BE1028359B1 - Ventilatie-element met één of meerdere beklede wandoppervlakken - Google Patents

Ventilatie-element met één of meerdere beklede wandoppervlakken Download PDF

Info

Publication number
BE1028359B1
BE1028359B1 BE20205382A BE202005382A BE1028359B1 BE 1028359 B1 BE1028359 B1 BE 1028359B1 BE 20205382 A BE20205382 A BE 20205382A BE 202005382 A BE202005382 A BE 202005382A BE 1028359 B1 BE1028359 B1 BE 1028359B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
ventilation element
ventilation
sealing
rotation
wall
Prior art date
Application number
BE20205382A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1028359A1 (nl
Inventor
Stijn Valcke
Mathieu Steenland
Coninck Willem De
Original Assignee
Rf Tech Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Rf Tech Nv filed Critical Rf Tech Nv
Priority to BE20205382A priority Critical patent/BE1028359B1/nl
Priority to BE20205715A priority patent/BE1028369B1/nl
Priority to ES21176634T priority patent/ES2942036T3/es
Priority to HRP20230303TT priority patent/HRP20230303T1/hr
Priority to PL21176634.0T priority patent/PL3916316T3/pl
Priority to EP21176634.0A priority patent/EP3916316B1/en
Priority to HUE21176634A priority patent/HUE061435T2/hu
Publication of BE1028359A1 publication Critical patent/BE1028359A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1028359B1 publication Critical patent/BE1028359B1/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F11/00Control or safety arrangements
    • F24F11/30Control or safety arrangements for purposes related to the operation of the system, e.g. for safety or monitoring
    • F24F11/32Responding to malfunctions or emergencies
    • F24F11/33Responding to malfunctions or emergencies to fire, excessive heat or smoke
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A62LIFE-SAVING; FIRE-FIGHTING
    • A62CFIRE-FIGHTING
    • A62C2/00Fire prevention or containment
    • A62C2/06Physical fire-barriers
    • A62C2/12Hinged dampers
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A62LIFE-SAVING; FIRE-FIGHTING
    • A62CFIRE-FIGHTING
    • A62C2/00Fire prevention or containment
    • A62C2/06Physical fire-barriers
    • A62C2/12Hinged dampers
    • A62C2/14Hinged dampers with two or more blades
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16KVALVES; TAPS; COCKS; ACTUATING-FLOATS; DEVICES FOR VENTING OR AERATING
    • F16K1/00Lift valves or globe valves, i.e. cut-off apparatus with closure members having at least a component of their opening and closing motion perpendicular to the closing faces
    • F16K1/16Lift valves or globe valves, i.e. cut-off apparatus with closure members having at least a component of their opening and closing motion perpendicular to the closing faces with pivoted closure-members
    • F16K1/18Lift valves or globe valves, i.e. cut-off apparatus with closure members having at least a component of their opening and closing motion perpendicular to the closing faces with pivoted closure-members with pivoted discs or flaps
    • F16K1/22Lift valves or globe valves, i.e. cut-off apparatus with closure members having at least a component of their opening and closing motion perpendicular to the closing faces with pivoted closure-members with pivoted discs or flaps with axis of rotation crossing the valve member, e.g. butterfly valves
    • F16K1/226Shaping or arrangements of the sealing
    • F16K1/2261Shaping or arrangements of the sealing the sealing being arranged on the valve member
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16KVALVES; TAPS; COCKS; ACTUATING-FLOATS; DEVICES FOR VENTING OR AERATING
    • F16K1/00Lift valves or globe valves, i.e. cut-off apparatus with closure members having at least a component of their opening and closing motion perpendicular to the closing faces
    • F16K1/16Lift valves or globe valves, i.e. cut-off apparatus with closure members having at least a component of their opening and closing motion perpendicular to the closing faces with pivoted closure-members
    • F16K1/18Lift valves or globe valves, i.e. cut-off apparatus with closure members having at least a component of their opening and closing motion perpendicular to the closing faces with pivoted closure-members with pivoted discs or flaps
    • F16K1/22Lift valves or globe valves, i.e. cut-off apparatus with closure members having at least a component of their opening and closing motion perpendicular to the closing faces with pivoted closure-members with pivoted discs or flaps with axis of rotation crossing the valve member, e.g. butterfly valves
    • F16K1/226Shaping or arrangements of the sealing
    • F16K1/2268Sealing means for the axis of rotation
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F13/00Details common to, or for air-conditioning, air-humidification, ventilation or use of air currents for screening
    • F24F13/08Air-flow control members, e.g. louvres, grilles, flaps or guide plates
    • F24F13/10Air-flow control members, e.g. louvres, grilles, flaps or guide plates movable, e.g. dampers
    • F24F13/14Air-flow control members, e.g. louvres, grilles, flaps or guide plates movable, e.g. dampers built up of tilting members, e.g. louvre

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Public Health (AREA)
  • Business, Economics & Management (AREA)
  • Emergency Management (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Air-Flow Control Members (AREA)

Abstract

Ventilatie-element (1) omvattende een lichaam (2a, 2b, 3a, 3b) met één of meerdere naar binnen gerichte wandoppervlakken die een lichaamsdoorgang omhullen en één of meerdere in de lichaamsdoorgang roteerbaar opgestelde afsluitelementen (4), waarbij de één of meerdere afsluitelementen (4) elk minstens één buitenoppervlak omvatten dat voorzien is te bewegen langsheen een genoemd wandoppervlak van het lichaam (2a, 2b, 3a, 3b) en dit tijdens de rotatie van de één of meerdere afsluitelementen (4), waarbij dit laatstgenoemde wandoppervlak bekleed is met een bekledingsmateriaal (5), waarbij de wrijvingscoëfficiënt tussen het bekledingsmateriaal (5) en het respectievelijke buitenoppervlak, kleiner is dan de wrijvingscoëfficiënt tussen het genoemde wandoppervlak en het respectievelijke buitenoppervlak.

Description

VENTILATIE-ELEMENT MET ÉÉN OF MEERDERE BEKLEDE
WANDOPPERVLAKKEN Deze uitvinding betreft een ventilatie-element omvattende een lichaam met één of meerdere naar binnen gerichte wandoppervlakken die een lichaamsdoorgang omhullen en één of meerdere in de lichaamsdoorgang roteerbaar opgestelde afsluitelementen voor het vormen van een afsluitbare luchtdoorstroomopening doorheen deze lichaamsdoorgang, waarbij de één of meerdere afsluitelementen elk minstens één buitenoppervlak omvatten dat voorzien is te bewegen langsheen een genoemd wandoppervlak van het lichaam en dit tijdens de rotatie van de één of meerdere afsluitelementen. Een dergelijk ventilatie-element dient om ventilatie doorheen een wand mogelijk te maken. De wand kan bijvoorbeeld een muur, een plafond of een vloer zijn. Het ventilatie-element wordt aangebracht in een doorgang van de wand en omvat een lichaam met een lichaamsdoorgang waardoorheen ventilatie mogelijk is. De ventilatie-elementen kunnen bijvoorbeeld brandkleppen zijn, waarbij de afsluitelementen dan bijvoorbeeld één of meerdere klepbladen/lamellen zijn die voorzien zijn om bij brand de lichaamsdoorgang onmiddellijk af te sluiten. De ventilatie-elementen kunnen ook ontrokingskleppen zijn, waarbij de afsluitelementen dan bijvoorbeeld één of meerdere klepbladen/lamellen zijn die voorzien zijn om bij brand te zorgen voor de gepaste ontroking. Het lichaam kan bijvoorbeeld buisvormig zijn met een cirkelvormige doorsnede, maar kan evengoed een rechthoekige doorsnede hebben. Het ventilatie-element omvat één of meerdere in de lichaamsdoorgang roteerbaar opgestelde afsluitelementen voor het vormen van een afsluitbare luchtdoorstroomopening doorheen deze lichaamsdoorgang. Deze één of meerdere afsluitelementen zijn bij voorkeur simultaan roteerbaar opgesteld en dit tussen twee uiterste standen, zijnde een open stand waarbij de mogelijke ventilatie doorheen de lichaamsdoorgang maximaal is en een gesloten stand waarbij er nagenoeg geen ventilatie mogelijk is doorheen de lichaamsdoorgang. Bij voorkeur zijn er ook standen mogelijk tussen deze uiterste standen om zo de hoeveelheid ventilatie te regelen. Dit betekent dat, tijdens het gebruik van deze ventilatie-elementen, de afsluitelementen veelvuldig gaan roteren.
Om een goede afdichting te verzekeren in de gesloten stand is het belangrijk dat de afsluitelementen goed aansluiten tegenaan de wandoppervlakken.
Zo omvatten de afsluitelementen bijvoorbeeld buitenoppervlakken die bijvoorbeeld voorzien zijn te bewegen langsheen een genoemd wandoppervlak van het lichaam en dit tijdens de rotatie van de één of meerdere afsluitelementen, waarbij deze buitenoppervlakken dan bijvoorbeeld rechtstreeks contact maken met de wandoppervlakken.
Deze buitenoppervlakken worden bijvoorbeeld gevormd uit een afdichtmateriaal, zoals hogetemperatuurvezels, die goed aansluiten tegen de respectievelijke wandoppervlakken om zo te zorgen voor een goede afsluiting van de luchtdoorstroomopening in de gesloten stand.
Tijdens de rotatie van de afsluitelementen zal er hier dan ook wrijving zijn tussen de buitenoppervlakken en de respectievelijke wandoppervlakken, waardoor de buitenoppervlakken gaan afslijten/beschadigd raken en de afdichting minder goed wordt.
Dit zorgt ervoor dat het ventilatie-element steeds minder goed zijn functie kan gaan uitvoeren.
Het lichaam van deze ventilatie-elementen is bijvoorbeeld hoofdzakelijk vervaardigd uit een brandwerend en bij voorkeur een warmte-isolerend materiaal, zoals gips, calciumsilicaat, enz.
Dergelijke materialen kunnen poreus en ruw van opbouw zijn, waardoor er veel wrijving is tussen de respectievelijke buitenoppervlakken en wandoppervlakken tijdens de rotatie van de één of meerdere afsluitelementen.
Bij brand is het echter belangrijk dat men de lichaamsdoorgang volledig kan gaan afsluiten om branddoorslag te vermijden en dit vanaf het tijdstip dat dit gewenst is.
Bij brandkleppen is dit onmiddellijk bij brand, bij ontrokingskleppen is dit wanneer er geen ontroking meer gewenst is.
Echter gezien de afdichting van deze ventilatie-elementen na verloop van tijd minder goed wordt, zorgt dit voor problemen.
In principe moet men regelmatig (onderdelen van) de ventilatie-elementen gaan vervangen, en dit om de goede werking bij brand en ook bij normaal gebruik te kunnen verzekeren.
Dit is echter omslachtig en brengt kosten met zich mee.
Het is dan ook een doel van de uitvinding om dergelijke ventilatie-elementen te vervaardigen die minder snel slijtage vertonen en dus gedurende langere tijd een goede werking kunnen verzekeren.
Dit doel wordt bereikt door te voorzien in een ventilatie-element omvattende een lichaam met één of meerdere naar binnen gerichte wandoppervlakken die een lichaamsdoorgang omhullen en één of meerdere in de lichaamsdoorgang roteerbaar opgestelde afsluitelementen voor het vormen van een afsluitbare luchtdoorstroomopening doorheen deze lichaamsdoorgang, waarbij de één of meerdere afsluitelementen elk minstens één buitenoppervlak omvatten dat voorzien is te bewegen langsheen een genoemd wandoppervlak van het lichaam en dit tijdens de rotatie van de één of meerdere afsluitelementen, en waarbij dit laatstgenoemde wandoppervlak bekleed is met een bekledingsmateriaal, waarbij de wrijvingscoëfficiënt tussen het bekledingsmateriaal en het respectievelijke buitenoppervlak, kleiner is dan de wrijvingscoëfficiënt tussen het genoemde wandoppervlak en het respectievelijke buitenoppervlak en waarbij het respectievelijke buitenoppervlak tegenaan het bekledingsmateriaal ligt.
De één of meerdere afsluitelementen zijn hier roteerbaar tussen een open stand, waarbij de mogelijke ventilatie doorheen de lichaamsdoorgang maximaal is en een gesloten stand, waarbij er nagenoeg geen ventilatie mogelijk is doorheen de lichaamsdoorgang en de luchtdoorstroomopening dus is afgesloten. De afsluitelementen zijn bijvoorbeeld één of meerdere klepbladen/lamellen. Indien er meerdere klepbladen/lamellen zijn, sluiten de klepbladen/lamellen bij voorkeur opeenvolgend op elkaar aan in de gesloten stand. Door hier te voorzien in het genoemde bekledingsmateriaal, gaan de genoemde buitenoppervlakken minder snel slijtage vertonen en dit zelfs bij langdurig gebruik en/of veelvuldige rotatie van de één of meerdere afsluitelementen, waardoor dergelijke ventilatie-elementen langer bruikbaar zijn dan bestaande ventilatie-elementen. Het respectievelijke buitenoppervlak ligt tegenaan het bekledingsmateriaal, waardoor een goede afdichting tussen de klepbladen en het lichaam verzekerd is.
Het lichaam is bij voorkeur vervaardigd uit een brandbestendig en warmte-isolerend materiaal.
Zo kan het lichaam vervaardigd zijn uit een materiaal omvattende gips of een materiaal omvattende calciumsilicaat.
Zo kan het lichaam gevormd worden uit gipsplaten en/of calciumsilicaatplaten.
Wandoppervlakken van dergelijke lichamen hebben een zekere ruwheid.
Door hier echter te voorzien in een bekledingsmateriaal zoals een coating, een folie, enz. kan men ervoor zorgen dat een genoemd buitenoppervlak tijdens de rotatie in contact komt met een gladder oppervlak, waardoor er minder wrijving is en de slijtage van dit genoemde buitenoppervlak beperkt wordt.
Door hier de genoemde wandoppervlakken te bekleden met het genoemde bekledingsmateriaal, zorgt men ervoor dat zelfs bij langdurig gebruik en bij relatief veel rotatie van de één of meerdere afsluitelementen, de luchtdoorstroomopening nog steeds goed afsluitbaar is door de één of meerdere afsluitelementen.
In een alternatieve uitvoering kan het lichaam gevormd zijn uit een metaal of een metaallegering.
Bij voorkeur is dit laatstgenoemde wandoppervlak nagenoeg over zijn volledige oppervlakte bekleed met het bekledingsmateriaal.
Op deze manier is het verzekerd dat de één of meerdere respectievelijke buitenoppervlakken nagenoeg enkel in contact gaan komen met het bekledingsmateriaal, waardoor de slijtage van deze één of meerdere buitenoppervlakken gering is.
In een specifieke uitvoeringsvorm omvat het lichaam vier op elkaar aansluitende wandoppervlakken die samen de lichaamsdoorgang omhullen, waarbij deze lichaamsdoorgang nagenoeg balkvormig is en de vier wandoppervlakken hiervoor twee paar van twee tegenover elkaar en op een afstand van elkaar uitstrekkende wandoppervlakken omvatten, zijnde twee rotatiewandoppervlakken die zich nagenoeg evenwijdig aan elkaar uitstrekken en twee dichtingswandoppervlakken, en waarbij de één of meerdere in de lichaamsdoorgang roteerbaar opgestelde afsluitelementen elk roteerbaar zijn opgesteld rondom een respectievelijke rotatieas en deze één of meerdere rotatieassen zich nagenoeg loodrecht uitstrekken op de rotatiewandoppervlakken en waarbij de afsluitelementen elk twee tegenover elkaar gelegen buitenoppervlakken omvatten die zich nagenoeg loodrecht uitstrekken op de respectievelijke rotatieas, waarbij de rotatiewandoppervlakken bekleed zijn met het genoemde bekledingsmateriaal en waarbij deze laatstgenoemde buitenoppervlakken 5 voorzien zijn zich zo respectievelijk te bewegen langsheen de rotatiewandoppervlakken dat de buitenoppervlakken steeds tegenaan het bekledingsmateriaal liggen. Dit betreft hier specifiek een ventilatie-element met een balkvormige lichaamsdoorgang. In een dergelijke lichaamsdoorgang kan men één roteerbaar afsluitelement voorzien, dat dan voorzien is de volledige lichaamsdoorgang af te sluiten in de gesloten stand van het afsluitelement of meerdere boven of naast elkaar opgestelde afsluitenelementen die dan voorzien zijn om samen de volledige lichaamsdoorgang af te sluiten in de gesloten stand van de afsluitelementen. Tijdens het roteren van deze één of meerdere afsluitelementen, zijn de buitenoppervlakken waardoorheen de respectievelijke rotatieassen zich uitstrekken, steeds in contact met de genoemde beklede rotatiewandoppervlakken en dit om een goede afdichting te verzekeren in de gesloten stand. Deze afsluitelementen omvatten hier bij voorkeur ook andere buitenoppervlakken die voorzien zijn om nagenoeg enkel in de gesloten stand nabij elkaar te liggen of nabij de respectievelijke dichtingswandoppervlakken. Deze andere buitenoppervlakken ondervinden dus minder wrijving en kunnen bijvoorbeeld voorzien zijn van afdichtingsrubbers voor het verzekeren van een goede afdichting. Elk rotattewandoppervlak strekt zich bij voorkeur uit volgens eenzelfde vlak en dit over hun volledig oppervlak. Bij de dichtingsoppervlakken kan er een inkeping/uitsparing voorzien zijn en dit om bijvoorbeeld als aanslag dienst te doen voor een respectievelijk afsluitelement.
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm 1s het bekledingsmateriaal aangebracht op het respectievelijke wandoppervlak door middel van coating, spuiten, sprayen en/of met behulp van lijm en/of mechanische bevestigingsmiddelen. Zo kan het bekledingsmateriaal via coating zijn aangebracht. Deze coating kan dan bijvoorbeeld metalen partikels omvatten, zoals aluminium partikels, zodat het resultaat een gladde coating is en dus een glad bekledingsmateriaal. Deze coating kan ook kunststof zoals polyvinylchloride (PVC), polytetrafluoretheen (PTFE), polyethyleen (PE), polymethylmethacrylaat (PMMA), een thermohardende kunststof enz. omvatten.
Bijvoorbeeld, indien het lichaam vervaardigd is uit metaal, kan het bekledingsmateriaal PTFE omvatten.
De wrijvingscoëfficiënt tussen een dergelijke coating en een genoemd buitenoppervlak kan hier relatief laag worden voorzien.
Het bekledingsmateriaal kan ook gesproeid/gesprayd worden op het wandoppervlak.
Een bijkomend voordeel is ook dat de productie van een dergelijke ventilatie-element eenvoudig is.
Zo kan men nog eenvoudig de nodige fysieke assen voorzien doorheen een coating of dergelijke en dit om de één of meerdere afsluitelementen roteerbaar te gaan opstellen, zodat dit bekledingsmateriaal de productie van het ventilatie-element niet onnodig bemoeilijkt.
Het bekledingsmateriaal kan ook een folie zijn, zoals een gladde metaalhoudende folie zoals bijvoorbeeld een aluminiumfolie of een micafolie, maar kan ook een kunststoffolie zijn, waarbij deze folie dan gelijmd kan zijn op het wandoppervlak en/of met behulp van bijvoorbeeld nietjes of dergelijke bevestigd kan worden op het wandoppervlak.
Ook een dergelijke folie bemoeilijkt de productie niet, gezien men ook eenvoudig doorgangen doorheen de folie kan gaan aanbrengen om de nodige fysieke assen te voorzien.
Bij voorkeur bedraagt de maximale afmeting van het bekledingsmateriaal, gezien volgens een richting loodrecht op het respectievelijke wandoppervlak, hoogstens 5 mm, bij voorkeur hoogstens 1 mm.
Zo kan het bekledingsmateriaal een dikte hebben van 50 micrometer.
Het bekledingsmateriaal draagt hier dan weinig bij tot de dikte van het lichaam, maar is toch in voldoende mate aanwezig zodat de wrijving voor de respectievelijke buitenoppervlakken voldoende klein is en de slijtage tijdens de rotatie dus laag is.
Wanneer het lichaam vervaardigd is uit een brandwerend en warmte- isolerend materiaal, kan het lichaam kan hier dan ook optimaal gaan voorzien in de nodige brandwerende en warmte-isolerende eigenschappen.
Indien het wandoppervlak zich niet uitstrekt volgens een vlak, dan strekt deze genoemde richting zich loodrecht uit op een raakvlak aan het wandoppervlak.
In een zeer voorkeurdragende uitvoeringsvorm omvat het bekledingsmateriaal metaal of kunststof. Metaal en kunststof kunnen glad en brandbestendig worden voorzien, waardoor dit bekledingsmateriaal de eigenschappen van het ventilatie-element enkel positief beïnvloedt.
Het bekledingsmateriaal is bijvoorbeeld een aluminiumfolie. Aluminiumfolie is eenvoudig verkrijgbaar en makkelijk aan te brengen op oppervlakken. Bovendien is aluminiumfolie zeer glad.
In een zeer voorkeurdragende uitvoeringsvorm zijn de één of meerdere afsluitelementen klepbladen, omvattende elk een basisdeel met meerdere naar buiten gerichte oppervlakken, waarbij minstens één van deze naar buiten gerichte oppervlakken bekleed is met een afdichtelement en dit afdichtelement het minstens één genoemde buitenoppervlak vormt dat voorzien is te bewegen langsheen het genoemde wandoppervlak dat bekleed is met het bekledingsmateriaal. Door te voorzien in het afdichtelement, wordt verzekerd dat in de gesloten stand van de één of meerdere klepbladen er een goede afdichting is tussen de klepbladen en het met het bekledingsmateriaal beklede wandoppervlak. Bij voorkeur strekt het genoemde buitenoppervlak zich nagenoeg steeds volledig tegenaan het bekledingsmateriaal uit.
Het basisdeel omvat bijvoorbeeld gips, calciumsilicaat of beton. Zo kan het basisdeel vervaardigd zijn uit een calciumsilicaatplaat of een gipsplaat.
Het afdichtelement is bij voorkeur vervaardigd uit hogetemperatuurvezels. Met behulp van vezels kan men voorzien in een goede en flexibele afdichting en door te voorzien in hogetemperatuurvezels kan men ook een goede afdichting bij brand en dit gedurende een zekere tijd gaan verzekeren en dit omdat dergelijke hogetemperatuurvezels goed bestand zijn tegen hitte. Deze hogetemperatuurvezels zijn bijvoorbeeld glasvezels of keramische vezels. Deze vezels kunnen bijvoorbeeld vervilt of geweven zijn. Het afdichtelement is bijvoorbeeld plaatvormig uitgevoerd, zodat deze goed kan aansluiten op het naar buiten gerichte oppervlak van het basisdeel en ook goed kan aansluiten op het beklede wandoppervlak.
Het afdichtelement wordt bijvoorbeeld met lijm bevestigd aan het basisdeel.
Verder bij voorkeur in een zeer voorkeurdragende uitvoeringsvorm heeft het basisdeel van elk klepblad de vorm van nagenoeg een zesvlak met 3 paar van twee tegenover elkaar liggende rechthoekige buitenoppervlakken, zijnde respectievelijk twee rotatievlakken, twee dichtingsvlakken en twee zichtvlakken, waarbij de respectievelijke rotatieas zich nagenoeg loodrecht uitstrekt op de rotatievlakken en zich uitstrekt doorheen het basisdeel, waarbij de rotatievlakken bekleed zijn met een genoemd afdichtelement.
De rotatievlakken strekken zich hier evenwijdig aan elkaar uit.
Het basisdeel heeft bijvoorbeeld de vorm van een zesvlak met 3 paar evenwijdig aan elkaar liggende buitenoppervlakken.
Het basisdeel is bijvoorbeeld balkvormig.
Het afdichtelement maakt hier steeds contact met het bekledingsmateriaal en maakt dus zowel contact in de open stand als in de gesloten stand en bij de rotaties tussen deze standen.
Verder bij voorkeur zijn de één of meerdere afsluitelementen roteerbaar opgesteld tussen een open stand, waarbij mogelijke de ventilatie doorheen de lichaamsdoorgang maximaal is en een gesloten stand waarbij de luchtdoorstroomopening nagenoeg volledig is afgesloten en waarbij de zichtvlakken voorzien zijn zich loodrecht uit te strekken op langsrichting van de lichaamsdoorgang in de gesloten stand en waarbij de dichtingsvlakken voorzien zijn van een afdichtingsrubber.
Deze dichtingsvlakken kunnen ook intumescerend materiaal omvatten.
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm omvat het lichaam calciumsilicaat en/of gips.
Verder bij voorkeur is het lichaam vervaardigd uit calciumsilicaatplaten en/of gipsplaten.
Het is zeer eenvoudig een lichaam te vervaardigen uit dergelijke platen.
Een dergelijk lichaam heeft ook de nodige brandwerende en warmte-isolerende eigenschappen.
Bovendien kan men ook eenvoudig boringen, uitsparingen enz.
aanbrengen in dergelijke platen zodat men de nodige doorgangen voor assen, aanslagen, enz. kan gaan voorzien in het lichaam.
Het ventilatie-element is bijvoorbeeld een ontrokingsklep of een brandklep die deel uitmaakt van een ventilatiesysteem.
Met behulp van dergelijke ventilatie-elementen kan men zeer goed gaan voorzien in de gewenste ventilatie en dit terwijl de gewenste ontroking of gewenste afdichting wordt voorzien bij een eventuele brand.
Verder kunnen de klepbladen voorzien zijn van dichtingsrubber en/of intumescerend materiaal en dit om een goede afdichting tijdens normaal gebruik en bij brand te verzekeren.
Zo kan het klepblad bijvoorbeeld inkepingen omvatten waarin dichtingsrubber en/of intumescerend materiaal is aangebracht.
Deze uitvinding wordt nu nader toegelicht aan de hand van de hiernavolgende gedetailleerde beschrijving van een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een ventilatie-element volgens deze uitvinding.
De bedoeling van deze beschrijving 1s uitsluitend verduidelijkende voorbeelden te geven en om verdere voordelen en bijzonderheden aan te duiden, en kan dus geenszins geïnterpreteerd worden als een beperking van het toepassingsgebied van de uitvinding of van de in de conclusies opgeëiste octrooirechten.
In deze gedetailleerde beschrijving wordt door middel van referentiecijfers verwezen naar de hierbij gevoegde tekeningen waarbij -figuur 1 een perspectiefvoorstelling is van een ventilatie-element volgens de uitvinding, waarbij dit ventilatie-element meerdere klepbladen omvat en deze klepbladen zich in een open stand bevinden om ventilatie toe te laten; -figuur 2 een detailweergave is van figuur 1 en dit van het omcirkelde gedeelte A van figuur 1. Het brandwerend ventilatie-element (1) volgens de uitvinding dat weergegeven is in de figuren, is een ontrokingsklep (1). Dit ventilatie-element (1) maakt onderdeel uit van een ventilatiesysteem en wordt gebruikt om ventilatie doorheen een wand mogelijk te maken.
Verder zal dit ventilatie-element (1) het mogelijk maken om bij brand te voorzien in de gepaste ontroking.
Dit ventilatie-element (1) omvat een lichaam (2a, 2b, 3a, 3b) dat opgebouwd is uit 4 op elkaar aansluitende platen (24, 2b, 3a, 3b). Deze platen (2a, 2b, 34, 3b) zijn gipsplaten of calciumsilicaatplaten.
Deze platen (2a, 2b, 3a, 3b) vormen vier op elkaar aansluitende naar binnen gerichte wandoppervlakken die samen een nagenoeg balkvormige lichaamsdoorgang omhullen.
Deze wandoppervlakken omvatten dan ook een eerste paar en een tweede paar van twee nagenoeg evenwijdig tegenover elkaar en op een afstand van elkaar uitstrekkende wandoppervlakken, zijnde respectievelijk de rotatiewandoppervlakken die zich rechtopstaand uitstrekken in figuur 1 en de dichtingswandoppervlakken die zich horizontaal uitstrekken in figuur 1. De platen (3a, 3b) van het tweede paar platen (3a, 3b) omvatten elk een lokale uitsparing die dienst doet als aanslag voor klepbladen (4) van het ventilatie-element (1) (zie verder). Het ventilatie-element (1) omvat 4 klepbladen (4) die elk roteerbaar zijn opgesteld rondom een rotatieas.
Deze 4 klepbladen (4) zijn simultaan roteerbaar opgesteld en dit tussen twee uiterste standen namelijk een open stand waarbij de mogelijke ventilatie doorheen de lichaamsdoorgang maximaal is en een gesloten stand waarbij de klepbladen (4) de lichaamsdoorgang afsluiten en zo ventilatie doorheen de lichaamsdoorgang nagenoeg volledig verhinderd wordt.
De rotatieassen strekken zich evenwijdig aan elkaar uit en elk nagenoeg loodrecht op de rotatiewandoppervlakken.
Dit ventilatie-element (1) omvat verder nog een besturingssysteem en aandrijfelementen om de klepbladen (4) te gaan roteren.
Het besturingssysteem en een deel van de aandrijfelementen is naast de lichaamsdoorgang opgesteld (zie figuur 2). De klepbladen (4) omvatten elk een balkvormig basisdeel (6) met 3 paar evenwijdig aan elkaar liggende rechthoekige naar buiten gerichte oppervlakken, zijn respectievelijk de rotatievlakken, de dichtingsvlakken en de zichtvlakken, waarbij de respectievelijke rotatieas zich nagenoeg loodrecht uitstrekt op de rotatievlakken en zich uitstrekt doorheen het basisdeel (6). De rotatievlakken zijn elk bekleed met een afdichtelement (7), waarbij elk afdichtelement (7) een buitenoppervlak van het klepblad (4) vormt dat voorzien is te bewegen langsheen een respectievelijk rotatiewandoppervlak.
Deze rotatiewandoppervlakken zijn bekleed met een bekledingsmateriaal (5), zijnde een aluminiumfolie (5). Het afdichtelement (7) is gevormd uit hogetemperatuurvezels en het ventilatie-element (1) is zo opgebouwd dat de laatstgenoemde buitenoppervlakken bewegen tegenaan de aluminiumfolie (5) tijdens het roteren van de klepbladen (4) en steeds in contact staan met de aluminiumfolie (5). Hierdoor is er steeds een goede afdichting in de gesloten stand van de klepbladen (4) en dit zonder dat het afdichtelement (7) al te veel slijtage gaat vertonen als gevolg van de rotatie.
Dit omdat de wrijvingscoëfficiënt tussen het afdichtelement (7) en de aluminiumfolie (5) zeer laag is.
De zichtvlakken van het basisdeel (6) zijn voorzien zich loodrecht uit te strekken op langsrichting van de lichaamsdoorgang in de gesloten stand en de dichtingsvlakken zijn voorzien van inkepingen waarin zich een afdichtingsrubber (8) en/of intumescerend materiaal bevindt.
Afdichtingsrubber (8) zorgt voor een goede afdichting in de gesloten stand van de klepbladen (4) en dit zowel tussen twee tegenaan elkaar gelegen klepbladen (4) en klepbladen (4) die tegen de dichtingswandoppervlakken van het lichaam (2a, 2b, 3a, 3b) liggen in de gesloten stand van de klepbladen (4). Het intumescerend materiaal vermijdt branddoorslag gedurende een bepaalde periode.

Claims (15)

CONCLUSIES
1. Ventilatie-element (1) omvattende een lichaam (24, 2b, 3a, 3b) met één of meerdere naar binnen gerichte wandoppervlakken die een lichaamsdoorgang omhullen en één of meerdere in de lichaamsdoorgang roteerbaar opgestelde afsluitelementen (4) voor het vormen van een afsluitbare luchtdoorstroomopening doorheen deze lichaamsdoorgang, waarbij de één of meerdere afsluitelementen (4) elk minstens één buitenoppervlak omvatten dat voorzien is te bewegen langsheen een genoemd wandoppervlak van het lichaam (2a, 2b, 3a, 3b) en dit tijdens de rotatie van de één of meerdere afsluitelementen (4), met het kenmerk dat dit laatstgenoemde wandoppervlak bekleed is met een bekledingsmateriaal (5), waarbij de wrijvingscoëfficiënt tussen het bekledingsmateriaal (5) en het respectievelijke buitenoppervlak, kleiner is dan de wrijvingscoëfficiënt tussen het genoemde wandoppervlak en het respectievelijke buitenoppervlak en waarbij het respectievelijke buitenoppervlak tegenaan het bekledingsmateriaal (5) ligt.
2. Ventilatie-element (1) volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het lichaam (24, 2b, 3a, 3b) hoofdzakelijk vervaardigd is uit een brandbestendig en warmte-isolerend materiaal.
3. Ventilatie-element (1) volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat het laatstgenoemde wandoppervlak nagenoeg over zijn volledige oppervlakte bekleed is met het bekledingsmateriaal (5).
4. Ventilatie-element (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het lichaam (2a, 2b, 34, 3b) vier op elkaar aansluitende wandoppervlakken omvat die samen de lichaamsdoorgang omhullen, waarbij deze lichaamsdoorgang nagenoeg balkvormig is en de vier wandoppervlakken hiervoor twee paar van twee tegenover elkaar en op een afstand van elkaar uitstrekkende wandoppervlakken omvatten, zijnde twee rotatiewandoppervlakken die zich nagenoeg evenwijdig aan elkaar uitstrekken en twee dichtingswandoppervlakken, en waarbij de één of meerdere in de lichaamsdoorgang roteerbaar opgestelde afsluitelementen (4) elk roteerbaar zijn opgesteld rondom een respectievelijke rotatieas en deze één of meerdere rotatieassen zich nagenoeg loodrecht uitstrekken op de rotatiewandoppervlakken en waarbij de afsluitelementen (4) elk twee tegenover elkaar gelegen buitenoppervlakken omvatten die zich nagenoeg loodrecht uitstrekken op de respectievelijke rotatieas, waarbij de rotatiewandoppervlakken bekleed zijn met het genoemde bekledingsmateriaal (5) en waarbij deze laatstgenoemde buitenoppervlakken voorzien zijn zich zo respectievelijk te bewegen langsheen de rotatiewandoppervlakken dat de buitenoppervlakken steeds tegenaan het bekledingsmateriaal (5) liggen.
5. Ventilatie-element (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het bekledingsmateriaal (5) aangebracht is op het respectievelijke wandoppervlak door middel van coating, spuiten, sprayen en/of met behulp van lijm en/of mechanische bevestigingsmiddelen.
6. Ventilatie-element (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de maximale afmeting van het bekledingsmateriaal (5), gezien volgens een richting loodrecht op het respectievelijke wandoppervlak, hoogstens 5 mm bedraagt, bij voorkeur hoogstens 1 mm.
7. Ventilatie-element (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het bekledingsmateriaal (5) metaal of kunststof omvat.
8. Ventilatie-element (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het bekledingsmateriaal (5) een aluminiumfolie is.
9. Ventilatie-element (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de één of meerdere afsluitelementen (4) klepbladen zijn,
omvattende elk een basisdeel (6) met meerdere naar buiten gerichte oppervlakken, waarbij minstens één van deze naar buiten gerichte oppervlakken bekleed is met een afdichtelement (7) en dit afdichtelement (7) het minstens één genoemde buitenoppervlak vormt dat voorzien is te bewegen langsheen het genoemde wandoppervlak dat bekleed is met het bekledingsmateriaal (5).
10. Ventilatie-element (1) volgens conclusie 9, met het kenmerk dat het afdichtelement (7) vervaardigd is uit hogetemperatuurvezels.
11. Ventilatie-element (1) volgens conclusie 9 of 10, met het kenmerk dat het basisdeel (6) van elk klepblad (4) nagenoeg de vorm heeft van een zesvlak met 3 paar van twee tegenover elkaar liggende rechthoekige buitenoppervlakken, zijnde respectievelijk twee rotatievlakken, twee dichtingsvlakken en twee zichtvlakken, waarbij de respectievelijke rotatieas zich nagenoeg loodrecht uitstrekt op de rotatievlakken en zich uitstrekt doorheen het basisdeel (6), waarbij de rotatievlakken bekleed zijn met een genoemd afdichtelement (7).
12. Ventilatie-element (1) volgens conclusie 11, met het kenmerk dat de één of meerdere afsluitelementen (4) roteerbaar zijn opgesteld tussen een open stand, waarbij mogelijke de ventilatie doorheen de lichaamsdoorgang maximaal is en een gesloten stand waarbij de luchtdoorstroomopening nagenoeg volledig is afgesloten en waarbij de zichtvlakken voorzien zijn zich loodrecht uit te strekken op langsrichting van de lichaamsdoorgang in de gesloten stand en waarbij de dichtingsvlakken voorzien zijn van een afdichtingsrubber (8).
13. Ventilatie-element (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het lichaam (2a, 2b, 3a, 3b) calciumsilicaat en/of gips omvat.
14. Ventilatie-element (1) volgens conclusie 13, met het kenmerk dat het lichaam (24, 2b, 3a, 3b) vervaardigd is uit calciumsilicaatplaten en/of gipsplaten.
15. Ventilatie-element (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het ventilatie-element (1) een ontrokingsklep of een brandklep is die deel uitmaakt van een ventilatiesysteem.
BE20205382A 2020-05-29 2020-05-29 Ventilatie-element met één of meerdere beklede wandoppervlakken BE1028359B1 (nl)

Priority Applications (7)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20205382A BE1028359B1 (nl) 2020-05-29 2020-05-29 Ventilatie-element met één of meerdere beklede wandoppervlakken
BE20205715A BE1028369B1 (nl) 2020-05-29 2020-10-14 Ventilatie-element met dichtingen
ES21176634T ES2942036T3 (es) 2020-05-29 2021-05-28 Elemento de ventilación con sellos
HRP20230303TT HRP20230303T1 (hr) 2020-05-29 2021-05-28 Ventilacijski element s brtvama
PL21176634.0T PL3916316T3 (pl) 2020-05-29 2021-05-28 Element wentylacyjny z uszczelnieniami
EP21176634.0A EP3916316B1 (en) 2020-05-29 2021-05-28 Ventilation element with seals
HUE21176634A HUE061435T2 (hu) 2020-05-29 2021-05-28 Szellõztetõ elem tömítésekkel

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20205382A BE1028359B1 (nl) 2020-05-29 2020-05-29 Ventilatie-element met één of meerdere beklede wandoppervlakken

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1028359A1 BE1028359A1 (nl) 2022-01-04
BE1028359B1 true BE1028359B1 (nl) 2022-01-10

Family

ID=71096450

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20205382A BE1028359B1 (nl) 2020-05-29 2020-05-29 Ventilatie-element met één of meerdere beklede wandoppervlakken

Country Status (1)

Country Link
BE (1) BE1028359B1 (nl)

Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2153480A1 (en) * 1971-09-25 1973-05-04 Trox Gmbh Geb Fire break valves for ducts - combining use of pivoted gates and intumescent foams to seal the duct
US3783768A (en) * 1971-10-14 1974-01-08 Imp Damper Co Inc Damper assembly
GB1353576A (en) * 1971-12-21 1974-05-22 Trox Gmbh Geb Fireprotection flap valves
DE7733240U1 (de) * 1977-10-28 1978-02-02 Siegwart, Emil, 6603 Sulzbach Verschlussklappe fuer lufttechnische anlagen
GB2259249A (en) * 1991-08-23 1993-03-10 Halton Oy Fire damper and method of sealing a closing element of a fire damper
DE9315897U1 (de) * 1993-10-19 1994-01-27 Geiger, Robert, 89335 Ichenhausen Jalousie zur Regulierung eines Gasstroms
EP2741022A1 (en) * 2012-12-04 2014-06-11 Rf-Technologies nv Smoke evacuation damper comprising a piece of intumescent material

Patent Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2153480A1 (en) * 1971-09-25 1973-05-04 Trox Gmbh Geb Fire break valves for ducts - combining use of pivoted gates and intumescent foams to seal the duct
US3783768A (en) * 1971-10-14 1974-01-08 Imp Damper Co Inc Damper assembly
GB1353576A (en) * 1971-12-21 1974-05-22 Trox Gmbh Geb Fireprotection flap valves
DE7733240U1 (de) * 1977-10-28 1978-02-02 Siegwart, Emil, 6603 Sulzbach Verschlussklappe fuer lufttechnische anlagen
GB2259249A (en) * 1991-08-23 1993-03-10 Halton Oy Fire damper and method of sealing a closing element of a fire damper
DE9315897U1 (de) * 1993-10-19 1994-01-27 Geiger, Robert, 89335 Ichenhausen Jalousie zur Regulierung eines Gasstroms
EP2741022A1 (en) * 2012-12-04 2014-06-11 Rf-Technologies nv Smoke evacuation damper comprising a piece of intumescent material

Also Published As

Publication number Publication date
BE1028359A1 (nl) 2022-01-04

Similar Documents

Publication Publication Date Title
JP6622155B2 (ja) 断熱ダクト製品
CA1098276A (en) Ceiling fixture with thermal protection
US20080309017A1 (en) Environmental brush seal
CA2110430C (en) Laminated non-combustible board for forming ductwork and headers
BE1028359B1 (nl) Ventilatie-element met één of meerdere beklede wandoppervlakken
Knaack et al. Building physics of the envelope: principles of construction
US832247A (en) Ventilator.
US3714884A (en) Device for ventilation systems in spaces
CA2757779C (en) Indirect daylighting device
SE453110B (sv) Ventilator for ett fonster
US3106146A (en) Air distribution duct assembly
DE19934902A1 (de) Abschottung von Rohren, Kabeln und Kanälen durch Wände oder Decken
US2747651A (en) Method of making building insulation and product
US1017808A (en) Flexible fire-resisting shutter.
Mateus et al. Acoustics and noise control within school buildings
US780247A (en) Ventilating cornice or strip.
FR3081894B1 (fr) Structure textile a base de fibres de verre pour plafond acoustique ou panneau mural acoustique
JP6539059B2 (ja) 防火材付きの枠、防火材付き建具、及び、枠又は建具への防火材の取付方法
US649363A (en) Fireproof plaster-board.
JP2009503303A (ja) 天井タイルの修繕方法
JP7053012B2 (ja) 壁コーナ用下地材
BE1028369B1 (nl) Ventilatie-element met dichtingen
US792902A (en) Roof-ventilator for buildings.
RU2682518C1 (ru) Дверь, уплотнитель для двери, способ покрытия двери облицовочным материалом
JPH0345802Y2 (nl)

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20220110