BE1026473B1 - Regenwater tank - Google Patents

Regenwater tank Download PDF

Info

Publication number
BE1026473B1
BE1026473B1 BE20180079A BE201800079A BE1026473B1 BE 1026473 B1 BE1026473 B1 BE 1026473B1 BE 20180079 A BE20180079 A BE 20180079A BE 201800079 A BE201800079 A BE 201800079A BE 1026473 B1 BE1026473 B1 BE 1026473B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
water
water tank
storage space
space
buffer
Prior art date
Application number
BE20180079A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1026473A1 (nl
Inventor
Luc Vandebeek
Original Assignee
M H C N V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by M H C N V filed Critical M H C N V
Priority to BE20180079A priority Critical patent/BE1026473B1/nl
Priority to BE20190054A priority patent/BE1026383B1/nl
Priority to NL2023362A priority patent/NL2023362B1/nl
Priority to ES201930583A priority patent/ES2737450B2/es
Priority to DE102019117024.9A priority patent/DE102019117024A1/de
Priority to LU101278A priority patent/LU101278B1/fr
Priority to GB1909127.1A priority patent/GB2576406B/en
Priority to FR1907152A priority patent/FR3083251B1/fr
Publication of BE1026473A1 publication Critical patent/BE1026473A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1026473B1 publication Critical patent/BE1026473B1/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E03WATER SUPPLY; SEWERAGE
    • E03BINSTALLATIONS OR METHODS FOR OBTAINING, COLLECTING, OR DISTRIBUTING WATER
    • E03B3/00Methods or installations for obtaining or collecting drinking water or tap water
    • E03B3/02Methods or installations for obtaining or collecting drinking water or tap water from rain-water
    • E03B3/03Special vessels for collecting or storing rain-water for use in the household, e.g. water-butts
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C04CEMENTS; CONCRETE; ARTIFICIAL STONE; CERAMICS; REFRACTORIES
    • C04BLIME, MAGNESIA; SLAG; CEMENTS; COMPOSITIONS THEREOF, e.g. MORTARS, CONCRETE OR LIKE BUILDING MATERIALS; ARTIFICIAL STONE; CERAMICS; REFRACTORIES; TREATMENT OF NATURAL STONE
    • C04B38/00Porous mortars, concrete, artificial stone or ceramic ware; Preparation thereof
    • C04B38/0051Porous mortars, concrete, artificial stone or ceramic ware; Preparation thereof characterised by the pore size, pore shape or kind of porosity
    • C04B38/0058Porous mortars, concrete, artificial stone or ceramic ware; Preparation thereof characterised by the pore size, pore shape or kind of porosity open porosity
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E03WATER SUPPLY; SEWERAGE
    • E03BINSTALLATIONS OR METHODS FOR OBTAINING, COLLECTING, OR DISTRIBUTING WATER
    • E03B11/00Arrangements or adaptations of tanks for water supply
    • E03B11/10Arrangements or adaptations of tanks for water supply for public or like main water supply
    • E03B11/14Arrangements or adaptations of tanks for water supply for public or like main water supply of underground tanks
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E03WATER SUPPLY; SEWERAGE
    • E03BINSTALLATIONS OR METHODS FOR OBTAINING, COLLECTING, OR DISTRIBUTING WATER
    • E03B3/00Methods or installations for obtaining or collecting drinking water or tap water
    • E03B3/02Methods or installations for obtaining or collecting drinking water or tap water from rain-water
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E03WATER SUPPLY; SEWERAGE
    • E03BINSTALLATIONS OR METHODS FOR OBTAINING, COLLECTING, OR DISTRIBUTING WATER
    • E03B9/00Methods or installations for drawing-off water
    • E03B9/02Hydrants; Arrangements of valves therein; Keys for hydrants
    • E03B9/14Draining devices for hydrants
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E03WATER SUPPLY; SEWERAGE
    • E03FSEWERS; CESSPOOLS
    • E03F1/00Methods, systems, or installations for draining-off sewage or storm water
    • E03F1/002Methods, systems, or installations for draining-off sewage or storm water with disposal into the ground, e.g. via dry wells
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E03WATER SUPPLY; SEWERAGE
    • E03FSEWERS; CESSPOOLS
    • E03F5/00Sewerage structures
    • E03F5/10Collecting-tanks; Equalising-tanks for regulating the run-off; Laying-up basins
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E03WATER SUPPLY; SEWERAGE
    • E03FSEWERS; CESSPOOLS
    • E03F5/00Sewerage structures
    • E03F5/10Collecting-tanks; Equalising-tanks for regulating the run-off; Laying-up basins
    • E03F5/101Dedicated additional structures, interposed or parallel to the sewer system
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E03WATER SUPPLY; SEWERAGE
    • E03FSEWERS; CESSPOOLS
    • E03F5/00Sewerage structures
    • E03F5/10Collecting-tanks; Equalising-tanks for regulating the run-off; Laying-up basins
    • E03F5/105Accessories, e.g. flow regulators or cleaning devices
    • E03F5/106Passive flow control devices, i.e. not moving during flow regulation
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E03WATER SUPPLY; SEWERAGE
    • E03FSEWERS; CESSPOOLS
    • E03F5/00Sewerage structures
    • E03F5/14Devices for separating liquid or solid substances from sewage, e.g. sand or sludge traps, rakes or grates
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E03WATER SUPPLY; SEWERAGE
    • E03BINSTALLATIONS OR METHODS FOR OBTAINING, COLLECTING, OR DISTRIBUTING WATER
    • E03B11/00Arrangements or adaptations of tanks for water supply
    • E03B2011/005Tanks with two or more separate compartments divided by, e.g. a flexible membrane
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02ATECHNOLOGIES FOR ADAPTATION TO CLIMATE CHANGE
    • Y02A20/00Water conservation; Efficient water supply; Efficient water use
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02ATECHNOLOGIES FOR ADAPTATION TO CLIMATE CHANGE
    • Y02A20/00Water conservation; Efficient water supply; Efficient water use
    • Y02A20/108Rainwater harvesting

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Hydrology & Water Resources (AREA)
  • Public Health (AREA)
  • Water Supply & Treatment (AREA)
  • Environmental & Geological Engineering (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Ceramic Engineering (AREA)
  • Materials Engineering (AREA)
  • Organic Chemistry (AREA)
  • Sewage (AREA)
  • Building Environments (AREA)

Abstract

De tank is voorzien van een poreuse betonnen binnenwand (8) om een opslagruimte (3,30) en een bufferruimte (9,90,91) te definieren. De binnenwand is vervaardigd uit een water drainerend beton met een maximale waterdoorlaatbaarheid van 0,05 liter/m2/s tot en met 5 liter/m2/s, bij voorkeur van 0,1 liter/m2/s tot en met 3 liter/m2/s, waarbij die waterdoorlaatbaarheid gemeten is bij een vrijwel watervolle opslagruimte (3).

Description

Regenwater tank
De uitvinding heeft betrekking op een regenwater tank, in het bijzonder een regenwaterbuffer.
Meer en meer huizen en andere gebouwen zijn voorzien van watertanken om regenwater op te slagen. In geval van onvoldoende watergebruik, blijven de watertanken vrijwel water vol, waarbij in geval van hevige regen, zij geen oplossing aanschaven tegen te hoge waterafvoer.
Om problemen met stormwater te verhelpen, kent men een systeem dat plastieke modulen samen verpakken in een poreus textielmateriaal. Het bouwen van zo een systeem vraagt ondergrondswerken om voldoende grond stabiliteit te bekomen. Een top laag is ook nuttig om erop te kunnen rijden.
Watertanken die ook als drainerende systemen kunnen gebruikt worden is bijvoorbeeld in WO95/16833 beschreven. In het draineersysteem volgens dit document gebruikt men geperforeerde wanden en poreus textielmateriaal om een opslagvolume te definieren, waarbij water door de wanden en het poreuse textielmateriaal doorvloeit om water te laten infiltreren in de grond zelf.
Zo een systeem eist grondwerken om zeker te zijn dat er een poreuse grondlaag ligt rondom de wanden met het poreuse textielmateriaal. Bovendien, in geval van natte gronden, zijn zo
BE2018/0079 systemen totaal inefficient. Inderdaad, vloeit grondwater in de tank door de poreuse zijwanden, waardoor de ruimte voor het opvangen van regenwater beperkt wordt.
Het gebruik van poreuse betonnen lagen is ook bekend voor opritten, wegenissen en parking. Het poreuse beton heeft een zeer grote doorlaatbaarheid en is bestemd water naar een onder gelegen grondlaag te voeren. Zodra die grondlaag nat is, zal de efficiëntie van het poreuse beton verkleinen.
Al deze bekende systemen zijn geen efficiente oplossingen om het afvoeren van regenswater naar beken of rivieren te controleren gedurende een regenperiode en na een regenperiode, bij voorbeeld in geval de grond al te nat is.
De uitvinding is een watertank voor het opslaan van regenwater/water. Met de watertank volgens de uitvinding, is het aanleggen van een poreuse grondlaag rondom de tank niet meer nodig. Het afvoeren van regenwater hangt niet af van de grondlaag, waarin de tank geplaatst is. Door het effectieve regelen van de regenwaterafvoer door middel van één of meerdere watertanken volgens de uitvinding is het mogelijk het waterdebiet dat naar de rivieren, grachten, beken, overstromingsgebieden, enz. stroomt, te regelen. Watertanken volgens de uitvinding kunnen ook gebruikt worden als middel om waterstand in kanalen, grachten, rivieren, enz. te regelen.
Bijvoorbeeld kunnen watertanken volgens de uitvinding gebruikt worden langs (en/of als deel van) kribben, dammen, jaagpaden en inspectiewegen van kanalen, grachten, beken, rivieren, enz. om waterstand tenminste gedeeltelijk te regelen.
In geval het nodig is, kan de poreuse betonnen wand eenvoudig gereinigd worden.
De watertank volgens de uitvinding is een watertank voor het opvangen en opslaan (ten minste tijdelijk) van regenwater/water,
BE2018/0079 en voor een gecontroleerde waterafvoer. De watertank omvat tenminste:
- één of meerdere buitenwanden (1) die vervaardigd is/zijn uit niet poreus beton en die een binnenvolume (2) definieert, waarvan een deel als opslagruimte (3) van regenwater/water dienst doet;
- een inlaatopening (4) langs waar regenwater/water in de opslagruimte (3) kan vloeien;
- een uitlaatopening (5) voor het afvoeren van regenwater/water uit de watertank (T);
- een deksel (6) met een mangat (7); en
- een controlesysteem (5,8) om het afvoerdebiet van regenwater/water uit de watertank (T) te controleren.
Volgens de uitvinding is de watertank hoofdzakkelijk gekenmerkt door dat het controlesysteem (5,8) bestaat uit één of meerdere poreuse betonnen binnenwanden (8) die zich uitstrekken in het binnenvolume (2) van de watertank (T), om dit binnenvolume op te splitsen tenminste in een opslagruimte (3) voor regenwater/water, en een bufferruimte (9) met een buffervolume om water op te vangen dat door de poreuse betonnen binnenwand(en) (8) vloeit.
De bufferruimte (9) is van de uitlaatopening (5) voorzien voor het afvoeren van regenwater/water, terwijl de poreuse betonnen binnenwand(en) (8) vervaardigd is/zijn uit een water drainerend beton met een maximale waterdoorlaatbaarheid van 0,05 liter/m2/s tot en met 5 liter/m2/s, bij voorkeur van 0,1 liter/m2/s tot en met 3 liter/m2/s, liever tussen 0,1 liter/m2/s tot en met 1 liter/m2/s (zoals 0,1 ; 0,2 ;
0,4 ; 0,5 ; 0,7 ; 0,8 en 1 liter/m2/s), waarbij die waterdoorlaatbaarheid gemeten is bij een vrijwel watervolle opslagruimte (3).
BE2018/0079
Details en kenmerken van voordelige uitvoeringsvormen van de watertank volgens de uitvinding zijn één of meerdere van de volgende:
- de watertank bezit een hoogte van minder dan 3m, liever tussen 1 en 2,5m;
- in zijn eerste uitvoeringsvorm (fig 1) varieert de totale waterafvoercapaciteit lineair met de aanwezige waterhoogte tussen 0% en 100%,
- in een tweede uitvoeringsvorm is de totale waterafvoercapaciteit gemeten bij waterhoogte van de helft van de opslagruimte, en bij voorkeur bij een waterhoogte van 0,3m, is-gelijk aan 80% t/m 100%, bij voorkeur 90% t/m 100% van deze gemeten bij een vrijwel watervolle opslagruimte (3);
- het poreuse beton bezit één of meerdere zones met verhoogde waterdoorlaatbaarheid ten opzichte van de gemiddelde waterdoorlaatbaarheid van het poreuse beton, waarbij die zone of zones (10) ligt/liggen op een hoogte (h) van de bodem (3B) van de opslagruimte (3) die kleiner is dan 50cm, en bij voorkeur kleiner dan 30 cm. Op die manier kan men het afvoeren van regenwater beter reguleren.
Bij normale regenintensiteiten, wordt het water dat in de watertank vloeit met een kleine vertraging naar de beek afgevoerd. In dat geval, is-wordt de opslagruimte enkel gedeeltelijk gebruikt. Bij hevige regenbuien, zijn de opslagruimte en de bufferruimte vrijwel vol. Het waterdebiet dat afgevoerd wordt naar de beek is is vrijwel beperkt door de doorgang van de uitlaatopening (5). De opslagruimte werkt als eerste middel om het regenwaterdebiet naar de beek, gracht, kanaal, rivier, enz. te reguleren / regelen. Zodra die opslagruimte vol is, werkt dan de bufferruimte als bijkomende opslagruimte en buffermiddel voor regenwater;
BE2018/0079
- de volumeverhouding opslagruimte (3) / bufferruimte (9) is groter of gelijk aan 2, bij voorkeur groter dan 5, en liefst tussen 5 en 20;
- de poreuse betonnen binnenwand(en) (8) definieert/definieren een poreus oppervlak (S) dat gericht is naar de opslagruimte (3), waarbij de verhouding opslagvolume (3) in m3 / poreuse oppervlak (S) in m2 tussen 0,5 en 1,5 gelegen is;
- de uitlaatopening (5) voor het afvoeren van regenwater bezit een doorgang die geschikt is om het waterafvoerdebiet door die uitlaatopening (5) te beperken tussen de 1 en de 201iter/s en bij voorkeur tot maximaal 51iter/s (die uitlaatopening kan eventueel voorzien worden met een ventiel of klepmechanism om het waterafvoerdebiet te beperken, bijvoorbeeld tot 1 ; 2 ; 3 ; 4 ; 5 ; 10 liter/s);
- de watertank is voorzien van tenminste twee aparte overlaten (3A,9A), namelijk een eerste overlaat (3A) voor de opslagruimte (3) voor het afvoeren van regenwater zodra het waterpeil in de opslagruimte (3) het peil (H3A) van die eerste overlaat (3A) overschrijdt, en een tweede overlaat (9A) voor de bufferruimte (9) voor het afvoeren van regenwater zodra het waterpeil in de bufferruimte (9) het peil (H9A) van die tweede overlaat (9A) overschrijdt;
- de eerste overlaat (3A) ligt tenminste gedeeltelijk op een peil (H3A) dat onder het laagste peil (H9A) van de tweede overlaat (9A) gelegen is. Die twee overlaten kunnen water afvoeren naar eenzelfde afvoerpijp naar een beek of rivier;
- de eerste overlaat (3A) bezit een doorgangsoppervlak dat groter is dan het doorgangsoppervlak van de tweede overlaat (9A);
- de poreuse betonnen binnenwand(en) (8) bezit/bezitten een bovenzijde (8B) die op een peil (H8B) ligt dat hoger is dan de
BE2018/0079 onderrand van de eerste overlaat (3A) en de onderrand van de tweede overlaat (9A). Dit is om te voorkomen dat water boven de bovenzijde van de binnenwand kan vloeien;
- tenminste één poreuse betonnen binnenwand (8) is beweegbaar en/of uitneembaar gemonteerd ten opzichte van de watertank, waarbij een onderrand (8B) van de binnenwand op de bodem van de watertank (T) kan rusten. Dit is voordelig voor de montage en/of onderhoudswerken;
- de watertank is van een afneembaar deksel met mangat voorzien;
- de watertank is van ten minste twee aparte bufferruimten voorzien, namelijk tenminste een eerste bufferruimte (90) die langs de bodem van een opslagruimte (3) gelegen is, waarbij die eerste bufferruimte (90) water van de opslagruimte (3) opvangt via een tenminste gedeeltelijk horizontale poreuse betonnen wand (80), en tenminste een tweede bufferruimte (9) die samenwerkt met een vijwel verticale poreuze betonnen wand (8) om water van de opslagruimte (3) op te vangen, en met het kenmerk dat de eerste bufferruimte (90) en de tweede bufferruimte (9) verbonden zijn door een buis of kanaal (100), die bij voorkeur langs de bodem van de watertank gelegen is;
- die eerste bufferruimte (90) en tweede bufferruimte (9) staan in verbinding door middel van een buis of kanaal (100) met een bovenrand (100A) die een helling heeft ten opzichte van een horizontale vlak, waardoor die bovenrand (100A) in de richting naar de tweede bufferruimte (9) stijgt;
- de watertank (T) bezit tenminste twee aparte opslagruimten (3,30), waarbij die twee aparte opslagruimten (3,30) verbonden zijn via een overlaatbuis (31) die bestemd is om water door te voeren van een eerste opslagruimte (3) naar een tweede opslagruimte (30), zodra de eerste opslagruimte (3) vrijwel watervol is, waarbij de tweede opslagruimte (30) voorzien is van een overlaat (3A) die op een peil gelegen is dat onder de overlaatbuis (31) ligt;
BE2018/0079
- de inlaatopening (4) voorzien is van een systeem, waardoor als het regenwater debiet dat in de tank vloeit door de inlaatopening (4) kleiner is dan een bepaalde debiet, het systeem gepast is om ten minste een deel van het regenwater debiet direct af te voeren naar de bufferruimte;
- combinaties van twee of meerdere van deze details en kenmerken.
De uitvinding heeft ook betrekking op het gebruik van meerdere watertanken volgens de uitvinding voor het reguleren van waterdebieten en/of waterstan in beken en/of rivieren en/of grachten en/of overstromingsgebieden door het reguleren/regelen van afvoersdebieten van regenwater afkomstige van dakken, opritten en wegenisen en/of water afkomstige van een kanaal, beek, gracht of rivier, waarbij regenswater en/of water naar opslagruimten van watertanken volgens de uitvinding vloeit, en waarbij dit regenwater en/of water door poreuse betonnenwanden van de watertanken doorvloeit naar bufferruimten ervan, alvorens afgevoerd te worden naar beken en/of rivieren en/of grachten en/of overstromingsgebieden.
Speciefieke uitvoeringsvormen volgens de uitvinding zullen nu beschereven worden als voordelige voorbeelden volgens de uitvinding. In die beschrijving is naar de bijgevoegde tekeningen verwezen.
In die tekeningen, tonen:
- fig 1 een bovenaanzicht van een eerste uitvoeringsvorm van een watertank volgens de uitvinding,
- fig 2 een aanzicht van de watertank van figuur 1 in doorsnede langs de lijn II-II,
- fig 3 een bovenaanzicht van een tweede uitvoeringsvorm van een watertank volgens de uitvinding,
- fig 4 t/m 6 aanzichten in doorsnede van de watertank van figuur 3 respectievelijk langs de lijnen IV-IV, V-V en VI-VI,
- fig 7 een aanzicht van een detail van de watertank van figuur 3,
BE2018/0079
- fig 8A en fig 8B aanzichten van een detail van een inlaatopening voor een watertank volgens de uitvinding,
- fig 9 een aanzicht van twee watertanken die samenverbonden zijn door middel van pijpen,
- fig 10 een aanzicht in verticale doorsnede van een derde uitvoeringsvorm volgens de uitvinding,
- fig 11 een aanzicht in doorsnede langs de lijn XI-XI in fig 10,
- fig 12 een boven aanzicht van een vierde uitvoeringsvorm die gelijk is aan de uitvoeringsvorm van fig 3,
- fig 13 een aanzicht in doorsnede langs de lijn XIII-XIII in fig 12, en
- fig 14 een aanzicht van een deel van een inspectiepad langs een kanaal of gracht, met een reeks watertanken volgens de uitvinding.
Fig 1 toont een watertank (T) voor het opvangen van regenwater. Die watertank omvat:
- één of meerdere buitenwanden (1) die vervaardigd is/zijn uit niet poreus beton en die een kuip met een binnenvolume (2) definieert, waarvan een deel als opslagruimte (3) dienst doet met een opslagvolume voor regenwater ;
- een inlaatopening (4) langs waar regenwater in de opslagruimte (3) kan vloeien;
- een uitlaatopening (5) voor het afvoeren van regenwater uit de watertank (T);
- een deksel (6) met een mangat (7); en
- een controlesysteem (5,8) om het afvoerdebiet van regenwater uit de watertank (T) te controleren.
Het controlesysteem (5,8) bestaat uit één of meerdere poreuse betonnen binnenwanden (8) die zich uitstrekken in het binnenvolume (2) van de watertank (T), om dit binnenvolume op te splitsen tenminste in een opslagruimte (3) voor regenwater, en een
BE2018/0079 bufferruimte (9) met een buffervolume om water op te vangen dat door de poreuse betonnen binnenwand(en) (8) vloeit.
De bufferruimte (9) is van de uitlaatopening (5) voorzien voor het afvoeren van regenwater. Die uitlaatopening is langs de bodem van de kuip (T) gelegen.
De poreuse betonnen binnenwand (8) is met Speciale drainerend beton vervaardigd om een aangepaste waterdoorlaatbaarheid te bekomen. Het drainerende beton heeft een minimale waterdoorlaatbaarheid van 0,05 liter/m2/s en een maximale waterdoorlaatbaarheid van 0,1 liter/m2/s tot en met 5 liter/m2/s, bij voorkeur van 0,1 liter/m2/s tot en met 1 liter/m2/s, zoals 0,2 tot en met 0,75 liter/m2/s. De minimale waterdoorlaatbaarheid is bij voorkeur van 0,2 à 0,5 liter/m2/s.
Die « maximale » waterdoorlaatbaarheid van die binnenwand is opgemeten bij een opslagruimte (3) die vrijwel watervol is, terwijl de bufferruimte vrijwel leeg is. Voor die opmeting wordt bij voorbeeld een pomp gebruik om de bufferruime vrijwel leeg te handhaven.
Men kan ook de maximale waterdoorlaatbaarheid van het drainerende beton bepalen door het opmaken van een poreuze betonnen plaat die als bodem van een testkuip dient. De testkuip (met een hoogte gelijk aan de hoogte van de tank) zal achteraf met water gevuld, en het waterdebiet zal opmeten worden voor het water dat door de poreuze bodem vloeit.
Het draineerende beton is bij voorkeur vervaardigd door het laten verharden van een mengsel van cement, aggregaten en water, om bij voorkeur een totale open poriënvolume van 8 t/m 12% te bekomen in het verharde beton. Voor het beton gebruikt men bij voorkeur agregaten met een deeltjesgrootte van 6mm t/m 14mm. Bij vookeur bevatten de granulaten van het draineerende beton 15 gewicht% granulaten met een deelgrootte groter dan 8 mm, terwijl de
BE2018/0079 gewichtsverhouding water / cement kleiner is dan 0,5, idealiter tussen 0,35 en 0,42.
Het niet verharde betonmengsels (zonder water) bevat minder dan 30gewichts% van agregaten, beter tussen de 25 en 27gewichts%, met een grootte van minder dan 4mm.
Het niet verharde betonmengsel (zonder water) kan tot 15 gewichts% van zand, met een grrotte kleiner dan 4mm, bijvoorbeeld met een grootte van 2 - 4mm. De zand is bij voorkeur rondkorrelig, en is bijvoorbeeld een zand afkomstig van een rivier. Voorbeelden van zandgehalten zijn 2 ; 5 ; 8 ; 10 ; 12 gewichts%.
Om de waterdoorlaatbaarheid van het beton nog beter te controleren, kan men aan het niet verharde beton mengsel één of meerdere additieven toevoegen, zoals waterige polymeerdispersie, in het bijzonder acrylaat/methacrylaat polymeer/copolymeer waterige dispersie, zoals copolymeer van acrylzuurester-vinylester waterige dispersie. Men kan bijvoorbeeld 10 t/m 30 gewichts% polymeerdispersie toevoegen in het beton, waarbij die gewichtspercentage gemeten is ten opzichte van het cement gewicht.
De watertank bezit een hoogte (H) van minder dan 3m, zoals van 2 t/m 2,5m.
De hoogte van de tank is liever groter dan lm.
In zijn eerste uitvoeringsvorm (fig 1) varieert de totale waterafvoercapaciteit lineair met de aanwezige waterhoogte tussen 0% en 100%.
In een tweede uitvoeringsvorm is de totale waterafvoercapaciteit gemeten bij waterhoogte van de helft van de opslagruimte, en bij voorkeur bij een waterhoogte van 0.3m, gelijk aan 80% t/m 100%, bij voorkeur 90% t/m 100% van deze gemeten bij een vrijwel watervolle opslagruimte (3).
BE2018/0079
Door die eigenschap kan men een beter controle beschikken over het water dat door de poreuse wand doorvloeit.
In de uitvoeringsvorm van Fig 34-, bezit het poreuse beton meerdere zones (10) met verhoogde waterdoorlaatbaarheid ten opzichte van de gemiddelde waterdoorlaatbaarheid van het poreuse beton. Die zones (10) liggen in de omgeving van de bodem, bijvoorbeeld op een hoogte (h) van de bodem (3B) van de opslagruimte (3) die kleiner is dan 50cm, en bij voorkeur kleiner dan 30 cm.
Die zones (10) kunnen vervaardigd worden door gebruik van agregaten met verhoogde grootte. Die zones kunnen ook een tussenlaag vormen in de poreuse wand, waarbij die tussenlaag op een hoogte ligt tussen 20 en 50cm ten opzichte van de bodem (3B).
De volumeverhouding opslagruimte (3) / bufferruimte (9) is groter dan of gelijk aan 2, bij voorkeur groter dan 5, liever tussen 5 en 20.
De poreuse betonnen binnenwand (8) definieert een poreus oppervlak (S) dat gericht is naar de opslagruimte (3), waarbij de verhouding opslagvolume (3) in m3 / poreuse oppervlak (S) in m2 tussen 0,5 en 1,5 (zoals tussen 0,7 en 1,25, bij voorkeur 0,8 ; 0,9 ; 1 ; 1,1 en 1,2) gelegen is. Met die verhouding bekomt men een goede controle van het maximale debiet van water dat door de poreuse wand vloeit, en een voldoende opslagvolume voor regenwater.
De uitlaatopening (5) voor het afvoeren van regenwater bezit een doorgang die geschikt is om het waterafvoerdebiet door die uitlaatopening (5) te beperken tussen de 1 en de 201iter/s en bij voorkeur tot maximaal 51iter/s.
De watertank is voorzien van tenminste twee aparte overlaten (3A,9A), namelijk een eerste overlaat (3A) voor de
BE2018/0079 opslagruimte (3) voor het afvoeren van regenwater uit de opslagruimte, zodra het waterpeil in de opslagruimte (3) het peil (H3A) van die eerste overlaat (3A) overschrijdt, en een tweede overlaat (9A) voor de bufferruimte (9) voor het afvoeren van regenwater uit de bufferruimte, zodra het waterpeil in de bufferruimte (9) het peil (H9A) van die tweede overlaat (9A) overschrijdt.
Via die overlaten 3A,9A kunnen twee watertanken T,T1 volgens de uitvinding samengebonden zijn door pijpen 20,21. De tank Tl is bijvoorbeeld op een lagere niveau gelegen ten opzichte van de tank T, waardoor water van tank T vrij kan vloeien naar tank Tl. De overlaatopening 3A van de tank T is verbonden met de inlaatopening 4 van de tank Tl via de pijp 20. Zodra de opslagruimte 3 van de tank T vol is, vloeit water van die opslagruimte 3 naar de opslagruimte 3bis van de tank T1.
De overlaat 9A van de bufferruimte 9 van de tank T is met een inlaat 40 via de pijp 21. In geval de bufferruimte 9 van de tank T vrijwel vol is, vloeit dan water uit de bufferruimte van de tank T naar de bufferruimte 9 van de tank Tl. Via pijpen 22 wordt water van de bufferruimten 9 van tanken T en Tl naar de beek afgevoerd.
De eerste overlaat (3A) ligt tenminste gedeeltelijk op een peil (H3A) dat boven het laagste peil (H9A) van de tweede overlaat (9A) gelegen is.
De eerste overlaat (3A) bezit een doorgangsoppervlak dat groter is dan het doorgangsoppervlak van de tweede overlaat (9A).
Met die overlaten 3A,9A, is het waterpeil in de bufferruimte 9 altijd lager dan het water peil in de opslagruimte 3, zelf in geval van stormregen.
De poreuse betonnen binnenwand (8) bezit een bovenzijde (8B) die op een peil (H8B) ligt dat hoger is dan de onderrand van de eerste overlaat (3A) en de onderrand van de tweede overlaat (9A). Dit
BE2018/0079 is voordelig om te vermijden dat water boven de binnenwand van de opslagruimte naar de bufferruimte 9 vloeit.
In de getoonde uitvoeringsvorm van fig 1, is de deksel 6 afneembaar gemonteerd op de kuip 1. In dat geval, is het ook voordelig de poreuse betonnen binnenwand 8 uitneembaar te monteren in de kuip. De onderrand van de wand 8 rust op de bodem van de kuip, eventueel met een rubber tussenstuk.
Via de mangat 7, kan men een zicht hebben op het waterpeil in beide ruimten (3,9). Onderhoudswerken kunnen ook via die mangat in de kuip uitgevoerd worden.
In de uitvoeringsvorm van fig 3, omvat de watertank drie of meer dan drie aparte bufferruimten (9,90,91), namelijk (a) tenminste een eerste en tweede bufferruimten (90, 91) die langs de bodem van een opslagruimte (3) gelegen zijn, waarbij die eerste en tweede bufferruimten (90) water van de opslagruimten (3,30) opvangen via een tenminste gedeeltelijk horizontale poreuse betonnen wand (80,81), en (b) tenminste een derde centrale bufferruimte (9) die samenwerkt met twee vijwel verticale poreuze betonnen wanden (8,8bis) om water van de opslagruimten (3,30) op te vangen.
De positie van de poreuze wanden 80,81 langs de bodem van de kuip kunnen via bevestigingsmiddelen (staven 111) gehandhaafd worden.
De eerste en tweede bufferruimten zijn met de derde bufferruimte (9) verbonden door buizen (100), die langs de bodem van de watertank gelegen zijn. Die buizen 100 tonen een helling ten opzichte van een horizontale vlak, waardoor de bovenrand (100A) van die buizen in de richting van de derde bufferruimte (9) stijgt. Op die manier kan men voorkomen dat lucht of gas in de bufferruimten 90, 91 blijft, wat nadelig kan zijn voor de doorgang van water.
BE2018/0079
De twee aparte opslagruimten (3,30) zijn via een overlaatbuis (31) verbonden. Die buis 31 is bestemd om water af te voeren van de eerste opslagruimte (3) naar de tweede opslagruimte (30), zodra de eerste opslagruimte (3) vrijwel watervol is, waarbij de tweede opslagruimte (30) voorzien is van een overlaat (3A) die op een peil gelegen is dat onder de overlaatbuis (31) ligt.
In een mogelijke uitvoeringsvorm, kan de inlaatopening (4) van een controlesysteem 100 voorzien, waardoor als het regenwater debiet dat in de tank T vloeit kleiner is dan een bepaalde debiet, het systeem 100 gepast is om ten minste een deel van het regenwater debiet direct af te voeren naar de bufferruimte 9. Met zo een systeem, voor korte en niet stormige regenperiode kan het regenwater gedeeltelijk naar de opslagruimte 3 afgevoerd worden, alsook gedeeltelijk naar de bufferruimte.
Zo een systeem is in figuren 8A en 8B aangetoond. Het regenwater W vloeit in een kamer 101 die voorzien is van een open binnenvat 102 om tenminste een deel van het regenwater op te vangen. De bodem van dit vat is voorzien van een gat 102A. Binnen dit vat beweegt een vlotter 103 met een oppervlak 103A dat als klepsysteem werkt. Het binnenvat 102 is in verbinding met een inlaatopening 40 van de bufferruimte 9, via een pijp 41.
Voor kleine waterdebieten W, vloeit het water in het binnenvat 102. Daar het debiet niet voldoende is blijft de vlotter 103 in een onderpositie, waardoor een deel van het regen direct naar de bufferruimte 9 vloeit, terwijl een ander deel naar de opslagruimte 3 vloeit via de opening 102A. (zie Fig 8A).
In geval van stormregen, stijgt het waterpeil in het binnenvat, waardoor de vlotter 103 in gesloten positie is, om de inlaat van de pijp 41 af te dichten. In zo gesloten positie, vloeit vrijwel al het regen in de opslagruimte van de tank T.
BE2018/0079
Een derde uitvoeringsvorm van een watertank volgens de uitvinding is in fig 10 afgebeeld.
De tank T bevat een betonnen kuip (waterdicht) met langs de bodem 1B een uitlaat 5. Langs de bodem IB, is de tank voorzien van een of meerdere steunelementen 1C voor een plaat 80 uit poreuze betonnen. De ronde plaat 80 steunt zich of de steunelementen 1C. Boven de plaat 80 staat er cylindrische pijp 82 uit poreuze betonnen.
De plaat 80 kan eventueel voorzien van een gat 80G om de bufferzones 9,90 samen te verbinden. Indien die plaat 80 niet voorzien is van het gat 80G, zijn de bufferruimten in verbinding via de open poriën van de plaat 80.
De cylindrische pijp 82 kan bij voorkeur in de tank geplaatst worden via het mangat 7. De correcte plaatsing van de pijp kan bekomen worden via tussenelementen 110 die tussen de bovenrand van de pijp 82 en het onderoppervlak van de deksel gelegen zijn.
Fig 12 en 13 zijn aanzichten van een uitvoeringsvorm die gelijk is aan de uitvoeringsvorm van van figuren 3 t/m 6, tenzij een paar aanpassingen.
De kuip en/of de verticale poreuze wanden 8,8bis zijn voorzien van steunelementen 1C voor poreuze platen 80, 81. De positie van de platen op de steunelementen 1C is gehandhaafd door gebruik van bevestigingsmiddelen 111, die bijvoorbeeld gedeeltelijk in een wand van de kuip gestoken zijn.
Fig 14 is een aanzicht van een gracht of kanaal 200, met een dam 201 en twee inspectiepaden 202,203. Langs het inspectie pad 203 zijn er meerdere watertanken volgens de uitving aangelegd. De watertank 1 is in verbinding met het kanaal 20 via de pijp 204. De opslagruimten van de watertanken 1, Ibis, 1 ter, enz. zijn in verbinding, zodat water van de opslagruimte van tank 1 kan afgevoerd worden naar
BE2018/0079 de opslagruimte van tank Ibis, zodra het waterpeil in opslagruimte 3 van tank 1 een bepaald peil overschrijdt.
De uitlaten 5 van alle tanken 1, Ibis, enz zijn in verbinding met een uitlaatpijp 205 om water terug af te voeren in het kanaal, na de dam 201.
De watertanken volgens de uitvinding kunnen dus gebruikt worden om de waterstand in het kanaal te regelen. Zodra het 10 waterpeil een maximal peil overschrijdt, kunnen de watertanken 1, Ibis, enz water van het kanaal opvangen, en met vertraging terug afgevoerd worden in het kanaal, wat een opossing tegen stormwater is (met hevige regen op een korte tijd).
Daar de watertanken onder inspectiepaden gelegen kunnen zijn, kan het aanleggen van die tanken uitgevoerd worden met het aanleggen van die inspectiepaden.
BE2018/0079
CONCLUSIES
1. Watertank (T) voor het opvangen van regenwater/water, waarbij de watertank (T) tenminste omvat:
- één of meerdere buitenwanden (1) die vervaardigd is/zijn uit niet poreus beton en die een binnenvolume (2) definieert, waarvan een deel als opslagruimte (3) dienst doet met een opslagvolume voor regenwater/water;
- een inlaatopening (4) langs waar regenwater/water in de opslagruimte (3) kan vloeien;
- een uitlaatopening (5) voor het afvoeren van regenwater/water uit de watertank (T);
- een deksel (6) met een mangat (7); en
- een controlesysteem (5,8) om het afvoerdebiet van regenwater uit de watertank (T) te controleren, met het kenmerk dat het controlesysteem (5,8) bestaat uit één of meerdere poreuse betonnen binnenwanden (8) die zich uitstrekken in het binnenvolume (2) van de watertank (T), om dit binnenvolume op te splitsen tenminste in een opslagruimte (3) voor regenwater/water, en een bufferruimte (9) met een buffervolume om water op te vangen dat door de poreuse betonnen binnenwand(en) (8) vloeit, met het kenmerk dat de bufferruimte (9) voorzien is van de uitlaatopening (5) voor het afvoeren van regenwater/water, en met het kenmerk dat de poreuse betonnen binnenwand(en) (8) vervaardigd is/zijn uit een water drainerend beton met een maximale waterdoorlaatbaarheid van 0,05 liter/m2/s tot en met 5 liter/m2/s, bij voorkeur van 0,1 liter/m2/s tot en met 3 liter/m2/s, liever tussen 0,1 en

Claims (17)

1 liter/m2/s, waarbij die waterdoorlaatbaarheid gemeten is bij een vrijwel watervolle opslagruimte (3).
2. Watertank volgens conclusie 1, die een hoogte (H) bezit van minder dan 3m, met het kenmerk dat de totale waterafvoercapaciteit gemeten bij waterhoogte van de helft van de opslagruimte, en bij voorkeur bij een waterhoogte van 0.3m, gelijk aan 80% t/m 100%, bij voorkeur 90% t/m 100% van deze gemeten bij een vrijwel watervolle opslagruimte (3).
3. Watertank volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat het poreuse beton één of meerdere zones bezit met verhoogde waterdoorlaatbaarheid ten opzichte van de gemiddelde waterdoorlaatbaarheid van het poreuse beton, waarbij die zone of zones (10) ligt/liggen op een hoogte (h) van de bodem (3B) van de opslagruimte (3) die kleiner is dan 50cm, liever kleiner dan 30cm.
4. Watertank volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de volumeverhouding opslagruimte (3) / bufferruimte (9) groter of gelijk is aan 2 is, bij voorkeur groter dan 5, en liefst tussen 5 en 20.
5. Watertank volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de poreuse betonnen binnenwand(en) (8) een poreus oppervlak (S) definieert/definieren dat gericht is naar de opslagruimte (3), waarbij de verhouding opslagvolume (3) in m3 / poreuse oppervlak (S) in m2 tussen 0,5 en 1,5 gelegen is.
6. Watertank volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de uitlaatopening (5) voor het afvoeren van regenwater een doorgang bezit die geschikt is om het waterafvoerdebiet door die uitlaatopening (5) te beperken tussen de 1 en de 201iter/s en bij voorkeur tot maximaal 51iter/s.
7. Watertank volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de watertank voorzien is van tenminste twee aparte
BE2018/0079 overlaten (3A,9A), namelijk een eerste overlaat (3A) voor de opslagruimte (3) voor het afvoeren van regenwater zodra het waterpeil in de opslagruimte (3) het peil (H3A) van die eerste overlaat (3A) overschrijdt, en een tweede overlaat (9A) voor de bufferruimte (9) voor het afvoeren van regenwater zodra het waterpeil in de bufferruimte (9) het peil (H9A) van die tweede overlaat (9A) overschrijdt.
8. Watertank volgens de voorgaande conclusie, met het kenmerk dat de eerste overlaat (3A) tenminste gedeeltelijk op een peil (H3A) ligt dat onder het laagste peil (H9A) van de tweede overlaat (9A) gelegen is.
9. Watertank volgens de voorgaande conclusie, met het kenmerk dat de eerste overlaat (3A) een doorgangsoppervlak bezit dat groter is dan het doorgangsoppervlak van de tweede overlaat (9A).
10. Watertank volgens één der conclusies 7 t/m 9, met het kenmerk dat de poreuse betonnen binnenwand(en) (8) een bovenzijde (8B) bezit/bezitten die op een peil (H8B) ligt dat hoger is dan de onderrand van de eerste overlaat (3A) en de onderrand van de tweede overlaat (9A).
11. Watertank volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat tenminste één poreuse betonnen binnenwand (8) beweegbaar en/ofen/of uitneembaar gemonteerd is ten opzichte van de watertank, waarbij een onderrand (8B) van de binnenwand op de bodem van de watertank (T) kan rusten
12. Watertank volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de watertank voorzien is van een afneembaar deksel dat voorzien is van een mangat.
13. Watertank volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de watertank voorzien is van ten minste twee aparte bufferruimten, namelijk ten minste een eerste bufferruimte (90) die
BE2018/0079 langs de bodem van een opslagruimte (3) gelegen is, waarbij die eerste bufferruimte (90) water van de opslagruimte (3) opvangt via een tenminste gedeeltelijk horizontale poreuse betonnen wand (80), en tenminste een tweede bufferruimte (9) die samenwerkt met een vijwel verticale poreuze betonnen wand (8) om water van de opslagruimte (3) op te vangen, en met het kenmerk dat de eerste bufferruimte (90) en de tweede bufferruimte (9) verbonden zijn door een buis of kanaal (100), die bij voorkeur langs de bodem van de watertank gelegen is.
14. Watertank volgens de voorgaande conclusie, met het kenmerk dat die eerste bufferruimte (90) en tweede bufferruimte (9) in verbinding staan door middel van een buis of kanaal (100) met een bovenrand (100A) die een helling heeft ten opzichte van een horizontale vlak, waardoor die bovenrand (100A) in de richting naar de tweede bufferruimte (9) stijgt.
15. Watertank volgens conclusie 13 of 14, met het kenmerk dat de watertank (T) tenminste twee aparte opslagruimten (3,30) bezit, waarbij die twee aparte opslagruimten (3,30) verbonden zijn via een overlaatbuis (31) die bestemd is om water door te voeren van een eerste opslagruimte (3) naar een tweede opslagruimte (30), zodra de eerste opslagruimte (3) vrijwel watervol is, waarbij de tweede opslagruimte (30) voorzien is van een overlaat (3A) die op een peil gelegen is dat onder de overlaatbuis (31) ligt.
16. Watertank volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de inlaatopening (4) voorzien is van een systeem, waardoor als het regenwater debiet dat in de tank vloeit door de inlaatopening (4) kleiner is dan een bepaalde debiet, het systeem gepast is om ten minste een deel van het regenwater debiet direct af te voeren naar de bufferruimte.
17. Gebruik van meerdere watertanken volgens één der voorgaande conclusies voor het reguleren van waterdebieten en/of waterstand in beken en/of rivieren en/of grachten en/of overstromingsgebieden door het reguleren van afvoersdebieten van
BE2018/0079 regenwater afkomstige van dakken, opritten en wegenisen en/of water afkomstige van een kanaal, beek, gracht of rivier, waarbij regenswater en/of water naar opslagruimten van watertanken volgens één der voorgaande conclusies vloeit, en waarbij dit regenwater en/of water
5 door poreuse betonnenwanden van de watertanken doorvloeit naar bufferruimten ervan, alvorens afgevoerd te worden naar beken en/of rivieren en/of grachten en/of overstromingsgebieden.
BE20180079A 2018-06-28 2018-06-28 Regenwater tank BE1026473B1 (nl)

Priority Applications (8)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20180079A BE1026473B1 (nl) 2018-06-28 2018-06-28 Regenwater tank
BE20190054A BE1026383B1 (nl) 2018-06-28 2019-06-21 Regenwater tank
NL2023362A NL2023362B1 (nl) 2018-06-28 2019-06-22 Regenwatertank
ES201930583A ES2737450B2 (es) 2018-06-28 2019-06-25 Tanque de agua de lluvia
DE102019117024.9A DE102019117024A1 (de) 2018-06-28 2019-06-25 Regenwassertank
LU101278A LU101278B1 (fr) 2018-06-28 2019-06-25 Citerne d'eau de pluie
GB1909127.1A GB2576406B (en) 2018-06-28 2019-06-25 Rainwater tank
FR1907152A FR3083251B1 (fr) 2018-06-28 2019-06-28 Citerne d’eau de pluie

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20180079A BE1026473B1 (nl) 2018-06-28 2018-06-28 Regenwater tank

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1026473A1 BE1026473A1 (nl) 2020-02-07
BE1026473B1 true BE1026473B1 (nl) 2020-02-13

Family

ID=63165111

Family Applications (2)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20180079A BE1026473B1 (nl) 2018-06-28 2018-06-28 Regenwater tank
BE20190054A BE1026383B1 (nl) 2018-06-28 2019-06-21 Regenwater tank

Family Applications After (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20190054A BE1026383B1 (nl) 2018-06-28 2019-06-21 Regenwater tank

Country Status (7)

Country Link
BE (2) BE1026473B1 (nl)
DE (1) DE102019117024A1 (nl)
ES (1) ES2737450B2 (nl)
FR (1) FR3083251B1 (nl)
GB (1) GB2576406B (nl)
LU (1) LU101278B1 (nl)
NL (1) NL2023362B1 (nl)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
BE1028271B1 (nl) * 2020-05-07 2021-12-06 M H C Nv Betonnen waterafvoer remsysteem
BE1028583B1 (nl) 2020-09-04 2022-04-04 Ecobeton Water Tech Nv Watertank

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE4338085A1 (de) * 1993-03-06 1994-09-08 Mall Beton Gmbh Filtereinrichtung für einen Schacht zur Aufnahme von Flüssigkeiten
DE9412053U1 (de) * 1994-07-26 1994-10-06 Mall Beton GmbH, 78166 Donaueschingen Filterschacht für einen Regenwasserspeicher
DE10231241A1 (de) * 2002-07-11 2004-01-29 Hydrocon Gmbh Filterelement für mit Feststoffpartikeln und gelösten Schadstoffen belastetes Wasser und mit einem solchen Filterelement ausgerüstetes Reinigungssystem
US20120111428A1 (en) * 2010-11-08 2012-05-10 Early Daniel M Steel-reinforced hdpe rain harvesting system

Family Cites Families (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
AUPM294493A0 (en) 1993-12-14 1994-01-13 Urriola, Humberto Underground drainage system
DE19547379C2 (de) * 1995-12-19 1999-11-18 Martin Bullermann Regenwasserspeicher
US5776243A (en) * 1997-02-03 1998-07-07 Goodson And Associates, Inc. Permeable cellular concrete and structure
JPH10237932A (ja) * 1997-02-28 1998-09-08 Ozawa Concrete Kogyo Kk 貯留浸透槽
US6655402B1 (en) * 2002-06-13 2003-12-02 U.S. Environmental Protection Agency System and method for vacuum flushing sewer solids
US8322540B2 (en) * 2005-01-26 2012-12-04 Royal Environmental Systems, Inc. Filter element for water loaded with solid particles and dissolved toxic substances and purification system equipped with said filter element
KR101339455B1 (ko) * 2012-07-04 2013-12-06 주식회사 헥코리아 다단분리를 이용한 빗물 저류 장치
JP6304678B2 (ja) * 2013-08-12 2018-04-04 晴明 山崎 貯水槽及びユニットパネル
KR101772744B1 (ko) * 2015-01-30 2017-08-29 서울과학기술대학교 산학협력단 침투형 빗물 처리 장치
CN106836441B (zh) * 2017-03-30 2018-08-24 同济大学 一种增设多孔透水隔离墙的截留式排水泵站截污优化系统

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE4338085A1 (de) * 1993-03-06 1994-09-08 Mall Beton Gmbh Filtereinrichtung für einen Schacht zur Aufnahme von Flüssigkeiten
DE9412053U1 (de) * 1994-07-26 1994-10-06 Mall Beton GmbH, 78166 Donaueschingen Filterschacht für einen Regenwasserspeicher
DE10231241A1 (de) * 2002-07-11 2004-01-29 Hydrocon Gmbh Filterelement für mit Feststoffpartikeln und gelösten Schadstoffen belastetes Wasser und mit einem solchen Filterelement ausgerüstetes Reinigungssystem
US20120111428A1 (en) * 2010-11-08 2012-05-10 Early Daniel M Steel-reinforced hdpe rain harvesting system

Also Published As

Publication number Publication date
LU101278B1 (fr) 2020-06-04
FR3083251B1 (fr) 2021-02-12
GB2576406A (en) 2020-02-19
ES2737450A2 (es) 2020-01-14
FR3083251A1 (fr) 2020-01-03
BE1026473A1 (nl) 2020-02-07
BE1026383B1 (nl) 2020-07-10
LU101278A1 (fr) 2019-12-30
BE1026383A1 (nl) 2020-01-20
GB2576406B (en) 2020-09-02
ES2737450B2 (es) 2020-11-18
ES2737450R1 (es) 2020-04-01
DE102019117024A1 (de) 2020-01-02
GB201909127D0 (en) 2019-08-07
NL2023362A (nl) 2020-01-06
NL2023362B1 (nl) 2021-09-29

Similar Documents

Publication Publication Date Title
BE1026473B1 (nl) Regenwater tank
US5595457A (en) Storm drainage underflow dam unit
KR101501925B1 (ko) 비점오염을 정화하는 기능을 갖는 우수받이
US10052570B2 (en) Settling basin insert
KR102265280B1 (ko) 교량용 집수구
CN111255042B (zh) 浮子自动控制初期雨水弃流的生态树池及工作方法
CN109610265B (zh) 一种地埋市政广场雨水收集系统
JPH033010B2 (nl)
CN114482246B (zh) 一种具有快速过滤功能的调蓄池系统
NL2029112B1 (nl) Watertank, waterinstallatie en gebruik van watertank
JP4583215B2 (ja) 雨水流出抑制排水路構造
NL2003109C2 (nl) Wegconstructie en werkwijze voor reiniging van een wegdek.
JP3143652B2 (ja) 雨水等の一時貯溜槽
NL2029089B1 (nl) Debietremsysteem, debietremstelsel en gebruik van debietremstelsel
US7052212B1 (en) Downspout energy dissipater splash pad with spillway
BE1031050B1 (nl) Kit voor een infiltratiesysteem
JPH1136638A (ja) 遊水池を兼ねた駐車場装置
EP1533428B1 (en) Drainage element
NL2028162B1 (nl) Betonnen waterafvoer remsysteem
CN219992663U (zh) 快速泄洪防污排水井
CN216381500U (zh) 雨水调蓄系统
BE1029725A1 (nl) Debietremsysteem
CN109518786B (zh) 一种地表径流初雨控制系统
KR102704424B1 (ko) 자연형 침투도랑을 이용한 비점오염 저감 및 홍수유출 저감용 저영향개발기법 시설
JP7336164B2 (ja) 集水桝用水量調整ブロック

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20200213

PD Change of ownership

Owner name: ECOBETON WATER TECHNOLOGIES NV; BE

Free format text: DETAILS ASSIGNMENT: CHANGE OF OWNER(S), ASSIGNMENT; FORMER OWNER NAME: M.H.C. N.V.

Effective date: 20211203