BE1014323A3 - Werkwijze en inrichting voor het ledigen en reinigen van een opslagtank voor olie. - Google Patents

Abstract

Werkwijze en inrichting voor het ledigen en reinigen van een opslagtank voor olie, bestaande uit het maximaal leegpompen van de olie tot een minimale overblijvende restinhoud, bestaande uit een oliefractie (5) en een sedimentfractie (6), gevolgd door het vloeibaar maken van de restinhoud door toevoeging van een hulpvloeistof (9) gevolgd door het verwijderen van het verkregen mengsel; en tenslotte gevolgd door het nareinigen van de binnenconstructies van de opslagtank (1), daardoor gekenmerkt dat de gebruikte hulpvloeistof (9) na menging met de restinhoud, een afscheiding teweegbrengt van de oliefractie (5) en dat de oliefractie (5) en het overblijvende mengsel afzonderlijk uit de opslagtank (1) verwijderd worden.

Description

   <Desc/Clms Page number 1> 
 



  Werkwijze en inrichting voor het ledigen en reinigen van een opslagtank voor olie. 



  . De huidige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het reinigen en ledigen van een opslagtank voor olie. 



  Meer speciaal heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze voor het reinigen en ledigen van een opslagtank van het type dat toegepast wordt voor het opslaan van ruwe olie in olieraffinaderijen. 



  Het gebeurt dat dergelijke opslagtanks volledig moeten leeggemaakt en gereinigd worden om de sedimenten van zand en roestdeeltjes, die zich met de tijd op de bodem van de opslagtank hebben afgezet, eruit te verwijderen en/of om bijvoorbeeld noodzakelijke onderhoudswerken te kunnen uitvoeren. 



  Om een dergelijke opslagtank te kunnen reinigen, moet eerst de inhoud ervan leeg gemaakt worden.. 



  Volgens een bekende werkwijze wordt hierbij in een eerste stap een maximum hoeveelheid aan ruwe olie uit de opslagtank in een andere opslagtank overgepompt, waarbij ervoor gezorgd wordt dat een minimum hoeveelheid ruwe olie boven de sedimentlaag overblijft, dit om te beletten dat een hoeveelheid sediment mee zou overgepompt worden. 



  In een volgende stap wordt de overblijvende restinhoud, die naast een sedimentfractie ook nog een belangrijke oliefractie 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 van bijvoorbeeld 50% bevat, al dan niet vloeibaar gemaakt door het toevoegen en eventueel mengen van een hulpvloeistof, en wordt het bekomen mengsel vervolgens uit de opslagtank verwijderd om tenslotte de binnenconstructies van de opslagtank te kunnen reinigen met bijvoorbeeld een hogedrukinstallatie. 



  Het restant of mengsel dat gevormd is door de restinhoud en de hulpvloeistof, wordt volgens deze bekende methode of integraal afgevoerd voor verdere verwerking naar een erkend afvalverwerkingsbedrijf of eerst nog in de afscheidingsinstallatie van de raffinaderij bewerkt. Een belangrijk nadeel van zulke werkwijze is echter dat zij zeer duur is wegens de hoge kosten voor transport, bewerking en verwerking van de grote hoeveelheden verkregen afvalproduct. 



  Een ander element dat mee bepalend is voor de hoge kostprijs . van zulke bekende werkwijze, is dat voor de werkzaamheden in de opslagtank, bijvoorbeeld voor het installeren van de voornoemde afzuig- en andere apparatuur, en voor het reinigen van de binnenconstructies, het onderhoudspersoneel moet voorzien worden van de nodige beschermende kledij en beademingsapparatuur, aangezien in de opslagtank dampen kunnen aanwezig zijn die schadelijk zijn bij inademing. 



  Het dragen van dergelijke uitrusting bemoeilijkt tevens de uitvoering van de werkzaamheden waardoor het werkrendement negatief beïnvloed wordt en waardoor de loonkost hoog is. 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 



  Het is ook bekend dat soms gasolie gebruikt wordt als hulpvloeistof om de restinhoud van de tank te verdunnen tot een vloeibaar mengsel. 



  Het bijkomend nadeel van het gebruik van gasolie is echter dat er in de opslagtank zeer licht ontvlambare dampen gevormd worden, waardoor het brandgevaar en zelfs explosiegevaar tijdens de hele procedure voor het verwijderen van de restinhoud, dramatisch toeneemt. 



  In andere bekende toepassingen van voornoemde werkwijze wordt de restinhoud, die een zekere consistentie heeft, eerst stuk gespoten met behulp van hogedrukapparatuur om een opzuigbare massa te bekomen. 



  Deze manier van werken heeft als nadeel dat, voor het bedienen van deze apparatuur, het onderhoudspersoneel .gedurende een relatief lange periode binnen in de opslagtank moet werken met de nodige beschermende kledij en beademingsapparatuur, waardoor de loonkost bijkomend in belangrijke mate toeneemt. 



  De huidige uitvinding heeft tot doel een oplossing te bieden voor de voornoemde en andere nadelen. 



  Hiertoe beoogt de uitvinding een werkwijze voor het ledigen en reinigen van een opslagtank voor olie, bestaande uit het maximaal leegpompen van de olie tot een minimale 'overblijvende restinhoud, bestaande uit een oliefractie en een sedimentfractie, gevolgd door het vloeibaar maken van de restinhoud door toevoeging van een opgewarmde hulpvloeistof, 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 waarna het verkregen mengsel wordt verwijderd en tenslotte gevolgd door het nareinigen van de binnenconstructies van de opslagtank, met als kenmerk dat de gebruikte hulpvloeistof, na menging met de restinhoud van de opslagtank, een afscheiding teweegbrengt van de oliefractie, waardoor deze oliefractie, die een belangrijk deel van de restinhoud uitmaakt, kan afgezonderd worden voor recuperatie ervan. 



  Meer speciaal kan de hulpvloeistof met de restinhoud gemengd worden door oproeren. 



  Hiertoe kan gebruik gemaakt worden van mixers die in de meeste opslagtanks ingebouwd zijn, waardoor geen extra apparatuur nodig is en waardoor het arbeidsintensief stuk spuiten van de restinhoud met behulp van een hogedrukapparatuur, kan vermeden worden. 



  In het bijzonder wordt volgens de uitvinding een hulpvloeistof gebruikt die niet oplosbaar is in de oliefractie en waarvan het soortelijk gewicht groter is dan dat van de oliefractie, zodanig dat,   na   het mengen van de hulpvloeistof en de restinhoud, de oliefractie komt bovendrijven, waardoor de oliefractie op een vrij eenvoudige wijze door afskimmen recupereerbaar is als een bruikbare olie. 



  De overblijvende sedimentfractie en de toegevoegde hulpvloeistof worden vervolgens uit de opslagtank verwijderd, 'gedecanteerd en afgevoerd voor verdere verwerking. 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 



  Maximale scheiding van afval en herbruikbaar product gebeurt dus, in tegenstelling tot bekende werkwijzen, aan de bron. 



  Er moeten bijgevolg minder grote hoeveelheden afvalproduct afgevoerd en verwerkt worden, waardoor er op deze posten kan bespaard worden. 



  Bovendien kan het afskimmen van de oliefractie automatisch gebeuren, bijvoorbeeld door gebruik te maken van een zogenaamde "skimcontainer", wat een gevoelige vermindering meebrengt van het aantal werkuren om de opslagtank verder leeg te maken, hetgeen een drastische daling betekent op gebied van personeelskosten. 



  Meer speciaal is water een bijzonder geschikte hulpvloeistof voor de toepassing van de werkwijze volgens de uitvinding. 



  Het gebruik van water biedt als bijkomend voordeel dat het in . grote hoeveelheden beschikbaar is op de raffinaderijen en dat het bovendien relatief goedkoop is. Bovendien vertoont water niet de nadelen van gasolie op gebied van werkveiligheid en vormt water tevens geen extra belastende factor voor het milieu. 



  Meer speciaal wordt gebruik gemaakt van warm water om een maximale menging en afscheiding van de oliefractie te bekomen, zodat bovendien ook minder bovendien ook minder schadelijke koolwaterstoffen achterblijven na recuperatie van de oliefractie. De verdere verwerking van de overblijvende 'sedimentfractie en het toegevoegde water, zal bijgevolg goedkoper zijn aangezien minder grote hoeveelheden moeten verwerkt worden en er bovendien minder koolwaterstoffen uit 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 moeten gedistilleerd worden. Het lagere koolwaterstofgehalte brengt ook mee dat het onderhoudspersoneel minder lang van de beademingsapparatuur zal moeten gebruik maken waardoor het werkcomfort aanzienlijk verbeterd wordt. 



   Volgens een bijzondere toepassing wordt het water uit de opslagtank via een uitwendige verwarmingskringloop rondgepompt en, na opwarming met behulp van stoom, hergebruikt. 



   In tegenstelling tot sommige bekende toepassingen dient er dus niet voortdurend vers water te worden toegevoegd en zal er na recuperatie van de oliefractie ook minder te verwerken afvalproduct overblijven, waardoor de hele operatie van het ledigen van de opslagtank goedkoper wordt. 



   Bovendien is stoom meestal gemakkelijk beschikbaar op de raffinaderijen waardoor geen extra verwarmingselementen en energietoevoer nodig zijn. 



   De uitvinding heeft ook betrekking   op#   een inrichting die bijzonder geschikt is voor het ledigen en reinigen van een opslagtank voor olie, volgens de voornoemde werkwijze, met als kenmerk dat deze inrichting bestaat uit middelen om een hulpvloeistof toe te voegen aan de restinhoud van een opslagtank, bij voorkeur in de vorm van een watertoevoer ;   middelen om de hulpvloeistof op te warmen, meer speciaal in   de vorm van één of meer stoomvaten die in de watertoevoer 'zijn opgesteld ; uit mengmiddelen om de hulpvloeistof met de restinhoud te mengen, in het bijzonder bestaande uit mixers    die in de opslagtank aanwezig zijn ; middelen om de   

 <Desc/Clms Page number 7> 

 bovenste laag van de tankinhoud te verwijderen en de oliefractie ervan af te scheiden, bij voorkeur in een zogenaamde "skimcontainer";

   en tenslotte uit afzuigmiddelen om het overblijvende mengsel van de sedimentfractie en de hulpvloeistof uit de opslagtank te verwijderen, bij voorkeur door gebruik te maken van vacuümwagens. 



  'Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, is hierna als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, een voorkeurdragende inrichting beschreven die toelaat de werkwijze volgens de uitvinding toe te passen, met verwijzing naar de bijgevoegde figuur die schematisch deze inrichting weergeeft. 



  In deze figuur zijn twee olietanks 1 en 2 weergeven, bijvoorbeeld van een olieraffinaderij, die elk uitgerust zijn met een vlotter 3 die de bovenkant van zulke opslagtank 1-2 afdicht. 



  De eerste opslagtank 1 is de tank die moet geledigd en gereinigd worden, terwijl de tweede  opslagtank 2 een opslagtank is die nog in gebruik is en die dienst doet als opslagtank om gerecupereerde olie uit de eerste opslagtank 1 in op te slaan. 



  Na het maximaal leegpompen van de opslagtank 1 door middel van een pompcircuit 4, bevat de opslagtank 1 nog een restinhoud bestaande uit een oliefractie 5 en een restfractie   #6,   die beide door middel van een inrichting 7 volgens de uitvinding uit de container moeten verwijderd worden. 

 <Desc/Clms Page number 8> 

 



  De inrichting 7 bestaat uit middelen 8 om een hulpvloeistof 9, in het bijzonder water, toe te voegen aan de restinhoud van een opslagtank l; uit middelen 10 om de hulpvloeistof 9   op te warmen ; mengmiddelen 11 om de hulpvloeistof 9 met de restinhoud te mengen ; middelen 12 om de bovenste laag   van de tankinhoud te verwijderen en de oliefractie 5 ervan af   te scheiden ; uitafzuigmiddelen 13 om het overblijvende     'mengsel   van de sedimentfractie 6 en de hulpvloeistof 9 uit de opslagtank 1 te verwijderen. 



  De middelen 8 om de hulpvloeistof 9, in het bijzonder water, aan de tank toe te voegen, bestaan uit een circuit 14 van buizen en/of slangen die de opslagtank 1 verbinden met het waterleidingnet 15 van de olieraffinaderij. 



  In dit circuit 14 zijn de voornoemde middelen 10 aanwezig die toelaten om de hulpvloeistof 9 op te warmen. 



  Deze middelen 10 bestaan bij voorkeur uit stoomvaten 16 waarin de hulpvloeistof 9 circuleert over een warmtewisselaar 17 die aangesloten wordt op de   stoomiastallatie   18 van de olieraffinaderij. 



  De mengmiddelen 11 om de hulpvloeistof 9 met de restinhoud van de opslagtank 1 te mengen, worden bij voorkeur gevormd door mengtoestellen 19 die meestal in de vorm van mixers in de opslagtanks aanwezig zijn. Indien zulke mixers niet aanwezig zijn in de opslagtank, kunnen losse mixers of andere   #mengtoestellen   in de opslagtank 1 aangebracht worden. 

 <Desc/Clms Page number 9> 

 



  De middelen 12 om de bovenste laag van de tankinhoud te verwijderen en de oliefractie 5 ervan af te scheiden, bestaan uit een pomp 20waarvan de aanzuigleiding 21 in de opslagtank 1 uitgeeft en die door middel van een persleiding 22 aansluit op een eerste compartiment 23 van een zogenaamde skimcontainer 24 waarin de olie van de aangevoerde vloeistof afgescheiden wordt en waarbij deze olie verzameld wordt in 'een tweede compartiment 25 van deze skimcontainer. 



  Het eerste compartiment 23 van de skimcontainer is onderaan door middel van een pompcircuit 26 met een persleiding 27 verbonden met de watertoevoeraansluiting 28 van het stoomvat 16. 



  Dit pompcircuit 26, evenals de voornoemde watertoevoeraansluiting 28, zijn voorzien van afsluitkranen 29-30 die toelaten alternatief één van beide circuits 27-28 op het stoomvat 16 aan te sluiten, waarbij de persleiding 27 desgevallend via een afvoerleiding 31 en een afsluitkraan 32 op een waterzuiveringsbekken 33 van de olieraffinaderij kan aangesloten worden. 



  Op het tweede compartiment 25 van de skimcontainer 24 is een pompinstallatie 34 aangesloten die in de opslagcontainer 2 uitmondt. 



  De voornoemde afzuigmiddelen 13 om de overblijvende sedimentfractie 6 en de hulpvloeistof 9 uit de opslagtank 1   #te   verwijderen, bestaan bijvoorbeeld uit één of meerdere vacuümwagens 35 die uitgerust zijn met een aanzuigslang 36 

 <Desc/Clms Page number 10> 

 waarvan de aanzuigmond 37 op de bodem van de opslagtank 1 kan gebracht worden. 



  De werkwijze voor het ledigen en reinigen van de opslagtank 1 met behulp van de voornoemde inrichting 7 is vrij eenvoudig en als volgt. 



    'Via   het pompcircuit 4 wordt eerst de ruwe olie die in de opslagtank 1 aanwezig is maximaal overgepompt in de tweede operationele opslagtank 2. 



  Vervolgens wordt water 9 uit het waterleidingnet 15 door de stoomvaten 16 geleid waar het water eerst opgewarmd wordt alvorens het via het watercircuit 14 in de opslagtank 1 aangebracht wordt. 



  Wanneer het niveau van het vloeistofmengsel voldoende hoog boven de mengtoestellen 19 ligt, wordt de watertoevoer vanuit het waterleidingnet 15 gestopt door de afsluitkraan 30 dicht te draaien.      



  Het toegevoegde water 9 wordt met de achtergebleven oliefractie 5 en de sedimentfractie 6 gemengd door de mengtoestellen 18 in werking te stellen. 



  Aangezien de aanwezige olie lichter is dan water, gaat deze bovendrijven waarna zij door middel van de pompinstallatie 20 verpompt wordt naar het eerste compartiment 23 van de .skimcontainer 24. 

 <Desc/Clms Page number 11> 

 



  Hierbij wordt onvermijdelijk ook water mee overgepompt. In dit eerste compartiment 23 wordt de olie verder van het water gescheiden door het bovendrijven van de lichtere olie, een en ander zodanig dat de afgescheiden olie overvloeit naar het tweede compartiment 25 en van daaruit, door middel van de pompinstallatie 34 naar de tweede olieopslagtank 2 als bruikbare olie wordt verpompt. 



  Het water dat zich onderaan in het eerste compartiment 23 van de olieafscheider 24 verzamelt, wordt, na opening van de kraan 29, via het pompcircuit 26 door de stoomvaten 16 geleid en vervolgens via het circuit 14 terug in de opslagtank 1 ingebracht om terug gemengd te worden met de resterende tankinhoud. 



  Wanneer de oliefractie 5 in voldoende mate gerecupereerd is, wordt het zogeheten skimmen gestopt en wordt de overblijvende tankinhoud, die hoofdzakelijk nog bestaat uit de sedimentfractie 6 en het toegevoegde water 9, integraal verpompt of door middel van de vacuümwagens 35 uit de opslagtank 1 gezogen, waarbij het   op   natuurlijke wijze decanteert en beide componenten, min of meer gescheiden, eveneens aangeleverd worden voor verdere verwerking. 



  Na deze stap kan de binnenconstructie van de opslagtank 1 nog verder grondig schoongemaakt worden met behulp van bijvoorbeeld een hogedrukinstallatie. 



    #Het   afvalwater dat hiervan afkomstig is, kan eveneens met behulp van de   vacuumtanks   opgezogen en afgevoerd worden of kan desnoods ook door de pompinstallatie 20 naar de 

 <Desc/Clms Page number 12> 

 skimcontainer verpompt worden van waaruit het verder met behulp van het pompcircuit 26 via de afvoerleiding 31 naar het waterzuiveringsbekken 33kan weggepompt worden. 



  Indien de voornoemde faciliteiten 16,17, en 18 niet in de nabijheid van de opslagtank 1 voorhanden of beschikbaar zijn, kan vanzelfsprekend voorzien worden in autonome middelen om 'water te bevoorraden en aan de tank toe te voegen, om het water op te warmen en om de vloeistoffen in de opslagtank 1 te mengen. 



  De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de bijgaande figuur weergegeven uitvoeringsvorm, doch dergelijke werkwijze en inrichting kunnen volgens verschillende varianten worden verwezenlijkt, zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims (12)

Conclusies.

1.- Werkwijze voor het ledigen en reinigen van een opslagtank voor olie, bestaande uit het maximaal leegpompen van de olie tot een minimale overblijvende restinhoud ; uit een oliefractie (5) en een sedimentfractie (6), gevolgd door het vloeibaar maken van de restinhoud door toevoeging van een hulpvloeistof (9), gevolgd door het verwijderen van het 'verkregen mengsel ; en tenslotte gevolgd door het nareinigen van de binnenconstructies van de opslagtank (1), daardoor gekenmerkt dat de gebruikte hulpvloeistof (9) na menging met de restinhoud, een afscheiding teweegbrengt van de oliefractie (5) en dat de oliefractie (5) en het overblijvende mengsel afzonderlijk uit de opslagtank (1) verwijderd worden.

2.- Werkwijze volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat het mengen van de hulpvloeistof (9) met de restinhoud gebeurt door roeren.

3. - Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de hulpvloeistof (9) niet oplosbaar is in de olie en een soortelijk gewicht heeft dat groter is dan dat van de oliefractie (5), zodanig dat de oliefractie (5) komt bovendrijven.

4. - Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de hulpvloeistof (9) water is. <Desc/Clms Page number 14>

5.- Werkwijze volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat de hulpvloeistof (9) warm water is.

6.- Werkwijze volgens conclusie 5, daardoor gekenmerkt dat het water uit de opslagtank (1) via een uitwendige verwarmingskringloop (14-16) wordt rondgepompt en opgewarmd.

7.- Werkwijze volgens conclusie 6, daardoor gekenmerkt dat het water in de uitwendige verwarmingskringloop (14-16) wordt 'opgewarmd met behulp van een warmtewisselaar (17).

8. - Werkwijze volgens één van de conclusies 3 tot 7, daardoor gekenmerkt dat de bovendrijvende oliefractie (5) ter plaatse uit de opslagtank (1) wordt gerecupereerd als bruikbare olie door het afskimmen van deze oliefractie (5).

9. - Werkwijze volgens één van de conclusies 3 tot 8, daardoor gekenmerkt dat het mengsel uit de opslagtank (1) in een skimcontainer (24) wordt overgepompt om een scheiding te verkrijgen van de oliefractie (5) die als bruikbare olie wordt gerecupereerd, waarbij de waterfractie (9), na opwarming in de voornoemde uitwendige verwarmingskringloop (14-16), opnieuw in de opslagtank toegevoegd wordt.

10. - Werkwijze volgens conclusie 8 of 9, daardoor gekenmerkt dat de overblijvende sedimentfractie (6) en het water (9) uit de opslagtank (1) worden verwijderd en afgevoerd voor verdere verwerking.

11. - Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, .daardoor gekenmerkt dat na het leegmaken van de opslagtank <Desc/Clms Page number 15> (1) de laatste resten verwijderd worden door hogedrukreiniging en dat het spoelwater voor verwerking opgezogen en afgevoerd wordt.

12.- Inrichting voor het ledigen en reinigen van een opslagtank voor olie, volgens de werkwijze van één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat deze inrichting bestaat uit middelen (8) om een hulpvloeistof (9) toe te voegen aan de restinhoud van een opslagtank (1) , bij 'voorkeur in de vorm van een watertoevoer ; middelen (10) om de hulpvloeistof (9) op te warmen, meer speciaal in de vorm van één of meer stoomvaten (16) die in de watertoevoer (14) zijn opgesteld ; mengmiddelen (11) om de hulpvloeistof (9) met de restinhoud te mengen, in het bijzonder bestaande uit mengtoestellen (19) die in de opslagtank (1) aanwezig zijn ;

middelen (12) om de bovenste laag van de tankinhoud te verwijderen en de oliefractie (5) ervan af te scheiden, bij voorkeur door deze laag in een zogenaamde skimcontainer (24) over te pompen ; uit afzuigmiddelen (13) om het overblijvende mengsel van de sedimentfractie (6) en de hulpvloeistof #(9) uit de opslagtank (1) te verwijderen, bij voorkeur door gebruik te maken van vacuümwagens (35).