 2003-04-24 |
DK1091891T3 (da) | 2006-01-09 |
DK1475316T3 (da) | 2012-02-20 |
DE69927028D1 (de) | 2005-10-06 |
US7748578B2 (en) | 2010-07-06 |
EP1475316A1 (en) | 2004-11-10 |
JP4125488B2 (ja) | 2008-07-30 |
US20040045986A1 (en) | 2004-03-11 |
ATE303323T1 (de) | 2005-09-15 |
US20080308581A1 (en) | 2008-12-18 |
US6616017B2 (en) | 2003-09-09 |
DE69927028T2 (de) | 2006-06-29 |
ES2380545T3 (es) | 2012-05-16 |
US20010002598A1 (en) | 2001-06-07 |
ATE535469T1 (de) | 2011-12-15 |
ES2249007T3 (es) | 2006-03-16 |
JP2002516795A (ja) | 2002-06-11 |
WO1999062791A1 (en) | 1999-12-09 |
EP1475316B1 (en) | 2011-11-30 |
EP1091891B1 (en) | 2005-08-31 |
EP1091891A1 (en) | 2001-04-18 |
AU4173699A (en) | 1999-12-20 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL1009292C1 (nl) | Drukcontrole-inrichting voor het behouden van een constante vooraf bepaalde druk in een container. | |
EP0779106B1 (en) | A push-type dispenser | |
JP5293600B2 (ja) | 流体分注装置 | |
US2721010A (en) | Aerosol containers and valves therefor | |
US4174056A (en) | Pump type dispenser with continuous flow feature | |
EP0179853B1 (en) | Pump for dispensing liquid from a container | |
US3888392A (en) | Aerosol package nozzle having means for reducing product retention therein and valve actuator | |
JPH0784227B2 (ja) | エーロゾル分与用計量弁 | |
EP0462281A1 (en) | Liquid sprayer | |
NL8100580A (nl) | Lekvrije afleverpomp. | |
WO1990003929A1 (en) | Sealing pump | |
US5301852A (en) | Manually operated pump for dispensing liquid or creamy substances at a predetermined constant pressure | |
HU225443B1 (en) | Container for dispensing fluid, comprising a pressure control device with activation step | |
CN107636426B (zh) | 分配器及其使用方法 | |
US5655688A (en) | Atomizing pump with high stroke speed enhancement and valve system therefor | |
NO169359B (no) | Pumpeenhet | |
NL8401809A (nl) | Afgiftepomp voor het drukvullen. | |
RU2041849C1 (ru) | Устройство для поддержания заданного постоянного давления в герметичном контейнере для раздачи продукта, содержащегося в контейнере, и контейнер для раздачи продукта | |
US3540634A (en) | Tilt actuator for pressurized spray dispenser | |
EP0108550A2 (en) | Improved direct high flow aerosol-type valve with movable cup | |
US1931973A (en) | Grease-feeding device | |
EP1364719A1 (en) | Dispenser | |
JP2016539867A (ja) | 容器に適用されるように構成された流体を分配するための装置及び関連した分配システム | |
CN109982941B (zh) | 能够插入容器开口中的封闭元件 | |
JP2000233144A (ja) | 遅延機構付きエアゾール装置 |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
VD2 | Discontinued due to expiration of the term of protection |
Effective date: 20040529 |